Nummer 76. Zondag 24 September 1882. 5° Jftargang'.
1
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Bekendmaking.
BUITENLAND.
Belgie.
Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk
Gemeenteraad van Waalwijk.
De Echo van het Zuiden,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1,00, franco per post door
het geheeie rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden
enz., franco te zenden aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters'naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal terplaat
sing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor
Duitschland worden alleen aangenomen door het advertentie
bureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent perregel
De burgemeester en wethouders der gemeente
Waalwijk brengen ter kennis der ingezetenen,
dat de rekening der gemeente over het jaar
1882 aan den raad is overgelegd en ingevolge
art. 219 der wet van 29 Juni 1851, (Staatsblad
no 85), ter secretarie gedurende veertien dagen
voor een ieder ter lezing is nedergelegd en
tegen betaling der kosten in afschrift verkrijg
baar is.
Waalwijk, 20 September 1882.
Burgemeester en wethouders voorn.,
VAN DER KLOKKEN.
De Secretaris
E. W. VAN LIEM.PT.
OPENBARE VERGADERING
op Dinsdag 19 September 1882, nam. 6 uur.
Afwezig de heeren Timmermans^ en v. Iersel.
De voorzitter opent de vergadering.
De notulen der vorige vergadering worden
voorgelezen en behoudens eene door den heer
Van Es verlangde wijziging, goedgekeurd.
De voorzitter laat lezing geven van een schrijven
van den heer Timmermans, waarin deze kennis
geeft veihinderd te zijn de vergadering bij te
wonen.
Aangenomen voor kennisgeving.
Aan de orde
I. Onderzoek van de geloofsbrieven der nieüw
gekozen raadsleden de heeren L. Mombers en
Th. Hoffmans.
De voorzitter, aan wien dit door den raad
wordt overgelaten, benoemt eene commissie van
onderzoek, bestaande uit de heeren Van Riel
Quirijns en Zijlmans.
Na gehouden onderzoek rapporteert de com
missie dat de geloofsbrieven in orde zijn be
vonden en concludeert tot toelating, waartoe door
den raad bij acclamatie besloten wordt.
II. De voorzitter brengt ter tafel de gemeente
rekening over 1881. Hij stelt voor eene com
missie te benoemen om dezelve te onderzoeken.
Tot leden dier commissie worden bij stemming
gekozen de heeren Timmermans, Quirijns en
Van Riel.
De voorzitter deelt mede dat is ingekomen
a. de goedkeuring van gedep. staten op de
raadsbesluiten betreffende
10. de overname in onderhoud en beheer
van de overwegen in de Klooster- en
Putsteeg
20. de af- en overschrijving ten behoeve van
het onderwijs
30. de verleende premie aan de XlVe afd.
der maatschappij van landbouw
40. de uitgetrokken som voor een kinderfeest
bij gelegenheid van de opening der
school
50. de verhuring van het cascrnement der
marechaussee.
Aangenomen voor kennisgeving.
b. Schrijven van den onderwijzer Jaspers,
waarin hij verzoekt dat de raad mogebesluiten
zijn tractement ad 1 600 met f50 sjaars te
verhoocren daar de levenswijze in deze gemeente
duur is en zijne inkomsten niet in overeenstem
ming zijn met de uitgaven, die hij noodzakelijk
te d°oen heeft; daarbij kan hij geen voordeel
trekken uit de normaallessen, zooals hem was,
voorgespiegeld.
De voorzitter erkent dat de levenswijs bier
duur is, maar aangezien er pas eene overschrij
ving op den post 1 /onderwijs" beeft plaats gehad,
stelt hij voor dit adres aan te houden tot bij
de behandeling der begrooting.
Conform besloten.
c. Adres van de wed. Van den Hoek, ver
zoekende vermindering van f 12 tot f 6 van de
fente, die zij jaarlijks betaalt voor bet gebruik
maken van de poort in baar pakhuis, en ver
schoond te blijven van liet bergen van grint
daar de verhuring is geschied tot vrij gebruik.
De voorzitter zegt dat adressante haar verzoek
o-rondt op de belemmering die zij dikwijls onder
vindt bij groote drukte is die dikwijls onver
mijdelijk.
De heer Van Es vindt de vraag niet ongegrond;
de adressante heeft ook veel vrijheid verloren
met den tram.
Do heer Van Riel zegt dat de rails binnenkort
verlegd worden en dat zij dan wellicht nog
dichterbij zouden kunnen geplaatst worden. Meu
zou dan de wed. Yan den Hoek het gebruik
kunnen laten en haar geheel van rente ontslaan.
De heer Van der Heijden zou zich houden
aan het gedaan verzoek en zich niet verder
bindentevens zou hij de adressante zooveel
mogelijk van belemmering ontheffen.
De voorzitter zegt dat eerstdaags de steenkolen-
bergplaatsen aan de havon alie op ééne lijn
worden afgerasterd en gelooft dat adressante er
wel toe te vinden zou zijn dit ook te doen.
De beer Zijlmans zou onder die conditie haar
verzoek toestaan.
De heer Van der Heijden stelt voor dat de
raad in princiep besluite de rente van f 12 op
f6 te brengen en aan burg. en weth. over te
laten verder met haar over de condities te
onderhandelen.
Conform besloten.
d. Verzoekschrift van J. van Bavel en de
wed. G. van Loon vragende verbetering van den
weg tusschen hunne eigendommen, (aangehouden
in de vorige vergadering.
De heer Zijlmans heeft toevallig een der eige
naars gesproken. Deze zou er genoegen mede
nemen dat de polder den cijns kapitaliseerde
de andere eigenaar zou daarmede ook wel te
vredeu zijn dan was er een kleine f 200 dis
ponibel. Wie het dan ook doede toestand
van bedoelden weg eisebt verbetering. Is de
gemeente er niet toe genegendan moet de
polder het doen maar gebeuren moet het't
is een schande zulk een stinkpoel in 't midden
der gemeente te hebben.
De voorzitter erkent dat verbetering wensche-
lijk is maar de weg in quaestie is in eigendom
bij den polder en moet dat blijven de polder
moet den weg laten opnemen en de kosten be
talen de gemeente zal dan niet ongenegen be
vonden worden om mede te werken.
De beer Zijlraans zegt dat de weg geen
eigendom van den polder is; het bewijs daarvan
is dat de polder aan de eigenaars jaarlijks een
cijns betaalt voor het recht van overweg. Spreker
steff voor, dat de raad beslisse of bij genegen
is den weg te verbeteren. Is dit niet het geval
dan moet eene andere corporatie het op zich
nemen.
De heer Van Es herhaalt hetgeen hij in de
vorige vergadering over dit onderwerp gezegd
heeft, namelijkdat de weg eigendom is van
beide adressanten maar dat de polder er een
erfdienstbaarheid op beeft; dat de polder het
beheer moet houden over dien weg en de handen
aan 't werk moet slaan tot verbetering met
subsidie der gemeente.
De heer Van der Heijden hoort van de raads
leden die tevens lid zijn van het bestuur van
den buitenpoldcrdat er eene som van bijna
f200 disponibel zou komen. Bij de reparatie
der bestrating van den prov, weg in onze ge
meente zullen er waarschijnlijk veel oude keien
overblijven spreker heeft we! eens gehoord dat
de provincie die overblijvende keien gemakkelijk
afstaat tot bet maken van opritten en dergelijke;
dit zou onderzocht kunnen worden en ia dit zoo
dan zou het in 't voordeel der gemeente zijn
zelf den weg te verbeteren daar zij er dan
noodwendig het toezicht over zou hebben.
De voorzitter zegt dat er niets over zal schie
ten dan stukken en brokken in 't midden
worden de goede gelegd en de bruikbare stukken
aan de kanten.
De heer Van der Heijden repliceert dat er
natuurlijk over moeten blijven daar er eenige
duizenden nieuwe keien gebruikt worden.
De voorzitter blijft dit ontkennend^ar de
keien door de gebeele gemeente worden opge-
brokeu, de goede en nieuwe o.ver 3 ellen in 't
midden worden gelegd en de rest aan de kauten;
er zullen dus niets dan stukken overblijven.
De lieer Van der Heijden acht die toch beter
dan grint.
De heer Zijlmans wenscht het door hem gedaan
voorstel aangehouden te zien tot de volgende
vergaderingintusschen kan men informaties
inwinnen omtrent de besproken keien.
De voorzitter kan dit billijken.
Zonder stemming conform besloten.
De voorzitter deelt mede dat bij om de vele
werkzaamheden aan het gemeentebestuur ver
bonden zijn ontslag neemt als lid der schooi
en teekenschoolcoramissie.
Aangenomen voor kennisgeving.
De voorzitter deelt mede dat de buitenpolder
tracht het gemeentebestuur in moeielijkheden te
Brengen over de werkzaamheden aan dc haven.
Het gemeentebestuur is namelijk gesommeerd
om de havenkade in haren vorigen toestand terug
te brengen het gemeentebestuur heeft daarop
een bevoegd ambtenaar geraadpleegd en vervolgens
de noodige maatregelen tegenover den polder
genomen.
De betreffende stukken zijn nog niet in orde,
maar in de volgende vergadering zullen zij worden
overgelegd.
De heer Van der Heijden heeft praatjes over
deze zaak gehoord spreker vraagt of die moeie
lijkheden niet zouden kunnen worden voorkomen.
Hij zou wcnschen dat er eene commissie uit
den raad benoemd weid om burg. en weth. ter
zijde te staan en dan met den polder in overleg
te treden.
De voorzitter antwoordt dat de polder dit
niet beeft gewild.
De heer Zijlmans meent dat, is hij wel inge
licht, dan een zeer merkwaardig stuk is inge-
komeu, namelijk een rapport van den provin
cialen ingenieur, den lieer Schexichaven die
persoonlijk op last van ged. staten den toestand
heeft opgenomen. Hij, spreker, had zeker ver
wacht dat dit stuk heden ter tafel zou zijn
gekomen.
Wat betreft dat het polderbestuur niet genegen
zou zijn de zaak in der minne te schikken, dit
moet liij bepaald tegenspreken integendeel is
het bestuur daartoe zeer genegen.
De voorzitter antwoordt dat het merkwaardig
stuk waarvan de heer Zijlmans spreekt te
gelegener tijd aan den raad zal worden over
gelegd dat stuk is met de andere betreffende
de haven overgelegd aan den advocaatdien
burg- en weth. gemeend hebben te moeten raad
plegen. Overigens staat het vast dat door een
lid van het gemeentebestuur aan den polder een
voorslag is gedaan.
De heer Zijlmans trekt niets terug van hetgeen
hij gezegd heefthij gelooit datware het
bedoelde stuk ter tafel gebracht, de raad niet
zou aarzelen een commissie te benoemen om de
zaak met den polder te regelen.
De voorzitter antwoordt dat bet de taak van
het gemeentebestuur is de zaken voor te bereklen
voor de behandeling in de openbare vergadering;
dit is niet alleen eene bevoegdheid, maar zelfs
een plichtzoodra de zaken behoorlijk zijn
voorbereid zullen de stukken worden overgelegd.
De heer Van Es zal de zaken nader toelich
ten. Hij billijkt hetgeen de heer V. d. Heijden
gezegd heeft. De heer Zijlmans zal zich herin
neren dat zij samen langs de haven gewandeld
zijnde heer Zijlmans langs de oost-, spreker
langs de westkade; dat er toen gesproken is
over het zafcd dat op de oosterkade geworpen
isdat spreker toen aan den heer Zijlmans ge
zegd heeft dat, als de polder den opgevorpen
grond niet kon gebruiken, er dan een commissie
uit den polder en den gemeenteraad moest be
noemd worden om die zaak te bespreken. Daarna
heelt spreker nogeens aan den voorzitter van
den buitenpolder, dr. De Haan, hetzelfde gezegd,
en voorgesteld te confereeren om de zaak in
der minne te schikkeu. In plaats daarvan ont
ving men een brfefje, zooals men er geen van
een fatsoenlijke corporatie zou verwachten.
De heer Zijlmans verzoekt den vorigen spreker
zich duidelijker uit te drukken daar anders
wellicht zou kunnen worden verondersteld dat
gezegd schrijven uitgegaan was van het bestuur
van den buitenpolder. Hem, spreker, is daarvan
niets bekend, evenmin als aan dr. Van lieijst,
die ook lid van dat bestuur is. Verder zegt
spreker, dat men hem onwillekeurig beschuldigt
van partijdigheidhij is echter zeer onpartijdig,
daar hij lid van den gemeenteraad en tevens
'lid van liet bestuur van den buitenpolder is en
dus in beider belangen betrokken is.- Hij verklaart
dat het polderbestuur den gerechtelijken weg niet
zoekt. Het heeft gedep. staten geconsulteerd.
Op last van gedep. staten heeft de ingenieur
Schevichaven een onderzoek ingesteld en zijn
rapport is aan den gemeenteraad toegezonden
doch heden niet ter tafeldit is het wat spreker
betreurt.
De heer Van der Heijden merkt op dat het
polderbestuur gemeend heeft raad te moeten
vragendat het dus aan het gemeentebestuur
niet kwalijk kan nemen, dat ook dit hetzelfde
gedaan heeft.
De heer Zijlmans oordeelt dat het best is
deze zaak spoedig af te doen hoe langer het
duurthoe meer moeielijkheden er zullen komen.
De heer Van Riel kan niet nalaten zijne ver
wondering er over uit te drukken dat de leden
van het polderbestuur, die dagelijks aan de haven
komennooit gesproken hebben zoolang het
werk in gang was maar eenvoudig hebben laten
doorwerken en thans eerst met hunne bezwaren
voor den dag komen.
De heer Zijlmans antwoordt dat het feit eerst
geconstateerd moest wordenalvorens iets te
kunnen zeggen.
De heer Van Riel vindt dit juist als men
iemand iets wil afvangenmaar niet als men
vriendschappelijk tegenover elkander staal, zooals
gemeente- en polderbestuur behooren te doen.
De heer Zijlmans zegt, dat hadde men het
voorstel van den polder gevolgd om de haven
ten westen af te graven er geen moeielijkheden
zouden geweest zijn.
De Voorzitter zegl dat toen de eerste krui
wagens grond op de kade waren gebracht, de
voorzitter van het polderbestuur hem verzocht
heeft niet de geheeie massa op een hoop te
laten werpen, maar op drie of vier verschillende,
waarop hij, sprekergeantwoord heeftdat dit
zou gebeuren, gelijk ook heeft plaats gehad.
De heer Van Es zegt dat de heer Zijlmans
zijne verwondering heeft uitgesproken dat het
door gedep. staten gezonden stuk niet ter tafel
was gebracht. Maar burg. en weth. waren wel
degelijk verplicht een reis naar 's Bosch te maken
om advies te vragen, daar zij in het begin der
week een brielje kregen, dat het zand in de
haven zou worden geworpen als het einde der
week niet geruimd waszij moesten toch wel
weten hoe zij in dit geval te handelen hadden.
De Beer Van Heijst vraagt waarom het ge
meentebestuur permissie vroeg om landvesten in
de kade te maken, toen zij er reeds lagen.
De heer Van Es antwoordt dat spreker zich
vergistzoover hem bekend is liggen er geen
landvesten in de oosterkade alleen eenige palen
om de kade onder talud te brengen.
De voorzitter zegt dat geen landvesten moch
ten worden aangebracht zonder vergunning
daar het echter hoogst noodzakelijk bleek die
te leggen, is de vergunning gevraagd.
De heer Zijlmans zegt dat deskundigen sterk
waren tegen liet aanbrengen van landvesten.
De heer Van Es antwoordt dat aan de west
zijde geen enkele landvest ligt, waardoor de kade
iets geleden heeft.
De heer Zijlmans oordeelt dat ook geen enkele
dier landvesten iets beteekent.
De heer Van Riel meent dat de kade niet
slechter zou zijn al waren er landvesten in.
De heer Van Heijst zegt dat twee deskundi
gen juist het tegendeel hebben beweerd.
De voorzitter zegt dat er lang genoeg over
deze zaak gepraat ishij stelt voor in eene
volgende vergadering nader te beslissen en sluit,
daar niemand meer het woord verlangt, de
vergadering.
Uit Brussel worden reeds voorteekenen van
een vroegen en strengen winter gemeld. De
zwaluwen trekken in grooten getale naar het