Duitsehland.
Zwitserland.
Oostenrijk.
Turkije.
Rusland.
Amerika.
BINNENLAND.
voor de Engelschen het geheele doel van den
oorlog totaal zijn gemist.
The Cork Constitution maakt gewag van
de ontdekking van een complot van Fenians
ten doel hebbende het in de lucht doen springen
van de kruidmolens te Ballineollig. Een deel
van het personeel der molens moet in het com
plot betrokken zijn geweest. Er zijn onmiddellijk
maatregelen genomen om elke verrassing te
voorkomen. De molens en de naburige cavalle-
rie kazernes worden streng bewaakt.
Een schrijven van den Bisschop van Natal
bevesticht het berichtdat de Engelsche troepen
voor hun vertrek uit Zululand het gebeente van
hun ouden bondgenootden Zulukoning Panda,
hebben opgegravenom ze in Engeland in een
of ander museum ten toon te stellen.
Deze gravenschennis heeft bij velen een recht
matige verontwaarcigiug opgewekt.
De Maria-kerk te Whitechapel Londen
die eerst drie jaren geleden gebouwd werd en
niet minder dan 70,000 p. st. heeft gekost, is
gister-namiddag bijna geheel een prooi der vlam
men geworden. Slechts de muren en de klokken
toren zijn blijven staan.
De correspondent van the Standard te
Thayetmo seintdat volgens berichten uit Man-
dalay een moordaanslag is gepleegd op Koning
Thee Bau. Een Pongkee drong het paleis binnen
en wist ongemerkt te naderen tot voor den
ingang van 's Konings vertrekken. Daar werd
hij echter tegengehouden en ondervraagd. Er
volgde een worstelingwaarbij een dolk uit zijn
kleedereu viel, De Pongkee en een zijner me
deplichtigen zijn reeds ter dood gebracht.
't Wordt werkelijk moeielijk zich voor te
stellen welk een huizen-zee Londen reeds is, en
nog meer over eenige jaren denkelijk zijn zal.
In 1872 werden er 20000 nieuwe huizen ge
bouwd en kwamen er minstens 110,000 in woo
ners bij. In dat jaar schijnt de vermeerdering
sterker te zullen zijn. Tooting ten Z. van Lon
den wordt geheel bebouwd. Finchley vooi 7
jaar nog een der liefste groene plekjes ten Noor
den van Londenwordt nu met 600 huizen
bezet. Moge men te Londen wijzer zijn dan in
sommige hoofdsteden die alles vol bouwen met
smakelooze huizen in boomlooze straten waar
voor overbevolkte wijken zelfs geen groen plekje
overblijft.
Een der Berlijnsche bladen verhaalt het vol
gende De weduwe Z., in de Weenerstraat te
Berlijn zonder middel van bestaan met drie
kinderen gebrek lijdende had reeds zooveel naar
de bank van leening gebrachtdal er eindelijk
niets van eenige waarde meer was overgebleven
dan een ouderwetsch uurwerkhetwelk zij tot
DOg toe had behouden omdat hare moeder, die
zij een paar jaren geleden plotseling door den
dood had verloren altoos bijzonder er aan ge
hecht was geweest. Thans was echter de nood
zoo hoog geklommen dat ook dit erfstuk moest
worden beleend. De lombardhouder weigerde
evenwel het in pand te nemen omdat het werk
niet slechts reeds lang had stilgestaan maar
hem ook zoo raar en versleten toescheen dat
het toch niet gerepareerd zou kunnen worden.
De weduwe nam het dus weder medemaar
liep onderweg bij een horlogemaker aan om te
vragen of het werk nog op gang zou kunnen
worden gebracht. De horlogemaker maakte nu
de buitenkast los bemerkte daarin een schuifje
en had dit nauwelijks opengetrokken of er rolden
een aantal stukken goudgeld (nieuwe van twintig
mark) uit. Het oude uurwerk was dus moeders
geheime spaarpot geweest. Het spreekt van zelf,
dat het nu niet naar de bank van leening ver
huisde.
In da vorige week ondernamen twee toeristen
in gezelschap van twee gidsen en een bediende,
de beklimming van den Mont Blanc langs een
dat ik in het water zevallen was een tijd lang
had gezwommen en daarna bezwijmd was. Op
eens richtte ik mij op mijne ellebogen op en
staarde den Indiaan aan."
„Hebt gij mij hier gebracht vroeg ik hem.
Hij knikte.
„Maar waar ben ik
„Wigwam", knorde hij.
„Dat zie ik; maar waar? Hoe ver van On
tonagon
„Verwitte vrouw. Honderd mijlen. Gij gaat
daar niet meer heen 1" liet hij er driftig op
folgen.
Ik bad hem met tranen in de oogen zijn
reddingswerk te voltooien en mij aan mijn echt
genoot terug te brengen. Hij antwoordde niet
maar rookte bedaard zijne pijp. Ik vroeg hem
op welke wijze hij mij gered had.
„Rood-Pijl heeft een scherp gezicht, mevrouw,
hernam hij„hij kan in de duisternis zien.
Witte vrouw zwom Kood-Pijl zag het, nam haar
in zijne kano en bracht haar hier."
Overigens sprak hij weinig. Weldra kwam ik
tot de zekerheid dat hij voornemens was mij
no* verder weg te voeren. Hij zeide eene vrouw
noodig te hebben en het groote water had ze
hem gegeven. Ik behoorde hem toe. Op alle
mijne voorstellen beden beloftebeval hij mij
te gaan slapen. En werkelijk viel ik in slaap
en was doodmoede en gevoelde mij hoogst on
gelukkig.
Tegen den morgen wekte de indiaan mij, mij
ruw bij den schouder schuddende. Hij had een
weinig bezochten weg, die op een zekere hoogte
geheel met ijs bedekt is waardoor het klimmen
zeer moeielijk gaat.
Toen zij reeds een aanmerkelijke hoogte be
reikt haddenviel een der toeristen en sleepte
met het touw waarmee hij en de anderen aan
elkander verbonden waren zijne vier reisgezel
len mede in zijn val.
Zoo gleden de vijf mannen met duizelingwek
kende snelheid langs de 1000 meter hooge
helling, die op den gletscher van Taconnay
uitloopt. Maar door een gelukkige omstandig
heid werd hun leven gered.
Onder hun gewicht bezweek een sneeuwklomp
die een kloof [overdektezoodat zij in den 40
voet diepen afgrond stortten waar zij, op zachte
sneeuw terecht gekomenwel gekneusdmaar
geen vau allen gedood werden.
Weldra waren zij uit de kloof geklauterd,
maar nu was de toestand niet beterwant daar
de afgrond het onmogelijk maakte naar beneden
te gaanmoesten de mannen den ijsmuur weer
beklimmen waarvan zij afgevallen waren. Ein
delijk na drie kwartiers klimmen werd de weg
iets beter en konden de reizigers even stil houden
om hunne kneuzingen te onderzoeken die bij
de twee gidsen vrij ernstig waren.
Daarop zette men den tocht voorttot op
eene hoogte van 4,556 meter; maar hier was
de berg door zoo dichte wolken omgeven dat
de reizigers vreesden te verdwalen en langs den
gewonen weg den berg afdaalden naar Chamouny,
waar zij eindelijk, uitgeput van vermoeienis en
pijn, zonder verdere ongelukken aankwamen.
Dezer dagen is te Bern een man overleden
tengevolge van een [bloedzuigersbeet. Hij had
kiespijn cn liet zichop raad van een tand
meester bloedzuigers zetten aan het tandvleesch.
Eenige uren daarna gevoelde hij zich onge
steld zijn wang lippen en hals begonnen op
te zwellen weldra lag de man in ijlende koorts,
en ondanks de ingeroepen geneeskundige hulp
overleed hij den volgeuden dag.
Bij de lijkschouwing bleek dat hij gestorven
was aan een bloedvergiftiging, waarschijnlijk
door vergif dat de bloedzuiger had overgebracht.
Aan het „Berliuer Tageblatt" wordt uit
Bern bericht„Bij een gondelvaart op de Aar,
nabij Thunis de Duitsche Hoogleeraar Ad.
Held verdronken. In dezelfde gondel bevonden
zich mej. Voigt, uit Rotterdam de zoon van
prof. Dutzraann, uit Weenen, en mej. Schmidt,
dochter des eigenaars van het hotel Bellevue te
Thun. Eerstgenoemde jonge dame verdronk,
medede beide andere personen werden met
groote moeite gered. Men heeft de lijken der
verongelukten nog niet gevonden.
„De vrouw van prof. Held die aan den oever
der rivier wandelde, was ooggetuige van het
ongeluk.
Graaf Julius Andrassy de gewezen Oosten-
rijkschen minister heeft het grootste gedeelte
der beambten op zijne landgoederen ontslagen
omdat het uitgekomen isdat zij hem verschei
dene jaren lang voor een gezamenlijk bedrag van
f120.000 bestolen hebben. Daarenboven hebben
deze ontrouwe dienaren hem in een proces ge
wikkeld dat hem f150,000 gekost heeft.
De Albaneezen willen niet toegeven aan
Montenegro. Riza Pacha heeft den 24n Aug.
te Scutari de aangekondigde bijeenkomst met de
stamhoofden gehouden en het einde was niet
toegegeven. Zij waren niet van hun stuk af te
brengen. Toen wilde Riza hen gevangen nemen,
maar toen de bevolking dit hoorde liep ze te
hoop bevrijdde hen met geweld en bedreigde
Riza met den dood. De liga zond 600 gewa
pende mannen naar Dulcigno. De bewoners
willen de stad in brand steken wanneer men
haar dwingt haar over te geven.
Groote agitatie heerscht te Scutari en in den
omtrek.
Uit Ragusa wordt gameid dat een Rus-
visch gevangen dien hij met zijn mes opensneed
en vervolgens boven een snel aangelegd vuur
braadde. Ik moest dien visch eten. Ik kon niet
eten van walging en verdriet en wierp hem weg.
Rood-Pijl gebood mij hem te volgen. Hij
bracht mij naar den waterkant en haalde eene
kano uit een boschje te voorschijn. Ik moest
er in treden. Wie is in staat te beschrijven
wat ik gevoeldetoen ik zagdat wij ons nog
op een punt van het meer bevonden van waar
ik onze stoomboot nog kon zien liggen. Toen
Rood-Pijl snel begon te roeien en de kano zich
van de stoomboot meer en meer verwijderde,
maakte de vertwijfeling zich van mij meesteren
ik wilde in het water springen. Snel als de
bliksem was de wilde mij ter zijde en drukte
mij onder dreigende blikken op mijne ellendige
zitplaats neder.
Ik beet mij op de tanden en besloot een
gunstigere gelegenheid tot ontkoming af te
wachten. Eindelijk stuurde de Indiaan in de
richting eener rivierwelke hij snel opvoer, tot
wijna eerst een heerlijk landschap te zijn voor
bij gevaren aan een Indiaansch dorp aankwa
men. Echter legde Rood-Pijl hier niet aan,
maar roeide verder, tot wij een half uur later
aan eene plaats kwamen waar de oever dicht
bewassen was. Hier legde hij aan verzocht mij
uit te stappen verborg zijn vaartuig en bracht
mij in eene hut van berkentakken. Hij wees
mij een hoek aan en beval mij even als men
eenen hond gebiedtdaar te gaan liggen en te
slapen. Toen ik hem zeide dat ik honger had,
sisch oorlogsvaartuigde St. Annamet een
admiraal aan boord daar is aangekomen, be
stemd vooi het eskaderdat langs de kust van
Albanië moet demoustreeren. Zes hoofden der
liga, die Riza-pacha wilde laten in hechtenis
nemen zijn naar Scutari gevlucht. De bewoners
van Dulcigno en het Albaueesche hulpkorps
kampeercu buiten de stad om zich tegen de
overgave te verzetten. De geregelde troepen
fraterniseeren met hen.
Het is onjuist, dat onlusten in de Dobrudscha
zijn ontstaan. De derwaarts gezonden troepen
hadden slechts in last roovers te vervolgen en
hebben er dan ook 44 gevangen.
Ismaël Pacha's vrouwen die thans tijde
lijk weder te Napels vertoeven zullen in October
naar Smyrna gaan waar dan het verblijf, dat,
men voor haar in orde brengtgereed zal zijn.
De gewezen Khedive heeft haar uit Vichy, waar
hij de baden gebruikt, f 25.000 voor toiletbc-
noodigdheden gezonden.
De Opper-Eunuch van den harem des Sultans,
die tot nu toe een ministerstraktement, f 60.000,
geniet, zal zich, wegens deu slechten staat der
Turksche financiënvoortaan met een derde
daarvan moeten vergenoegen.
Te Lowiczin Russisch Polen is een uit
Warschau komende passagierstrein tegen een
goederentrein aangereden. Een der waggons werd
verbrijzeld, zeventien personen min of meer
zwaar gekwetst terwijl een opzichter bij het
ongeluk om het leven kwam.
Edw. Wymper, die eenigen tijd geleden den
top van den Chimborasso bereiktewat nog
nooit iemand voor hem deed heeft thans dat
waagstuk herhaald en den bergnu van de
noordzijde voor de tweede maal beklommen.
Zijn waarnemingen omtrent de hoogte komen
volmaakt overeen met de vroeger door hem
gedane. Van de vlagdie hij bij zijn eerste
bezoek er neerplante werd bijna niet meer dan
de stok nog gevonden maar dit overblijfsel stelt
toch Wymper's tochtgenootentw-e Italianen
en twee bewoners van Ecuadorin staat den
door sommigen nog gekoesterden twijfel aan den
goeden uitslag van zijn eersten tocht geheel op
te heffen.
Te Webster countvïd de Verecnigde
Staten, heeft de vrouw van een welgesteld land
bouwer zich zelve en negen harer tien kinderen
vergiftigd door het drinken van limonade met
morphine. Toen haar mandie met zijn oud
sten zoon afwezig was geweest, t'huis kwam
vond hij haar en al de kinderen bewusteloos
op den grond liggenen een brief op tafel
waarin zij mededeelde wat zij gedaan had,
Door de hulp der geneeskundigendie ter
stond werd ingeroepen zijn zes van de kinderen
in het leven behouden bij de drie anderen cn
de moeder zelve kwam die hulp te laat.
Uit Kingston op Jamaica wordt van den
19n gemeld Een verwoestende orkaan heeft in
den afgeloopen nacht duizenden menschen van
have en dak beroofd en den te velde staanden
oogst grootendeels vernield. Een aantal schepen
zijn vergaan. Hongersnood bedreigt de stad.
Wil men duizenden niet aan hongersnood prijs
geven dan zal ondersteuning onvermijdlijk zijn.
De negers uit het zuiden der Vereen. Staten
beginnen opnieuw in groote menigten die landen
te verlaten. Binnen twee maenden zullen uit
Mississippi en Louisiana 10000 negers naar de
noordwestelijke Staten trekken.
Tilburg 1 September 1880.
Door den Rijksveearts alhier is ontdekt dat
eene geslachte koe aan pokziekte geleden
had. Hi*t vleesch werd als schadelijk voor de
gezondheid afgekeurd en onder toezicht van den
inspecteur van politie begraven.
haalde hij een stuk gekookten kouden visch uit
zijn tasch en gaf mij dat te eten. Ik beproefde
er iets van te gebruiken ofschoon het een af
schuwelijk voedsel was.
De nac'.it viel. Ik legde mij in den hoek ter
neder. De wilde sliep insgelijks, dwars voor
den ingar.g van de wigwam zijn mes in de hand
geklemd houdende. Zoo ik het had kunnen
meester worden zou ik niet geaarzeld hebben,
het tot mijne redding te gebruiken.
Den volgenden morgen begon de Indiaan zijn
hut een weinig op te knappen zoodat het scheer,
als wilde hij ze blijven bewonen.
Toen beval hij mij kalm te blijven waar ik
wasliep naar den oever schoof zijne kano in
het water en voer weder stroomafwaarts. On
middellijk was mijn besluit genomen zijne terug
komst niet af te wachten, maar liep op goed
geluk het bosch in. Uren lang liep ik rond
zonder een uitwegeen spoor van een bewoonde
streek te vinden. Mijne kleederen scheurden
mijne voeten waren verwond honger en dorst
kwelden mij. Ik kon mij niet wederhouden te
denken dat ik wellicht var. ellende in het bosch
zou omkomen en toch scheen het lot van vrij
te sterven mij dragelijker toe dan in de slavernij
van een ruwen wilde ellendig te leven. Het
denkbeeld „de vrouw van een Roodhuid" te zijn,
deed mij reeds sidderen.
Eindelijk eindelijk toen het nacht was ge
worden zaz ik een licht schemeren. Redding
dacht ik in den verschrikkelijken toestand mijner
overspannen zenuwen het gevolg eener boven-
Door de ijverige bemoeiingen van onzeu
inspecteur van politie is hier gister de hand
gelegd op een 13 jarig meisje, zekere Elisabeth
van li., die verschillende oplichterijen had ge
pleegd 't laatst in den koek- en banketwinkel
der wed. S., waar zij op naam van mej. D.
een fijne peperkoek haalde, 's Morgens had zij
zich reeds in verschillende wiukels waren weten
te verschaffen.
Waalwijk, 1 September 1880.
Z. M. heeft benoomd tot burgemeester van
Drongelen c. a. en Eethen c. a. M. A- Boll
secretairs dier gemeenten.
Het Kon. besluit van 1843 waarbij aan
officieren van gezondheid verboden werd burger
praktijk uit te oefenen, is dezer dagen opgeheven;
tevens i9 hun toegestaan om burgerkleeding te
dragen buiten dienst.
Gedep. Staten hebben verklaard dat P.
Van Je Ven ontslagen hoofdonderwijzer aan
een der openbare scholen te Drunen zijne be
voegdheid tot het geven van lager onderwijs
heeft verloren.
De Raad der gemeente Oisterwijk heeft
de jaarwedde van een tweeden hulponderwijzer
bepaald op 1 575 en zoo de titularis aanteeke-
ning voor de Eransche taal heeft op f 600.
Nauwkeurige tijdwaarnemingen Zaterdag
te Bu9sum gedaan met een chronograaf die de
vijfde deelen van de seconde aanwijst, hebben
doen zien dat de snelste rit gedaan is in afdee-
ling V. het paard Cupid legde daarbij op de
baan van 1200 Meter 14 Meter in de seconde
af. Toch is bij de onlangs te Brussel gehouden
wedrennen nog sneller geredendaar was 16
Meter per seconde het hoogste cijfer.
In de beide eerste afdcelingen draafden de
vlugste paarden 7.3 M. gedurende 1000 meter,
en 7.2 M. gedurende 1600 meter, per seconde.
Bij den landbouwer C. Z. te Wolfaarts-
dijk kwam een net gekleed persoon, voorgevende
te zijn de heer B., paardenhandelaar te Middel
burg en in het bezit van een aanzienlijk vermogen.
Deze persoon vergezeld van een ingezetene uit
Goes kocht van genoemden landbouwervoor
een flinken prijsdrie paarden, echter zonder
directe betaling, terwijl een paard door hem op
zicht naar Middelburg zou worden medegenomen.
Den volgenden ochtend stond Z. vreemd te kijken
toen hem een bezoek werd gebracht door de
politie van Middelburg die hem bekend maakte
dat hij handel had gedreven met een persoon
van verdachte reputatiedie onlangs uit het
tuchthuis was ontslagen en zijn paard reeds voor
een geringen prijs te koop had aangeboden. Onze
landbouwer kon nu medegaan en had het geluk,
door tusschenkorast van de justitieweder in
het bezit van zijn bruintje te komen.
lu een herberg van de wed. M. aan de
Zuidwillemsvaart te 's Bosch heeft een treurig
ongeval plaats gehad.
Een drietal beschonken huzaren aan wie
drank geweigerd werdwerden hierover zoo
woeder.ddat zij hun sabel trokken.
Een hunner gaf daarmede zekeren C. Joh.
Zegveld zulk een houwdat er bij dezen een
hevig bloedverlies ontstond en hij onmiddellijk
naar het gasthuis moest vervoerd worden. Zijn
toestand is gevaarlijk. De dader is in arrest ge
nomen.
Als merkwaardig en zeldzaam verdient
vermeldingdat voor eenige dagen in het Ned.
Israëlitisch oude mannen- en vrouwenhuis te
Amsterdam is opgenomen een 70-jarige man,
wiens ruim 90-jarige moeder in hetzelfde gesticht
verpleegd wordt. Machiel Haringraan zal dus
den laatsten tijd zijns levens doorbregnen onder
een dak met haar, die hem als kind koesterde
en verzorgde. Vier en dertig jaar geleden deed
hetzelfde geval in genoemd gesticht van liefda
digheid zich voor toen was dc moeder, de wed.
Gosler meer dan een eeuw oud bij het opnemen
van haar grijzen zoon als raedeverpleegde.
Zaterdag werd bij een hevig onweder, dat
te Luiksgestel heerschtede woning van den
herbergier E. v. E. door den bliksem getroffen.
matige krachtsinspanning. Ik liep op het licht
af en kwam in een Indiaansch dorp aan.
Uit verschillende kenleekenen bemerkte ik, dat
men juist eene begrafenis vierde, zooals ik ze
dikwijls in boeken heb gelezen maar op het
oogenblik dat ik te voorschijn kwam, om hulp
in te roepen sprong dezelfde man op mij toe,
die mijn gevangenbewaarder geweest :h, drukte
zijne ruwe hand op mijn mond zoodat ik niet
schreeuwen kon en droeg mij weg naar het dicht»
woud, naar de hut van berkenbast.
Zoo verhaalde Edith. Zij en haar echtgenoot
dankten God den algoeden Helperop hunne
knieëen voor de redding hun geschonken. Zij
overlaadden den braven Sam met loftuigingen
en Edith was gelukkigzich in dezen onbe-
schaafden mensch niet te hebben bedrogen. Hij
zou tevreden geweest zijn met dien lof en eenige
geldstukkendoch dat was mr. Roth en zijn
gade niet genoeg. Sam, die bovendien reeds
met den eenen voet binnen het gebied der be
schaving stond moest met hen naar de Noord-
Amerikaansche hoofdstad reizen en werd een der
beste arbeiders op de goederen van Edith's vader.
Bovendien gaf het jonge paar hem eene schitte
rende belooning in geld.
Edith was van haar vurig verlangen Rood
huiden in hunnen natuurstaat te zien, door haar
huwelijksreisja in den grond genezen.
Eimde.