Nummer 75. Zondag 21 September 1884,
7e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
1ULI
rr„
ANTOON TIELEN
BUITENLAND.
Belgie.
De soldaat van de landweer.
xxxx.
Frankrijk.
UITGEVER:
Waalwijk.
Eene Novelle.
De Echo van het Zuiden,
WAAI;.—,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels 0,60daarboven 8 cent per regel;
groote letters naar plaatsruimte. Adverten tien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, -worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duisch-
land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
De audiëntiedoor koning Leopold aan een
deputatie van het Verbond der gemeenten toe
gezegd, heeft woensdagmorgen plaatsgehad. Deze
deputatie bestaande uit 16 burgemeesters, met
de burgemeesters van Brussel en Antwerpen aan
het hoofd kwam om tien uur op het stadhuis
van Brussel bijeeD, van waar zij in vijf rijtui
gen, door 't gemeentebestuur van Brussel beschik
baar gesteld en gevolgd door een grooie me
nigte die hoofdzakelijk den heer Buis herhaal
de ovaties bracht naar het koninklijk paleis
reed. Onmiddelijk tot den koning toegelaten
overhandigde de heer Buis den tekst van het
compromis, den 9en Augustus op het stadhuis
geteekend benevens het proces-verbaal van de
laatste gemeenteraadszitting en hield hierbij tot
den koning een rede waarin hij zeide het woord
te voeren in naam van de vertegen^ oordigers
van 820 gemeenten te zamen met eene bevolking
van 2.732659 zielen om eerbiedig aan Z. M.
de wenschen over te brengen van alle groote
steden des landsvan alle groote centra van
bevolkingwaar het intellectuele leven het
krachtigst ontwikkeld is, waar wetenschappen
kunsten en lettereD bloeienwaar de handel
de meeste welvaart verspreidt en de nijverheid
het meest ontwikkeld is.
Op deze redevoering antwoordde de koning
het volgende
,/Ik beschouw uw petitie als de uitdrukking
der wenschen van een een groot aantal burgers,
maar doe u opmerken dat mij ook verscheidene
verzoekschriften in tegengestelden zin werden
aangeboden. Tegenover deze zoo uiteen loopende
meeningen moet ik mij dus nederleggen bij den
wil van het volkzooals die zijn uitdrukking
vindt in de tegenwoordige samenstelling der ver
tegenwoordiging.
„Gij waart zeker te welwillendwaar gij
mijne wijsheid preestmaar gaarne neem ik aan,
wat gij zeidet over mijne nauwgezette naleving
der plichtendie aan de constitutioneele souve-
reiniteit zijn verbonden. Ik zal steeds getrouw
blijven aan mijn eed en zal bij voortduring
„Hij heeft mij weggezonden omdat hij voorgaf
te willen slapen."
„Doorzoek den tuin, alle priëelen, alle boschjes.
Mijnheer Börner is zeer ziekhem kan een on
geluk overkomen."
De bediende liep heen.
„Ga gij naar den tuinverzocht Hermine.
„En gij
„Ik zal bij de brug zoeken."
„Hebt gij in de kamer goed rondgezien
„Overaloveralmijn arme vader is boven
niet te vinden."
De boekhouder ging in den tuin en liep naar
het bijoa voltooide fabriekgebouwdat Börner
steeds zijn ondergang genoemd had. Hij vraagde
aan eenige der werklieden die hem ontmoetten,
doch niemand had den heer Börner gezien.
Wij volgen Hermineop haren weg door den
tuin. De poortdoor welke Suze gewoon was
binnen te komen, stond open.
„Zooals ik het vreesderiep de ongelukkige
dochter.
Zij vloog de poort uit.
Na twee minuten was zij aan de rivierdie
hare wateren ruischend deed voortrollen. Het
geklots drong haar door merg en been. Met
bovenmenschelijke inspanning liep zij naar den
oever haren zoekenden blik op het water ge
richt. Het was nog licht genoeg om de voor
werpen duidelijk te kunnen onderscheiden. Een
onbeschrijfelijke angst snoerde hare borst te za
men.
„Als de arme vader dood iskan ook ik niet
trachten den geleidelijken gang van zaken, zoo
als die zich voordoen in het het parlementaire
stelselte verzekeren. Nooit zal ik onderscheid
maken tusschen Belgen. Ik zal doen voor den
een wat ik deed voor den ander en wensch
thans dezelfde gedragslijn te volgen als ik deed
in 1879 nl. mijn prerogatief aan te wenden in
den geestdie in de grondwet is neergelegd.
„Ik dien Bel giëonze twee groote partijen
en de edele zaak der vrijheiddie ik met
hart en ziel ben toegedaan. Ik dank de heereu
burgemeesters voor hun gevoelen jegens mijn
persoon uitgesproken."
Na dit antwoord, waaruit duidelijk blijkt dat
de koning de wet zal teekenen zooals vooraf
reeds te begrijpen wasonderhield de koning
zich met verschillende leden der deputatie die
hem niet verbloemden dat de toepassing der wet
hun een ramp toescheen. De burgemeester van
Luik zeide ronduitdat de financiëele quaestie
de geringste wasdaar te Luik steeds mannen
te vinden zouden zijn die zich geldelijke opof
feringen zouden willen getroosten doch dat het
ergerlijke karakter der wet was dat zij toelaat,
dat vreemde onderwijzers in de school komen
terwijl men de gediplomeerde Belgische onder
onderwijzers er uitjaagt.
Op uitdrukkelijk verzoek van den heer Lippens,
burgemeester van Gentheeft de koning beloofd
nog eenige dagen met de afkondiging der wet
te zullen wachten.
Op den terugtocht naar het stadhuis werd de
deputatie weder door een talrijke menigte bege
leid en toen een der toeschouwers den moed had
de deputatie te beleedigen werd hij te midden
van de bedreigingen van de zijde der bevolking
door de politie in verzekerde bewaring geno
men.
Spoedig was in de stad bekend dat de ko
ning de wet zou bekrachtigen welk bericht een
algemeene verslagenheid te weeg bracht.
Den 2den October zullen de burgemeesters
weder te Brussel bijeenkomen.
De avond van Woensdag was te Brussel
vrij onstuimig. Verscheidene groepen een 1000-
tal sterk doorkruisten de voornaamste wijken
der stad fluitende, schreeuwende en de Mar
seillaise zingende. Zij hielden vooral stand voor
het koninklijk paleis en de bureelen van het
blijven levenriep zij in zinsverbijstering. „God
in den hemel, zooveel jammer zendt Gij op
eens
Zij bleef staan.
Ginds aan den voet van het wilgenbosch ver
toonde zich een donker voorwerp dat door de
golven heen en weder geslingerd werd. Het
geleek naar het lichaam van een mensch. Her
mine verstijfde van schrik het bloed stolde in
hare aderenzij kon geen adem meer halen.
„Vader Vader gilde zij uit.
Deze kreet ontsnapte met geweid aan hare
schier ademlooze borst. Scherper turende boog
Hermine zich over den oever.... zij meende nog
altijd eene menschelijke gedaante te zien. Dat
lichaam lag aan den tegenoverliggenden oever.
Vijf en twintig schreden verder was de brug,
die naar de overzijde geleidde. Hermine aarzelde
nietmaar snelde voort om. te redden. Hare
opgewonden verbeeldingskracht schiep zich reeds
verschrikkelijke beelden. Aan de brug zonk
de ongelukkige dochter in eenhad de leuning
haar niet beschermd dan ware zij in den vloed
gestort. Hare jeugdige kracht had de geweldige
slagen niet langer kunnen wêestaandaar lag
de bruid van den soldaat der landweer, beweeg-
loos als een lijk. Haar bleeke gelaat hing over
den kant der brug haar loshangend haar golfde
heen en weder, door het windje, dat de bladeren
der struiken deed trillen bewogen. Het avond
rood was verdwenen helder schitterden de ster
ren aan den donkerblauwen hemeldie zich
vreedzaam over het heerlijke landschap uitspande.
Op hetzelfde oogenblik vertoonden zich aan
den orerliggenden oever twee gestalten, die zich
gereed maakten de brug op te gaan. Het was
een man en eene vrouw.
„Ik laat uw arm niet losmijnheer Börner,"
zeide de vrouw op stelligen toon „gij zijt ziek
en kunt nauwlijks voort. Leun slechts op mij,
katholieke blad Le Patriote. De politie moest
tusschenbeide komenom ze uit een te jagen.
De Chronique zegtdat door sommige
troepen die Woensdag avond door de straten
der stad liepen de koning uitgejouwd isen
geroepen werd leve de Republiek
De meeste liberale bladen sporen de bevol
king tot kalmte aan en dringen er op om
ter bestrijding der schoolwet zich uitsluitend van
wettige middelen te bedienen.
De politie te Gent heeft iemamd aange
houden die zich de baron de Vibville noemde.
Hij zeide kolonel te zijn van het Russische leger
en aan het Russische gezantschap verbonden te
zijn. Seuert 1 Augustus logeerde hij in een
hotel te Gent en liet het zich aan niets ontbreken.
De nota werd zoo hoogdat de hotelhouder
ongerust begon te worden. Toen werd de man
gewaardat hij met een bedrieger te doen had.
Aan het bureau van politie gebrachterkende
de zich noemende de Vibville, dat zijn ware
naam Félix Pwasdat hij Franschman van
geboorte en ingenieur van beroep was.
Havas maakt een telegram van den vice-
admiraal Couroet aan den minister van marine
en koloniëu bekend waarin bericht wordt dat
de Chineezen eenige stukken geschut op de hoog
ten van den Kinpai-pas in batterij gesteld hebben
en dat zij zich daarvan bedienen om op het schip
te schieter. dat zijne dépêches overbrengt naar
het telegraafkantoor te Pic-Aigu. Dat schip moet
bij eiken tocht in 't gezich dier kanonnen komen,
en het is nu genoodzaakt op een afstand van niet
minder dan 5000 meter der vijandelijke kanonnen
te blijven. De vlootvoogd heeft bevel gegeven
om de schoten te beantwoorden doch het vuur
niet te beginnen. Hij wil op die wijze aan
China de verantwoordelijkheid laten voor de scha
de welke toegebracht zou kunnen worden aan
de onzijdige schepen die thans weer vrijelijk op
de rivier de Min varen.
Volgens een bericht uit Engelsche bron
heeft de kommandant van het Fransche eskader
in de Chineesche wateren een nieuw succes be
haald. Tegen de verwachting is hij opnieuw op
ik kan het zeer goed uithouden. Hier is de brug,
goed licht nu uw voet hoog op... Wacht een
oogenblik hier is mijn mantelde wind is koel,
ach wat beeft gijNeem gerust mijn mantel,
niemand ziet u in de duisternis
„Hermine Hermine kermde de fabrikant.
„Wacht slechts weinige oogenblikkenen ik
breng u bij haar."
„Wat zijt gij?"
„De vriendin uwer dochter."
„Wie wie
„Suze Peters
„Laat mij los
„Neen neen Zoodra wij in uwen tuin zijn."
Neen neen
„Loop zoo snel uwe krachten het u toelaten,
de tocht is nadeelig voor u."
Waarom dringt gij u zelve aan mij op?"
„Omdat het mijn plicht is de zwakken bij te
staan."
„Ach ja ik ben zeer ziek en zwak
Op het midden der brug bleven zij beiden
staan.
„Laat ons nu voort gaan "zuchtte de zieke.
„Rust eenige oogenblikken uit, lieve heer Bör
ner."
„Tk moet een papier vernietigen, dat op mijne
schrijftafel ligt."
„Wij zullen er weldra zijn."
„God gevedat Hermine den brief niet ge
vonden hebbe
„Hermine zit gerust op hare kamer, zij ver
wacht mij."
Door Suze ondersteund waggelde de grijsaard
voorwaarts.
„Mijn God!" riep de jonge weduwe verschrikt."
„Wat is er?"
„Hier ligt een mensch."
„Waar
„Op de brug,"
de rivier de Min verschenen heeft troepen in
fanterie aan land gezetdie in enkele uren alles
verwoest hebbenhetgeen van de versterkingen
van Kimpaï was overgebleven. De Chineezen zijn
uiteengejaagd. De rivier de Min moet thans tot
Foochow vrij zijn. Door de Fransche regeering
is dit bericht nog niet bevestigd.
De aartsbisschop van Kamerijkmgr.
Duquesnoy en de bisschop van Mansmgr.
Chaulet d'Oultremont, zijn overleden. Thans zijn
in Frankrijk zes bisschopszetels vacant.
Voor eenigen tijd is het plan gevormd om
in 1885 in het paviljoen der stad Parijs eene
tentoonstelling te houden van voortbrengselen van
den werkman met dien verstandedat in het
algemeen slechts syndicale kamers van werklieden
kunnen exposeeren zijn er echter van die kamers
die weigeren deel te nemen aan de tentoonstelling,
dan zullen ook werkliedentot die kamers be-
hoorendepersoonlijk toegelaten worden. De
gemeenteraad van Parijs heett het plan gunstig
opgenomen en eene voorloopige commissie van
gemachtigden uit twaalf kamers is gevormd om
de zaak verder ingaug te doen vinden bij de
vakvereenigingen.
Uit Montceau-les-Mines wordt gemeld
dat er bij de kapel van Magny dicht bij Mont-
ceau eene ontploffing van dynamiet heeft plaats
gehad. Er is eenige schade veroorzaaktmeer
niet.
Lemairedex gewezen Fransche consul te
Shanghaien thans gevolmachtigd gezant te Hue,
deed naar een zijner schoolmakkers verhaalt
als knaap weinig vermoeden dat hij eenmaal
staatsman van beteekenis zou worden. Hij was
bij zijn makkers zoowel als bij zijn meester niet
in tel en had den bijnaam „den gele„ om zijn
gelaatskleur.
Toen hij eensals 15 jarigen knaapde
vacantie doorbracht bij een oom in Bourgondië,
schoot hij bij ongeluk een kleinen neef, met wien
hij speeldedood met een geweer hetwelk hij
niet wist dat geladen was.
Hij werd toen als scheepsjongen naar zee ge
zonden en men hoorde langen tijd niets van hem,
totdat er eindelijk bericht kwam dat hij zich te
Saigon had gevestigdwaar hij Chineesch had
„Wie is het Wie is het
Suze drong den grijsaard vooruit naar den
oever.
Op hetzelfde oogenblik naderde Hessier.
„Mijn vriend, mijn waarde vriend!" riep deze
buiten adem.
„Gij hier Hessier
„Ik ben het 1"
„God zij gedankt 1"
De boekhouder klemde zijn patroon in de ar
men.
„Waak gij over hem fluisterde Suze.
Nu naderde zij de brug weder.
„Hermine 1 Hermine 1"
Zij nam de machtelooze op en bracht haar
naar het grasperk dat zich naast de brug uit
strekte. De beide mannen moesten met den
toestand der ongelukkige onbekend blijven, daar
om plukte Suze in allerijl nat gras uit, den grond
en wreef daarmede de slapen der onmachtige
die na eenige oogenblikken weder bij kwam en
op zwakken toon vraagde
„Is mijn vader dood
„Hij denkt niet eens aan sterven zeide de
jonge vrouw op troostenden toon.
„Waar is hij dan
„Daar ginds staat hij bij den heer Hessier
gij moet u echter goed houden opdat hij zich
over u niet ongerust make. Maar wat dreef u
hier heen Er is geen reden meer voorhanden
om te klagen en te jammeren."
Hermine richtte zich op.
„O als dat waar ware fluisterde zij.
Suze drukte hare vriendin in hare armen.
„Het geld is erHermine verban dus alle
vreesgij zijt gered en uw vader met u 1"
„Wie heeft het geld gebracht?"
„Ik heb het in mijn zak."
(Wordt vervolgd).