tec, Willis, Impel i
Nummer 113. Donderdag 6 Februari 1879.
'gang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Bekendmaking e n.
BUITENLAND.
Belg
qe.
Frankrijk.
Engeland.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00, franco per post door
bet geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden,
enz., franco te zenden aan den Uitgever.
Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk.
Advertentiën 17 regels 0,60, daarboven 8 cent per regel;
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, driemaal ter
plaatsing opgegeven, worden tweemaal in rekening gebracht.
Reclames beneden de rubriek Binnenland 15 cent per regel.
NATIONALE MILITIE.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Waalwijk
Gelet hebbende op de Artt. 26 en 99 der wet
van 19 Augustus 1861, (Staatsblad N°. 72) en op
het besluit van den heer Commissaris des Konings
in de provincie Noordbrabant van den 13 Januari
H. A. N°. 6, 6de afdeeling, (Prov. Bijblad N°. 2);
Brengen ter kennis der belanghebbenden dat de
loting voor de lichting der Nationale Militie, van
dezen jare zal plaats hebben te Waalwijk den 17
Febr. a. s. des voormiddags ten 11 ure, zullende
de trekking voor de miiitieplichtigen, welke niet
opkomen, of wiens vader, moeder of voogd mede
niet tegenwoordig zijn, door den Burgemeester
of het lid van den Raad, dat bij de loting tegen
woordig is, geschieden.
En zal deze worden afgekondigd en aangeplakt
waar zulks gebruikelijk is.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VAN DER KLOKKEN.
De Secretaris,
F. W. VAN LIEMPT.
"Waalwijk, 27 Januari 1879.
DE NIEUWE PRESIDENT DER
FRANSCHE REPUBLIEK.
Wij meenen onzen lezers geen ondienst te
doen, met hier eenige biographische mededeelin-
gen te doenaangaande den heer Jules Grévy,
tot president der Fransche Eepubliek gekozen
in plaats van Maarschalk Mac-Mahon.
Jules Grévy is in 1813 geboren teMont-sous-
Vaudrez, departement der Jura.
Hij was te Parijs student in de rechten, toen
de Juli-revolutie uitbarstte en was een dergenen,
die eene kazerne bemachtigdenen een der
eersten die er binnen drongen.
Toen hij zijne studiën voltooid had, vestigde
hij zich als advocaat te Parijs en kreeg als zoo
danig spoedig naam vooral als verdediger van
staatkundige beschuldigden nadat hij in 1839
voor twee makkers van Barbes had gepleit.
Tijdens de regeering van Louis Philippe behoorde
bij tot de republikeinsche oppositie. Onder bet
voorloopig bewind van 1848 werd hem door
Ledni-Eolhn de moeilijke betrekking van re-
geenngs-comnnssaris in zijn departement, de
ura, opgedragen. Terwijl vele regeerings-com-
nussanssen slechts een treurige herinnering
eiben achtergelaten, onderscheidde Grévy zich
oor eene zeldzame mate van rechtvaardigheid
?n. ?erz®®ning en door eene onkreukbare eerlijk
heid. Weinig ambtenaren zette hij af en bij
was de onbaatzuchtigheid zelf. Zijn aanzien in
et departement werd dan ook zoo grootdat
3 met 65,150 stemmen naar de constitu
erende vergadering werd afgevaardigd.
De vergadering benoemde hem tot een barer
T1e-presidenten. Hij nam deel aan verscheidene
gewichtige beraadslagingen. Zelfstandig was bij
?°s- monarchalen vonden in hem een
gWachten tegenstandermaar de radicale tirannie
sT-j ln niet minder een krachtigen be
strijder. Hij was een republikein van het zui
verste waterdie voor het overige zelf voor
rep doortastende hervormingen niet terugdeinsde.
we gewichtigste daad van zijn parlementair leven
J? 6611 amendementdat zijn naam droeg en
jgens hetwelk „de Nationale Vergadering het
dr™*tenC* gezag voor een onbepaalden tijd op-
PrpÜi 1411 een bur?erdie den titel voert van
tnl. den Ministerraad, en die te allen
HMf afzetbaar is."
Napoleon tot President der Ee-
bJl 17as Sekozen bestreed hij met allen
*erw3 ,taatkunde van het Elysée. Hij
«er zijne stem tegen de expeditie naar Eome,
rech? Wet °P den 3taat van belegop het
van vereeniging en vergadering; kortom
tegen alle voordrachtendie strekten om de
openbare vrijheden te verkorten. Hij protes
teerde tegen den staatsgreep en werd voor korten
tijd gevangen gezet in Mazas.
Toei hij zijne vrijheid teruggekregen had
wijdde hij zich uitsluitend aan de rechtspractijk.
Nog eenmaal pleitte hij in een staatkundig proces,
in 1864, in het vermaarde „proces der dertien
leden van het verkiezingscomité". Zijn aanzien
als advocaat steeg in de jaren zijner staatkundige
werkeloosheid steeds meer. In het jaar 1S68
werd hij door de Parijsche advocaten tot deken
gekozen en in hetzelfde jaar door de kiezers van
de Jura bij het Wetgevend Lichaam afgevaardigd.
In het volgende jaar kreeg hij een nieuw man
daat. Het Keizerrijk had het toen zelfs niet
gewaagd een officieelen candidaat tegen hem
over te stellen. Het plebisciet verwierp hij met
alle kracht, waarover hij beschikte.
Toen 4 September 1870 kwam, wilde Grévy,
warm voorstander der parlementaire vormen, dat
het Wetgevend Lichaam den Keizer vervallen
zou verklaren van den troon. Hij wilde zelf
een voorstel doen, en de meeste leden der lin
kerzijde wilden hetzelfde als hij. Maar het volk
was de vergaderzaal binnen gestormd, zoodat de
Kamer hare beraadslagingen niet kon voortzetten.
Daar nu de Eepubliek niet bij besluit van de
vertegenwoordiging gevestigd werd, weigerde
Grevy zitting te nemen in het voorloopig gou
vernementwaaraan hij een wettig karakter
ontzegde.
Bij de algemeene verkiezingen in 1871 koos
het hem trouwe departement der Jura hem weer
tot een zijner afgevaardigden. Ook te Marseille
kreeg hij een mandaaten te Parijs meer dan
50,000 stemmen doch niet genoeg om er ge
kozen te zijn. Hij nam zitting voor de Jura.
Hij was een der onderteekenaren van het voor
stel, om Thiers te benoemen tot Hoofd van het
uitvoerend gezag der Pransche Eepubliek. De
Nationale Vergadering te Bordeaux koos Grévy
met 519 stemmen van de 536 tot haren voor
zitter. Voor die betrekking is hij als geboren.
Hij is de belichaamde kalmtede verpersoon
lijkte onpartijdigheid. Daarbij is hij de eenvou
digheid zelve en bezit hij een zeldzamen tact
om eene vergadering, waarin de hartstochten
koken en niet zelden tot uitbarsting komen, te
leiden. Nog vóórdat Thiers werd omvergeworpen,
werd hij acht malen als voorzitter kerkozen.
In 1873 nam hij zijn ontslag als president
der kamer en Grévy nam plaats op een van de
banken der linkerzijde.
In de beraadslagingen mengde hij zich zelden,
maar toen de wet op het Septennaat aan de
orde was, riep hij zijne welsprekendheid te hulp
om de voordracht te bestrijden. De Nationale
Vergaderitg had niet het recht die wet te maken,
zeide hij. Grévy onthield daarom ook zijne
stem aan de constitutioneele wetten, die de wet
op het Septennaat ten grondslag hebben.
Bij de verkiezingen van 1876 kreeg hij in
het district der Jura 12,417 stemmen tegen
3300, die op den officieelen, door Bonapartislen,
legitimisten en Orleanisten ondersteundencan
didaat uitgebracht werden.
Hij werd andermaal met bijna algemeene
stemmen tot voorzitter der Kamer gekozen.
Schneider, voorzitter van het wetgevend Li
chaam onder het Keizerrijk, heeft, toen hij voor
de commissie van enquête naar de gebeurtenissen
van 4 September geroepen werd, van Grévy het
volgende getuigd: „In een tijd, waarin zooveel
karakters bezwijken krijgt men een gevoel als
van een wezenlijk geluk, als men een karakter
ontmoetzoo ernstigzoo smetteloos en zoo
verheven als dat van den heer Grévy."
Een centraal Katholiek comité, samengesteld
uit verscheidene hooggeplaatste en invloedrijke
mannen, senatoren, Volksvertegenwoordigers, enz.,
tot wettige bestrijding van het ingediend wets
ontwerp op het lager onderwijs, is hier tot stand
gekomen. Het heeft besloten een groot petitio-
nement op 't getouw te zetten voor het behoud
van het godsdienstig karakter in het openbaar
onderwijs. Alleen kiezers en huisvaders kunnen
de petitiën onderteekenen. Het Comité heeft
een „beroep" op de huisvaders gedaan, waarin
breedvoerig de grieven worden ontwikkeld, welke
van Catholieke zijde tegen het wetsontwerp be
staan, als daar zijndat het 't godsdienstig
onderwijs van de lagere school uitsluit, de grooD
ste inbreuken op de gemeentelijke autonomie
maakt, de vrije scholen te gronde richt en het
grondwettig beginsel der vrijheid van ouderwijs
nietig zal maken. Het comité wenscht het be
houd en de handhaving van de wet van 1 S l2,
die, naar zijn oordeel, gekenmerkt is door een
pest van wijze verzoening en gedurende 36
jaren de gelukkigste resultaten heeft opgeleverd.
Ondanks het herhaald en dringend verzoek
van den nieuwen President der Pransche Eepu
bliek niet alleeu, maar óok van de vertegen
woordigers der meerderheid in Senaat en Kamer,
weigert de heer Dufaure langer Minister-Presi
dent te blijven. In den jongsten Ministerraad
heeft hij medegedeeld, dat het zijn onherroepe
lijk besluit was zich terug te trekken. Voor
nieuwe toestanden, zeide hijwerden nieuwe
mannen vereischt.
Het besluit van Dufaure, hoe smartelijk ook
voor de vrienden der gematigde Eepubliek, kan
geen bevieemding wekken. Ten eerste is hij
reeds op jaren en ten tweede heeft hij zijn eigen
denkbeelden op het punt van twee hoofd-quaes-
ties, die de Kamer eerlang zullen bezig houden.
Hij is niet voor eene algemeene amnestie en
wenscht evenmin, dat het Ministerie van 16
Mei in staat van beschuldiging zal worden be
steld.
President Grevy heeft thans den heer Wad-
dington, den tegenwoordigen Minister van Bui-
tenlandsche Zaken, met de samenstelling van
een nieuw Kabinet belast.
Van de buitenlandsehe vertegenwoordigers
moeten die var, Duitschland en van het Vaticaan
de eerste zijn geweest, die aan de Pransche Ee
geering hebben te kennen gegeven, dat de be
noeming van een nieuwen President geenerlei
verandering zal brengen in de tot nu toe be
staande betrekkingen.
Zondag hebben in onderscheidene depar
tementen aanvullings-verkiezingen voor de Kamer
plaats gehad. De vacaturen waren grootendeels
ontstaan door ongeldigverklaring van verkiezingen,
die onder het Kabinet van 16 Mei waren ge
schied. De Pourtou is herkozen Albert de Mun
is geslagen. In 't geheel zijn er gekozen 7 re
publikeinen en 3 anti-republikeinen. In twee
districten herstemming.
De quaestie van de verplaatsing van den
zetel van het Parlement naar Parijs treedt thans
weder op den voorgrond. De heer Grévy zou
zich niet tegen den maatregel hebben verklaard
De nieuwe president der Eepubliek is geen
ridder van het Legioen van Eer, een wonder in
een land, waar men de gedecoreerden bij dozijnen
op de straat tegen komt. Een dagblad vraagt,
of hij, onder de gegevene officieele omstandig-
I
heden, zich zeiven het grootkruis zal ten ge
schenke geven van de orde door Napoleon 1.
gesticht, of wel zich aan de decoraticvrijeu zwarten
rok houden. De heer Thiers, ofschoon slechts
grootofficier, droeg sedert deu dag, waarop hij
tot president van het uitvoerend bewind gekozen
werd, de insignes van grootkruis.
Ook democraten en republikeinen hebben
er een afkeer van te voet te gaan als zij het
met rijtuig kunnen doen. De heer Gambetta
was bij de „Compagnie des Petites-Voitures"
geabonneerd voor zijn dagelijksche tournees naar
Versailles en andere plaatsen. De afgevaardigde
ran Belleville bad te Parijs en te Versailles 12
paarden te zijner beschikking, benevens koetsier
en palfrenier. De heer Gambetta, thans presi
dent der Kamer van Afgevaardigden, heeft nog
vier paarden meer genomen en aan zijn gewone
coupés twee gala-rijtuigen toegevoegd.
De zitting van den Parijschen Gemeente
raad, waarin de installatie plaats had van den
uieuwen prefect van de Seine, Hórold, was tevens
gewijd aan het doopen van een plein en een
avenue ter eere van de Eepubliek. Place du
Chateau d'Eau zal voortaan lieeten place de la
Eépublique, en de avenue des Amandiers wordt
verdoopt in avenue de la Eépublique. Op eerst
genoemd plein zal een monumentaal beeld van
de Eepubliek verrijzen in plaats van de fontein
aldaar, terwijl op het Volta'ireplein het stand
beeld zal gezet worden van den philosooph van
Ferney.
De „zaken" worden tot een volgende verga
dering verdaagd.
Uit Kaapstad is te Londen bericht ontvangen,
(lat de vijandelijkheden tegen de Zulu-Kafi'er.s
een aanvang hebben genomen. Toen Cetawayo's
antwoord op het ultimatum maar steeds uitbleef,
zijn den 12 11. vier colonnes Britsche troepen
over de rivier de Teizela gelrokken. Zij sloegén
daarop zonder tegenstand te ontmoeten, op het
gebied der Zulu's hun legerkamp op. Men
verwacht over 't algemeen weinig tegenstaud
daar ook hier eene machtige vredes-partij bestaat,
die Cetawayo in zijne handelingen belemmert.
Bij de Portugeesche Eegeering is door Enge
land verlof aangevraagdtroepen te mogen de-
barkeeren aan de Delagoabaai en die over Por-
tugeesch gebied verder te laten trekken. De
Portugeesche Eegeering heeft dit verzoek in over
weging genomen maar schijnt niet voornemens
in deze te handelen zonder de toestemming der
Cortes.
-Van het andere oorlogstooneelwaar de
Engelsche troepen zich op het oogenblik bewegen,
uit Afghanistan zijn mede belangrijke berichten
ontvangen. Volgens the Times heeft Jacub-Khan
aan Majoor Cavagnari te Djellalabad doen weten,
dat hij ten stelligste de Britsche eischen afwijst
en de bevelen van zijn vader Sheri-Ali zal gevolgen,
namelijk Kabul verdedigen. Wali-Mahomed zou
te Hazarpir zijn aangekomennaar men ver
moedde om Engeland's steun te vragen voor
zijn eventueele candidatuur voor den Afghaan-
schen troon.
Voor eenige dagen zeide men te Djellalabad,
dat Shere-Aliop zijn terugreis van Turkestan
overleden zijn zou. Maar dit bericht is niet be
vestigd. Integendeel is te Berlijn uit St.-Peters-
burg bericht ontvangendat de Emir aan de
Eussische grenzen is gearriveerd. Al zijn volge
lingen werden toen ontwapend, maar hemzelven
liet men de wapenen behouden. Alle mogelijke
moeite deed men om hem te bewegen zijn doel
loos plan om naar St.-Petersburg te reizen op
te geven maar hij bleef er op aandringen.