Nummer 83. Donderdag 19 October 1882. 5e Jaargang. X Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk. Gemeenteraad van Waalwijk. De Echo van let Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00, franco per post door het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden, enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal terplaat sing opgegeven, worden 2maal beregend. Advertentiën voor Duitschland worden alleen aangenomen door het advertentie bureau van Adolf Steiner,Hamburg. Reclames 15 cent perregel OPENBARE VERGADERING op Maandag 16 October 1882, vm. lOtyj uur. .Tegenwoordig alle leden. *^De voorzitter opent de vergadering. De notulen der vorige vergadering worden voorgelezen en, na inlassching eener door den heer Van der Heijden verlangde wijziging goedgekeurd. Aan de orde I. verrekening der havenkosten. De voorzitter deelt mede dat, blijkens verslag van den opzichterde werkzaamheden tot ver betering der haven voltooid zijn. Dat verslag wordt voorgelezen. Daarin wordt o. m. gezegddat tengevolge van het groot aantal schepen dat in de haven kwam na de heropening, het baggeren niet altijd genoegzaam kon geschiedendat de westerkade is verlegd dat in de oosterkado alle gaten zijn aangevuld met goeden kleigrond en dat op die kade 1000 M3 grond is gebrachtdat met den overigen grond het terrein ten W. der haven is opge hoogd en eindelijk dat uit de peilingen is ge bleken dat de haven volkomen de vereischte diepte heeft, terwijl de opzichter verklaart, dat de werkzaamheden voltooid zijn. Uit den afrekeningstaat blijkt dat de aanne mer 2 dagen premie verdiend heeft voor ver vroegde opening der havente samen ten be drage van f 40 maar daarentegen het geheele werk 22 dagen te laat heeft opgeleverddus 22 dagen boete a, f 10 elk, maakt f 220. De rekening voor buitengewone werkzaamhe den beloopt 605,52". De geheele staat van afrekening is dus Aannemingsom f7039. Buitengewone werkzaamheden - 605,52®. 2 dagen vervroegde opening - 40. Totaal f7684,525 Af te trekken 22 dagen boete a f 10 - 220. Komt den aannemer f7464,525. De voorzitter laat lezing geven van een adres van den aannemer der havenwerken, Bakhuijzen, te Sliedrechtverzoekende kwijtschelding der beloopen boeten en vermeerdering der aanne mingsom. Hij grondt zijn verzoek op tegen spoeden, die hij ondervonden heeft tengevolge van ongunstig weerwelzand enz., waardoor hij een verlies lijdtdat door hem op f 4000 geschat wordt. De voorzitter zegt, dat hoedanig de raad over dit verzoekschrift moge denken het hem voor komt dat er wel grond is om aan te nemen, dat de aannemer door tegenspoeden verlies geleden heeft, 't Is goed te begrijpen dat dat werk niet voor f7039 is kunnen gemaakt worden. In hoeverre echter de raad gerechtigd is om toe lage te geven dit laat hij aan den raad over. De heer Van Heijst is van meening, dat all er zooveel toegegeven is, dit daaraan ligt, dat de aannemer zijne berekening niet juist gemaakt heeft. 'tGaat niet aan eerst volgens zijne be rekening in te schrijven en dan naderhand op grond van ondervonden tegenspoeden bijslag te vragen hij gelooft dat subsidie zelden verleend wordt. Had de aannemer b. v. f2000 gewon- uen dan zou hij ze ook niet teruggegeven heb ben aan de gemeente. Spreker is wel voor kwijtschelding der boetemeer tegen verdere tegemoetkoming; 'theeft toch reeds veel geld aan de gemeente gekost. De heer Van Es zegt dat primitief in het dag. best. is opgemerkt, dat het moeielijk samen gaat de boeten kwijt te schelden en de premie te betalen. Hij zou dus de aannemingssom laten zooals ze wasde premie niet betalen maar ook de boeten niet toepassen. De voorzitter voegt hier nog bijdat Bak- huyzen meermalen opmerkzaam is gemaakt, dat, al 'besluit de raad de boete niet toe te passen hij, Bakhuyzen, toch de kosten moest betalen voor het langer werkzaam zijn van den opzichter. Deze heeft een maand langer gewerkt, dus moet er door den aannemer f90 betaald worden. De heer Van Es zegt, als men den aannemer hoort spreken, hij werkelijk veel toegeeft, zooals hij met bewijsstukken staaft. De heer Van Hiel wenschtvoordat de raad zijne goedkeuring hecht aan de afrekening, nog iets te bespreken. Bijna alle schippers die de haven bezoeken klagen over de slechte ligging in dezelve. Een nieuw schip, dat hier eenigen tijd gelegen had, moest recht uit de haven naar de werfook tegenover den Hoverikwaar de dam gelegen heeft, is de zaak niet in orde. De heer Van Es deelt mede, dat hij datzelfde punt reeds de vorige week heeft besproken; hij heeft toen den opzichter belast het na te zien. De heer Van Riel drukt zijne verwondering uit dat Buijs een certificaat heeft afgegeven dat de haven voltooid isschepen, die moeten lossen, kunnen niet bij de kaden komen. De heer Van Es zegtdat het nog wel eeni gen tijd zal duren eer dit alles in orde isde havenkom was nog niet geheel afgewerkttoen hebben B. en W. beter geoordeeld aan de kanten wat te laten zitten met het oog op de beschoeiing en den kaaimuur. De heer Van Riel wenschte wel dat er mis schien nog 500 M. inzatvroeger was de kom beter dan nu. Als men van de zijden den grond zoo diep had weggehaald als in 't midden was men ver onder de fundeering van beschoeiing en kaaimuur terecht gekomen. Nu gaan de schepen schuin liggen. De heer Van der Heijden heeft den haven meester hooreu zeggendat de schuiten niet konden baggeren waar men dit wenschte dat hierdoor groote gaten in de haven zijn gemaakt, die zeer gevaarlijk zijn voor schepen. De voorzitter is dikwijls aan de haven geweest, maar heeft van die zaken nooit iets gehoord dan dat de boot schuins ging liggen. In alle geval is 't zaak een grondig onderzoek in te stellen. De heer Van Riel moest het maar eens goed nazien en dan naar omstandigheden han delen. De heer Van Riel wil die verantwoordelijk heid niet op zich nemen wel wil hij die zaak onderzoeken en dan zijne bevinding aan den raad mededeelen. De voorzitter zegt dat de haven in peiling is opgenomen op afstanden van 8 a 10 M, en dan op verschillende punten. B. en W. zien door de oogen van den opzichter zoolang deze in dienst der gemeente geweest is, hebben zij nooit reden gehad om te veronderstellen, dat hij hen in eenig opzicht wilde foppenzegt hij nu na gedane peiling, dat de haven in orde is dan moeten B. en W., behoudens bewijzen van het tegendeelin zijne uitspraak berusten. De heer Van Riel vraagt, of in geval bevonden wordtdat de haven niet in orde isde ge meente dan verhaal op den aannemer heeft. De voorzitter antwoordt, dat de aannemer nooit eenig voorschot gevraagd heeft. Dat hij nu echter geld wenscht te hebben. Spreker vindt het voorzichtig de zaakna hetgeen daarover in en buiten den raad is gezegdgoed te onderzoeken voor en aleer de boeten kwijt te scheiden. Spreker stelt daarom voor de zaak Bakhuizen aan te houden tot de volgende vergadering en den man, als hij geld verlangteen voorschot te geven dat, na eenige discussie, bepaald wordt tot een bedrag van f 6500. II. -Behandeling der polderkwestie. De voorzitter deelt mede dat de gemeente namens mevr. dewed. Van Riel te Erpgedag vaard isom den 20 Oct. a. s. voor de recht bank te verschijnen om zich te hooren veroor- deelen om de oostelijke havenkadezoover zij langs het land van requirante ligtin den vo- rigen toestand terug te brengen terwijl de ge meente mede verantwoordelijk is gesteld voor alle kosten schaden en interessen en de kosten van het geding. Het gemeentebestuur heeft de dagvaarding da delijk opgezonden aan Mr. Van Zinnicq Bergman, te 's Bosch met verzoek om inlichtingen. Deze heeft geantwoord dat hij met de omstandigheden bekend wasen dat er alle reden was om ver wering te voeren; hij zou mede procureur stellen; in 't belang der gemeente zou hij nog geen gronden aangeven. Daarna hebben B. en W. eene conferentie gehad met den heer Bergmandie verklaarde zich aan het reeds geschrevene te houden. De voorzitter stelt voor dat de raad besluite, B. en W. te machtigen Mr. Van Zinnicq Berg man aan te wijzen om de gemeente te verte genwoordigen in de procedure contra Mevr. Van Riel. Daar niemand terstond het woord verzocht verklaarde de voorzitter zijn voorstel bij accla matie aangenomen. De heer Timmermans gelooft dat dit wat te vlug gegaan is als de raad zich er mede ver eenigen kon dit besluit als niet genomen te beschouwen verzocht hij het woorddaar hij die zaak wenscht te bespreken. De voorzitter verzet zich daar niet tegen hij merkt op dat de raad moet zorgen vertegenwoor digd te zijn. De heer Timmermans wenscht den raad in overweging te geven of het niet al zoo goed zou zijn in beginsel aan te nemen, dat Mr. Bergman in plaats van de zaak te verdedigen, uitstel van behandeling aan de rechtb nk zou vragen. De voorzitter vindt daar niet veel tegen hij heeft ziju voorstelzooals het isgeformuleerd volgens den brief van Mr. Bergman ten einde de zaak te bespoedigen. De heer Timmermans vreestdat als het voorstel var. den voorzitter wordt aangenomen en Mr. Bergman van de zaak gesaisisseerd is de gemeente dadelijk in een procedure zal zijn gewikkeld hij meent echter dat het algemeen verlangen is dat dit niet geschiede. De voorzitter antwoordtdat alvorens de zaak haren loop kan hebben de gemeente eerst een rechtskundig advies moet hebben en dit aan ged. staten moet overleggen. Dit kon Mr. Bergman voor Viijdag a. s. niet gereed hebben; hij zal er echter voor zorgenmaar begint daaraan natuurlijk niet zonder mandaat van den raad. Wanneer de gemeenteraad nu het door hem voor gesteld besluit neemt, heeft de raad geen nader besluit te nemen. Dar. geven B. en W. Mr. Bergman order een rechtskundig advies te geven; is dit ingekomendan wordt dit aan den raad overgelegd, en vervolgens aan ged. staten intus- schen vraagt Mr. Bergman uitstel der zaak. De heer Timmermans insisteert op het punt, dat ten slotte de raad besluit of er zal gepro cedeerd worden ja dan neen. De voorzitter geeft dit toe. De voorzitter legt over de stukken betreffende de polderquaestie en laat den secretaris begin nen met de voorlezing derzelve. (Twee dier stukken met begeleidend schrijven van heeren ged. staten van Noordbrabantzijn opgenomen in No 81 van dit blad.) De heer Van lersel denkt dat alle leden deze stukken wel gelezen zullen hebben hij oordeelt voorlezing onnoodig. De voorzitter weet dit niet. De stukken hebben wel ter visie gelegen maar 't is hem onbekend of alle leden er inzage van hebben genomen als de raad voorlezing niet wenscht is 't hem goed. Tot zijne groote bevreemding zijn verschillende dier belangrijke, stukken reeds voor eenige dagen, dus voor zij aan den raad waren overgelegd in de Echo van het Zuiden te lezen geweest. Hij kan niet begrijpen hoe de redacteur er aan gekomen is. Spreker heeft bij den secretaris en bij de beambten ter secretarie de zaak nauw keurig onderzocht en allen hebben hem verklaard dat zij ze niet hebben gecopiecrd en dat er ook door geen der raadsleden afschrift van is geno men voor zoover hun bekend is. Hij weet dus niet hoe zij in handen ziju gekomen van den redacteur van de Echo van het Zuiden. De heer Yan lersel zegt dit de stukken reeds bekend waren voordat ze in handen van den burgemeester waren. De heeren Van Heijst en Zijlmans verklaren, dat de buitenpolder die stukken niet gehad heeft. De voorzitter blijft het altijd raadselachtig vinden. Uit de overgelegde stukken kan o. a. het volgende blijken Bij brief van 30 Maart bood het buitenpolder bestuur den raad aan, om f250 bij te dragen in de kosten van verhooging der Putsteeg en het leveren van 2000 M3 grond om de ooster- haver.kade te verzwaren. Den 3 April daarna is eene vergadering ge houden van bet gemeentebestuur met dat van den buitenpolderop die vergadering isna langdurige discussie, een voorstel vastgesteld, volgens hetwelk de buitenpolder f 500 zou bij dragen aan de gemeente voor verbetering der havenkaden volgens bestek van den ingenieur Groeneveld. Hierop heeft het polderbestuur een geheime vergadering gehouden waarop bij monde van den voorzitterdr. De Haan aan den burge meester is medegedeeld, dat de polder f 500 zou bijdragenmits de gemeente 1000 M3 grond op de oosterkade bracht, waarop de burgemeester geantwoord heeft dat hij er den raad nader over zou hooren. In de raadsvergadering van 11 April werd het voorstel van den buitenpolder aangenomen met algemeene stemmen uitgenomen die van den voorzitterdie oordeelde dat de gemeente den grond zelf noodig had; de heeren Van Heijst en Zijlmansleden van het bestuur van den buitenpolder en tevens van den gemeenteraad woonden die vergadering bij. De overeenkomst werd den 12 Juni opgezon den ter goedkeuring, die onder dagteekening van 28 Juni volgde. De voorzitter voegt hier nog bijdat zoodra men begonnen was grond op de kade te storten, de president van den buitenpolder kwam ver zoeken om al den grond niet op één hoop te werpen maar hem op verschillende punten te verdeelen omdat het dan voor den polder ge makkelijker was hem te egaliseeren. Aan dit verzoek is onmiddelijk gevolg gegeven. Ook zijn de heeren Zijlmans en de Rhoon den wethouder Van Es komen spreken over het te ver afgraven van den grond aan de oosterkade; met de door genoemden wethouder gegeven in lichtingen namen die heeren genoegen. Ook zijn de hh. De Haan, De Rhoon en Zijlmans den heer Van Es komen spreken over de wes terkade die te spits opgewerkt werdhetgeen naar hunne meening niet volgens bestek was. De zaak is dadelijk onderzocht en aan hunne opmerking gevolg gegeven. Na al de hierboven aangehaalde bewijsgronden durft de polder die overeenkomst ontkennen en beweeren dat de gemeente zonder eenig recht zonder vergunning en geheel ter kwade trouw gehandeld heeft. Waar zijn de bewijzen daarvoor? er bestaat er geen enkelof zou dit moeten gezocht wor den in den latereu brief van het polderbestuur, waarin het zegtdat aangezien er van de ge meente geen antwoord is gekomen op den brief van 30 Mrt. 1882de overeenkomst als niet aangenomen wordt beschouwd. Het dag. bestuur heeft al deze stukkenten einde de behandeling voor te bereiden in handen gesteld van een rechtsgeleerde; geheel overeen komstig zijn advies stelt de voorzitter voor aan ged. st. te schrijven dat de gemeenteraad, daar gelaten de vraag in hoeverre de gemeente tot eene bijdrage verplicht is of bij het bedoelde werk belang heeftzij vermeent thans moeielijk in onderhandeling te kunnen komen met den buitenpolder van Waalwijk en tegenover dien polder eene zeer gereserveerde houding te moeten aannemen, vermits het bestuur van dien polder ontkent de overeenkomst, welke bij besluit van gedep. staten van 28 Juni, G. no 49, le afd., is goedgekeurd met een proces dreigt en reeds een beleedigend exploit heeft gezonden, waarvan afschrift wordt bijgevoegd. De heer Zijlmans wenscht alleen aanmerking te maken op hetgeen gezegd is omtrent het ge sprek over deze zaak tusschen den heer Van Es en hem.. Hij ontkent dat geheel en zegtdat in 't begin van 't werk, toen men bezig was om de oostkade af te steken de heer Van Es door het geheele polderbestuur op de markt daarover is aangesproken. De heer Van Es heeft toen geantwoord dat het waar was dat de kade afgestoken werd dat men echter zoo nauw niet kon zien en dat in alle geval de voorwaar-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1882 | | pagina 1