Nummer 177. Donderdag 18 September 1879. 2e. Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. BUITENLAND. Frankrijk. FEUILLETON. ETÏIELÏAXA. vn. Engeland. De Echo van het Zuiden, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00, franco per post door het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk. Advertentiën 17 regels 0,60, daarboven 8 cent perr egel groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, driemaal ter plaatsing opgegeven, worden tweemaal in rekening gebracht Reclames beneden de rubriek Binnenland 15 cent per regel. Voor de derde maal hebben Zondag de kie zers yan Bordeaux moeten stemmen over een vertegenwoordiger in de Kamer. De eerste maal werdnaar men zich herinneren zalde radi caal Blanqui gekozen wiens henoeming echter, als onwettig, werd vernietigden de tweede maal verwierf noch Blanqui nog zijn meer ge matigde Kepublikeinsche tegen-eandidaat Achard de volsterkte meerderheid zoodat eene herstem ming noodig werd. Deze nu is Zondag gehouden en het resul taat is geweest, dat Blanqui in de minderheid is gebleven en zijn tegvn-candidaat gekozen is. Dank zij der aaneensluiting van de verschillende elementen der meer gematigde partijen ook aan hunne meer trouwe opkomst van de 24,140 kiezers waren ditmaal 9350 opgekomen, tegeu 7373 bij de vorige gelegenheid heeft Achard 4698 stemmen verkregen en Blanqui slechts 4440 zoodat de quaestie thans uit de wereld is. Dienzelfden dag hebben nog Kamer-verkiezin gen plaats gehad te Guinsamp en te Valence. In eerstgenoemde plaats behaalde een Bonapartist, de Heer Ollivier (niet Emile), de overwinning eu te Valence is de verkiezing van den Repu- blikein Bizarelie zoo goed als zeker. Van de teruggekeerde gedeporteerden be leeft de Regeering nog niet louter vreugde. Thans is er weer een wegens diefstal in hech tenis genomen. De laatste Algemeene Raad, die nog zitting hield die van Corsica heeft Vrijdag met ovèr- groote meerderheid van stemmen een besluit genomenstrekkende tot afkeuring van het bestaande zevende artikel van Ferry's onder wijswet. De meerderheid der oppositie is duS. weer iets sterker geworden. Desniettemin heeft de Regeering vaster dan ooit besloten het ar tikel in den Senaat met klem të verdedigen en, naar het Journal des Débats heeft uitgerekend, is het nog volstrekt niet zekergelijk wel eens, beweerd is dat daar de voorstanders van den maatregel minder sterk zijn dan de tegenstan ders. De geamnestieerden door de Seutre naar Frankrijk gebrachtzijn Zaterdag te Parijs aan gekomen niet in den vroegen ochtenstond, gelijk het geral was met de geamnestieerdendij de Var en de Picardie naar Frankrijk had terugge- Door de zaal gaande bleven zij voor de meesterstukken der verschillende inzenders staan, en Ethellina's juist gekozen woorden stelden ze zichtbaar aan het zielsoog harer moeder voor. Hoe kort en weinig de beschrijvingen van Ethel lina ook waren, zoo bevatte toch elk harer voor stellingen eene nieuwe schildering in woorden, die de toonkunstenaar nog nimmer gehoord liad -weerklank von^ h*rt van het ware genie. Ethellina bleef een weinig achteraan, toen zij een groep naderden, die zich om eene schilderij aan het boveneinde, der zaal vereenigd had Otto twijfelde niet of het was de parel der tentoon stelling en terwijl hij overlegde boe hij, zonder der blinde moeite te veroorzaken zich in den kring zou mengen, ging de menigte uiteen toen zij naderden. Otto was verbaasd en verlegen toen 'hij zacht hoorde fluisteren, „Fraulein Guil- droy". Vervolgens onderstellende dat deze naam betrekking had op de schilderij tot welke hij genaderd wasgeleidde hij met neergeslagen oogen de blinde naar eene zitplaats. „Ethellina, Ethellina, ik moet deze schilderijen nog eens zien", zeide de dame. „Lieve moeder, dat is nu niet noodig, gij kunt ze immers eiken dag~zien", fluisterde Ethellina. „Ja, maarzij zouden kunnen verkocht worden." voerd maar te zes ure'snamiddags. Vandaar dat eene onafzienbare menigte aan het spoor wegstation was bijeengekomen om hen op te wachten. Het aantal personen wordt op 15,000 a 20.000 geschat. Louis Blanc voorzitter van het comité van bijstand was reeds lang vóór den tijd aan het stationvergezeld van een groot aantal gemachtigden uit dt' arrondissemen ten van Parijs. Hij sprak dé teruggekeerden eenige woorden toe en reikte weer aan ieder als voorlopigen onderstandtien franken uit. Ik kom u begroeten zeide hij onder anderen en kan niet nalaten den wensch uit te spreken, dat de amnestiedie u aan het vaderland te- ruggeëftuitgestrekt worde tof allen. Erënals bij de aankomst van de vorige bezen ding waren op den Boulevard de l'Hopital tafels (planken op schragen) geplaatst, voorzien van spijzenom den honger der geamnestieerden dadelijk te stillen. De kreten die men hoorde Waren Leve de Republiek Leve Frankrijk Leve de amnestie Ondanks de saamgepakte menigte had er niet de minste wanordelijkheid plaats. Thans zijn het de Vire en de Calvados die met geamnestieerden uit Nieuw-Caledonie in Frankrijk verwacht worden. Voor eenige dagen is te Parijs een byou- terie koopman door een agent van politie ver moord en daarna in stukken gesneden. De gruwelijke bijzonderheden van dezen moord zul len wij aan onze lezers besparenmaar kunnen toch niet nalaten melding te maken van den lofwaardigen ijverwaarmede de justitie er in geslaagd is door haar onvermoeide pogingen de zes en zeventig stukken, waarin de booswicht het lijk van zijn slachtoffer had verdeeld en welke door hem in alle hoeken van de stad verspreid waren bijeen te brengen. Ze zijn in de Morgue met zooveel zorg samengevoegd dat de identi teit kon worden geconstateerd. De moordenaar heeft den moed gehad het hoofd van den ver moorde in zijn geheel, in zijn kamer te bewaren; ook dit is teruggevonden. Te La Seyne is een prachtig schip het gepantserd vaartuig l'Atniral Duperrédat 20 millioeu zal kosten, met groote plechtigheid te water gelaten. A.an het bij deze gelegenheid gegeven banket werd zij gevierd als een natio naal feest. Sedert eenige tijd bestaat er te Parijs een bende boosdoeners die de huizen binnensluipen en alleen wonende vrouwen overvallendeze knevelen en dan zooveel zij kunnen rooven; doch Ethellina begon hare beschrijving nog niet, zij zweeg verlegen en Otto vreesde dat zij vermoeid was. Zijne oogen ontmoetten die der schoone, verlegen maagd, haar gelaat drukte de grootste verwarring uit; vervolgens sloeg hij zijn oog op het algemeen bewonderde schilderstuk en wihle de taak der liefhebbende dochter overnemen. „Ik zie", zeide hijzich voorover naar Frau Guildroy bukkende, zacht aan het oor der oude dame, „ik zie daar voor mij een aantal gezichten, die met een woesten, duivelachtigen blik op een jeugdig meisje staren, in een wit gewaad gekleed en aan een paal vastgebonden. Het stelt het marktplein van Roaan voor, en het jeugdige meisje is Jeanne d'Arc. Aan de linkerzijde staan da Engelsche edelen met de dartele onverschilligheid van dien tijd, zoojuist gepast bij zulketooneelen; zij hebben gebruik gemaakt van 't domme bijge loof der menigte, teneinde zich te kunnen ver lustigen in den dood eener tooverheks en hij die daar op den voorgrond staat hij met dat dikkegroote hoofd hijde eenige van de groep, op wiens gevoel het afgrijselijke van dit treurspel eenig invloed uitoefent, is de hertog Von Bedford. Zooals hij daar staatschijnt hij een man op wiens onberispelijk leven dit afzichtelijk tooneelde eenige vlek isde twijfel aan de rechtvaardigheid der straf, de strijd tusschen het gezond verstand en het bijgeloof zijner eeuw, staan op zijn gelaat te lezen. De kunstenaar heeft echter met een uitstekend genie één me delijdend gelaat onder dat luidruchtig en woest gemeen voorgesteld. Het is een barrevoeter monnik tot nu toe spaarden zij het leven van hun slacht offers. Het schijntdat zij thans niet meer voor een moord terug dienzenwant onder den Pont Royal is in de Seine het lijk gevonden van een twintig jarig meisje me.t een bal in den mond wier armen en beenen door touwen aan het lichaam waren vastgebonden. Deze vondst heeft op nieuw een diepen indruk op de Parijsche bevolking gemaaktdie dage lijks door nieuwe moorden wordt opgesehrikt. Met zekerheid weet men thans te Londen dat de Afghaanscbe Emir, Jakub Khan, noch gedood, noch gezelfmoord is. Hij richtte een schrijven tot den Onderkoning, waarin hij hem de verzekering geeft van zijn vriendschappelijke gevoelens en zijn oprechten wensch om de Britsche Regeering te helpen. Om deze gevoelens iets nader te toetsen is aan generaal Roberts opgedragen van den Emir als bewijs zijner op rechtheid te verlangen het zenden van een vertrouwelijk gezantschapdat volmacht beeft over den staat van zaken met de Engelschen te raadplegen. Intusschen heeft de Onderkoning ingezien dat van een versnelden marsch op Kabul met weinig manschappen een zoogenaamd dash in het tegenwoordig jaargetijde niet komen kan. Blijkbaar is de opstand krachtiger dan men verwacht had. //Daily Telegraph" wil weten dat de Afghaansche troepen blijkbaar de opstandelingen naar Jellalabad oprukken en generaal Roberts heeft dan ook vier regimenten versterking aangevraagd. Het gros van het Britsche leger zal echter den marsch eerst over een. dag of 25 kunnen aanvangen en vroegstens 20 October te Kabul kunnen zijn. De Ghilzais, eeu machtige, maar in vele onderdeelen gesplitste stamhebben aan de Engelschen hunne ondersteuning toegezegd. Daar entegen moeten de stammen in den omtrek van Herat uiterst slecht op de Engelschen te spreken zijn. De Kojack-stammen echter zijn weder goedgezind. De Khan van Khelatdien men eerst beschuldigd heeft het oproer te hebben aangestooktheeft zich geheel ter beschikking der Engelsche Regeering gesteld. De stammen van Ali-Keyl zijn mede voor de Engelschen gewonnen en generaal .Roberts hooptdat hij met de hoofden der overige eene schikking zaL kunnen treffen, waarbij hem de wegen worden vrijgelaten. wiens donker hoofd en opgeheven handen op eens de aandacht doen vestigen op zijn gelaat, waarop goddelijk mededoogen met meesterhand staat uitgedrukt. „Reeds veel heb ik trachten weer te geven, van hetgeen op het doek staat uitgedrukt", ver volgde Pascatimet bevende stem „maar hoe kunnen woorden den rijkdom Uitdrukkendien de hoofdpersoon van het geheel aanbiedt In elke andere bijzonderheid heeft de meesterhand eene mannelijke stoutheid van opvatting en uit voering ten toon gespreid, maar in het malen der martelares van het tafereel, heeft Fraulein Guil droy hare sekse verraden. De hand van den man is niet in staat zulke uitstekende vrouwelijke om trekken met zijn penseel daar te stellen, en daarbij tevens dien onbedwingbaren heldenmoed uit te drukken. Vraatzuchtige vlammen flikkeren op en rondom den brandstapel, doch hebben de ont- bloote voeten op het donkere hout, zichtbaar door de golvingen van een wit kleed, nog niet bereikt. Het gelaat is hemelwaarts gericht, de gezichtslijn strekt zich over het symbolisch kruis uit en dringt door de wolken boven haarja, voorzeker ver gunde de God der barmhartigheid der gemartelde maagd, in dat uur van doodsangst, een blik in die hemclsche gewesten, welker poorten geopend zijn om haar reinen geest te ontvangen. Het overige", zeide Otto Pascati, zijne oogen neder- slaande en zacht fluisterend, „is goddelijk". Ethellina had gedurende deze beschrijving met den rug naar den spreker gestaan. Eene rilling voer door haar gansche lichaam toen hij eindigde, Van eene spoedige bestraffing is dus geen sprake meer. Er begint eene geheel nieuwe Afghaansche expeditie. „Daily News" trekt zijn bericht in, volgens hetwelk het Engelsche gezantschap in Birma zijn post zou hebben verlaten. Sir Garnet Wolseleyde bevelhebber der Britsche expeditie im Zuid-Afrika, heeft bericht gezonden, dat hij opnieuw eene bijeenkomst heeft gehad met de hoofden der noordelijke stammen. Daarin gaf hij hun als zijn voornemen te ken nen Zoeloeland te doen besturen door onafhan kelijke hoofden. Alleen het feit, zeide hij dat Cetawayo nog altijd niet gevangen was, verhin derde hem nog vrede te sluiten. Men zit anders den Kaffervorst dicht genoeg op de hielen. Wijselijk echter heeft Cetawayo zijn troepje in verschillende onderdeelen gesplitst, die elk esne andere richting hebben genomen zoodat het voor zijne vervolgers zeer moeielijk is het rechte spoor te vinden. Daarenboven zijn de inboorlingen den Vorst gunstig gezind en voorzien hem van voedsel. Hij heeft nog slechts 20 mannen en 40 vrouwen bij zich. De afdeeling Engelschendie hem nazet is 50 man sterk. In Basuto-land heeft Moirosi zich meester gemaakt van twee transport-wagens der Engel schen met ossen en drijvers. Naar de „Times" verneemtzal van den EmirJakub-Khan gevergd worden dat hij de Britsche armee bij haren marsch behulpzaam zijen dat hij de maatregelen tot bestraffing van het vermoorden der Britsche ambassade erkenne als rechtvaardig en doeltreffend. Aan de „Daily Telegraph" wordt uit Simla gemelddat welingelichte personen niet meer twijfelen aan des Emir's medeplichtigheid aan het vermoorden der ambassade. Uit Kabul zijn bevelen gegeven om alle direct verkeer met de Engelschen te staken. Eene sterke macht van vijandelijke Mohmuds heeft Dakka bezet. De weg naar Kabul is door een talrijk Afghaansch leger afgezet. Te Woolwich werden dezer dagen proeven genomen met een voor het gepantserd schip de „Inflexible" bestemd-, 80 ton wegend kanon. Er werd geschoten met een kruitlading van 445 pond en met kogels tot een zwaarte van 1760 pond. De bereikte snelheid bedroeg 1657 voeten in de seconde. Met dit reuzengeschutdat alles overtreft wat tot dusverzelfs door Krupp vervaardigd werdworden pantserhuiden van 32 duim dikte doorboord. en Fraulein Guildroy bedekte hare oogen met beide handen, Ethellina had nooit haar eigen kunstwerk too krachtig aan harp moeder voor gesteld, als deze vreemdeling het gedaan had. Ursula Fremuatzwijgend en oplettendliet haar oog over de verschillende personen van de groepdie daar voor haar stond gaan doch zonder een blijk van goedkeuring op haar gelaat. „Heb ik mijn taak naar genoegen volbracht vraagde de toonkunstenaar. „Ja, o ja", was het antwoord, en een kramp achtige snik, aan de borst der moeder ontglipt, getuigde van de kracht zijner beschrijving. „Het volgende stukNo 189", zeide hij in dsn catalogus ziende, „is insgelijks van Fraulein Guildroy, en is getiteld „Een binnenvertrek". Ik zie Maar hier zweeg Otto Pascati eensklaps stil verstomd door hetgeen het doek aan zijn oog openbaarde. De hand, waarmede Ethellina op haar moeders stoel lenndebeéfdeen een donkere blos verspreidde zich over haar gelaat, om on middellijk in een lijkkleur over te gaan. Allen begrepen die plotselinge stilte, en wisten wat die schilderij aan Otto Pascati voorstelde. Wórdt vervolgd

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1879 | | pagina 1