ï- 11 UI Nummer 119. Donderdag 27 Februari 1879. 2e. Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. BUITENLAND. Belgie. Frankrijk. Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avohd. Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00, franco per postdoor het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk. Advertentièn 17 regels 0,60, daarboven 8 cent per regel; groote lettere naar plaatsruimte. Advertentièn, driemaal ter plaatsing opgegeven, worden tweemaal in rekening gebracht. Keelames beneden de rubriek Binnenland 15 cent per regel. ELECTRISCHE VERLICHTING. {Slot.) Wij moeten de verschillende andere stel sels van electrische lampen met stilzwijgen voorbijgaanhet medegedeelde kan voldoende we3en om zich in het algemeen eenig denk beeld van haar inrichting te verschaffen, en meer kan ook hier niet verlangd worden. Slechts moeten we nog melding maken van een verlichtingstoestel, dat oorzaak is geweest, èn van de groote belangstelling, die in dgn laatsten tijd aan de vorderingen geschonken is, welke de electrische verlichting gemaakt heeft, èn van de mogelijkheid om deze soort van verlichting meer algemeen in toepassing te brengen dan vroeger wel het geval was. Deze verlichtingstoestel is uitgedacht door den Russischen ingenieur Paul Jablochkoff en wordt de Kaars van Jablochkoff genoemd. Zij onderscheidt zich van alle andere lampen (in het algemeen gezegd) door een merkwaardige eenvoudigheid, een groote beknoptheid in vorm en door het heldere, standvastige licht, dat er mede verkregen wordt. Zooals men weet, waren het Jabloch- koffische kaarsen waarmede de verlichtings- proeven op den Dam, te Amsterdam, geno men werden. De kaars is aldus samengesteld Twee cilindrische aan het boveneinde pun tig afgedraaide koolstaven zijn in koperen buizen gevat en worden door een soort Yan houder gedragen. Zij worden van elkaar gescheiden door een tusschenliggende isolee- Tende laagdie uit een stof bestaatwelke de uitvinder K a o 1 i n e noemt en waarvan hij de samenstelling tot nog toe geheim houdt. Een mengsel van zand efi glaspoeder zou voor dit doel even goed te gebruiken zijn. In den laatsten tijd worden dè kaarsen evenwel zonder isoleerende laag vervaardigd en voldoen daarbij even goed. De electrische stroom wordt aangevoerd door twee geleid- draden, die aan de koperen buizen bevestigd zijn. Door de warmte, welke door den stroom ontwikkeld wordtgeraakt de isoleerende Dag aan het gloeien en verdampt zij in ge lijke mate als de beide koolspitsen afnemen dit gloeien heeft natuurlijk een aanzienlijke versterking van het licht tengevolge. Om te verhinderen, dat de positieve pool dubbel zooveel afneemt als de negatieve, werd voor gesteld haar een tweemaal grootere dikte te geven, beter evenwel is het aan beide spitsen gelijke afmetingen te geven en de richting der stroomen gedurig te doen verwisselen, zooals thans steeds geschiedt. Om de kaars te ontstekenmoeten zooals bij de andere yerlichtingstoeatellen reeds gezegd is, de beide koolspitsen met elkaar in contact zijn. Dit wordt bij de Jablochkoffsche kaars eenvoudig verkregen door een stukje kool tusschèn de beide spitsen te leggen, dat bij het doorgaan Jan dra stroom roodgloeiend wordt en ein delijk verbrandt. In plaats van een stukje kool zou men ook een dunnen metalen draad kunnen bezigendie dan aan beide spitsen bevestigd wordt. Bij de reed» opgenoemde voordeelendie het gebruik van deze kaars boven die van andere electrische verlichtingstoestellen aan biedt, komt nog dit, dat zij zonder bezwaar omgekeerd kan worden, zoodat de koolspitsen naar beneden gericht zijn, wat van veel be lang is voor de in vele 'gevallen gewenschte bovenverlichting. Bij de verlichting, die onlangs aan den gevel van de nieuwe operate Parijsis aangebracht, maken Jablochkoff en Deuay- rouze gebruik van een toesteldie vier kaarsen kan bevatten, welke de eene na de andere voor de verlichting dienen. Wanneer een kaars op het punt is van afgabrand te zijn, wordt door een buiten den toestel ge plaatst handvat, het contact tusschen de ge leidingsdraden en deze kaars snel verbroken en met een volgende kaars bewerkstelligd Daar de toestel vier kaarsen bevat, behoeft het licht geen oogeublik onderbroken te worden of ook maar in intensiteit te vermin deren. Latere berichten vermelden, dat Ja blochkoff en Denayrouze er in geslaagd zijn, den toestel zoodanig te veranderen, dat deze verwisseling automatisch geschiedt. Door de uitvinding van Jablochkoff is.een belangrijke schrede voorwaarts gedaan naar het einddoel dat door allen beoogd wordt, n.l. de verdeeling van het electrische licht; intusschen behoort de geheele verdeeling, in den meest uitgebreiden zin van het woord, nog tot de vrome wenschen. Wij zijn allen getuigen geweest, of konden het althans zijn, van de uitstekende verlichting, zooals die op de proefavonden op den Dam te Amsterdam plaats vondwij zagen hoe zelfs bij een vrij sterke mist het licht buitengewoon krachtig was en in helderheid verre het gaslicht over trof, dat met zijn roodgele kleur geheel door het witte electrische licht overstemd werd maar juist die helderheiddie groote licht sterkte, die het electrische licht het licht bij uitnemendheid doet zijn om voor de verlich ting van pleinen, straten, groote werkplaatsen, vuurtorens enz. enz. dienst te doenis een van zijn grootste hinderpalen bij zijn toepas sing voor huishoudelijke doeleinden. Een Jablochkoffsche kaarsgebezigd tot verlich ting van een woonvertrek vau gewone afme tingen zal door haar te groote lichtsterkte hinderlijkafmattend voor de oogen zijn wanneer niet door een of andere inrichting die sterkte getemperd wordt. En dit laatste wordt bezwaarlijk door den hoogen prijs van het licht op kleine schaalhet zou toch niet aangaaneen licht te gebruikendat tegen aanzienlijke kosten verkregen wasen dat dan nog slechts voor de helft bijv. voor de verlichting kon gebruikt worden, terwijl het overige gedeelte nutteloos verloren werd. Het is met het electrische licht als met zooveel andere nieuwe zaken. Zoodra een of andere uitvinding in toepassing wordt ge bracht, wordt daarvan dadelijk verlangd, dat zij aan de meest hooggestelde eischen zal voldoen, is zij daartoe nog niet in staat, dan verliezen, velen «het vertrouwen, door hen in de onderneming gestelden laten de zaak rusten in plaats van een open oog te hebben voor de gevallen waarin de toepassing van groot nut kan zijn. Al moge het electrische licht, in het sta dium waarin het zich thans bevindt, volko men ongeschikt zijn voor kamerverlichting en hierin nog niet zelfs met een kans op voordeel de gas-petroleum- en olieverlich- tiug kunnen vervangenwij weten thans dat het in honderden gevallen met groot voordeel in de plaats van gas kan worden gebruikt, en ieder onbevooroordeelde zal zich wel van overtuigd houden, dat deze toepassingen gaandeweg in aantal zullen toe nemen en dat het laatste woord in deze nog niet gesproken is. (N. v. d. D.) In de litteraire sociëteit te Brugge heeft een jvoorval plaats gehad, dat groote opschudding in kle stad verwekte. De heer Coppieters, die een grief tegen de familie de Boesinghe had, belee- digde den heer Boesinghe, zoodat de laatste den lieer Coppieters een slag in het aangezisht gaf. [Daarop haalde Coppieters op echt Amerikaansche 'wijze een revolver uit zijn zak en loste twee schoten op zijn vijand. De substituut van den «Procureur-Generaal en die van den Procureur des Konings, die beiden in de leeszaal bij de daad tegenwoordig waren, ontnamen hem het wapen. De heer Coppieters is gevangen genomen. De gevangene zal zich echter ook nog over andere zaken hebben te verantwoorden. Er wer den in den laatsten tijd allerlei namelooze brieven en zelfs gedrukte briefkaarten in Brugge verspreid, waarvan het vaderschap aan den gevangene werd toegeschreven. Onder de gegeven omstandighe den werd tot een huiszoeking bij den heer Cop pieters besloten en nu vond de politie een kleine drukpers en onderscheidene bewijzen voor zijne schuld. Waarschijnlijk is hij ook betrokken in een andere gebeurtenis. Tot groote verbazing van geheel Brugge, en niet het minst van den be trokken persoon, las men dezer dagen in den Moniteur (de Belgische Staatscourant) dat de notaris Van Elslande op verzoek eervol als zoo danig was ontslagen. Terstond werd door ge noemden notaris inlichting gevraagd aan den Minister van Justitie, eb nu bleek dat het ver zoek om ontslag werkelijk was ingekomen, maar dat de handteekening van den adressant valsch was. Toen Vrijdag-morgen de bewoners van Leuven ontwaakten, konden zij het standbeeld van Van de Weijer in een zonderlingen toestand zien. De broek was rood, de jas blauw en de kousen geel geschilderd. Tot groot vermaak van de straatjeugd slaagden de pompiers er niet in hef. beeld schoon te spui ten. De grappenmakers, die het deden worden door de justitie gezocht. De geruchten over de onveiligheid in Parijs, die blijkens onderzoek zeer overdreven zijn, jaagt toch den Parijzenaars grooten schrik aan. Daar door komen allerlei tooneelen voor, die somwijlen de lachspieren in beweging brengen, maar ook wel eens minder aangename gevolgen hebben. Zoo verhaalt „de Siècle" het volgendeDe heer C. wilde zich naar zijne woning Rue Saurin begeven. Op den hoek van de rue des deux bornes zag hij in de schaduw twee personen staan, die hij voor roovers hieldsnel trok hij zijn revolver uit den zak, maar in zijn opgewon denheid deed hij dit zoo onhandig, dal het wapen afging en de kogel zijn hand deerlijk verwondde. De heer C. nam nu de vlucht en verschool zich achter een groote ton die voor de deur van een kruidenier stond. De gewaande roovers waren twee respectabele inwoners uit die straat, de heer M. en zijn zoon. Door het schot meenden zij met een moordenaar te doen te hebben. De vader loste een schot op den vluchteling, gelukkig zonder hem te raken. Zij volgden hem en ontdekten zijne schuilplaats. De heer M., die meende dat er nog een tweede roover achter de ton verscholen was, vond het nu raadzaam ijlings naar zijne nabijgelegen wo ning te gaan. Inderhaast loste hij nog een revolverschot op de verscholen misdadigers, ook ditmaal zonder nadeelige gevolgen. De schoten brachten de ge heele buurt in beweging. Uit eenige woningen zag men met lantaarns voorziene en gewapende personen voor den dag komen. Deze had een revolver, een tweede een geweer, een derde een degenstok, weder een ander een casse tête in de hand. Vader en zoon deelden hun mede dat zij door een roover aangevallen waren. Twee gendarmes schoten mede toe. Toen de heer C. dit bespeurde, durfde hij uit zijn schuil hoek treden en, steeds zijn naam uitroepende, toonde hij zijn verwonde hand en beweerde nu op zijn beurt aangevallen te zijn. Van lieverlede kwam men nu tot de overtui ging, dat de aanranders in de verbeelding had den bestaan en pruttelend begaf ieder zich weder naar zijne woning. De heer Philippart, de bekende financier, is door de rechtbank te Parijs vrijgesproken. Het door de Pransche Kamer goedgekeurde amnestie-ontwerp der Regeering is nog Zaterdag 11. in den Senaat ter tafel gelegd en zal aldaar, op voorstel van den minister Le Royer, als eene spoedvercischende zaak worden behandeld. De aanneming en spoedige afkondiging der .wet worden als zeker beschouwd. Ter beurze heeft het niet weinig indruk gemaaktdat de commissie voor de begrooting dit jaar uitsluitend werd samengesteld uit voor standers eener conversie. Bij deaan de be noeming voorafgegane, discussie in de afdeelingen is gebleken, dat de maatregel algemeen gewenscht wordt, maar dat men bereid is de keuze van het geschikte qogenblik -over te laten aan de Regeering. Het „Journal Officiel" meldt, dat generaal Chanzy generaal Lefló vervangt als gezant te St. Petersburg. Admiraal Pothuau wordt in plaats van d'Harcourtgezant te Londenen Teisserenc de Bort gaat naar Weenen ter ver vanging van den Markies de Vogué. Men verwacht in de Kamer eene interpellatie over de Parijsche politie. Gelijk men weet werd, na de onthullingen der „Lanterne", eene com missie van onderzoek benoemd, die echter spoedig uiteenspatteomdat weldra bleek dat toch niet zou worden doorgetast. En wat gebeurt nu Een aantal agenten zijn afgezet, maar alleen zij, die aan de commissie van ondérzoek onthul lingen hebben gedaan of verdacht worden de „Lanterne" te hebben ingelicht. Dit blad heeft nu eene inschrijving voor de ontslagen agenten geopend. De vraag of het ministerie van 16 Mei in staat van beschuldiging moet worden, gesteld houdt nog steeds de gemoederen bezig. Zelfs gematigde leden der commissie van onderzoek verklaren, dat het rapport zulke schandalen aan het licht brengtdat het onmogelijk wezen zal de zaak daarbij te laten. Het ministerie zou willen voorstellen de zaak met eene gemotiveerde orde van den dag, waarin de ministers van 16 Mei zulleu gelaakt worden af te doen. Er is sprake vandat een veertigtal Bo- napartistisclie Afgevaardigdenmet Haussmann aan het hoofdtot de republikeinsche partij

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1879 | | pagina 1