Nummer 51.
Zondag 26 Juni 1881.
4e. Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
Bekendmaking.
BUITENLAND.
Frankrijk.
De Verstootene.
Engeland.
Duitschland.
Uitgever: A1ÏT00N TIELEJf te Waalwijk.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00, franco per post door
het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden
enz., franco te zenden aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels 0,60, daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal ter plaat-
sing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor
Duitschland worden alleen aangenomen door het advertentie
bureau van Adolp Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per reg
SCHUTTERIJ.
Het gemeentebestuur van Waalwijk maakt be
kend dat de aangelegde schietbaan op den Meer-
dijk dezer dgaen zal worden in gebruik
gesteld en dat de schietoefeningen telkens zullen
worden aangeduid door het plaatsen eener roode
vlag op den Meerdijk.
Het gemeentebestuur voornoemd
VAN DER KLOKKEN.
De Secretaris,
F. W. VAN LIEMPT.
Waalwijk25 Juni 1881.
Mustaphade minister var. den bey van
Tunis bevindt zich tegenwoordig in Frankrijk,
waar hijin aanmerking genomen de zondenre-
gisterstijdens der. oorlog door de Frausche
pers van hem openbaar gemaaktzeer goed
wordt ontvangen. Dinsdag was hij ter audiën
tie bij president Grévy. Mustapha vloeide over
van blijdschap en dankbetuigingenverklaarde
persoonlijk zeer aan Frankrijk te zijn gehecht
en verzekerde al het mogelijke te zullen doen
om de bestaande banden nauwer toe te halen
waardoor Tunis aan Frankrijk verbonden is.
Het land rekent op Frankrijk's bescherming.
In zijn antwoord verklaarde Grévy met vol
doening te kunnen verzekeren dat de jongste
gebeurtenissen door eene gebiedende noodzake
lijkheid waren voorgeschreven geweest en Frank
rijk niet aan verovering had gedacht. Het
nieuwe verdrag zou aan Tunis ten goede komen.
Ten slotte verzocht Grcvy dat Mustapha aan
den bey de verzekering zou overbrengen van
zijneGrévy's bijzondere toegenegenheid.
Volgens de jongste berichten uit Marseille
is de stad thans kalm en tot haar gewone doen
teruggekeerd. Alleen op enkele punten heerscht
nog zekere gistingweshalve de voorzorgsmaat
regelen daar zijn hernieuwd. Het schijnt zich
te bevestigen dat inderdaad aan de Marseillanen
iu deze een zeer groot deel van de schuld is toe
XLVIV.
Een Dilemma.
Jim Swain verliet ijlings de straat, besloten
zijnde den shillingdie hem zoo onverwacht
ten deel gevallen waszoo aangenaam mogelijk
te besteden.
„Wat zou hij nu weder voor plannen hebben",
geide de straatjongen in zich zeiven terwijl hij
zijn weg vervolgde. „Wat zou hij nu weder
van plan zijn Ik geloof vast, dat hij jaloersch
is anders zou hij niet zoo onverwacht naar huis
komen en naar haar vragen. Hij is een ruw en
boosaardig mensch. Ik ben echter blij dat ik dit
niet zeker weet zeer blijwaarachtig."
Met deze raadselachtige woorden eindigde
Jim Swain zijne alleenspraak en zijne gedachten
bepaalden zich verder alleen tot datgene, wat op
dien oogenblik hem zeiven betrof.
Toen Harriet naar huis kwam zat Routh nog
altijd aan het venster en bij den eersten blik in
zijn gelaatbemerkte zij dat er iets had plaats
gehad.
„Ik wachtte u niet voor zes uur", zeide zij
terwijl zij haar hoed afzettenaar hem toetrad
en hare hand op zijn schouder legde.
„Ik kwam om eenige papieren te halen over
het Teebridge-Canal" antwoordde hij„maar
gij hadt ze in bewaring en waart uitgegaan."
„Zoo anders niets vraagde zij, hem op
merkzaam aanziende. «Wat is er anders nog
meer, Stewart?"
„Dit", antwoordde hij met eene onzekere stem
en zonder haar aan te zien. „Toen ik in huis
trad ontmoette mij de briefbesteller met dezen
brief. Lees dien en zeg mij wat er gedaan moet
te schrijven. Reeds veroordeelde de correctio-
neele rechtbank een drietal ingezetenen, wegens
het toebrengen van slagen aan Italianen tot
gevangenisstraffen van 2 tot 4 maanden.
Ook te Parijs hebben hier en daar geweldda
digheden tegen Italianen plaats gehadin de
Rue des Amandiers o. a. waar een dronken
Italiaansche pakdrager door 300 personen werd
mishandeld en bij een tapper de glazen werden
ingegooidomdat hij aan een ander Italiaan een
schuilplaats had verleend. Het Parijsche gepeu
pel is nog even laaghartig als in 1870 toen, na
den val van het keizzerrijk, eene uit verscheiden
duizenden bestaande menigte een armen politie
agent doodmartelde.
De troepen in Oran (Algeria) kregen bevel
de vervolging van het hoofd der opstandelingen,
Bonamenate stakendaar hij steeds verder
naar het Zuiden vlucht. Bij de plundering der
magazijnen te Alfa doodden en wondden de op
standelingen 80 personen en werd voer 600,000
francs schade aangericht.
Het succes dat aan Ferry's rede niet alleen
in de Vogeezen maar ook te Parrijs ten deel
is gevallen kan als bewijs dienen hoe weinig
weerklank een grondwetsherziening of nienwe
omkeeringen bij het volk vinden. Ferry heeft
in hooge mate den moed zijner overtuiging. Hij
durft zeggen wat hij meent, hij is niet bang.
Dat is een groote eigenschap in een minister
en Ferry is dan ook van al de mannendie de
valvan het keizerrijk in aanzien bracht, de
eenigewiens gesternte naast dat van Gambetta
al hooger en hooger gegaan is. Toen Freycinet
in zijne rede te Montauban zich dorst uiten
tegenover Gambetta werd hij omvergeworpen met
behulp zijner eigen collegas. Thans doet Ferry
hetzelfde maar ditmaal zijn de hekken verhan
gen en is de minister-president zeker van het
veld te zullen behoudenals men tegen hem
dezelfde tactiek begon.
In Frankrijk begint men zich ongerust te
maken over de werkstakingen die zoowel uit
het noorden als uit het zuiden des lands bericht
worden en in de verschillende plaatsen gelijk
tijdig zijn uitgebroken.
Te Perpignan hebben de schrijnwerkers en
worden."
Zij ging naast hem zitten en nam den brief,
dien hij haar gaf. Hij was voor George Dallas,
aan het adres van Routli en kwam van mr.
Carruthers. Terwijl Harriet lashield zij de
hand haars echtgenoots in de hare geklemd;
de kalme vastberadenheid van weleer keerde bij
haar terug, maar eerst nadat zij den brief twee
maal gelezen had begon zij te spreken.
„Dit is weder een nieuwen kop van den Hydra",
zeide zij, „wij hebben er reeds zoovelen gezien.
Hetgeen wij nu hebben te overleggen iszullen
wij den brief onder ons houden of hem aan
George ter hand stellen. Op het eerste gezicht
schijnt het mij zeer gewaagdjuist dezen brief
achter te houden. Maar dat is mijn eerste in
druk misschien krijg ik later een ander inzicht
van de zaak."
„Heeft Dallas u niets van de briefwisseling
met zijne moeder medegedeeld vraagde Routh.
„Neen", antwoordde Harriet, „In zijn tweeden
brief schrijft hij slechtsdat hij niets van haar
gehoord heeft, dat zij waarschijnlijk zijne goede
voornemens op de proef wil stellen en hij haar
niet meer schrijven zal, tot hij in staat zal zijn
haar berichten van zijn ommekeer te geven."
„Haal den brief der oude, wij willen hem
nogmaals lezen", zeide Routh.
Harriet ging naar hare schrijftafel en haalde
uit een der laden een blad papier. Het was de
briefdie mrs. Biooks aan George Dallas had
geschreven. Het echtpaar las hem oplettend van
het begin tot aan het eindewaarna Harriet
zeide
„De bedoeling van dezen brief kunnen wij
alleen gissen Stewart. Ik kan er ook nu niets
anders uit lezen, dan dat het zij aarzelde
een oogenblikdoch vervolgde toen met eene
v?.s^e..s^em^aD ^atl het onderzoek verdenking
bij zijne moeder gewekt heeft. Een geluk was
leerlooiers het werk gestaaktterwijl ook de
slotenmakers dreigen de werkplaatsen te verlaten,
te Aix zijn het de bakkerste Bajeux en te
Rijsel de schrijnwerkers te Commentry de mijn
werkers enz.
Sommigen meenen de oorzaak van die gelijk
tijdige beweging in het onlangs te St. Etienne
gehouden werklieden-congres te moeten zoeken.
Omtrent de tunnel onder het kanaal zijn
de vooruitzichten gunstig. Op een onlangs ge
houden vergadering van de South Eastern spoor
wegmaatschappij heeft de voorzittter meegedeeld,
dat de voorbereidende werkzaamheden uitmun
tend geslaagd zijn en de South Eastern van de
eene en de Fransche spoorwegmaatschuppij aan
de andere zijde met de werken zouden voort
gaan
De omstandigheden zijn gunstig voor het plan;
de gesteldheid van den grond levert geen be
zwaar op en als men met denzelfden spoed als
thans kan blijven voort werken zal dc tunnel in
vijf jaren doorgegraven zij
In het Engelsch stadje South Shields, graaf
schap Durham, danst men in den werkelijken
zin op een vulcaan als men ten minste niet
zitligt of loopt. Maar een vulkaan is er. Zij
heeft haar verontrustende tegenwoordigheid be
wezen door ondergrondsche branden die eenigen
tijd geleden begonnen in de nabijheid van Har
rison's Court en in korten tijd alle eigendommen
vernielden tusschen Hill Street en Nile Street.
De brand was blijkbaar uit zich zelf gebluscht
een groot deel van de verkoolde overblijfselen
van den heuvel was weggeruimd en het terrein
veranderd in tuinen en voetpaden terwijl het
gemeentebestuur zoo veel mogelijk voorzorgen
had genomendat de brand niet weer kon uit
slaan toen nu een paar dagen geleden op nieuw
het onderaarsche vuur uitbrak te Small Court
ongeveer 200 yards van het uitsterste punt,
waartoe de oorspronkelijke brand genaderd was.
Men acht liet dus niet waarschijnlijkdat dc
tegenwoordige brand een voortzetting is van de
vroegere uitbarsting. Vuur is tot dusver niet
gezienmaar des te meer rookdie een uitweg
het, dat hij mij verhaald heeft, hoe bezorgd
zijne moeder geweest was om hem een warme
overjas te doen koopen anders hadden wij
niet den minsten draad in handen. Nu echter
lees ik uit dezen brief, dat mrs. Carruthers van
schrik over de gedane ontdekking ernstig ziek
geworden ismaar dat zij hare vrees en haar
vermoeden aan niemand heeft medegedeeld. In
elk geval hebben wij tot nu toe reeds veel tijd
gewonnen en dat is reeds een groot voordeel.
De vraag is nu reeds boven alles of wij nog
meer tijd zullen kunnen winneu dat is, of het
mogelijk is George Dallas nog langer te ver
bergen welke verdenking op hem rust. Om den
brief der oude vrouw achter te houden was eene
kleinigheid. Hij is slecht geschreven, onduide
lijk geadresseerd en van geen belang. Maar een
brief van rar. Carruthers van Poynings is iets
anders. Dat deze niet aan zijn adres bezorgd
is, zal vroeger of later uitkomen en mr. Carru
thers schijnt mij niet de man te zijn, die zulk
eene zaak ten nauwkeurigste zal onderzoeken.
Neen neen Dallas moet dezen brief in handen
krijgen."
Zij sprak op beslissenden toon, maar hare
oogen zagen droomend rond. Routh kende die
uitdrukking en wistdat zij het voorteeken was
van het eene of andere besluit of plan, dat in
hare ziel tot rijpheid kwam. Hij zweeg totdat
Harriet zelve weder begon te spreken.
„Het eerste, dat wij te doen hebben", zeide
zij, „is dat wij trachten nauwkeurige berichten
in te winnen aangaande den toestand van mrs.
Carruthers de plaats, waar zij zich thans be
vindt, en vooral, of ons vermoeden juist is, dat
George bij haar onder verdenking ligt. Deze
brief is in elk geval niet bestemd om George
naar huis te roepen. Had hij hem voor het
vertrek zijner moeder ontvangen, dan zou hij
onmiddellijk gekomen zyn. Maar de brief is den
vindt door een gat in de vloer van een pakhuis
terwijl een dikke steenen muur buiten de stad
tegen een heuvel aangebouwd zoo warm is, dat
aan het woeden van een vuur onder den grond
niet getwijfeld kan worden.
Deze nieuwe ontdekking heeft natuurlijk groote
ontsteltenis onder be bevolking teweeg gebracht.
Algemeen schijnt men het er in Duitschland
over eens te wezen dat de jongste wijzigingen
in het ministerie getuigen van een toenemend
conservatieven geest bij den leider der Duitsche
staatkunde. Von Gessier is een tikje conserva
tiever dan zijn voorganger, en Von Puttkamer
zal als minister van binnenlandsche zaken con
servatiever wezen dan Von Eulenburg. Hij zal,
dus verwacht men als voorstander van het be
ginsel van centralisatie in handen van den staat,
in het binuenlandsch bestuur maatregelen nemen
tot beperking der gemeentelijke autonomie,
en wat Von Gossler betreft, den nieuwen mi
nister van eeredienst, met gelooft dat hij niet
voor niet een neef is van den kuisch-conserva-
tieven Von Mühler. Hij staat bekend als voor
stander eener verzoening met Rome, maar tevens
toen hij president van den rijksdag washad
men gelegenheid het te bespeuren als een
zeer wettiesch man en een slaaf van de regle
menten.
Het ontslag van Von Stollberg wordt door
velen geweten aan ontevredenheid van dit zeer
aanzienlijk personaadje over de ondergeschikte
rol die Von Bismarck hem als vice-kanselier
spelen liet. Hij mocht nooit iets doen en nam
hij een enkele maal tot iets het initiatief, dan
werden zijne voorstellen en adviezen eenvoudig
geïgnoreerd en ter zijde gelegd. Het is eenmaal
niet anders Von Bismarck duldt geen mede
werkers nevens maar slechts klerken en figu
ranten onder zich.
Voor zes maanden heeft de groote man thans
gezoudheidsverlofgedurende welken tijd hij
eigenlijk niets mag uitvoeren. Maar men weet
wel vooruit hoe dat weer gaan zal
10n geschreven. Mr. Carruthers meldt dat zij
den lln zouden vertrekken en heden is het de
13n. Van waar is het postmerk
„Dover", antwoordde Routh, terwijl hij haar
het couvert overreikte.
„Dus waarschijnlijk op de post bezorgd, nadat
zij Engeland verlaten hadden", zeide Harriet.
„Naar mijn wijze van zien, is er voorloopig
slechts een ding te doen Stewart. Wij moeten
opstaandenvoet verhuizenhet is slechts een
weinig vroeger dan wij eerst voornemens waren.
Willen wij dan nog den brief achterhouden, wel
nu dan is de drukte van het verhuizen de oor
zaak waardoor hij verloren gegaan iszelfs zal
mr. Carruthers daarin berusten. Terwijl dit ge
schiedt hebben wij den tijd tot verder overleg."
„Ja dat voorstel is goed", gaf Routh ten
antwoord. „Bovendien zie ik nog niet, hoe mij
aan het gevaar te onttrekken, als Dallas na het
ontvangen van den brief hier mocht komen. Hij
zal onmiddellijk naar Amherst gaandaar ver
neemt hij al spoedig de verdenking die op hem
rust en zal de noodige stappen doen, om zich
te rechtvaardigen."
„Misschien doet hij dat", zeide Harriet, en
haar gelaat werd donkerder; „het is echter de
vraag of hij dat zoo gemakkelijk doen zal. Ik
hoop van hartedat hij zich niet in gevaar
begeeftmaar als hij dat doet zij zweeg en
zag in gedachten Routh in het gelaat terwijl
eene rilling door al hare leden voer. Hij be
merkte dien blik, voelde het beven harer hand
en fronste het voorhoofd.
„Geen komedie, Harriet", zeide hij. „Het past
u niet en bovendien is het tot zulke dingen
veel te laat."
Zij sloeg geen acht op zijne scherpe woorden,
maar bleef hem in gedachten verzonken aansta
ren. Eindelijk stond hij op en begon in de
kamer op- en neer te loopen.