Nummer 12. Zondag 8 Februari 1880. 3e. Jaargang. rn Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. FEUILLETON. Grootmoedigheid en Zegepraal, Bekendmakingen. BUITENLAND. Relgie. Frankrijk. l) Uitgever: ANTOOXf TIELEN te Waalwijk. SPAAR- en VOORSCHOT BANK voor Waalwijk en Omstreken. De Echo van het Zuiden, j - rjssxrmM i-r ti i-wiisyr.mrcft Dit^blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00, franco per post door het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels J 0,G0, daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, driemaal ter plaatsing opgegeven, worden tweemaal in rekening gebracht Reclames beneden de rubriek Binnenland 15 cent per regel. Houders van Spaar- en Voorschot-Hoekjes worden herinnerd aan art. 3 van het Regle ment tot bijschrijving eu ontvangst van intrest ten kantore van de Heercu W. TIMMERMANS en Zonen alhier. Waalwijk, 26 Januari 1880. De Directeur-Voorzitter VAN DER KLOKKEN. NATIONALE MILITIE Burgemeester en Wethouders der gemeente Waal- èëiet hebbende op de artt. 26 en 99 der wet van 19 Augustus 1861(Staatsblad No 72) en op het besluit van den Heer Commissaris des Konings in de Provincie Noordbrabant, van den 8Januari 1880, A no 6; 6e Afdeeling. Brengen ter kennis der belanghebbenden dat de LOTING voor de ligting der Nationale Militie van deze jare zal plaats hebben te Waalwijk den 18 Februari aanstaande des voormiddags ten 11 urezullende de trekking voor die militie-pligti- genwelke niet opgekomen of wiens vader moeder of voogd mede niet tegenwoordig zijn door den Burgemeester of hot. Lid van den Raad dat bij de loting tegenwoordig is, geschieden. En zal deze worden afgekondigd en aangeplakt waar zulks gebruikelijk is. Waalwijk den 6 Februari 1880 Burgemeester en Wethouders voorn. P. VAN ES. Lb. De Secretaris. F W. VAN LIEMPT. Dë Burgemeester van Waalwijk brengt ter alge- meene kennis, dat overeenkomstig art. 15 der wet op de grondbelasting van 26 Mei 1870 (Staats blad no 82, ter secretarie dezer gemeentegedu rende dertig "dagen ter inzage liggen, opgaven van de uitkomsten bedoeld in art. 1523 en 43 der genoemde wet. Waalwijk 7 Februari 1880 P. VAN ES. Lb. XIII. Rutli was er zeer over teleurgesteld dat de inhoud van het testament nog altijd een geheim bleef en zelfs zoo wrevelig over Judith's over dreven gevoel van eer waardoor zij nog van elke inlichting verstoken bleef, dat zij deze nauwlijks eene opengevallen betrekking wilde noemendie haar toevallig ter oore gekomen was. Een enkel woord dat zij zich liet ont vallen wekte Judith's aandacht en het was door aanhouden en zelfs door een weinig vleierij dat de oude min haar de gewenschte inlichting gaf. Het was zooiets van kamenierofschoon tevens gezelschapsjuffer bij eene oude ziekelijke weduwe en Judith zag ernstig en viel in ge dachten voor zij het waagde een antwoord te geven. „Ik meende al aanstonds een weigerend ant woord voor u gegeven te hebben maar naden kende over uw verlaten toestand durfde ik niet weigeren voordat ik er il. over gesproken had." „En daaraan hebt gij wel gedaan", antwoordde Judith bedaard „en het is zeer waarschijnlijk dat ik ze zal aannemen." „Neen als ik dat geweten had zou ik het u niet gezegd hebben", zeide de min. „Ik wil er iets meer van weten voor gij een bepaald besluit rcemt." Dat „iets meer" werd spoedig vernomen. Mejuffrouw Bateby de huishoudsterwas de bron waaruit het êerste bericht gekomen was en van haar vernam men verder den naam der dame van haar 9lager en bakkeralles door De Burgemeester der gemeente Waalwijk; gelet op art. 7 der wet van 4 Juli 1850 (Staatsblad no 37) noodigt de ingezetenen dezer gemeente uit, om zoo zij elders in 'sRijks directe belaslingen zijn aangeslagen daarvan voor of op 15 Februari a. s. te doen blijken door overlegging van het aanslag biljet of een uittreksel uit de kohieren der direc te belastingen. Waalwijk 6 Februari 1880 Be Burgemeester voorn. P. VAN ES Lb. Te Molenbeek St. Jan zijn vief personen, die onmenschelijk genoeg warén geweeet hondenge vechten te organiseerenieder tot twee dagen gevangenisstraf en oen boete van 20 fr. veroor deeld. Aan een van hen werd daarenboven nog een boete 10 fr. opgelegd omdat de gevechten op zijn grond plaats hadden. Een zëer eigenaardig individu werd dezer dagen te Luik „per gevangeniswagen naar den kerker gevoerd, 't Was namelijk de koetsier van den welbekenden sombren wagen. De on miskenbare waardigheid van zijn ambt had niet belet, dat hij op een goeden dag zich bedronk en als een gewoon mensch stal. Dr. Broca is met 140 stemmen tegen 132 gekozen tot senator voor het leven. De technische sub-commissie voor den Saluira-spoonveg is onlangs in de gebouwen van het ministerie van Openbare Werken te Parijs onder voorzitterschap van den Heer Duclerc bijeengekomen. Naar men weet, zullen twee corpsen in dé Algerijnsche Sahara op verkenning uitgezonden worden. De eerste expeditie zoo men wil, staat onder de directie van den Ilcer Choisy ingenieur van wegen en bruggen als hoofdingenieur, wien.de civiel ingenieur Barrois en de mijn-ingenieur Bolland zijn toegevoegd. Deze expeditie begeeft zich van Biskra naar Ouargla van Ouargla naar El-Colch en van daar naar Laghouat. Tevens zal nog een onderzoek middel van mejufvrouw Renwicks kamenier die met hare meesteres op Mortchamby Hall was mede gekomen. Of de inlichting voldoende was of niet het gesprek met de huishoudster had tengevolge dat Judith een brief schreef aan mevrouw St. Clare, de bewuste oudeziekelijke dameaangaande de betrekking on per omgaande post ontving zij eene uitnoodiging om in persoon te komen, ten einde met elkander kennis te maken. Mevrouw St. Clare bewoonde een net buiten verblijf op de grenzen van Tunbridge Wells. Zij was iemand van een zeer aanzienlijk vermo gen en had ook een huis in de slad. Dit laatste had zij echter sedert lang niet bewoonddaar Londen een nadeeligen invloed op baar gezond heid had uitgeoefend en haar nicht mejuffrouw Renwickdie haar naaste bloedverwant was zag tot haar genoegen het rijk gemeubileerde huis ter beschikking van haar en hare stief moeder gesteld. De weduwe zelve leefdp stil en op een eenvoudigen voet. Zij had slechts een mannelijk bediende die de plaats vervulde van keldermeesterrijknecht en koetsier '-n drie vrouwelijke behalve hare kamenier. Het was de plaats dezer laatste, die Judith zou vervangen door den dood dier oude getrouwe dienstbode opengevallen. Door een verblijf van vele jaren en eene trouwe oppassing der ziekelijke dame was de overledene meer eene vriendin dan eene bediende geweest en mevrouw St. Clare vreesde nooit weder iemand te vinden die haar zoo in al hare hulpeloosheid zou kunnen bijstaan, als degene, die zij thans zoo miste. Judith verloor geen tijd naar Calverly Park te gaan en toen zij aanbelde aan het huis, waar zij dacht als dienstbode te zullen binnentreden, kwam haar trots bij haar boven. Mevrouw St. Clara lag in een grooten zieken stoel voor het boogvensterwaar zij elke straal worden ingesteld naar de streek tusscheil Tin ret en El-Maiab. De tweede expediti? staat onder leiding van den hoofdingenieur Payaumeu ien ook weer een civiel ingenieur en een mijn-inge nieur zijn toegevoegd. Deze omvat het onderzoek van een lijn, welke van Razeltfia naar de bronnen van de Malheria zal moeten Ioopen. In l:et algemeen gelooft, men dat de meeste kans,van slagen zal hebben de spoorweg, die van Algiers uitgaandedoor Ben-Saade naar Oüargla loopt. De rerdedigingwevken van Parijs zijn tot een goed einde gebracht. De hoofdofficier, die er mede belast was is bij ministeriële beschik king van titél veranderd van eersten directeur van de verdedigingswerken van Parijs is hij tot bevelhebber van de militaire genie van Parijs benoemd d. i. over alle vestingwerken die het geretranchtlerd kamp rondom-Parijs uitmaken. Ieder brengt niet alleen lof aan het Departe ment van Oorlog voor de buitengewone activiteit in de laatste zes of zeven jaren getoond maar ook voor zijn werken die met een goeden uitslag bekroond zijn. De comité's van dc infanterie en de cavallerie tot de oprichting waarvan voor twee maapden besloten is zullen georganiseerd worden zoodra de commissie van de legerbevelhebbers haar werkzaamheden geëindigd zal hebben. Onder deze quaestiën wordt met name gewezen op de vermindering van de kaders der cavallerie, waar van het aantal escadrons integendeel vermeerderd zou worden. Een zeldzaam geval in de lijfstraffelijke rechtspleging doet zich te Parijs voor. Abadie en Oille twee jeugdige boosdoeners die onlangs wegens moord ter dood veroordeeld werden maar gratie bekwamen zullen op nieuw wegens moord, die tijdens de procedure niet geconsta teerd was geworden voor het Hof van Assisen teregt staan. Het kan nu wel eens gebeuren dat zij op nieuw ter dood veroordeeld worden een geval dat zeker niet dikwerf, bij het Hof is voorgege- komen. Iu een menagerie te Lyon had een knecht, der schitterende morgenzon kon opvangen. Judith had zich eene oude vrouw met een ontevreden gelaat voorspeld misschien met valsch haar en een ouderwetsclie muts'op. Een aantal doeken, mantels en kussens moesten daarbij natuurlijk de schilderij volmaken' en misschien een tafeltje naast haaroverdekt met poeders en drankjes en likpotten. Hare verrassing was derhalve even aangenaam als groot, toen eene schoons vrouw van nauwelijks veeytig jaar - en wier'weelderige blonde haren en zachte uit drukking van gelaat dien leeftijd met nog wel vijf jaar verminderde haar met een vriende lijken innemendeu glimlach eene kleine blanke hand toestak om haar te verwelkomen. Behalve den ziekenstoel had bet vertrek niet het minst van eene ziekenkamer. De rijke indische shawl, die de voeten der dame bedekte en de rijk bewerkte kussens waarop zij met liet hoofd rusttewaren niet anders dan men in eene receptiekamer zoeken zoude tot het gemak der eig< nares op een kouden winterdag. Boeken handwerkjesvogels en zeldzame planten ge tuigden, van werkzaamheid en smaakterwijl het schoone ameublement, van het vertrek en het helder brandende vuur in den glad gepo- lijsten haard het even boeiend als aanlokkelijk tooneel voltooiden. „Zoo ik mag zal ik hier blijven", was het plotselinge besluit dat in onze verlatene heldin opkwam en ook zij had een vriendelijken glim1 lach gereedtoen zij met zekeren schroom de haar aangeboden hand vatte. „Gij zult het mij niet kwalijk nemen als ik niet opstaniet waar zeide de dame op vriendelijken toon. „Ik lijd veel aan de rug- gegraat." „Ik hoop echter dat gij spoedig herstellen zult,"- herr.am Judith. „Ach neen daar vrees ik voor l" zeide de die er nog slechts korten tijd in dienst was een der négen leeuwen willen liefkozen maar wastoen hij 'het hok achter dë leeuwenkooi wilde binnentreden, door de leeuwen aangevallen, en lag machteloos en bloedend tusschen de tvoeste dieren die hun klauwen in zijn lichaam sloegen en elkander brullende den buit betwistten. De andere bedienden, die op zijn hulpgeroep waren toegeschoten wisten nietwat te doen om hun makker te redden toen opeens dc ei genares der menageriemet een rijzweep ge wapend in de leeuwenkooi ging de dieren 1iaar het daaraangrenzende hok terug dreef, en zoo, door haar moedig gedrag, den knecht van O O O7 een wissen dood redde. De man is wel zwaar gewond maar verkeert toch niet in levensge vaar. De Minister van oorlog heeft een groote wijziging gebracht in dc jaarlijksche herfstma- noenvres van het leger. Tot nu werden daartoe een zeker aantal le gercorpsen aangewend. De troepen der legercorpsen die geen deel aan de manoeuvres namen bleven in hun gar nizoenen en dus buiten deze voor het leger zoo leerzame oefeningen in het veld. De .Minister hyeft nu"evenwel bepaald, dat bijna alle troepen aan de manoeuvres van dc gecombineerde wapens zullen deelnemen hetzij per legercorps per divisie of p^r brigade. Op een vinnig kouden dag zag een der bedienden van een landeigenaar in een' Fransch plaatsje een wild zwijn dat bijna stierf van koude en honger cn letterlijk stond te waggelen op zijn pooten. Hij ging terstond in huis haalde een g-weer, schoot en miste maar dacht dat, hij geraakt had want op hetzelfde oogen- blik stortte het zwijn geheel door de koude overmand roerloos neder. Recht -in zijn schik met zijn buit, nam dc knecht het fdier op de schouders en droeg het naar de keuken waar allen hem prezen om zijn heldhaftigheiddo.ch zich wel eenigszins verwonderden dat men niet kon zien waar het sehot geraakt had. Maar het wilde zwijn kwam in het goed ver warmde vertrek weder tot zich zeiven sprong plotseling opgooide schalen en borden omver, dame. „Ik lijd er reeds tien jaren aan. Maar laat ons liever van u zeiven spreken. Naar ik verneem zijt gij gouvernante geweest Zondt gij denken het voortdurend gezelschap eener lastige zieke te kunnen verkiezen boven dartele en vroolijke kinderen O mejuffrouw Graystone gij weet niet welk een onaangenaam leven dat is." „Onaangenaam voor u misschien mevrouw maar zeker niet voor lien, die u omgeven", zeide Judith. „Gij verstaat de kunst van vleien", zeide de kranke met een glimlach „maar wanneer gij eenige maanden bij mij geweest zult zijn zal uwe positie u onaangenaam beginnen te voorko men. Alleen de innige gehechtheid aan mijn persoon was in staat mijne goedhartige vriendia die vervelende afzondering zoo vele jaren gedul dig te doen dragen. Want inderdaad het is niet veel beter dan eene gevangenismejuffrouw Graystone en ik ben zoo lastig. Misschien heeft de goede Betty mij door hare toegevendheid bedorven. Ik vrees dat ik zeer veel zal moeten veranderen om een ander het leven bij mij dragelijk le maken. Maar gij moet weten dat de oude Betty kamenier was bij mijne mania en nadat, deze gestorven was de mijne werd zoodat zij getuige is geweest van al mijn lijden en rampen en die zijn niet weinigen geweest." De schoone jonge weduwe liet haar hoofd zinken en de tranen vloeiden van hare lange bruine wimpers. Judith Graystone, had een gevoelig medelij dend karakterdoch bare afhankelijke positie gedoogde niet aan haar gevoel toe te geven zij versmoorde daarom de ingeving van haar hart om niet op den ziekenstoel tc vallen en beloften te uiten van zusterlijk te zullen zorgen voor de innemende ziekedoch zij bleef eene stomme getuige van de oprechte bewijzen van smart. Wordt Vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1880 | | pagina 1