Nummer 39. Zondag 15 Mei 1881. 4e. Jaargang. i Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. FEUILLETON. Bekendmaking. De Verstootene. BUITENLAND. Frankrijk. Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk. Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per'3 maanden ƒ1,00, franco per post door het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden, enz., franco te zenden aan den Uitgever. De burgemeester der gemeente Waalwijk roept mits deze op zoodanige ingezetenen, die op den eersten Januari dezes jaars hun 25ste jaar zijn ingetredennamelijk die geboren zijn in 1856, benevens de zoodanige, die zich van buitenlands binnen de gemeente gevestigd hebben, voor zoo verre zij nog in eene der klassen van de schutterij vallen, om zich tusschen den 15 en 31 Mei a. s., ter secretarie van het gemeentebestuur te Waal wijk voor den dienst der schutterij te doen inschrij ven zullende tot het ontvangen van hunne aan gifte te dier plaatse dagelijks gedurende den voormiddag, van 9 tot 12 ure, worden gevaceerd, de invallende zon- en feestdagen hiervan uitge zonderd. Tot naricht van de belanghebbenden dient Dat als ingezetenen in deze worden beschouwd alle Nederlanders, binnen het Rijk hun gewoon verblijf houdende, en alle vreemdelingen binnen het Riik woonachtig, welke hun voornemen om zich aldaar te vestigen zullen hebben aan den dag gelegd hetzij door eene uitdrukkelijke verklaring, hetzij door net overbrengen van den zetel van hun vermogen of de hoofdmiddelen van hun be staan, voor zooverre zij in de voorrechten van Nederlanders kunnen deelen. Dat de aangifte tot de inschrijving in allen gevalle, door de ingezetenen van den hiervoren bedoelden ouderdom behoort gedaan te worden, ook dan zelfs wanneer de belanghebbende mocht vermeenen tot de vrijgestelden of uitgeslotenen van den schutterlijken dienst te behooren. Dat zijdie in meer dan eene gemeente hun verblijf houden, of den zetel van hun vermogen hebben gevestigd, tot de inschrijving verplicht zijn binnen die gemeente, alwaar eene dienstdoende schutterij aanwezig is, en dat bijaldien in de verschillende gemeenten, waar iemand verblijf houdt, of den zetel van zijn vermogen heeft ge vestigd, alleen dienstdoende of alleen rustende schutterijen bestaan, dezelve zich moet doen in schrijven in de gemeente, alwaar hij voor de per- soneele belasting is aangeslagen, moetende de ambtenaren zich doen inschrijven in die gemeente alwaar zij ambtshalve verplicht zijn hun verblijf te houden. Dat zijdie bevonden zullen worden zich niet voor den eersten Juni dezes jaars te hebben doen inschrijven, door het plaatselijk bestuur ambts halve zullen worden ingeschreven, en ter zake van hun verzuim in eene geldboete vervallen terwijl dezelve daarenboven, zonder loting, bij de schutterij zullen worden ingelijfd, indien het zal blijken, dat er tijdens de verzuimde inschrijving feene redenen tot uitsluiting of vrijstelling ten unnen aanzien bestonden. En worden overigens de ingezetenen aangemaand om zich tijdig van een geboorte-extract te voor zien en zich alzoo van hunnen juisten ouderdom te verzekeren, teneinde de inschrijving behoorlijk geschiede, cn zij niet komen te vervallen in de straffen bij de wet bepaald. Waalwijk, 14 Mei 1881. De burgemeester voornoemd, VAN DER KLOKKEN. XLIII. Schaduwen des doods. Met eene buitengewone snelheid droeg het geheele gezin den eigenaardigen stempel, welke de omgeving van een gevaarlijken zieke eigen is. Fluisterend verrichtten de bedienden hunne werkzaamheden en de woonkamer was verlaten. Niemand dacht aan Clara. Mr Carruthers liep van de boekerij naar de ziekenkamer en van hier naar de boekerij. Eindelijk, weinige oogenblik- ken voor het gewone uur van het middagmaal keerde Clara door den bloementuin terug, trad door de glazendeur der eetzaal in huis en ging onopgemerkt naar hare kamer. Zij naderde hare toilettafel en bleef, hare verwarde lokken achter waarts strijkende, een oogenblik voor den spiegel staan waaruit een bleek, ontsteld gelaat haar tegenblikte een gelaat dat de kennclijkste sporen van de zielesmart droegwelke zij in de laatste uren geleden had. „Wat moet ik doen vraagde zij zich .zei ven afterwijl zij zich in den spiegel aanschouwde; „ik kar. niet van het diner wegblijven maar wat zullen zij zeggen als zij mijn gezicht zien?" Zij schikte haar haar in erde, waarin gras halmen en bladeren hingen en dat er uitzag als had zij met het hoofd op den grond gelegen; zij wies haar gelaat en oogen met koud water, Ad verten tiën 17 regels 0,60, daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal ter plaat sing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitschland worden alleen aangenomen door het advertentie bureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per reg. De Franschen schijnen geen plan te hebben om Tunis te bezetten maar wel het Bardo, of de residentie van den Bey, waar men hem tot een waarborg-tractaat wil dwingen. Bij dit tractaat zullenonder eerbiedigingvan alle rechten der andere mogendheden, flinke bepalingen worden vastgesteld voor de veiligheid langs de grenzen. Frankrijk's plannen met betrekking tot Tunis trouwens worden uiteengezet iu eene circulaire door den minister van buitenlandsche zaken Barthelémy St. Hillairegericht tot Frankrijk's vertegenwoordigers in het buitenland. Frankrijk, zegt hij w'l alleen de veiligheid van Algerië verzekerenwelks grenzen voortdurend bloot staan aan rooftochten. Lang heeft men daar mede geduld gehad zoo zelfs zegt de minister, dat de wereld er verbaasd over was maar nu is het uit en zullen maatregelen genomen worden die tot iets leiden. Daartoe moet [de Bey een een loyaal bondgenoot wordendie zich niet door vreemden tegen Frankrijk laat opzetten. Maar al eischt Frankrijk eene overwegende po sitie zoo zal het toch nanwgezet de belangen van andere natiën eerbiedigen. Nadat de minister nogmaals duidelijk heeft gezinspeeld op Italiaansche tegenwerking in Tunis wordt gezegddat men met de Porte in deze niets te maken heeft. B.esumeprende verlangt de minister een tractaat waarbij Algerië wordt gevrijwaard tegen strooptochten en tegen kwade practijken van den Bey die maar al te dikwerf het werktuig is van anderen. Ten slotte constateert de minister, dat overal waar de gemoederen niet door vooroordeelen verblind zijn aan Frankrijk's handelwijze goed keuring ten deel valt In dezen geest nu zal aan den Bey een verdrag worden aangeboden. In een telegram uit Tunis wordt verzekerd dat Generaal Bréard belast is met de aanbiedingen dat die heden of morgen zal plaats vinden. Door de Porte is weer eene nieuwe circu laire uitgevaardigd aan hare vertegenwoordigers in het buitenland waarin ze een geschiedkundig overzicht geeft van het Tunesische vraagstuk, hare suzereine rechten handhaaft en aandringt op tusschenkomst der mogendheden tot verkrij ging eener vreedzame beslissing. Het bevestigt zichdat Frankrijk Turkije met een oorlog bedreigtwanneer het Tunis te maar de bleekheid harer wangen en de roode kleur harer oogleden lieten zich niet verdrijven. Eindelijk toen zij weder in diepe gedachten voor den spiegel stond, kwam haar kamenier binnen. „De etensklok zal niet geluid worden, miss Carruthers", zeide zij „mijnheer vreest dat het geraas mrs. Carruthers hinderen zal." „Zoo hoe is het nu vroeg Clara zonder naar het meisje om te zien. „Volstrekt niet betereigenlijk zeer slecht", kreeg zij ten antwoord, „maar gij moet het u niet zoo aantrekken miss," liet het meisje er op meêwaardigen toon op volgen. „Het is mis schien niet zoo ergals men wel zegt, en als gij zoo bedroefd zijt, zal mijnheer ook allen troost missen." Clara gevoelde zich een weinig door deze woorden verlicht; zij had althans geeneontdek king te duchtenwant hare tranen en haar angst zouden toegeschreven worden aan hare deelneming in het lot harer tante. Sedert den morgen, toen er alleen van eene ongesteldheid sprake was, moest er eene verandering hebben plaats gehad en de kamenier meende dat zij van alles onderricht was. Zij zweeg daarom, om hare onzekerheid niet te verraden en liet het meisje voortprater», terwijl deze haar in het aankleeden behulpzaam was. Zij hoorde van den beden- kelijken toestand der kranke van de uitspraak des doctorsvan de bekommering haars ooms en van de trouwe verpleeging harer meesteres door mrs. Brooks. Daarop ging Clara naar de eetkamer. Mr. Carruthers maakte geen aan- hulp komt. Met geweld zal het de landing van Turksche troepen beletten. Uit Toulon wordt gemeld dat het evolu tieeskader van daar is vertrokken; de bestemming is onbekend. Volgens sommigen zal het maar even uitloopen en zeer spoedig terug zijn. Een Italiaansch paniserschipde Maria Piais voor Tunis aangekomen. De Parijsche politie is tegenwoordig ijverig in de weer en ziet haar streven met goed gevolg bekroond. Zij heeft thans weer een bende dieven gevatdie er hun beroep van maakten koperen Engelsche pennystukken te verzilveren en voor schillings uit te geven. Voorzien van deze stukken gingen de ver schillende leden der bende in de winkels van de afgelegen buurten der stad, kochten daar een of ander en gaven zu!k een schelling in betaling Als de winkelier bedenkingen maakte, verklaar den zij het geldstuk, dat in Engeland fr. 1.25 waard wastegen 1 fr. te willen berekenen en kregen het zoo doorgaans gewisseld. Den vol genden dag was de vluchtige zilverglans verdwenen en ontdekte de winkelier dat hij slechts een penny ontvangen had. Er kwamen een groot aantal klachten van znlke bedrogen winkeliers in en de politie deed ijverige nasporingen naar de schillingmakers, maar aanvankelijk zonder eenig gevolg. In den laasten tijd werden ook diefstallen van een anderen aard gepleegd in de dagblad kiosken waar de gauwdieven 's avonds laat, als de verkoopster in slaap gevallen washet ont vangen geld dat zij bij zich had staan onge merkt wegnamen. Een van deze dieven werd onlangs op heeter daad betrapt en gevat. Onder andere verdachte voorwerpen vond men 44 pennystukken bij hem en kwam men daardoor op het vermoeden dat hij een der schillingmakers was. Met behulp van zijn aanwijzingen en eenige bij hem gevonden papierengelukte het der politie vijftien leden dier bende te vatten alle jonge lieden die sinds lang de aandacht hadden getrokken door hun buitensporige verteringen. De verzamelplaats der dieven was een room- win kei in de rue St. Martin. Daar kregen zij instructien van hun hoofdman die ieder zijn rol aanwees. Want behalve het aan den man bren gen der verzilverde pence had ieder man nog zijn bijzondere taak. Een b. v. moest zorgen dat hij pence en halve pence kreeg, die hij vond in de sigarenwinkels waar voornamelijk Engel- schen kochten. Een ander maakte lederen mui zen op rolletjes liet die aan een elastiekje over merking op haar voorkomen antwoordde slechts kort op hare betuiging var. deelneming en verliet weder spoedig de tafel. Clara bleef nog gerui- men tijd zitten, met het hoofd iu de hand in diepe gedachten verzonken. Eindelijk ging zij naar de ziekenkamer en nam daar in een donkeren hoek plaats. Zij zag haren oom binnenkomen en een oogenblik met een treurig gelaat aan het bed staan zij zag den doctor komen en verscheidene dienstboden zacht in- en uitgaan en dan eindelijk was mrs. Brooks nog alleen in de kamer en zat naast het bed der lijdendedie in een soort van verdoo- ving lag. Clara wist niet hoelang zij daar reeds gezeten had toen mrs. Brooks naast haar stond en haar bij de hand vatte. „Ik bid u, ga toch naar bed," zelde de oude vrouw half op vriendelijken half op gestrengen toon. „Gij kunt hier niet helpen niemand kan dat nu en gij zult ook nog ziek worden, als gij daar zoo blijft zitten en aan uwe smart zoo toe geeft. Ga dus zoodra het weder dag zal zijn, laat ik u weten hoe de zieke zich bevindt." Dit zeggende had mrs. Brooks het meisje met zacht geweld van haar stoel doen opstaan en Clara verliet bedroefd het vertrek, terwijl mrs. Brooks de deur achter haar sloot en zich in hare beschouwingen over de onbruikbaarheid van jonge dames verdieptediezoodra er iets treurigs gebeurt, niets doen kunnen dan schreien. Een zachte stille lentenacht rustte op Poynings een nacht, die de ziekenkamer vervulde en de beweeglooze gestalte der zieke overschaduwde, de trottoirs loopen en terwijl hij daardoor de aandacht der voorbijgangers trok stal een zijner kameraden ongemerkt het een en ander uit de zakken der toeschouwers, 's Avonds kwamen zij in den roomwinkel weer bijeen en deelden de winst. Al de gevangen genomen jongelieden droegen edelgesteenten horlogesgouden kettingen en kostbare ringen en waren in het bezit van be trekkelijk groote sommen gelds. De bende be stond naar men vermoedt, uit 20 a 25 man, en er is gegronde hoop dat de politie hen wel dra allen in handen zal krijgen. Te "Rijssel werd dezer dagen een geheele buurt in opschudding gebracht^doordien 20 per sonen die in een gaarkeuken het middagmaal bestaande uit moes en vleesch, hadden gebruikt plotseling ongesteld werden en teekenen van vergiftiging vertoonden. Een spoedig toegediend j tegengif redde allen het leven. Tot heden kent men de oorzaak van het ongeval niet. Het moes was in een verglaasde pot gekookt. „Bassin" een in 't Arabisch geschreven blad dat te Parijs verschijnt, maakt een brief openbaar van een oud-redacteur van de Moska- telwaarin deze verklaart de geschreven bewij zen in handen te hebbbcn van de deelneming van het Italiaansche consulaat te Tunis aan de' redactie van de Mostakel. Deze brief wordt door het Journal des Débats overgenomen. Een der vreeselijkstc§ drama's waarmede de zending Flatters besloten is, werd reeds, door ons vorig nummer kortelijk medegedeeld vijftien overledenen die in een hol gevlucht waren zouden door hun uitgehongerde kame raden opgegeten zijn. In afwachting van nadere bijzonderheden laten wij de gebeurtenissen volgendie dit drama voorafgegaan zijn. Men weetdat de zending Flatters den 20n Februari door 200 of 300 Toeareg Hahir of Toereg Ahaggar op vier dagreizen van Haiirer, ten zuiden van Aosima, aangevallen is. Van de ongeveer honderd mannen waaruit de zending samengesteld was werden ongeveer veertig ge dood en onder hen kolonel Flatters. Den onderofficier Pobequin en den heer Dia- nousluitenant van het 14e linie-regement gelukte hetmet een zestigtal manschappen te ontsnappenkort daarop werden zij door de Toeareg ingehaald, die hun dadels aanboden, welke vergiftigd waren en waardoor de heer Dianous en 28 leden der zending stierven, zoo dat de overblijvenden een dertig in getal waren. welke maar al te spoedig in de onrust der koorts vervallen zou. Een nacht, die zijn sluier uitspreidde over den trotschen heer des huizes, die slapeloos op zijne legerstede lagdie in het gezellige vertrek dat met de tallooze kleine kostkaarheden van een jong meisje versierd was, binnendrong en waarin Clara met de eerste groote smart van haar tot hiertoe zoo gelukkig leven te kampen had. Eindelijk kwam ook haar de trouwe vriend der jeugd, de slaapte hulp de roodgeweende oogen sloten zich en ofschoon er eene uitdrukking van zieleangst op haar gelaat was achtergebleven en zware zuchten aan haren boezem ontsnapten lag zij weldra in eenen diepen slaap. Hare rechterhand lag onder haar hoofd kussen en, als tot meerdere bescherming de wang er vast op gedrukt. Deze hand hield drie brie ven omsloten welke aan het bureau der drie grootste Londensche dagbladen geadresseerd wa ren. De inhoud dezer brieven bestond uit eene annonce, welker opstellen het jonge meisje uren van angstig nadenken gekost had. De annonce luidde aldus „De heerdie drie dagen geleden eene jonge dame een mirtentak heeft doen zien, wordt dringend verzocht de streek, waar deze ontmoe ting plaats gevonden heeft, niet weder te bezoeken Hij zou zekerlijk herkend worden." „God moge het mij vergeven, zoo ik hieraan verkeerd doe", waren Clara's laatste gedachten voor zij in slaap viel. „God moge h«t mij ver geven maar ik moet hem redden, zoo het maar mogelijk is."

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1881 | | pagina 1