Nummer 91. Donderdag 18 November 1886. 9e Jaargang
11 101,
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ANTOON TIBLEN,
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
UITGEVER:
Waalwijk.
De Echo Tan het Zuiden,
2SE
Dit blad verschijnt Woensdag: en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maandenƒ1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
gfcasgSEgggzgza
Advertentiën 17 regels J 0,60 daarbo /en 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, morden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
and worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel
Het Journal de Bruxelles, het officieuse orgaan
der regeering, schrijft
//De koning heeft een ruim gebruik gemaakt
van zijn recht van gratie. Tot beden zijn ruim
700 veroordeelingen, waarvoor gratie is gevraagd,
onderzocht en nauwelijks 10 pet-, dezer verzoeken
zijn ter zijde gelegd." Smidt en Falleur krijgen
geen gratie.
De kamer van afgevaardigden heeft in hare
zitting van Zaterdag het door de regeering aan
gevraagde crediet van fr. 500,000 ten behoeve
der slachtoffers van de overstroomingen in het
zuiden des lands met algemeene stemmen toe
gestaan.
Hierna heeft de minister-president een voorstel
ingediend, om Paul Bert op kosten van den staat
te doen begraven en hiertoe een bedrag van fr.
10,000 vast te stellen. Dit werd onmiadelijk aan
de orde gesteld.
Mgr. Freppel zeidedat wanneer het hier
enkel betrofhulde te bewijzen aan den man
die niet zonder verdienste en niet zonder roem
op het veld vau eer is gevallen hij zich met
het voorstel der regeering zou vereenigen. Paul
Bert had een gevaarlijken post aanvaard en
daarmee een daad van burgermoed volbracht, waar
omtrent niemand onverschillig kon blijven bij
had ook ten opzichte der zendelingen eene on
partijdige en welwillende houding gevolgd. Maar
de katholieken kunnen niet vergeten dat Paul
Bert een der vurigste tegenstanders was van het
geen zij boven alles liefhebbon en vereeren,
en daarom konden zij met het voorstel der re
geering niet instemmen.
Toen na deze verklaring de heer Clovis Hu-
gues de tribune beklom gaf de heer Frevcinet,
den wensch te kennen, dat er geen verder debat
zou volgen. Daar wel niet de geheele kamer
Daarop werd het met 379 tegen 45 stemmen
aangenomen.
Veryolgens bracht de heer Freycinet een ont
werp ter tafel, om aan de weduwe van Paul
Bert als een bewijs van erkentelijkheid des
lands, een pensioen van fr. 12,000 toe te kennen,
met overgang bij derde gedeelten op de kinde
ren tot aan hunne meerderjarigheid.
De heer Delefose achtte het in beginsel recht
vaardig, dat het vaderland langs dien weg toont,
de daden te erkennen van hen, die in den dienst
des lands zijn gestorven. Doch in Tongkin zijn
honderden officieren en soldaten gesneuveld, die
insgelijks weduwen en weezen hebben achterge
laten. Wanneer er voor die nagelaten betrek
kingen pensioenen werden aangevraagd, dan eerst
zou het tijd zijn om over een pensioen voor mevr.
de wed. Bert te beraadslagen.
De heer Freycinet stelde hiertegenover, dat er
exceptioneele omstandigheden kunnen bestaan,
waarin buitengewone maatregelen gerechtvaardigd
zijn. Dit was gelijk hij nader aantoonde ook
hier het geval. Na eenig verder debat werd
het ontwerp met 252 tegen 191 stemmen aan
genomen.
De voorzitter deelde toen mede, dat een voor
stel van de 'ueeren Boyer Camélinat c. s. was
ingekomen, om eer. pensioen van fr. 1000 toe te
kennen aan de weduwen van officieren en solda
ten, die in Tongkin of op Madagaskar den dood
hebben gevonden. Bij de stemming over de
urgentie van dit voorstel werden er 180 stemmen
voor en ook 180 tegen uitgebracht zoodat de
urgentie was verworpen.
Evenals de kamer van afgevaardigden heeft
ook de, senaat het ertdiet van fr. 500,000 voor
de noodlijdenden door overstrooming met alge
meene stemmen toegestaan. Het voorstel betref
fen de begrafeuis van Paul Bert werd aangeno
men met 192 tegen 32 stemmen het ontwerp
aangaande het pensioen voor diens weduwe met
173 tegen 42 stemmen.
F'garo wordt verzekerd dat de paus
moet heel gematigd van toon zijn, maar krachtig
wat het wezen der zaak aangaat.
Roze (eigenlijk Rossel geheeteu,) de moor
denaar der vrouw van den koffiehuishouder Loy-
son is te Constantine gevat. Er zijn verscheidene
gouden en andere kostbare voorwerpen bij hem
gevonden, die de eigendom waren der vermoorde
vrouw. Onder deze voorwerpen ook een horloge,
waarop hare initalen gegrift zijn. Zoodra het
parket te Constantine aan den prefect vau politie
te Parijs per telegraaf bericht had gezonden vao
deze vangstzijn twee dienaren van politie naar
Constantine vertrokken om Rossel naar Parijs
terug te brengen.
Volgens Figaro heeft Rosselna zijne ge
vangenneming te Constantine, reeds bij het 2de
gerechtelijk vet hoor beleden, dat hij de moor
denaar was der vrouw van den Parijschen kof
fiehuishouder Loyson.
In den nacht van Maandag jl. is de woning
van een geleerdeden heer Tremaux te Parijs
die afwezig was geplunderd door dieven die
na vruchteloos getracht te hebben zich door deu
ren en vensters toegang te verschaffen, eene
opening hadden gemaakt in het dak. Alle kost
baarheden en al liet zilver, te zamen eene aan
zienlijke waarde vertegenwoordigende, benevens de
kleederen van den heer des huizes zijn verdwe
nen. Daarentegen hebben de dieven hunne oude
plunje achtergelaten.
Sedert eenigen tijd werden aan de stations
te Parijs tal van koffers en pakken gestolen door
dieven die men maar niet op het spoor kon
komen. Dezer dagen zijn eindelijk twee hunner
aan het Saint-Lazare-station betrapt, als bestellers
gekleed, die zeer kalm eer. grooten koffer op een
handkar hadden en wegreden. Een onderzoek
werd ingesteld en verscheidene andere leden der
bende zijn der politie in handen gevallen. Het
opperhoofd is gevat in weelderig gemeubileerde
kamers welke hij aan den Voltaire-boulevard
bewoonde. Hij zat juist aan tafel met verscheidene
personen, die in hun gastheer allerminst een dief
vermoedden. De man is 32 jaar oud en heeft
Te Roubaix hadden dezer dagen bij een
deftige trouwpartij, aan den ingang der kerk,
ongeregeldheden plaats. Een menigte vrouwen
stonden daar den bruidsstoet op te wachten, en
toen do bruidegom met zijn schoonmoeder 'aan
den arm wilde binnengaan, trad een der vrouwen
hem in den weg, met een lief driejarig kind aan
de hand dat hem een ruiker immortellen aan
bood.
Toen de ontstelde bruidegom het kind ruw terug
stietontstond er groote opschudding onder de
vrouwen. De sluier der bruid werd afgerukt en
verscheurd; de plechtigheid in de kerk werd
telkens door gejoel en geschreeuw gestoorden
de stoet moest door de politie beschermd worden
toen hij zich weder in de rijtuigen begaf.
Hoogst treurig luiden de berichten uit de
overstroomde oorden in het Zuiden. De schade
is grooter dan die van de vreeselijkste overstroo-
roingen waarvan men de heugenis bewaard
heeft. Zoo staat de Durance nog 50 centimeter
hooger dan bij de overstrooming in 1843. De
dijken aan den rechteroever te Pertuis en
die van den linkeroever op verschillende plaatsen
zijn naar luid van tijdingen uit Avignon, door
gebroken. De vlakte van Chateaurenard staat
l1/» meter hoog onder water. Te Bédarrides
was een marmeren steen die aanwees tot welke
hoogte het water er in 1616 was gestegen. Men
meende tot nu toe dat dit niet het geval kan
geweest zijn. Doch thans is het water nog hooger
gerezen. Te Aries is de vloed 25 centimeter
hooger dan bij de overstrooming van 1856, en
het water begon reeds over de dijken heen te
stroomen.
Uit Marseille wordt van 12 dezer bericht, dat
men aldaar niet gerust is omtrent het behoud
van den spoorweg der groote lijn daar de dij
ken reeds veel geleden hebben. Het verkeer tus—
schen Salon en Marseille is afgebroken.
De laatste aan het ministerie van binnenl.
zaken van eenige prefecten ontvangen dépêches
melden evenwel dat de wateren beginnen te zakken.
Men hoopte dat het ergste zal geleden zijn.
Van het verlies van menschenlevens heeft'men