Nummer 69. Donderdag 1 September 1887. 10e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Groote Internationale Wedstrijd
Gemeenteraad van Waalwijk,
ANTOON TIELEN,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00.
Franco per post. door het geheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
UITGEVER:
Waalwijk.
Advertentiën 17 regels f 0,60 daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land°worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van
Adolï Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
l'JJUi.1! Lmi —UI '-'"-J
van wetenschappen en nij verheid
BRUSSEL 1888.
De groote wereldtentoonstelling, in 1888
te Brussel te houden, opent een nieuw tijd
perk wat aangaat de tentoonstellingen in het
algemeen. Wat deze tentoonstelling zal
kenmerken is bovenal de nuttigheid. Wij
willen hiermede niet zeggen dat de esthe
tische zijde zal worden opgeofferdmaar
alleen dat men van deze expositie niet wil
maken een grooten bazar of een onzinnige
opeenhooping van restaurants, maar wel een
uitgebreiden wereld wedstrijd, omvattende alle
takken van nijverheid, met het enkel doel
om elk derzelve te volmaken. Het nuttig
heidskarakter een der meest uitkomende
trekken van het Belgisch volk, openbaart
zich op treffende wijze bij de lezing der
stukken rakende de tentoonstelling te
Brussel.
Voor den eersten keer roept men van alle
deelen der wereld de verstandelijke krachten
op van allen, die hun bestaan en hunne
kennis wijden aan den vooruitgang der we
tenschap en der nijverheid. Op deze wijze
wil men het schoone verwezenlijken door de
volmaking van het goede, daar het schoone
niets anders is dan de volkomen verwezen
lijking van het volstrekt ware en goede.
Wij zullen hierachter de oproeping laten
volgen aan de voortbrengers eu daarna meer
gedetailleerd alles vermeldenwat meer
bijzonder de lederindustrie raakt.
Door de zorg van het comité van groep
30 zijn vragen opgemaakt betrekkelijk de
looierij, voor welker oplossing prijzen en
belooniugen zullen worden uitgedeeld aan de
meest verdienstelijken. Voorloopig zijn deze
vragen of desiderata ten getalle van 21, en
verscheidene zullen misschien verdeeld kun
nen worden in onder-vragenzooals een
buitenlandsch looiersblad voorstelt, om gron
diger en meer bevoegd werk te kunnen
leveren.
DERTIGSTE WEDSTRIJD.
L o o i e r ij.
Oproeping aan de voortbrengers.
Sedert de meest verwijderde tijdstippen
kwam de looierij voor onder de belangrijk
ste industrieën de beginselen der kunst om
huiden in leder om te zetten vindt men
terug bij alle volkeren der wereld; de eerste
bewoners zien wij zich kleeden met de vellen
der dieren, waarop zij jacht maakten voor
hun onderhoud. Zij dekten ook hunne tenten
en voertuigen met dekkleeden, van groote
dierenhuiden gemaakt.
Langzamerhand verspreidden zich de volk
stammen over alle toen bekende deelen dei-
wereld en brachten van het Oosten naar het
Westen het gebruik over van het leder, dat
ongemerkt een artikel werd van noodzake
lijkheid en van weelde.
Wij zien verschijnen de vervaardiging van
marokijn, corduaan en perkament, en daar
mede alle voorwerpen die van leder kunnen
worden gemaakt.
'tls voldoende een oogopslag te werpen
op de kunsten en gilden der middeleeuwen
om zich te overtuigen van de belangrijk
heid waartoe toen de bereiding der dieren
huiden geklommen was men sloeg toen zelfs
munten van geklopte dierenhuiden.
Onder de hertogen van Bourgogne waren
de muren der aanzienlijke woningen behan
gen met prachtige geschilderde en met goud
versierde lederen behangsels.
Omstreeks dien tijd (13691477) maakte
men reeds in Belgie mooi kalfsleder voor de
binderijtalrijke voorbeelden van dat bind
werk vindt men nog in de oude bibliotheek
der hertogen van Bourgogne te Brussel.
Het looiers- en lederfabrikantengild won
van toen af voortdurend in belangrijkheid
de werklieden verspreidden zich over den
ganschen aardbodem, hunne wijze van werken
in verre landen overbrengend en hunne
technische kennis vermeerderende in de
vreemde werkplaatsen.
Als de oude wijze van looien lang, te lang
misschien, is in gebruik gebleven, en nog
heden hardnekkige verdedigers vindt, dan
ligt de oorzaak daarvan in het resultaat door
die looiwijze verkregen, want ontegenzegge
lijk zijn de voortbrengselen, naar het oude
systeem bewerkt, van uitstekende hoedanig
heid.
De looiers der oude school laten zich
niet gemakkelijk medeslepen door de aan
lokkelijke beloften der hervormers en velen
hunner blijven zich houden aan het axioma
//tijd en looistof alleen kunnen goed leder
maken/' Spreekt men hun van de verbete
ringen en volmakingen, welke de ontdekkin
gen der scheikunde onvermijdelijk hebben
moeten aanbrengen in de lederbereiding, dan
verdedigen zij zich krachtdadig er tegen
alsof men hun eene misdaad ten laste legde
een nieuw systeem te volgen, een stof
te gebruiken geschikt om in eenige mate
den tijd te verkortennoodig om volgens
het oude systeem leder te maken. Maar de
tijd is voortgegaan en met hem de vooruit
gang die prikkel van goedkoopte. De
looierijhierin den weg volgende door de
andere industrieën gebaand, heeft gezocht,
en, al kan zij nog niet zeggen„eureka
ik heb gevondentoch mag zij fier de vaan
van den vooruitgang ontplooien steunende
op de ontdekkingen, de hervormingen, de
nieuwe procédé^s, door de mannen der we
tenschap en van het vak aan het licht ge
bracht.
Want, al zijn er nog eenige looiers die
de oude systemen aanhangen, welke dikwijls
slechts oude vooroordeelen zijn, de meeste
fabrikanten hebben flinkweg de nieuwe looi-
wijzen aangenomen, in het licht gesteld dooi
de knapste theoretici, en in praktijk gebracht
door een groote menigte ijverige werkers.
Hoevelen zijn er niet die er zich op heb-
beu toegelegd om zeiven te vinden, deze een
proces, gene een verbetering. Yan daar de
talrijkheid der nieuwe procédé's, waarvan elk
zijn gebreken en zijn goede hoedanigheden
bezit, maar alle ingegeven door het denk
beeld van beter te doen.
Ontegenzeggelijk hebben de wereldten
toonstellingen, die elkander sedert een dertig
tal jaren zijn opgevolgd, niet weinig bijge
dragen tot den vooruitgang onzer industrie
door de nieuwe productenverkregen door
nieuwe loofwijzen, tot hunne waarde te bren
gen, door den fabrikant te prikkelen en hem
als 't ware voort te duwen op den weg van
volmaking, hebben zij in een betrekkelijk
kort tijdsverloop volbracht, wat wij zonder
die vredelievende worstelingen nooit zouden
verkregen hebben.
De groote wedstrijd van 1888 zal dus
dubbel welkom zijn, niet alleen omdat hij
aan de zoekers, aan de onvermoeide baan
brekers der wetenschap en der nijverheid de
gelegenheid zal aanbieden om den uitslag
hunner werkzaamheden en de vruchten van
hunne onderzoekingen te doen kennen en
waardeeren, maar vooral omdat hij, door den
naijver te prikkelen en door te doen oordee-
len bij vergelijking, op de meest practische
wijze de verwezenlijkte volmakiDgen en voor
uitgang zal vaststellen.
Wij doen dus een dringend beroep op
allen, die zich bezig houden met onze indu
strie, aan allen, die haar gaarne zouden
bevrijd zien van de oude vooroordeelen, aan
allen, die op een of andere wijze ons iets
hebben te leeren, een vooruitgang hebben
te doen kennen, een volmaking naar waarde
te doen schatten. Dat zij komen van verre
en van nabij, dat zij op den grooten wed
strijd van 1888 een monster mede brengen
van wat zij gewoon zijn te fabriceer en, en
wij wenschen hun allen toe later te kunnen
zeggen „venij vidi, viciik kwam, zag
en overwon
De voorzitter van comité 30,
E. B. VERBOECKHOVEN.
De secretaris van comité 30,
ARTHUR LEBERMUTH.
Algemeene Klasseering.
Onderaf deeling 30a. Materieel en procédés.
305. Looistoffen en andere,
gebruikt bij het fabri-
cceren v. leder en vellen.
3Oc. Voortbrengselen.
Samenstelling van het bureau van het comité 30.
Voorzitter: E. B YERBOECKBOVEN,
industrieel te Brussel.
Ouder voorzitter ARTHUR BAUGNIES,
industrieel te Peruwelz,
en N. YAN BEGIN,
industrieel te Brussel.
Secretaris ARTHUR LEBERMUTH,
industrieel te Brussel.
Bijzondere klasseering van ivedstrijd no 30.
Onderafdeeling 30a. Materieel.
De machinen, werktuigen, toestellen, ge
reedschappen, plannen en inrichtingen, ge
schikt om het fabriceeren en bewerken van
huiden en vellen te vergemakkelijken of te
bespoedigen.
Onderafdeeling 305
Looistoffen en anderegebruikt bij het
fabriceeren van leder en vellen.
Onderafdeeling 30c. Voortbrengselen.
Huiden en vellen gelooid, getouwd, op
Hongaarsche wijze bereid, verlakt, marokijn,
zeemleder, gekleurd leder.
GESTELDE YRAGEN [Desiderata.)
Men vraagt
1De stichting van een instituut, bestemd
om voor onze industrie werklieden en
meesterknechts te vormen.
2. De stichting van een scheikundig labora
torium ten dienste onzer industrie.
3. Een middel om ruwe huiden te krijgen
zonder sneden en hoorns.
4. Het opstellen van een volledige verhande
ling over de lederbereiding.
5. Een gemakkelijk en zeker procédé om de
wezenlijke en practische waarde te be
palen van de looistoffen.
6. Een middel om het schimmelen van het
leder te beletten gedurende de fabricage.
7. Een zeker middel om enkel in het laf
even goed leder te maken als in de
kuipen.
8. Een middel om vervalsching der ruwe
huiden aan te toonen.
9. Een procédé om snel en voordeelig over-
zeesche huiden te ontharen, bestemd
voor zoolleder.
10. Een procédé om de huiden te doen
zwellen gedurende de fabricage.
11. Een middel om op practische wijze de
sterkte te bepalen der in werking zijnde
looistoffen.
12. De voorwaarden, waarop het goed is de
huiden weder in het looisop te leggen,
bij de vervaardiging van zwaar leder.
13. Snelle en winstgevende procédé's om
goede voortbrengselen te 'krijgen, (deze
zullen openbaar moeten worden ge
maakt.)
14. De meest praktische gebruikswijze van
extracten.
15. Een middel om kalk uit de huiden te
verwijderen zonder ze te schaden.
16. Plan en bestek eener model-looierij.
17. Plan en bestek eener model-touwerij.
18. Het beste ventilatie-systeein voor het
drogen van huiden.
19. Het voortbrengen van leder van betere
qualiteit aan minder prijs.
NB. Door het voortbrengen van leder
van betere hoedanigheid verstaat menhet
fabriceeren van leder, zoodanig, dat het ge
schikter is voor het gebruik, waarvoor het
bestemd is;
Dat in het leder de verhouding van eigen
lijk gezegd leder tegenover afval zoo hoog
mogelijk zij.
Door eigenlijk gezegd leder verstaat men
dat gedeelte der huid, dat de hoedanigheden
bezit, noodig voor het bijzondere gebruik,
waarvoor dat leder gelooid is.
20. Nieuwe en voordeeliger looistoffen of een
beter gebruik der reeds bekende.
21. Een betere benuttiging van den looierij-
afval.
De president van comité 30,
E. B. YERBOECKHOVEN.
De secretaris,
ART. LEBERMUTH.
Vastgesteld in de zitting van het permanent
ceutraal-comité den 20 Juni 1887.
Uit deze lijst ziet men hoe groot het aan
tal volmakingen is wenschelijk voor de
looierij.
Het comité van groep 30 doet dus een
beroep op allendieop welke wijze dan
ook, in staat zijn een of anderen tak der
looierij een vordering te doen maken. Het
doet een beroep op de bijzondere bekwaam
heden, want de bevoegdheid van ieder strekt
zich slechts uit over bijzonderheden, wil zij
wezenlijk zijn wij willen zeggen dat er geen
algemeene bekwaamheid bestaat, niettegen
staande zekere personen verwaand genoeg
zijn om te meenendat zij met zulk een
benijdenswaardige hoedanigheid begaafd zijn.
Het programma van het comité van de
ledergroep is uitgebreidhopen wij dat er
een groot gedeelte van zal worden verwe
zenlijkt, tot grooter voldoening van de
looierij
OPENBARE VERGADERING
op Maandag 29 Aug., nm. Gl/2 uur.
Afwezig het lid Mombers.
Voorzitter de burgemeester Van Grotenhuis.
De voorzitter opent de vergadering.
De notulen der vorige worden na voorle
zing vastgesteld.
Aan de orde
I. Installatie van het nieuwe lid P. H.
C. Wijten.
De heer Wijten, door den secretaris bin
nengeleid, legt in handen van den voorzitter
de bij de wet voorgeschreven eeden af.
De voorzitter, het woord tot het nieuwe
lid richtende, zegt
„Edelachtbare heer Wijten het is mij
hoogst aangenaam u mijne gelukwenschen te
mogen aanbieden de ijver en nauwgezetheid
•Srsi