Nummer 42.
Donderdag 26 Mei 1887. 10e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
BEKENDMAKING.
GEWAAGD SPEL,
ANTOON TIELEN,
BUITENLAND.
Belaie.
Frankrijk.
UITGEVER:
Waalwijk.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maandenƒ1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Burgemeester en wethouders der gemeente
Waalwijk
ontvangen hebbende aanschrijving van zijne
excellentie den heer commissaris des konings in
deze provincie van den 30 April '1887 3e afdce-
ling [Bijblad no. 38),
Gelet op de 2e zinsnede van art. 139 der wet
van 19 Augustus 1861 (Staatsblad no, 72),
Maken bekend
Dat het te houden onderzoek (inspectie) van de
verlofgangers der nationale militie in deze pro
vincie, voor deze gemeente zal plaats hebben op
Zaterdag den Hen Juni des voormiddags om 9
ure, ten raadhuize der gemeente Waalwijk.
Dat tot de bijwoning van die inspectie zijn ge
houden
Alle verlofgangers der militie te land die vóór
1 April van ait jaar in het genot zijn gesteld van
onbepaald verlof (ook die der lichting van
1882);
Dat de voorschriften der aangehaalde wet on
deranderen luiden als volgt:
Art. 140. De verlofganger verschijnt bij het
onderzoek in uniform gekleeden voorzien van
de kleeding-stukkenhein bij zijn vertrek met
verlof medegegevenvan zijn zakboekje en van
zijn verlofpas.
Art. 141. Behoudens het bepaalde in art. '130
kan een arrest van twee tot zes dagen, te onder
gaan in de naastbij gelegene provoost of het
naastbij zijnde huis van bewaring of arrest, dooi
den militie-commissaris worden opgelegd aan den
verlofganger
lo. Die zonder geldige reden niet bij het on
derzoek verschijnt
2o. die daarbij verschenen zijndezonder gel
dige reden niet voorzien is van de in het voor
gaand art. vermelde voorwerpen
3o. wiens kleeding- of uitrusting-stukken bij
het onderzoek niet in voldoenden staat worden
bevonden
4o. die kleeding- of uitrusting-stukkenaan
een ander behoorende, als de zijne vertoont.
Art. 142. Is de verlofgangerwien krachtens
het voorgaand artikel arrest is opgelegd bij het
onderzoek tegenwoordig dan kan hij dadelijk onder
verzekerd geleide in arrest worden gebracht.
Is hij niet tegenwoordig en onderwerpt hij zich
niet aan de hem opgelegde straf, dan wordt hij,
op schriftelijke aanvrage van den militie-commis
saris, te richten aan den burgemeester der woon
plaats van dien verlofgangeraangehouden en
onder verzekerd geleide naar de naastbij gelegene
provoost of het naastbij zijnde huis van bewa
ring of arrest overgebracht.
Vrij naar het Iloogduitsch van HER MINE
FRANKENSTEIN,
8 door. LUCIFER.
Hoofdstuk IV.
EEN ONVERWACHTE WENDING.
Den volgenden ochtend zoodra de dag was
aangebroken, reed de gezelschapsjuffrouw in een
rijtuigdat haar door hare meesteres ten ge-
bruike was afgestaan, naar Canterburry. Daar
nam zij den eersten trein naar Londen en wat
zij daar had uit te voeren was een diep geheim
tusschen haar en hare gebiedster.
Op het gewone ontbijtuur, ten 8 ure, ging
lady Rokeby naar de ontbijtkamer.
Sir Henry was er reeds en begroette haar met
zijn gewonen teederen lachofschoon hij er
eenigszins bekommerd uitzag.
Nauwelijks waren zij aangezeten, of een be
diende kwam binnen met de brievenbus.
Sir Henry nam een sleutel uit den zak en
openle de bus. Zij bevatte eenige conranten, ver
schillende pakjes stalen van ten modemagazijn
voor lady Rokeby en twee brieven voor den
baronet. De een, die in 't geheel niet van be
lang scheen te zijn werd ter zijde geschoven
de andere droeg den Indischen poststempel.
„Eer. brief van George" zeide sir Henry, wieus
oogeu schitterden. „Neer. hij is niet van
George het adres is niet door hem geschreven.
Wie kan dat in zijn plaats gedaan hebben
Haastig scheorde hij den brief open terwijl
zijn gelaat betrok.
Zijn eerste blik gold den datum, zijn tweede
Art. 143 Onverminderd de straf, in art. 141
vermeld, is de verlofganger verplicht, op den
daartoe door den militie-commissaris te bepalen
tijd en plaats en op de in art. 140 voorgeschre
ven wijzevoor hem te verschijnen om te worden
onderzocht
Art. 144. De verlofganger, die zich bij herha
ling schuldig maakt aan het feitsub. 4o. van
art. 141 bedoeldof niet overeenkomstig art. 143
voor den militie-commissaris verschijnt, of, aldaar
verschenen zijnde, in het geval verkeert sub-2o.
en 3o. van art. 141 vermeldwordt onder de
wapenen geroepen en van drie tot zes maanden
gehouden.
Dat zij de verlofgangers verder opmerkzaam ma
ken, dat gedurende den tijddien het onderzoek
duurt, en in het algemeen wanneer zij in uniform
gekleed zijnvolgens het aangehaald art. 130, 2e
eft 3e lid der wetworden geacht onder de wa
penen te zijnen het crimineel wetboek en het
reglement, van krijgstucht voor het krijgsvolk te
lande op hen van toepassing is.
En opdat niemand onwetendheid zoude kunnen
voorwenden zal deze na afkondiging op de ge
wone wijze worden aangeplakt ter plaatse waar
zulks te doen gebruikelijk is.
Waalwijk, 24 Mei 1S87.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De burgemeester,
J. TIMMERMANS Wz. 1. b.
De secretaris
F. W. VAN LIEMPT.
Ö1
Er. is nog geen beterschap in de mijndistricten
te bespeuren. Op tal van plaatsen zijn bijeenkom
sten gehouden, waarin tot een algeineene werk
staking is besloten. Hier en daar hebben ou-
gercgeldheden plaats gehad, waardoor aan de
soldaten veel werk werd gegeven.
Te Maritmonl en Morlanwelz hebben de werk
gevers met de werklieden een conferentie gehou
den om over de grieven der werklieden te spre
ken. Het is toen gebleken dat zij zich niet
o^er hun patroons te beklagen hebben, ook niet
meer loon verlangen, maar van het gouverne
ment wenschen 1 algemeen stemrecht 2 am
nestie voor de veroordeelden van Maart 1886
de intrekking van de wet Dumo.it (wet op de
heffing van invoerrecht van vee). Over de mid-
dc haudtetkening.
Hij stiet een gil uittoen hij den naam las,
die ouder den brief stond Cooper, regiments
doctor. „Wat moet dat beteekenen riep hij,
plotseling hevig aangedaan. „Kan George ziek
zijn Victorialees mij den brief voorik zie
niets alles draait mij voor de oogen."
Lady Rokeby nam den brief en las hem over
luid.
Hij was zeer lang te lang om hem hier
weer te geven en zijn inhoud was schrikkelijk
voor den baronet.
Hij begon met de mededeeling dat de schrijver
doctor was in het regiment van kapiteiu Ro
keby, en dat. deze als patient aan zijne zorgen
was toevertrouwd.
Verder deelde hij mede dat kapitein Rokeby
aangetast was door eene schrikkelijke en ongenees
lijke kwaal, waaraan hij reeds maanden leed, en
dat de geneesheer was te weten gekomen dat
do jonge man zijne nabestaanden onkundig had
gelaten vau het gevaar, waarin hij verkeerde.
Zijne z'ekte was de kanker, die zijne levens
krachten ondermijnde.
Kapitein Rokeby was van zijne beroepsplichten
ontheven en o:n de frissche lucht naar het ge-
gebergte gezonden, waar hij zich thans bevond.
Nacht en dag dacht de jonge man aan niets dan
aan zijn tehuis; zijn eenig verlangen v,as zijn
vader nog eenmaal te zien eer hij stierf.
De regiraentsdoctor schreef verder dat de
jonge kapitein de vermoeienissen eener langdu
rige zeereis zeker niet zou kunnen verdrager, en
zekerlijk onderweg zou sterven. Hij voegde er
echter bij dat hij in de koele frissche lucht en
de afzondering, waarin hij zich nu bevond, in
alle geval nog verscheidene maanden konde leven.
De brief van den geneesheer eindigde met
eene herhaalde mededeeling van het verlangen
des krankenzijnen vader nog eenmaal voor
delen tot het vervullen dier wenschen zal beraad
slaagd worden.
Uit Bergen in Henegouwen wordt ge
meld, dat in de Borinage de werkstaking thans
algr.meen is. Niet minder dan 13,000 man ne
men daaraan deel.
Ook wordt uit Bergen melding gemaakt van
betreurenswaardige dadeü van geweld. Tegen
het hotel du Commerce te Lalouvière waar
verscheidene officieren zijn ingekwartierd, heeft
men een dynamiet-patroon geplaatst en die doen
springen. Een kolonel en een officier van ge
zondheid werden gekwetst, terwijl aan het gebouw
groote schade werd toegebracht. De knal was
vrceselijk. De dadeis ontkwamen in een rijtuig.
In hetzelfde Lalouvière heeft een schildwacht,
die voor het telefooD-bureau op post stond en
door een drietal werkstakers werd bedreigd, vuur
gegeven eu een man gedood.
Te Brussel wordt door de werklieden partij
druk vergaderd. Besloten werd dat een alge-
meene werkstaking alsnog niet wenschelijk is,
maar dat men daaraan zal mededoen, zoodra ze
uitbreekt. In afwachting zal men manifesteeren
ten gunste van algemeen stemrecht en amnestie.
Daarmede werd na afloop der vergadering door
een 600tal personeL dan ook aanstonds een aan
vang gemaakt.
LUIK, 23 Mei. In het bekken van Luik is
heden morgen een werkstaking begonnen te Se-
raing en in de omstreken. De gendarmes heb
ben de samenscholingen te Seraing uiteengedreven.
Advertentiën 1—7 regels 0,60 daarbo /eu 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau vaa
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Er zulleu nog verscheidene moeielijkheden te
overwinnen zijn voor de ministerieele crisis als
geëindigd kan beschouwd worden. De heer De Frey
cinet heeft, voor dat hij zich definitief met de vor
ming van het kabinet belastte, zich tot verschil
lende politieke personen gewend, ten einde ieders
opinie omtrent den toestand te vernemen eu zoo
als wij reeds mededeelden, heeft de Freycinet
aan den heer Grévy verklaard, dat hij geloofde
niet een kabinet tc kunnen vormen, dat kans
van voldoende duurzaamheid aanbood. Dienten
gevolge zag hij zich genoodzaakt voor de hem
gedane opdracht te bedanken
iJ—mm—M—
zijn sterven te zien.
Verder gaf hij te verstaan dat de jonge man
var. dezen brief niets wist daar hij wenschte
sir Rokeby, om hem kommer te besparen van
zijne ziekte onkundig te laten totdat de dood
er reeds op gevolgd was.
Deze schrikkelijke tijding was een vreeselijke
slag voor Sir Henry.
Zijn zoon George de erfgenaam van zijn
naam en bezittingen lag op verren afstand te
sterven aan eene vreeselijke ziekte, eu geen bloed
verwant geen vriend was bij hem om hem in
het laatste uur bij te staan en hem het doods
zweet van het voorhoofd te wisschen.
Luide snikte de vader in zijne smart.
„Mijn zoon, mijn arme zoon!" riep hij wce-
nend met gebroken stem. „Mijn arme, stervende
zoon"!
„'t Is zeer treurig," zeide lady Rokeby, daarbij
overwegend of de dood van haren stiefzoon haar
eenig geldelijk voordeel kon brengen. De regi
mentsdoctor schijnt een zeer goedhartig man te
zijn en hij schrijft dat George een voortreffe-
lijken bediende heeft.
Met een ongeduldig gebaar viel sir Henry haar
ia de rede.
„De man is een Hindoe", zeide hij. „Wel
ken troost kan hij George in zijn stervensuur
bieden, als zijne oogen zoeken naar een teeder,
liefdevol gezichtals zijne reeds kil wordende
handen de handen eens vriends wenschen te
drukkon. Mijne arme brave zoon! O, waarom
heb ik u naar Indie laten gaan"!
Nu neemt zijne eerzucht zijn verlangen zich
in de militaire loopbaan te onderscheiden een
vroegtijdig einde in een Indisch graf. Maar hij
zal uiet sterven zonder riat een zijuer bloedver
wanten bij hem is. Wij moeten naar hem toe
gaan.
Victoria, wij zullen nog in tijds komen."
Een der voornaamste redenen om de opdracht
niet te aanvaarden moet toegeschreven worden
aan de moeielijkheid om een nieuw kabinet te
vormen zonder generaal Boulanger. De Freycinet
wil laatstgenoemde niet in de combinatie opnemen
en het terzijde stellen van generaal Boulanger
veroorzaakt groote opgewondenheid onder de
uiterste radicalen. I)e „Lanterne" en de "In-
transigeant" dreigen zelfs met manifesiatiën in
de straten, indien Boulanger zijn portefeuille
niet behoudt. Men beweert dat president Grévy
zeer beducht is voor dergelijke beweging, daar
Boulanger een sterke partij in het leger voor
zich heeft. Wel behoort generaal Saussier, de
commandant van Parijs, niet tot Boulanger's
vrienden, maar de onder-commandant, generaal
Thibaudin die voor eenigen tijd door den
minister van oorlog is aangesteld, is in dit
opzicht minder te vertrouwen.
Als gewoonlijk weten verschillende bladen al
lerhande combinatiën mede te deelen, welke na
tuurlijk geheel uit de lucht zijn gegrepen; zoo
ook deelt men mede, dat generaal Boulanger tot
gezant te Petersburg zal benoemd worden, wan
neer hij in het nieuwe ministerie geen plaats
vindt. Ook dit bericht moet als een verzinsel
beschouwd worden, ofschoon het werkelijk de
beste oplossing der quaestie zou zijn. Zooals men
weet, is generaal Boulanger door de Russen zeer
geacht.
Na den heer Freycinet is Jules Ferry bij
den president des republiek ontboden, vervolgens
heeft Rouvier de voorzitter van de begrotings
commissie, met den heer Grévy geconfereerd en
nadat beide heeren tal van moeielijkheden had
den geopperd, is Clémenceau op het Elysée ge
roepen. Of hij het presidentschap van het
nieuwe kabinet zal aanvaarden is nog de vraag,
verplicht echter was hij het wel, want het is
zijn partij geweest, die den grootsten stoot aan
den val van liet ministerie Goblet gegeven heeft.
Intusschen heeft minister Goblet van zijne amb
tenaren aan het ministerie afscheid genomeu en
komt nu niet anders in de ministerieele bureaux
dan om officieele stukken te teekenen.
Socialisten en anarchisten hebben hunne
jaarlijksche manifestatie gehouden op de graven
van Blanqui, Flourens en andere revolutionnairen.
Sir Henry nam eene courant en doorliep de
scheep vaart berichl en.
„Binnen twee dagen vertrekt een stoomschip
naar Marseille," sprak hij. Vandaag nog, onver
wijld moeten wij afreizen om dat te bereiken. Ik
zal onmiddelijk mijne koffers laten pakken ge
last uwe kamenier de uwe in orde te maken,
Victoria."
Hij hield op, want hij begreep den verrasten
blik nietwaarmede zijne vrouw hem aanzag.
„Gij schijnt in dwaling te verkeeren, Henry",
sprak lady Rokeby koel. „AU gij naar Indie
wilt gaan kunt gij dat doen. George is uw
zoon en erfgenaam en ik geloof werkelijk dat
gij naar hem gaan moet. Maar dat ik hals
over kop deze verre moeilijke reis zou doen
om tegenwoordig te zijn bij het afsterven van
een jongraenscb, dien ik te voren nooit heb ge
zien zou toch eenvoudig belachlijk zijn. Mijne
gezondheid zou die vermoeienissen niet verdragen.
Gij zoudt daar dan twee lijken te begraven
hebben in plaats van een."
Sir Henry's aangezicht werd als door eene
plotselinge pijn saaragetrokken.
„Ik was zelfzuchtig te denken dat gij mede
zoudt gaan, Victoria," zeide hij treurig.
't Is waar wij moeten dag en nacht reizen
om het stoomschip tijdig te bereikeD. De vaart
over de Roode Zee zou voor u ook zeer afmat
tend zijn. Maar ik dacht slechts aan mijnen
armen goeden zoon, die onder vreemden alleen
op sterven ligten die geen vrouwelijk wezen
bij zich ziet. Als gij tot hem hadt kunnen gaan,
gij", mijne echtgenooteom hem te verplegen,
dan zou hij oen gevoel gehad hebben alsof hij
van eene moeder in dit leven ging naar de an
dere in de eeuwigheid."
(Wordt vervolgd.)