Gemeenteraadsverslagen
waarin opgenomen„NIEUWSBLAD voor het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommelerwaard"
3E JAARGANG. NO. 45
MAANDAG 19 AUGUSTUS 1946
van ALT^HA
Uitgever: K. VELTMAN, Drunen Algem. RedacteurJ. H. ROZA, Heusden Drukkerij: FIRMA L. J. VEERMAN, Heusden - Tel. 19, Giro 61525
Verschijnt Maandag en Donderdag Abonnementsprijs: f 1.95 per 3 maanden; per week 15 ct.losse nummers 10 ct Advertentiën 20 cent per regel
Advertentiën en berichten worden ingewacht: Voor het Maandagnummer tot Zaterdagmorgen uiterlijk 10 uur; voor het Donderdagnummer tot Woensdagmiddag uiterlijk 2 uur
Vergadering van den raad der gemeente
WOUDRICHEM op Maandag 12 Au
gustus des avonds 8 uur.
Aanwezig de heeren J. Kuijpers, W.
Viveen, W. Mol, J. Spoor Rzn. en G.
Werther.
Na opening door den Voorzitter,
leest de ambt. ter secretarie de notu
len, welke onveranderd worden vastge
steld.
Ingekomen stukken
a. Besluit van Ged. St., waarbij' de
begrooting dezer gemeente voor het
dienstjaar 1945 is goedgekeurd
b. Schrijven van Ged. St., houdende
mededeeling dat goedkeuring is verleend
aan de verordening tot heffing van
schoolgeld voor het gewoon lager on
derwijs
c. Besluit van Ged. St. houdende
goedkeuring van een wijziging der be
grooting dienstjaar 1945 en betreffen
de vaststelling van den pensioensgrond
slag van den heer C. v. Rijswijk als
burgemeester dezer gemeente;
e. Schrij'ven van tien Voorz. van liet
hoofdstembureau in deze gemeente voor
de verkiezing van den gemeenteraad,
waarbij een afschrift van het proces-ver
baal der in artikel 92 der Kieswet voor
geschreven zitting van het hoofdstem
bureau, alsmede de afschriften van de
processen-verbaal der stembureaux wor
den toegezonden.
Al deze stukken worden voor kennis
geving aangenomen.
Schrijven van Ged. St. waarbij de
door den raad vastgestelde verordening
bestrijding wandgedierte wordt terugge
zonden met eenige bedenkingen.
Besloten wordt de door Ged. St. aan
gegeven wijzigingen in de verordening
aan te brengen en deze opnieuw vast
te stellen dienovereenkomstig onder in
trekking van het vorig besluit#
Schrijven van Ged. St. waarbij wordt
teruggezonden de door den raad in
zijne vergadering van 28 Juni '46 vast
gestelde verordening tot heffing van
opcenten op de personeele belasting,
onder verwijzing naar het dienaangaan
de bepaalde in Stbl. F 139.
Onder intrekking van de in de vorige
vergadering vastgestelde verordening
wordt besloten deze opnieuw vast te
stellen met inachtneming van het be
paalde in Stbl. F 139.
Op het verzoek van het fokdagcomité
voor het Land van Altena en Bies-
bosch om subsidie, wordt op voorstel
van B. en W. besloten f 10,beschik
baar te stellen.
Schrijven van de v.v. „Stormvogels"
alhier, houdende verzoek om hulp bij
het verkrijgen van een sportterrein,
waarop zoowel op Zondag als op een
werkdag kan gespeeld worden, een en
ander in het Belang van de sportbeoe
fening en met het oog op het feit dat
de v.v. in den Dordtschen voetbalbond
speelt, welks wedstrijden vrijwel steeds
op Zondag moeten worden gespeeld.
De Voorzitter deelt mede, dat hoe
wel het stuk aan B. en W. is gericht,
hij dit toch in den raad heeft gebracht!.
Het verzoek is evenwel in behandeling
geweest in de vergadering van B. en
W. en merkt op dat dit college aan
Ir. de Bruin uit Utrecht heeft opge
dragen een uitbreidingsplan voor deze
gemeente op te maken, waarbij de plaats
voor een sportterrein zal worden aan
gegeven. Het is nog niet bekend waar
dit terrein is gedacht. B. en W. zouden
van den raad een uitspraak willen hoo-
ren, of deze in principe bereid is het
verzoek van de v.v. te steunen, en te
trachten het terrein behoudens hoogere
goedkeuring aan te koopen.
Dhr. Mol geeft te kennen, dat hij
zeer zeker bereid is het verzoek in prin
cipe te steunen, waarop dhr. Spoor
opmerkt, dat de v.v. daarmede weinig
opschiet, aangezien een en ander niet
klaar zal zijn als de competitie begint.
Dhr. Werther vraagt, of niet voor tij
delijk een ander terrein geschikt zou
kunnen worden gemaakt, bijv. nabij de
aanlegplaats.
Dhr. Kuijpers meent dat het betref
fende terrein niet geschikt is, aangezien
dit bij! een Westerstorm direct onder
water staat. Hi f zegt, dat de eigenaar
van het tegenwoordige sportterrein mis
schien plooibaar zal zijn, indien naar
voren wordt gebracht, dat anders tot
onteigening zal worden overgegaan. Is
de eigenaar niet bereid toe te stwan dat
het terrein ook op Zondag wordt ge
bruikt, zou getracht kunnen worden
een ander weiland te verkrijgen. Hij
zou gaarne onderzocht willen zien, wel
ke mogelijkheid er bestaat ten aan
zien van onteigening, en merkt op,
dat in Schel lui nen iets dergelijks is
geschied. Er zal nog geruimen tijd ver-
loopen eer het uitbreidingsplan gereed
is. Ten aanzien van de toegekende ur
gentie-woningen zal ook moeten wor
den beslist waar deze komen.
De Voorzitter merkt op, dat rekening
dient te worden gehouden met Ged. St.
aangezien zij zullen wille/z weten bij
eventueele plannen van den Raad, waar
blijkens het uitbreidingsplan men zich
het sportterrein heeft gedacht, terwijl
de onteigeningsprocedure eveneens ge-
ruimen tijd zal duren.
Dhr. Viveen merkt op, dat naar zij'n
meening het sportterrein niet mag te
gengehouden worden door het uitbrei
dingsplan aangezien dit laatste iets van
jaren is. Het bestaande terrein is ui
termate geschikt. Naar zijn oordeel moet
al het mogelijke worden gedaan, om een
terrein te verkrij'gen, Gaat het niet, dan'
heeft tenminste de gemeente alles ge
daan om tot het "doel te geraken.
Op voorstel van de heeren Kuijpers
en Viveen wordt tenslotte besloten B.
en W. op korten termijn op te dragen
alles te doen om zoo spoedig mogelijk
tot het bezit van een sportterrein te
geraken.
Hierna is aan de orde onderzoek
geloofsbrieven van de nieuw benoem
de raadsleden. De Voorzitter wijst de
heeren Spoor, Mol en Werther aan tot
het vormen van een commissie van on
derzoek voor het nagaan der geloofs
brieven, waarna de openbare vergade
ring even wordt geschorst.
Na heropening der verg. brengt dhr.
Werther namens de commissie verslag
uit, en deelt mede, dat alle stukken
in orde waren, waarna tot toelating
wordt besloten.
Vervolgens brengt de voorzitter de
restauratie van het benedengedeelte van
den toren ter sprake, en deelt mede,
dat het verzoek om subsidie in de kos
ten daarvan nog niet aan het Departe
ment van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen is ingezonden, doch dat B.
en W. den raad voorstellen, zulks in
verband met den slechten financiëelen
toestand der gemeente, het bedrag dat
de gemeente in de restauratie zal kun
nen bijdragen te bepalen op f 5000,
en dit ook in het betreffende verzoek
om subsidie te vermelden. Hij merkt op,
dat bij de vorige restauratie eenzelfde
gedragslijn is gevolgd, en ook eenzelfde
bedrag daarvoor was uitgetrokken.
Daarenboven moet worden overge
gaan tot herstel van de twee zijbeuken,
aangezien de dakbedekking daarvan zeer
dringend moet worden vernieuwd. De
daarvoor te maken kosten zouden dan
van het voren gemeld bedrag van f 5000
moeten worden afgetrokken, en beloo-
pen naar schatting f1500 a f2000.
Overeenkomstig het voorstel van B.
en W. wordt besloten, terwijl machti
ging wordt verleend, tot het inmiddels
afwerken van het herstel der zijbeuken.
Hierna spreekt de Voorz. als volgt:
Aangezien dit de laatste vergadering
is waarin de noodgemeenteraad bijeen
komt, wil ik als Voorzitter, voordat
tot de rondvraag wordt overgegaan, de
heeren die niet volgens de gehouden
wettelijke verkiezing in den raad zul
len terugkeeren, van deze plaats dank
brengen voor hetgeen zij als lid van
den raad in het belang der gemeen
te hebben verricht. Voor de heeren Mol,
Werther en v. d. Giessen is het tijd
vak dat zij deel van deze vergadering
hebben uitgemaakt, zeer kort geweest,
doch zij hebben ook in dien korten tijd
het hunne er toe bijgedragen om de
belangen der gemeente voor te staan en
te behartigen. Speciaal wil ik echter in
dit afscheidswoord den heer Viveen be
trekken, die van 1923 af lid van den
gemeenteraad is geweest en sedert 1931
de betrekking van wethouder heeft ver
vuld. In al die jaren is het slechts uit
zondering geweest indien hij een der
vergaderingen van dezte colleges niet
heeft bijgewoond, terwijl hij zich heeft
doen kennen als iemand, met een helder
verstand, wien de gemeentebelangen zeer
na aan het hart lagen. Öp het gebied
van de visscherij werd hij steeds als
de deskundige zoowel in deze vergade
ring als in het college van B. en W.
aangemerkt en hij heeft zijn beste krach
ten gegeven om dien tak van nijver
heid te helpen bevorderen. Vooral in
de crisisjaren voor den oorlog was het
wethoudersambt zeer zeker geen begee-
renswaardige functie en ik herinner mij
de B. en W. vergaderingen nog zeer
goed die toentertijd dikwijls tot midder
nacht werden gehouden om de moei'ijk-
liedi i cp velerlei gebied het hootd te
kuiifu.ii bieden.
Wethouder V iveen, ik zal hier ver
der niet uitwijden over Uwe verdiens
ten op velerlei gebied, doch ik dank
U voor al hetgeen U in al' die jaren
zoowel ais raadslid en als wethouder
in het belang dezer gemeente hebt ge
daan e I tevens voor de aangename wij
ze waarop ik in die jaren met U in mijn
betrekking van secretaris heb mogen sa
menwerken. Ik hoop dat het U in Uw
ambteloos leven verder goed zal mo
gen gaan.
Dhr. Viveen zegt dank voor deze
waardeerende woorden. Zij zijn ter te
gemoetkoming aan den laster en critiek
waaraan hij van zekere zijde heeft bloot
gestaan. Als hij' aanneemt dat waar is
wat de burgemeester zegt, dan moet hij
opmerken, dat met de laatste verkie
zingsactie alles is gedaan, op alle mo
gelijke gebied om te maken, dat hij niet
meer in den raad en het college van B.
en W. zou terugkeeren.
Hij had dit kunnen voorkomen indien
hij op bepaalde wijze had gehandeld, doch
dat lag niet op zijn weg. Hij wijst op
zijn terugtrekken destijds bij de waar
neming van het burgemeestersambt, en
op zijn uit eigen beweging terugtreden
in de partij. Hij is van meening, dat
men in de partij haar belangen moet
dienen doch in den raad de belangen
der gemeente. Bij de critiek welke er
is geweest, is nooit iets positiefs be
kend geworden, hij kan ieder recht in
de oogen kijken. Wat hij heeft gedaan,
is altijd eerlijk en oprecht geweest.
Hij hoopt dat met den nieuwen raad
en college van B. en W. even prettig
mag worden samengewerkt.
Dhr. Kuijpers merkt vervolgens op,
dat hij lang met Viveen heeft samen
gewerkt, niet alleen als partijgenoot,
doch ook als vriend. Het is een groot
verlies voor Woudrichem dat een der
gelijke kracht op deze wijze uit den
raad gaat. Hij' weet ook wat er zooal
geweest is, nimmer was er iets posi
tiefs tegen zijn beleid, men heeft het
altijd in het kleine gezocht. Hij wijst
ook nog op het zelfstandig teruggaan
van den heer Viveen, en zegt, dat de
gemeente zeer eigenaardig is geweest.
Er zijn weinig raadsleden die het ge
meentebelang hebben gediend zooals hij,
geboren Woudrichemmer als hij w^s,
bekend met alles wat de gemeente en
zijn inwoners betrof, met terzijdestelling
van al zijn persoonlijke belangen. Hij
merkt op, dat in het college van B. en
W. steeds een beste verhouding heeft
bestaan, en steeds eensgezindheid
heerschte bij het afdoen van zalcen. Hij
vraagt zich af wat toch de oorzaak is
geweest, dat de kiezers een terugkeer
van den heer Viveen niet hebben ge
wild. Het is, merkt hij op, hier niet
de plaats om daarover thans uit te wij
den. De kiezers zullen dit nog wel
eens betreuren. Hij dankt den heer Vi
veen voor alles wat hij van hem als
jong politicus mocht leeren, en hoopt
hem spoedig weer in den raad terug te
zien.
Dhr. Spoor merkt op, dat hij jnet
genoegen heeft gezien, dat de Partij
van den Arbeid in den noodgemeente
raad dusdanig vertegenwoordigd is ge
weest.
Dhr. Werther wenscht als jongste lid
van den noodgemeenteraad nog iets op
te merken, en zegt. dat toen men hem
destijds verzocht als lid daarin zitting
te nemen, h'ij; slechts even heeft geaar
zeld, doch toen besloot mede te wer
ken om den raad voltallig te doen zfijln.
Nimmer heeft hij! er ook maar aan ge
dacht politicus te worden. Hij' heeft
alleen getracht een klein steentje bij
te dragen in het belang der gemeente.
Hijl dankt voor de prettige samenwer
king.
Hierna sluit de Voorz. de vergadering
Vergadering van den tijdelijken Raad
der gemeente ALMKERK, op Dins
dag 13 Augustus 1946j <ies nam.
half drie.
Voorzitter: Edelachtb. Heer H. Blok.
Secretaris wnd.: Weled. Heer A. J.
van Dobben de Bruyn.
Aanwezig alle leden.
De Voorzitter opent de vergadering
en leest het formuliergebed, waarop
hiiji in enkele gevoelvolle woorden den
sedert de laatstgehouden raadsvergade
ring, op 1 Mei 1946 loverleden lieer
J. de Witt herdenkt. Deze woorden1
worden door die vergadering staande
aangehoord.
De notulen van de vergadering van
26 April 1946 worden door den Secre
taris gelezen en onveranderd vastge
steld.
De Voorzitter deelt mede, dat de
dubbele woning aan de Voorsteeg en
de 2 arbeiderswoningen te Nieuwen-
diijk zijn aanbesteed voor f 46975.in
totaalvoorts dat prijsopgaaf is inge
komen van de kosten van reconstructie
van de Voorsteeg t.w. f 3850.waarin
begrepen zijn het uitsloopen van de be
tonblokken en de oppervlaktebehande
ling. Het ophalen van de kanten zal
bovendien nog f 1000.a f 1500.
kosten.
Ingekomen stukken
1. Bericht van Ged. Staten, houdende
vaststelling van het presentiegeld voor
het bijwonen van de raadsvergadering
op f 4.per zitting.
2. Bericht van herbenoeming van den
Edelachtb. Heer H. Blok tot burgemees
ter van Almkerk, gerekend me* Ingang
van 16 Augustus 1941 en mededeeling
van de daarop plaats gehad hebbende
beëediging^
3. Bericht van de heeren A. Mol,
S. Willemse, D. Potters, L. de Jager,
A. Koekkoek, Z. van Herwijnen en G.
Schermers houdende aanneming van hun
benoeming ,tot lid van de commissie tot
wering van schoolverzuim.
4. De balans enz. van den Keurings
dienst van Waren te 's Bosch over het
jaar 1944.
5. Machtiging tot uitgaven op de
begrooting 1946 tot 3/4 der bedragen,
welk ein 1945 voor dezelfde doelein
den zijn toegestaan.
6. Bericht van goedkeuring 1ste wij
ziging begrooting 1945, 6e wijziging
begrooting 1944 en wijziging begroo
ting G.E.B. dienstjaar 1944.
7. Een schrijven van H. Voogd te
Zaltbommel, houdende zijn verweer in
zake zijn doen en laten in de bezettings
tijd.
8. Bericht van goedkeuring van 'het
raadsbesluit van 26 April 1946, hou
dende opheffing van de Ö.L. school
aan de Voorsteeg met ingang van T
Juli 1946.
9. Bericht van den Minister van
Onderwijs, K. en W. houdende instand
houding van de O.L. school gedurende
het jaar 1945.
10. Besluiten van de zittingen van
de stembureaux, het Hoofdstembureau
en het Centraal Stembureau inzake de
gehouden gemeenteraadsverkiezingen.
Vorengenoemde stukken worden allen
voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter deelt voorRs mede,
dat is ingekomen een schrijven van
Ged. Staten dezer provincie, betref-