BIÜTENLAND. Frankrijk. Turkije. Rusland. BINNENLAXD. -en zijh had men de bewoners van Nieuw - knik liet werken op den 29sten niet behooren le beletten altans bij verschil van gevoelen veiligheidshalve liet werken niet moeten staken .'óór en aleer de wel bedwongen was. En nog maals zij het herhaalddaarin was men den aSsten in het minst niet geslaagd; men liet de zaak zooals zij was. Hoe dit zijde ramp heeft plaats gehad en zooveel vernieling te weeg gebrachtdat de liefdadigheid in de verste verte niet toereikend is om de geleden verliezen te herstellen. Wij sproken, niet van de namelooze ellendede angsten en gevaren in dien nacht en gedurende de daarop gevolgde dagen en nachten doorge staan op dijken en heuvelsop zolders en daken enkelen zelfs in boomen en dat in het kortst van de dagenbij guur en snerpend winterwederaangegrijnsd door het aanrollende water dat steeds hooger en hooger klom en van ontvetting vervuld door het kraken en dreunen van de Instortende huizendie mis schien naaste bloedverwanten onder hunne puin- noopen bedolven. Die schrikdie angstdat lijden zijn betrekkelijk slechts van korten duur ewcest. Maar laat men zich in de plaats stellen van zooveel kleinere landbouwers, die hunne woningen zagen wegspoelen, hun ree verdrinken, en hunne akkers verzanden of tot poelen ge slagen. Voor hen is ook de geheele toekomst lonker. Beroofd van al hunne bezitting ?n tot len stand van daglooner teruggebrachtwaarin ij zich natuurlijk moeielijk schikken kunnen grijnst de armoede hun tegen. Voor die klasse van menschcn is zulk een ramp nog veel ijselijker lan voor zoovele anderen. Zag men die lieden niet een overgebleven stuk vee aan den dijk zitten, dan zag men ook de wanhoop iu het oog en hoorde men het verbitterde gemoed zich dikwijls lucht geven iu klachten, die ten decle overdreven of ongegrond maar voor een ander deel niet weg te redeneeren waren. War.t dan vroegen zij u waarom of Noord-Brabant zoo weinig wordt geteld, dat de regeering geen verbetering brengt in den afvoer van het water, en waarom of deze streken 's winters altijd in gevaar moeten worden gebracht door de kunstmatige opdrijving van den waterstand in de Maas, tengevolge van het vele waterdat door de overlaten bij Hee rewaarden uit de Waal in deze rivier wordt overgegoten. Want behalve de watermassadie hoogerop lit _dë Maas door de Beersche overlaten over het land wordt gebrachtwordt benédenwaarts bij Heerewaarden de Maasstand nog aanmerke lijk verhoogd door de beide overlaten daar ter Raatsdie het water uit de Waal ook nog op ie Maas brengenen waardoor natuurlijk de i stand van de Maas bij Crevecoeur zooveel hooger i gemaakt wordtdat de Dieze in den regel niet meer afvoeren kan. Deze overlaat is een grief voor de bewoners van het noordelijke deel van Noordbrabant. 'Een weinig boven dien overlaat 1 hebben de bewoners yen Óijen het vorig jaar zijn werking ondervonden en verderop zijn het i s - Hertogenbosch en de geheele Langstraat die er de lasten van dragen, so Vertel nu aan deze mensclien, die zooeven, gi Mde gulzigheid van den geeuwhonger, het ft °rcd hebben verslonden, dat menschenvrienden i ty't de naburige dorpen hun van uit het roei- 1 bootje op den dijk toewierpen, dat bij het bestuur i van den waterstaat reeds sedert jaren in beginsel tot opheffing van dien overlaat is besloten ver- i tel hun dat van verschillende kanten op herstel 1 van het waterbezwaar is aangedrongen dat de regiering die klaagtonen met belangstelling heeft aangehoord, en dat allen het er over eens zijn (dat .er althans iets behoort te worden gedaan tam het jaarlijks terugkeerende gevaar van N.Br. 1 af te wenden. maar dat het veel geld. kost om hierin te voorzienen «lat de zuinigheid i tegenwoordig redding moet aanbrengen. Redding door bezuiniging bedenkelijke leuze. Vertel hun dat de opening van het Oude 1 Maasje en de scheiding van Maas en Waal de vreeselijke som van 9 millioen moeten kosten dat de door den Rijks-waterstaat opgemaakte projecten tot verbetering jaren lang onder het stof van de departementen van binnenl. zaken l en waterstaat bedolven liggen dat de opvolgende ministers den moed niet hebben gehad die plan nen in een wetsvoorstel te formuleeren; en dat men, liever dan dien last op d schatkist te leggen, Noordbrabant telken jare laat verdrinken. (Vertel hun dat het er met de'schatkist zelfs t zoo armzalig uitziet, dat de tegenwoordige titularis t aan het hoofd van het departement van water staat, handel en nijverheid geen vrijheid durft - vindenom bij de spoorwegoverbrugging van den Baardwijkschen overlaat de ellendige som van achttien, zegge achttienduizeud gulden uit te geventot het maken van een voetpad neven dat viaduct, waardoor de communicatie in zulk t een nijvere streek kunstmatig in den winter ten bate van het algemeen belang door het i Rijk-afgesneden zou kunnen worden her- steld. En zeg hun dan nog dat de geruineerde landbouwer, die dureveu in hun midden bij het 4 verorberen van zijn schamel stuk brood het „Onze Vader" zat tc bidden, ongelijk had toen - hij achter „maar verlos ons van den Booze" de woorden „en van den waterstaat" inlaschte. De man wist trouwens niet dat door de leden van het korps van den waterstaat het hunne is ge- 4 daan om verbetering tot stand te brengen, maar dat het aan de opvolgende ministers is te wijten dat de uitvoering daarvan achterwege is ge bleven. Bij dat woord „waterstaat" dacht hij echter tevens aan het „polderbestuur", dat den burge meester van zijn woonplaats verhinderde zoolang t te werken tot de wel bedwongen warewel wetende dat in menigen dijkstoel lieden plaats nemen die achter den ploeg zeer nuttig kunnen zijn maar in wier handen de belangen van duizenden niet voldoende beveiligd zijn te achten. Wij zeggen met den schrijver in he' „N.v.d.D." „zet onze ingenieurs aan het werk. Stapt inet zevenraijls laarzen over de polderbezwareti en heemraadsbedenkingen heen, en loopt als het niet anders kan alle dijkgraven ondersteboven." Maar dan in de eerste, plaats die, waarop de geraeentenaren van Oud-Heusden doelen, in hun telegram aan den raiuister van waterstaat luidendej „Door den nood gedrongen wenden wij ons „tot u daar de dijkstoel te Heusden even ria- „latig is in het dichten van de opening, als het „behouden van den dijk vóór de doorbraak, „waardoor wij onder water blijveu en totaal „geruïneerd worden. „Help onswant bij den minsten was van „het water is alles verloren ook voor Elshout. „Help ons. „Oud-Heusden 12 Jan." (Volgen de handteekeningen.) Mag men nu vragen hoc lar.g lie* nog zal duren voor en aleer onze hardnekkige vijanden Maas en Waal krachtdadig bestreden zullen worden Wij kennen dien vijandzijn ruste loosheid en zijn kracht. Dat men de wapens aangorde om te verhinderen dat hij zijn ver nielingswerk blijve voortzetten. Is die vijand soms lichter te tellen dan de denkbeeldige die ons een zwaar budget van oorlog kost Wie dat meent getrooste zich een uitstapje door de landstreek van Woudrichem tot Vlijmen En hij zal bekeerd zijn Water, sneeuw en ijs be letten thans nog meer dan kort na de doorbraak de gemeenschap tusschen de verdronken plaatsen Wie weet wat er te wachten staat, wanneer het drijfijs van de rivieren zal komen aanzelteu. In Januari had men die eventualiteit geen oogenblik uit het oog behooren te verliezen. En toch is met laakbare langzaamheid het berin- gingswerk ter hand genomen. De werkzaam heden zijn de "laatste dagen bijna niet gevorderd. Het gat ligt daar nog altijd open en bloot, om bij invallenden dooi nieuwe watermassa's over de Langstraat er. het Land van Altena tè werpen, en wellicht door de vereenigde kracht van water en ijs ook nog datgene omver te halen, wat het water alleen niet heeft kuunen wegspoelen. V. d. B. 13 Januari 1881. (Sedert de heer V. d. B. zijn artikel schreef is er verandering gekomen in den toestand, zoo als hij dien aan het slot schetstde ringkarle heet gereed te zijn en het herstellen van den dijk zelve is, zooals men uit de'desbetreffende bericthen zien zal, aanbesteed. Wij hopen dat het den aannemer moge ge lukken het werk op den bepaalden tijd op te levpren, want zoolang het behonrl van de be dreigde streek afhangt van de ringkade blijft, volgens het oordeel van deskundigen, steeds het ergste te vreezen. Red.) Zondag hebben op verschillende plaatsen her stemmingen plaats gehad voor de gemeenteraden, Te Parijs werden een conservatief en 21 republi keinen van verschillende kleur gekozen. In de departementen zegevierden over het aigemeen de gematigde republikeinen, en de „République Franqaise" zea;t van den uitslag, dat de bevol king van Parijs een goed voorbeeld gegeven heeft. Alle commnnalistische candidaturen toch hebben schipbreuk geleden. Er is een misverstand gerezen tusschen de militairen van de vermaarde rijschool te Sau- raur en de bevolking dier stad. De rijschool heeft grève gemaakt tegenover de bevolking, en de rijke officieren te Saumur laten al hun be- noodigdheden en leveranties van elders komen, om zich te wreeken over de miskenning, waaraan zij van de zijdr der burgerij blootstonden. Sommigo reactionaire bladen wijden arti kelen op huu eerste bladzijde aan het huns inziens ongehoorde feit, dat Gambetta het paleis Bourbon is blijven bewonen sedert de laatste week, toen de kamer opnieuw bij ienkwam, zonder dat zijn mandaat van voorzitter vernieuwd is. Te Autrecourt, in de Ardennen is den 11 Januari een hui3 ingestort, waarbij acht personen gedood werden. Een te groote hoeveelheid graan op de zolders opgeslagen was oorzaak van het ongeluk. Een vreeselijk drama is in de rue Jacob te Parijs afgespeeld. Sedert eer.igen tijd was een concierge somher cn steeds in gedachten verdieptvoerde vreemd soortige gesprekken en had onophoudelijk twist met de huurders. Een hunner kwam gisteravond Jen trap af, toen plotseling een schot viel en hij in het onderlijf getroffen werd. Op zijn hulpgeschreeuw snelden andere be woners toe, waarna opnieuw een schot viel en drie personen gewond werden. Eenige moedige mannen trachtten toen met politieagenten in de loge van den concierge te dringen maar deze had zich veischanst en met geweld moest de deur opengebroken worden. Toen dit geschied was bood zich een vreese lijk schouwspel aan. De concierge lag in zijn bloed te wentelen de borst met een degen doorboord. Daar de man onlangs ontslagen was, wordt dit moordtooneel aan wraakzucht toegeschreven. De goudvisachen die bij duizenden in het groote bassin der Tuileriën dartelden, zijn in massa vergiftigd en de oppervlakte, is met de dooden als overdekt. Nu de ingevallen vorst het water in ijs veranderd heeft, is 't alsof de spiegel met goud en flonkerende edelgesteenten bezaaid is. Men heeft nog niet kunnen ont dekken op welke wijze de vergiftiging is geschied. In de andere bassins zij1*" de goiuivissscheu nog gezond, frisch vrolijk als, gewoonlijk. De Porte zond per telegraaf een nieuwe cii- culaire aan hare vertegenwoordigers in het bui tenland. Daarin bek'aagt ze zich over Grieken? kenland's oorlogstoebereidselen die slechts ver warring en oueenigheid kunnen teweegbrengen. Voor beide landen is die toes'and nadeelig, weshalve de Porte aan de mogendheden voorstelt eene nieuwe conferentie te komen houden te Constautiuopel. De Poite doet een beroep op de verzoenende gezindheid der mogendheden en hoopt op eene vreedzame regeling der Griek- sche aangelegenheid. Feitelijk wordt* dus de bemiddeling der mo gendheden ingeroepen. Het is nu nog slechts de vraag wat Griekenland zal antwoorden. Zonder twijfel zullen de mogendheden alles aai.wenden om het Koninkrijk tot redt te brengen. St-Petersburg17 Jan. Skobeleff meldt, dat 30,000 Tekke-Turkomannen den 9dèn de loopgraven der Russen overvielen en de tweede parellel veroverden, Zij namen vier stukken bergartillerie en drie mortieren maar werden toen teruggeslagen en de stukken werden op écn na heroverd. Een gelijktijdige aanval der vijandelijke ruiterij op het Russiskhe kamp werd evezeer afgeslagen en evenzoo een tweede aanval di later volgde. Na (ie voltooiing van de derde parallel vestig den de Russen zich den lOden 'savonds in de voorwerken van Geok-Tepe. Waalwijk, 19 Januari 1881. Openbare vergadering van den gemeenteraad op Vrijdag 21 Januari a.s., des avonds ten 6 ure, ter behandeling van: 1. Aanmerkingen van Ged. St. op de be- grooting voor 1881. 2. Ingekomen stukken. 3. Oproeping voor een gemeente-geneesheer. In de gisteren gehouden zitting der kamer van koophandel alhier zijn de heeren J. B. Timmermans en S, Fano herkozen, respectievelijk als voorzitter en ondervoorzitter; de heer F. W. Van Lierapt als secretaris. Laatstgenoemde vyas voor de eerste maa! aan de beurt van aftreding. De kamer is opgericht 1 Januari 1878; vol gens het organiek reglement der kamers van koophandel en fabrieken treden de voorzitters jaarlijks en de secretaris om de drie jaren af. De kamer besloot met algemeene stemmen tot het inzenden van een adres van dankzegging aan den minister van waterstaat enz. voor het gunstig besluit, dat Z.E. heeft genomen in zake dc aanvraag der kamer, om een voetpad te doen daarstellën op de overbrugging ik den Baard wijkschen overlaat, onder bijvoeging van het verzoek, om ook met het oog op da rampen die onze streek teisteren tengevolge van den doorbraak te Nieuwkuikde kos en daarvan geheel voor rekening van het rijk te nemen. Gisteren heeft in de eerste kamer de interpellatie plaats gehad van den heer Van Rijokevorsel, betreffende den watorstaatstoestand ir. Noordhrabant. De minister van waterstaat verklaarde, dat de toestand var. Noordbrabant niet alleen n u, maar reeds vroeger zijne aandacht en belangstelling heeft bezig gehouden, en hij zou 'er zich een ernstig verwijt van maken, als hij niet, na de noodige voorbereiding een plan had, dat bepaald verbetering beoogt. Kort na zijn optreden heeft de minister zich met de zaak bezig gehouden en is in overleg getreden met het gewestelijk bestuur en de direct belanghebbenden. Dit overleg is zeer ver gevorderd, zoodat hij zich vleit zeer spoedig een ontwerp te kunnen aanbieden. Wanneer? Daarop k<«n de minister nog niet positief antwoorden, ómdat de indie ning niet van hem alleen afhangt, maar het ontwerp eenige phasen moet doorloopen. Wat hem betreft, hij kan zeggen, dat zeer spoedig een wetsvoorstel zijn departement zal verlaten. Indien van het zand, dat zich thans op de landerijen in de overstroomde gemeenten bevindt, gebruik kan gemaakt worden tot werkverschaf fing en hulp, zal de minister daartoe gaarne medewerken, doch in hoever dit kan, daarop kan hij nu niet antwoorden, omdai, de toestand van het terrein nog niet behoorlijk kan nage gaan worden. Op dit oogenblik kan hij daarop nog geen bepaald antwoord geven, maar hij hij hoopt dat het ontwerp spoedig, wellicht binnen twee a drie weken, zijn departement verlaten zal. Verder zeide de minister in antwoord aan den heer Cremers, dat er een onderzoek naar de naaste oorzaak der doorbraak is ingesteld maar dat hij het antwoord daarointreut nog niet heeft ontvangen. Het is bekend, dat er den vorigen dag eene wel is ontdekt, en ook weet men dat een sterke wind op het tijdstip der doorbraak heeft geheerscht. Of nu alles is geiiaan wat nooJig was, dit wordt juist onder zocht. De heer mr. J. G. De Brtiijn, afgevaar digde voor het district 's B jseh, heeft in de zitting van de 2e kamer i.*r staten generaal van 23 December j!. de volgende redevoering gehou den, ter bestrijding van liet amendement Bastert e. s., voorstellende om van de staatsbegrootiug voor 1881 af te voeren de som van f 1.019.000 vqpr den .spoorweg Zwaluw e 's Bosch, en dien post uit te trekken voor Memorie: Mijnheer de voorziter, sleclus een kort woord om het amendement te bestrijden. Ik kan mij voorstellen, dat men tracht be zuinigingen in te voeren en posten te verminde ren van gewone uitgaven, die jaarlijks op de begrootiug terugkomen, om daardoor het even wicht tusschen de gewone uitgaven-en de ge wone inkomsten te herstellen; maar ik zie er minder nut in om zulks op buit ngewone uit gaven en buitengewone inkomsten toe te passen. Ik deel in het gevoelen van den minister van van financiën, dat Z. E. ons, bij de indiening «Ier begrooting, mededeelde, dat het ten uitvoer Lggen van buitengewone werken van productie ve!) aard, die de draagkracht der belastingschul digen vermeerderen,in het belang van het land is, en dat, hoe eeriler men die werken tot een goed einde brengt, hoe meer men de belasting schuldigen in staat stelt om door nieuwe ver diensten, die volgen uit vermeerderden bloei van handel en nijverheid, ook ruimer schattmg te kunnen opbrengen. ^Ten opzichte van de lijn Zwaluwe-'s Bosch is bij de wet van 1 Augustus 1880 het algemeen nut der onteigening van dezen spoorweg ver klaard. Zoodra dus genoegzame vorderingen met den aankoop gemaakt zullen zijn, zullen de onderbouw der drie voornaamste knnstwerken bij Geertruidcnberg, den Baardwijkschen overlaat en in het Bossche inundatieveld kunnen worden aanbesteed. Het zou dus zeer te betreuren zijn als men niet op den voorgenomen tijd met deze werken een aanvang zou kunnen maken. De heer Bastert zegt, (lat buitengewone uit gaven nis deze, moeten gedekt worden door buitengewone middelen, en dat de tijd om te leenen nu gunstig is. In de vraag of het tijdstip tot leenen gunstig is, zal ik mij niet verdiepen, want de vlottende kas is ruim genoeg voorzien om de voorloopige uitgaven te knnnen dekken en het zal Ook wel in de plannen van den minister, van financien liggen om de cijfers voor zulke buitengewone uitgavenlater s.«meti te vatten en daarvoor te leenen wanneer èn de totale som van buiten gewone uitgaven daartoe belangrijk genoeg zal zijn én het tijdstip tot leenen gunstig zal blijken te zijn. Dat het rationeel is voor spoorwegen te leenen wil ik met een voorbeeld staven. Wanneer het ongeluk had gewild dat de Atjeh-oorlog een 30 jaren vroeger ware uitge broken en de Indisch'- baten dus gedureude dien tijd niet zoo ruim hadden gevloeid dat wij bon derde milliocnen hadden kunnen besteden voor den aanleg van spoorwegen dan zou liet toch Lij ni mand zij opgekomen om zulke buitenge wone werken uit gewone middeleu te betalen. Toch zou de behoefte van handel en nijverheid ons genoodzaakt hebben tot spooraanleg cn daar voor zou men dan ook voorzeker toen hebben moeten leenen. Hetgeen toen waar zou geweest zijn blijft ook nu waar hu wij ons spoorweg net moeten voltooien en de Indische baten niet meer vloeien. Ik begrijp niet dat de heer Bastert zich bij de behandeling van ciit ontwerp beroept op eene uitdrukking door den vorigen minister van óinneulandsche zaken gebezigd bij de behandeling der onderwijswetmen moet niet alles te gelijk ter hand nemen. Het betreft hier toch geheel verschillends zaken die niet met elkander ver geleken kunnen worden. De uitgaven voor onder wijs keeren jaarlijks terug, en zijn gewone uit gaven die uit gewone middelen moeten ge- vouden worden en dergelijke posten kunnen zonder gevaar vermenigvuldigd worden maar de uitgaven voor buitengewone werken eischen buitengewone middelen^ zoo het blijkt dat de gewone inkomsten van den staat ontoereikend zijn en de werken geen uitstel kunnen lijden. Ten slotte, vroeger of laterzal men onder de gegeven omstandigheden toch zijue toevlucht tot eene leening moeten nemen en zou het nu niet te betreuren zijn dat m«:n den aanleg van dezen spoorweg verschoof en daardoor aan de nijvere bevolking van de Langstraat voorloopig de lang begeerde voordeelen vau dien weg ont hield? De streek en de schatkist hebben or belang bij dat die spoorweg hoe eer hoe heter tot stand komten dus zal ik mij ttn sterkste tegen het amendement blijven verzetten. Nadat Zaterdag ll. op last van Z. E. den commissaris des konings iu deze provincie eene vergadering was gehouden van het waterschaps bestuur van den Hoogen Maasdijk van stad en lande van Heusden, waarbij tegenwoordig waren Z. E. zelf, benevens de heeren Bake en Rooze, hoofdingenieurs, Bleckmati, ingenieur en de le den der Ged. St. Gerrits en de la Court, en in welke vergadering besloten werd den dijk aan te besteden, die de nu half voltooide ringkade aan de doorbraak te Nieuwkuik vervangen moet, heeft Maandag die aanbesteding plaats gehad. Slechts 9 aannemers var. publieke werken ziju tot de inschrijving toegelaten en van deze had den vijf ingeschreven. W. 1'. De Nies, te Rossum voor f 49500. N, Van Haarcn te' Driel - 49500. A. Huiskens te Hedel - 79460. A. Volktw te Sliedrécht - 83700. J. A. v. Haaften te Sliedrecht - 109000. By loting is het werk toegewezen aan den

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1881 | | pagina 2