Nummer 45. Donderdag 5 Juni 1884.
7e Jaargang,
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
Bekendmakingen
De soldaat van de landweer.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
Spanje.
Uitgever: ANTOON TIELEII te Waalwijk.
Eene Novelle.
rr*er!5C^e!nHs«iS!ei-inT?sK^«s?^'v»i
Si
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00, franco per post door
het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden,
enz., franco te zenden aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal terplaat
sing opgegeven, -worden 2maal berekend. Advertentiën voor
Duischland worden alleen aangenomen door het advertentie
bureau van Adolf Steinek,Hamburg. Reclames 15 cent perregel
Burgemeester en wethouders der gemeente
Waalwijk ontvangen hebbende aanschrijving van
zijne excellentie den heer commissaris des konings
in deze provincie van den 2 Mei 1884 3e afdeeling
(Blijblad no. 45).
Gelet op de 2e zinsnede van art. 139 der wet
van 19 Augustus 1861 (Staatsblad no. 72).
Maken bekend
Dat het te houden onderzoek (inspectie) van de
verlofgangers der nationale militie in deze pro
vincie voor deze gemeente zal plaats hebben op
Woensdag den 11 Juni des voormiddags om 10 ure
ten raadhuize der gemeente.
Dat tot de bijwoning van die inspectie zijn ge
houden
De miliciens der lichtingen van 1880 1881 1882
en 1883,
voor zooveel zij voor 1 April in het genot van
onbepaald verlof zijn gesteld.
Dat de voorschriften der aangehaalde wet onder
anderen luiden als volgt:
Art. 140. De verlofganger verschijnt bij het
onderzoek in uniform gekleed en voorzien van
de kleeding- en uitrusting-stukkenhem bij zijn
vertrek met verlof medegegevenvan zakboekje
en van zijn verlofpas.
Art. 141. Behoudens het bepaalde in art. 130
kan een arrest van twee tot zes dagen, te onder
gaan in de naastbij gelegen provoost of het naasbij
zijnde huis van bewaring of arrest, door den
militie-commissaris worden opgelegd aan den
verlofganger
lo. die zonder geldige reden niet bij het onder
zoek verschijnt;
2o. die daarbij verschenen zijnde zonder gel
dige redenniet voorzien is van de in het voor
gaand art. vermelde voorwerpen
3o. wiens kleeding- of uitrustingstukken bij
het onderzoek niet in voldoenden staat worden
betonden
4o. die kleeding- of uitrustingstukken aan een
ander behoorende, als de zijne vertoont.
Art. 142. Is de verlofgangerwien krachtens
het voorgaand artikel arrest is opgelegdbij het
onderzoek tegenwoordigdan kan hij dadelijk
onder verzekerd geleide in arrest 'worden gebracht.
Is hij niet tegenwoordig en onderwerpt hij zich
niet aan de hem opgelegde straf, dan wordt hij,
op schriftelijke aanvrage van den militie-commis
saris te richten aan den Burgemeester der woon
plaats van dien verlofganger, aangehouden en
onder verzekerd geleide naar de naastbij gelegen
provoost of het naastbij zijnde huis van bewaring
of arrest overgebracht.'
Art. 143. Onverminderd de straf, in art. 141
XII.
>.Gij bewijst mij een dienst waarvoor ik u
niet dankbaar genoeg zijn kan. Ga zitten ik
zal eerst lezen."
„Lees maarzeide Suze zachtik heb den
tijd!"
Hermine had het zegei reeds verbroken zij
stond aan het venster en las met gretige oogen
de regelen die de dierbare haar schreef. Zij las
lang.
„En toch fluisterde zijhet papier toevou
wende en in haren boezem verbergende, „de
oorlog is onvermijdelijk
Betende viel zij op den stoel neder.
Hetzelfde heeft mijn Arnold mij gescheven!"
fluisterde Suze weenende. „Het leger is reeds
verder opgerukt."
„Naar de Boneemsche grenzeu."
„God in den hemelwat moet daar van ko
men Mijne arme moeder zit in huis en weent
hare oogen rood. En ik ween met haarzoo
is thans ons leven
Suze hield haar voorschoot voor de oogen en
snikte luidkeels.
Ook kon Hermine hare tranen niet bedwingen.
„Gij zijt er beter aan lieve Suze dan ik gij
kunt uwe moeder uw leed klagen kunt met
haar van uwen man spreken ik moet echter
mijne smart verkroppen moet de eenzaamheid
zoeken om te mogen weenen. Zulk een dwang
verdubbelt de smart
„Achmejuffouw ten slotte komt het toch
op hetzelfde neder,,.,, smart blijft smart, of men
vermeld is de verlofganger verplichtop de
daartoe door den militie commissaris te bepalen
tijd en plaats, en op de in art. 140 voorgeschreven
wijze, voor hem te verschijnen om te worder.
onderzocht.
Art. 144. De verlofgangerdie zich bij herha
ling schuldig maakt aan het feit, sub. 4o'van art.
141, bedoeld, of niet overeenkomstig art. 143 voor
den militiecommissaris verschijnt, of, aldaar ver
schenen zijnde, in het geval verkeert sub 2o en
3o van art. 141 vermeld, wordt onder de wapenen
geroepen en van drie tot zes maanden gehouden.
Dat zij de verlofgangers verder opmerkzaam
maken, dat zij gedurende den tijd, dien het onder
zoek duurt, en in het algemeen wanueer zij in
uniform gekleed zijnvolgens het aangehaalde
art. 130 2e en 3e lid der wetworden geacht
onder de wapenen te zijn, en het crimineel wet
boek en het reglement van krijgstucht te lande
op hen van toepassing is.
En opdat niemand onwetendheid zoude kunnen
voorwenden zal deze na afkondiging op de gewone
wijze, worden aangeplakt ter plaatse waar zulks
te doen gebruikelijk is.
Waalwijk28 Mei 1884.
Burgemeester en Wethouders voorn.,
De burgemeester,
VAN DER KLOKKEN.
De Secretaris,
F. W. VAN L1EMPT.
Uit Brussel wordt gemelddat de liberale
kiesvereeniging 15 aftredende leden der kamer
van vertegenwoordigers candidaat heeft gesteld
tusschen de heeren Robert en Demot moet her
stemd worden.
De heer Dcmot heeft zijne candidatuur in
getrokken.
Een Antwerpsch socialist heeft een „voor
recht" der proletariërs ontdekt, dat zij met de
rijken gemeen hebben. Van een socialistische
vergadering komende hoorde men hem, terwijl
hij over de straat zwaaide, in zijn baard brom
men„Ahwel, de rijken... de rijken... wat de
rijken Ze mogen doen wat ze willen maar
ze kunnen zich toch niet „zatter" drinken dan
wij... Neen voor den die en dat, dat kunnen
ze niet, zulle!
ze aan anderen kan mededeelen of niet."
„Noem mij niet mejuffrouwWij hebben
immers als kinderen te zamen gespeeld en op
school gegaan
„Dat zou mij niet passen
„Al zijn mijne betrekkingen veranderd mijn
hart is toch betzelfde gebleven. Nog dikwijls
denk ik met vreugde aan den blijden tijd mijner
jeugd toen gij mijn geliefdste speelgenoot waart.
Het lot heeft ods gescheidenheeft ons een
verschillenden levensweg aangewezenthans
voert de smart ze beiden weder tot elkander.
Suze de oude viendschap is niet uitgedoofd zij
zal zich verjongen onder onze tranenGij
weet het geheim zijt bekend met mijne liefde
voor Erederik Grasbergmet u kan ik over
hem spreken anders zou ik geheel moeten zwij
gen daar onze vaders de bitterste vijanden zijn.
Noem mij daarom weder „Hermine" zoo als gij
altijd gedaan hebt.„
Suze sprong op en reikte haar met vuur de
hand.
„J"a, dat wil ik gaarne!" riep zij snikkend.
„Kunt gij mij tot uwe vriendin aannemen, reken
dan ook op mijne trouwe gehechtheid ik zal u
eiken dienst betoonen dien gij van mij verlangt.
Bovenalles stort uw hart geheel uithet zou
kunnen zijn, dat ik een goeden inval kreeg, die
u van nut kon zijn."
„Ik zal u om geen geheimhouding behoeven
te vragen
„Dat zou overtollig zijn riep de jonge vrouw
met vuur, „want ongevraagd zweer ik u dat ik
geen mensch een woord zeggen zal mijn man
zal het zelf niet wetendat wij op zulk een
vertrouwelijken voet zijn."
Getroffen kuste Hermine hare frissche wangen,
waarna zij hare vriendin haar treurigen toestand
begon te schilderenzonder echter van de om-
Met aanzienlijke meerderheid van stemmen
(160 tegen 119) heeft de Fransche senaat het
voorstel van Naqnet aangenomenwaarbij de
wet van 1816die de echtscheiding uit het
wetboek schrapteop hare beurt wordt afge
schaft.
In eene depêche van den gouverneur van
Saigon, wordt gemeld, dat te Cambodja op 28
dezer een brand heeft gewoedwaardoor een
geheele wijk in de asch is gelegd. De Fransche
inrichtingen hebben daarbij geen schade geleden.
In het geheel zijn 105 huizen vernield, benevens
verscheidene eigendommen den koning toebe-
hoorende.
De schade wordt op 1,400.000 fr. geschat.
Op voorstel van den minister van koop
handel heeft de president der republiek een
besluit geteekend waarbij eene commissie van
36 leden wordt benoemd om de middelen te
onderzoeken die de deelneming van Fransche
handelaren en industrieelen aan de in, 1885 te
Antwerpen te houden wereldtentoonstelling ver
gemakkelijken kunnen. Het besluit bepaalt
tevens dat een commissaris-generaal Frankrijk
vertegenwoordigen zal bij de uitvoerende com
missie der tentoonstelling.
Te llijssel heeft een groote brand de werk
plaatsen der electrische verlichtingmaatschappij
van Sivan vernield. Een paar naburige fabrieken
werden mede door de vlammen aangetast en
zwaar beschadigd. Een viertal brandweermannen
werder. door het instorten van een gedeelte van
het gebouw ernstig gewond. Men berekent de
schade op 500.000 fr.
Ook te Neustadt in Saksen had bij een
brand een treurig ongeluk plaats. Na het blus-
schen van den brand die vijf gebouwen in de
asch legdeziju daar een paar muren ingestort
en vijf brandweermannen alsmede twee toe
schouwers werden onder het puin bedolven. De
soldaten die terstond aan het werk gingen om
de ongelukkigen te bevrijden, vonden vijf hunner
dood en twee zeer zwaar gewond.
-Te Rijssel is een ascenseurwaarin zich
20 personen bevonden van eene hoogte van
40 meter naar beneden gestort. Drie personen
standigheden liaars vaders te gewagen.
„Kohier, de ambtman!" zeide Suze zacht. „Hij
zou ook mij niet bevallen; zoo dikwijls ik hem
zie, loopt er eene koude rilling door mijne leden.
Dan is mijnheer de houtvester een ander man.
En als hij eens opperhoutvester wordtdat niet
lang meer duren zal zooals hij zelf zegtdan
moet de ambtman geheei voor hem onderdoen.
Ik begrijp uw vader nietde oude Grasberg
is zoo goed en vriendelijk en helpt ieder dien
hij maar kan."
„Ook mijn vader is goed. De verbittering
waarin zelfs de vredelievende Hessier deeltis
mij onverklaarbaar. O, er ligt mij veel aange
legen de reden er van te kennen."
„Stel u gerustde vriendschap zal spoedig
weder hersteld worden."
„Ik twijfel er niet aan maar voor dat ge
schiedt verlangt Kohier een antwoord van mij
en miju vader dringt er ook op aan. Ik kan
hem de geheele waarheid niet zeggen deze om -
standigheden drukt mij zwaar op het hart. Voor
de eerste maal moet ik mijn vader iets verber
gen,.... ach dat het daartoe komen moest
Hermine weende, zich geheel met hare gedachte
bezig houdende. Suze trachte haar uaar vermogen
te troosten en wees haar op eene gelukkige op
lossing der verwijdering, zoodra Frederik Grasberg
terugkeeren en in den post zijns vaders aangesteld
zou zijn. De jonge vrouw wist niet alles zij
kende de moeilijke omstandigheden nietwaarin
de fabrikantdien zij voor zeer rijk hield, ver
keerde. Zij vergat bijna haar eigen leed, om dat
barer vriendin te verlichten. Weldra werd de
oorlog weder het onderwerp van het gesprek.
Onwillekeurig barstte zij in de volgende woorden
uit
„De goede God zal medelijden met ons hebben
en niet toelaten dat mijnheer de houtvester en
werden gedood de anderen gewond. Dit on
geluk heeft eene groote verslagenheid in de stad
teweeggebracht.
De overstroomingen in de Spaansche provin
ciën Alicante Almeria Valencia en Albaceli
zijn van ernstiger aard, dat men eerst vermoedde.
De telegraaflijnen en zelfs de spoorwegen zijn
zeer beschadigd. In de provincie Murcia hebben
alle plaatsendie door de bekende ramp van
1879 geheel vernield werden, weder groot nadeel
geleden. De overstroomingen in de valleien van
Sigura Jucar en Guadalentin namen slechts
langzaam toezoodat men tijd had de noodige
voorzorgsmaatregelen te nemen.
De bewonersde gendarmerie en militaire
autoriteiten van Carlhagena die sloepen en 600
matrozen zondenwedijverden in het verleenen
van bijstand doch ondanks hun hulp heeft men
nog bijna honderd slachtoffers te betreuren
terwijl de oog3t geheel en al vernield is. De
autoriteiten van Valencia Malaga Alicante en
Almeria telegrapheerden naar Madrid dat ook
in deze provincie groote schade is geleden
door den stormhagel en slagregens. l)e re
geering heeft naar Murcia 30,000 francs gezonden
en naar verscheidene andere plaatsen elk 5000
francs. Overal zullen inschrijvingen worden
geopend.
De Impercialeen blad dat te Madrid
verschijnt, maako den volgenden brief openbaar
van een zijner geabonneerden, bewoner van de
provincie Cordova.
Wie in de groote steden leeft en niets van het
buitenleven kentdroomt zich meestal een ge
lukkig Ar'cadiëzooals het door de dichters
bezongen wordten kan zich geene voorstelling
maken van de biltere ellendewaaraan wij bui
tenbewoners zijn blootgesteld door te moeten
leven te midden van bandieten die allen den
naam van edelmoedig dragen of, als zij het soms
zijn, die rol slechts spelen tegenover de overmacht
of om later des te zekerder hun slag te kunnen
slaan. Twee jaar lang leven wij nu reeds in
voortdurend gevaarsedert twee beruchte mis
dadigers Vizco del Borge eu Melgares ongestoord
de grenzen van Cordova, Granada en Malaga
mijn man doodgeschoten of verminkt worden.
En als beiden zonder letselmet het eereteeken
op de borst terugkeeren dan moeten alle vij
andschap en alle leed ophouden."
„Voor u is dan het leed geledenhernam
Hermine„want gij kunt uwen man met opene
armen ontvangen; voor mij zal het vredefeest geen
vreugde aanbrengen."
„En toch
„Neenneen
„Mijnheer Bomer kan aan een held de hand
zijner dochter niet weigeren daartoe denkt hij
te edel en heeft hij zijn vaderland te lief. De
ambtman gaat rijden en varen voor zijn vermaak,
terwijl uw geliefde en mijn man het vaderland
verdedigen en hun leven wagen. Als ik het goed
doordenk dan kunnen wij er trotsch op zijn.
Inderdaad de vreesdat Je oorlog toch ongeluk
over ons brengen kan och men weet niet
waarheen men zich wenden moet. Is dat een
ellende daar komt mij op eens de arme familie
van Espe voor den geest."
„Wat is er met deze gebeurd
„Die man heeft slechts eene kleinigheid aan
geld achtergelaten ik heb de vrouw die daar
enboven ziek is reeds naar mijn beste vermogen
ondersteund
„En hoe is het met u, Suze?"
„Voor het oogenblik nog goed. De houtvesier
heeft mijn man tien thaler geschonken. Arnold
heeft er slechts een van medegenomen hij wilde
niets meer voor zich behoudenmet het overige
kan ik nog ecnigen tijd toekomen."
„Neem dan dit en breng het aan de arme
vrouw Espe.zij moet geen gebrek lijden."
Suze ontving eenige zilverstukken die zij be
loofde dadelijk te bezorgen.
„Tot wederziens 1"
(Wordt vervolgd.)