Nummer 71. Woensdag 8 September 1886. 9e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ANTOON TIELEN, UITGEVER: Waalwijk. 1 De Echo van het Zuiden, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels ƒ0,60 daarbo/eu 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch- land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel Het volgende artikel voorkomende in het «N. v. d. D. van verleden Maandag, achten wij ook voor onze lezers van groot belang; 't.is daarom dat wij het in zijn geheel in ons blad overnemen. Het strafwetboek ten opzichte van den handel. //Ieder wordt geacht de wet te kennen", luidt de rechtsregelwelke voortvloeit uit de wet, houdende algemeene bepalingen der wetgeving van het koninkrijk. Zij toch bepaalt, dat de wetten in het geheele koninkrijk verbindende zijn, indien zij zijn afgekondigd, m. a. w. den volke bekend gemaakt. Die bekendmaking, waar voor de zorg is opgedragen aan den minister van justitie, volgens k. b. van 22 Dec. 1863 (St.bl. 149), geschiedt door plaatsing in het Staatsbladtwintig dagen na den datum van het Staatsblad, waarin de wet geplaatst is, wordt de afkondiging gerekend in het geheele konink rijk bekend te zijn mitsdien treedt dan de wet in werking, tenzij de wet zelve een lateren dag mocht aanwijzen. Hebben de voorgeschreven formaliteiten plaats gehad, dan is aan elke be wering /,meneer, 'k wist niet van die wet af", alle kracht ontnomen door den rechtsregel «ieder wordt geacht de wet te kennen." Die voorschrif ten zijn ook in acht genomen door de invoering van het eerste Nederlandsche strafwetboekna 1 Sept. den dag der invoering zijn we allen aan zijne bepalingen onderworpen. Gaarne vestigden we daarom de vorige wtek reeds de aandacht onzer lezers op die nieuwe nationale wetgeung, en met niet minder genoegen zijn wij bereid, op enkele punten nog nader de aandacht te vestigen, al hadden wij het verzoek daartoe niet van eenige lezers ontvangen. Tusschen handelsrecht en strafrecht bestaat een onmiskenbaar verband. De nakoming van een aantal voorschriften der handelswet behoort door strafbepalingen verzekerd, onderscheidene misbruiken waartoe het handelsverkeer kan aanleiding gevenmoeten door strafbedreiging beteugeld worden. Dergelijke bepalingen (in Frankrijk ten deele in den Code de Commerce opgenomen) behooren in het strafwetboek te huis. Het nieuwe wetboek van strafrecht bevat dan ook een aantal dergelijke bepalingen. (1) Aan het tegengaan van dergelijke misbruiken is vooral gewijd de 25ste titel van de nieuwe strafwetgeving. Daarin wordt straf bedreigd tegen handelen onder valschen naam het be driegen van den verzekeraarbedrog plegen tegenover den kooper o. a. ten opzichte van den aard, de hoedanigheid of de hoeveelheid van het geleverde, door het aanwenden van listige kunstgrepenverspreiden van logenachtige be richten om den prijs van koopwaren, fondsen of geldswaardig papier te doen stijgen of dalen, met het oogmerk om zich of een ander wederrech telijk te bevoordeelen hel trachten te bewegen van het publiek tot inschrijving of deelneming in geldleeniDgen van eenigen staat, eenige pro vincie, gemeente of openbare instelling, vereeni- ging, stichting of vennootschap, door het op zettelijk verzwijgen of verminken van ware, of voorspiegelen van valsche feiten of omstandig heden. Om misbruiken in den handel tegen te gaan, waarbij de veiligheid van goederen of het leven van personen betrokken zijn, bepaalt art. 331, dat wel algemeene bekendheid verdient, het volgende met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren wordt gestraft de aannemer (2) of de bouwmeester van eenig werk of de verkooper van bouwmaterialen, die bij de uitvoering van het werk of de levering der materialen eenige bedriegelijke handeling pleegt, tengevolge waar van de veiligheid van personen of goederen kan worden in gevaar gebracht, Met dezelfde straf wordt gestraft hij, die, met het opzicht over het werk of over de levering der materialen belast de bedriegelijke handeling opzettelijk toelaat. Met het oog op de reeds vele ongelukken, die de groot- en machinale industrie met zich brengt, is dit voorschrift zeker te prijzen. Gebrek aan statistieke gegevens van ons land, noodzaakt ons voor een overzicht dier ongelukken en hunne oorzaken, de toevlucht te nemen tot buitenland- sche verslagen, als bijv. het «bericht der k.k. Gewerbe-Inspectoren über ikre Amtsthatigkeit im Jahre 1885"daar dit evenwel niet on- 1) Schets v. h. Nederl. handelsrecht, door prof. Mr. T. M. C. Asser te Amst. 2) Zie ook art. 1649 Burg. W. middellijk in verband staat met het onderwerp dat wij nu behandelen, stellen wij dit overzicht tot later uit. Behalve hel tegengaan van misbruiken in den handel, behoort de strafwet zooals wij boven zeiden de nakoming van een aantal voor schriften der handelswet te verzekeren. Een hoogst belangrijk voorschrift van het wetboek van koophandel is dat omtrent het boekhouden, den kooplieden voorgeschreven, en dat aangaande het opmaken jaarlijks van een balans, binnen de zes 6erste maanden van het jaar, volgende op dat, waarop de balans betrek king heeft, die in esn daarvoor bestemd register in te schrijven, te onderteekeuen, en evenals de andere boekendertig jaren te bewaren. Een koopman, die dit voorschrift niet nakomt, stelt zich bloot aan groote nadeelenbijv. het kan gebeuren, dat in den loop van een proces eene der partijen verklaart zich aan de boeken der tegenpartij te zullen gedragen dit wil zeggeD, dat men den inhoud van die boeken als waar zal aanmerken. In zoodanig geval leveren die boeken volledig bewijs op, ook ten aanzien van het bestaan der handeling z e 1 v e (en niet enkel ten aanzien der voorwaarden.) Vol doet dc tegenpartij niet aan het verlangen tot openlegging zijner boeken (of aan een daartoe strekkend bevel vnn den rechter, als deze in deD loop van een proces openlegging van iemands boeken gelast), dan ontstaat daardoor, zegt de wet, een vermoeden ten nadeele van zoodanige partij. (3) Bovendien bepaalde de wet van 10 Mei 1837 (St. 21) houdende tijdelijke aanvulling der bepalingen omtrent de enkele en bedriege lijke bankbreuk, dat als enkel bankbreukigc kan vervolgd worden de gefailleerde koopman, die boeken te voorschijn brengt, welke ongeregeld zijn gehouden, zonder dat die echter blijken van bedrog opleveren. Die wet is evenwel door het nieuwe strafwetboek ingetrokken dat andere, meer eenvoudigs en strengere bepalingen omtrent bankbreuk en boekhouden bevat. Voor vervolging wegens eenvoudige bankbreuk, 3) Zie prof. Asser, schets van Ned. hande lsreclit en art. 1919 B. W. bepaalde de wet van 1837 zeven, voor vervolging wegens bedriegelijke bankbreuk zes gevallen de nieuwe wetgeving kent respectievelijk slechts drie en vier gevallen. De belangrijke nieuwe voor schriften laten wij hier volgen Art. 340. De koopman, die in staat van fail lissement is verklaardof tot gerechtelijken boe delafstand is toegelatenwordtals schuldig aan eenvoudige bankbreuk gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste één jaar lo. indien zijne verteringen buitensporig zijn geweest 2o. indien hijmet het oogmerk om zijn faillissement uit te stellen, wetende dat het daardoor niet kon worden voorkomenop bezwarende voorwaarden geldopnemingen heeft gedaan 3o. indien hij de boeken die hij gehouden heeft, niet in ongeschonden staat tevoor schijn brengt. Art. 341 De koopman die in staat van faillisse ment is verklaard of tot gerechtelijken boedel afstand is toegelatenwordtals schuldig aan bedriegelijke bankbreuk, gestraft met gevangenis straf van ten hoogste zes jarenindien hij ter bedriegelijke verkorting van de rechten zijner schuldeischers lo. hetzij lasten verdicht heeft of verdicht hetzij baten niet verantwoord heeft of niet verantwoordt, hetzij eenig goed aan den boedel onttrokken heeft of onttrekt 2o. eenig goed hetzij om niet, hetzij klaar blijkelijk beneden de waarde lieeft vervreemd; 3o. ter gelegenheid van zijn faillissement, of op een tijdstip waarop hij wist, dat het faillis sement niet kon worden vooikomen, een zij ner schuldeischers op eenige wijze bevoor deeld heeft of bevoordeelt; 4o. niet voldaan heeft of niet voldoet aan de op hem rustende verplichtingen ten opzichte van het houdenbewaren en te voorschijn brengen van boeken en papiex-en. Op de sub 4 genoemde bepaling meenen wij vooral de aandacht te moeten vestigendaar het niet onbekend i9 hoeveel de boekhouding io duizende zaken te wenschen overlaat al mag wellicht niet onlkend wordendat hierin wel eenige verbetering is gekomen in den laatsten tijddoor het zoo sterk vermeerderde aantal gelegenheden voor privaatonderricht in boekhou den (en het daaraan verwante gedeelte handels- rekenen en handelsrecht). Ge ziel't, lezer koop man dal ge, behalve met de nadeelen boven genoemd ook bedreigd wordt met vervolging wegeDs bedriegelijke bankbreuk, waarop hoogstens

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1886 | | pagina 1