Spanje. Engeland. Duitschland. Italië. Bulgarije. Amerika. BINNENLAND. De Correspondencia meldt dat 22 personen gevangen zijn genomen, als verdacht van sa menspanning tot omverwerping der bestaande orde van zaken. Twee hunner, die te Jutiva in verzekerde bewaring genomen zijn, hebben hetgeen hun ten laste wordt gelegd erkend. Zij verklaarden geen berouw te hebben over hetgeen zij gedaan hadden, en een volledig vertrouwen te stellen in de zegepraal hunner zaak. De beide bedoelde personen zouden de provinciën Alicante en Valencia in op stand trachten te brengen. Het doel was de federale republiek, met Ruiz Zorilla aan het hoofd, te voorschijn te roepen. De minister-president Sagasta heeft in de kamer van afgevaardigden het gevangen ne men van een aantal personen bevestigd. Maar hij heeft geweigerd verdere inlichtingen te geven, aangezien de zaak annhangig is ge maakt bij de rechtbanken. Na het oorlogs-budget is het budget voor de marine in het Engelsche lagerhuis aan de beurt gekomen en eens flink onder han den genomen door lord Charles Beresford, ex-lid van den admiraliteitsraad. Lord Beres ford. die onlangs zijn ontslag heeft genomen, omdat de minister van marine weigerde eenige door hem voorgestelde plannen in te voeren, heeft reeds een jaar geleden de Engelsche marine onder een alles behalve gunstig licht geplaatst. In het debat heeft hij gesproken over de slechte samenstelling der administratie en het gevaar, dat de Engelsche vloot loopt, inge val zij in den tegenwoordigen staat tot da den wordt geroepen. Hij eischte de toevoe ging van een bekwaam zeeman aan een bur gerlijk minister als hoofd van de marine administratie. De voorstellen van lord Beresford zijn verworpen, maar de publieke meening komt door dit debat, evenals door dat over het leger, in een bepaald wantrouwen tegen de regeering, als zulke bekwame mannen alarm kreten slaken en hun ontslag nemen, omdat aan hun waarschuwingen geen gehoor wordt gegeven. Vrijdag der vorige week had nabij het eiland Wight eene aanvaring plaats tusschen de Britsche schepen „Tasmania" en „City- of Corinth." Laatstgenoemd vaartuig is bij die ramp bijna onmiddellijk gezonken en van de bemanning zijn er slechts 2 gered. Ver moedelijk zijn dus alle 28 anderen waar onder ook 3 Hollanders, wier namen intus- schen onbekend zijn verdronken. Passa giers waren er niet aan boord. Gedurende den hevigen storm op Zondag kon de mailboot tusschen Boulogne en Folk- stone, die ongeveer 300 passagiers aan boord had, de laatstgenoemde haven niet binnen- k.?mei?\ Zij £Óng daarom naar Dover, waar zij veilig aankwam. Bij de poging om Do ver binnen te komen ging de boot rakelings langs de pier en was dus bijna verpletterd. De passagiers verkeerden in den grootsten angst. Gisterenmiddag ten 12 ure heeft de be grafenis plechtigheid plaats gehad van het stoffelijk overschot van keizer Wilhelm. Het pogramma voor den stoet was als volgt Aan het hoofd van den stoet gingen negen escadrons cavalerie van verschillende regi menten en een aantal bataljons infanterie en van andere wapenen. Voorts le. Twee koninklijke hoffouriers. 2e. Twee maarschalken met de konink lijke livrei- en stalbedienden. 3e. Twee maarschalken, met de offician ten, tuinlieden en kamerdienaren van het Hof. 4e Twee maarschalken, met de beambten van den maarschalkdienst, de commissie voor de paleizen, de treindirectien, benevens de beambten van den oppercermoniemeester ran de intendantuur-generaal der koninklijke schouwburgen en van den koninklijken jacht stoet. 5e De hofraad-secretaris der correspon dentie van den overleden keizer. 6e. Twee maarschalken met de konink lijke hof- en lijfpages. 7e. De koninklijke lijfartsen. 8e Twee maarschalken met de kamer jonkers en kamerheeren. 9e. Vier maarschalken van adel. 10e. De rijksinsigniën, gedragen door de Pruisische ministers. 11e. De hoogste hofbeambten. 12e. De lijkkoets, bespannen met acht paarden, elk paard geleid door eenen staf officier. De slippen van het lijkkleed wer den gedragen door ridders der orde van den Zwarten Aderlaar, het baldakijn over de lijk kist door twaalf generaal-majoors, de cordons door vier luitenant-generaals. Naast de lijk koets gaan de twaalf luitenant-kolonels, die de kist er op hebben gezet, benevens ver scheidene hooge staf-officierendaarachter 's konings lijfpaard, onder geleide van den stalmeester des konings. 13e. De rijksbanier gedragen door een generaal der infanterie, vergezeld van een adjudant-generaal en een luitenant-generaal. 14e. De koningen van Saksen, Belgie en Rutnenie. 15e. De kroonprins en de overige aan wezige leden der koninklijke familie. 16e. De vreemde vorstelijke en hoogge plaatste personen. 17e. De gezanten van buitenlandsche vorsten. 18e. De adjudanten-generaal, generaals k la suite en vleugel-adjudanten van den over ledene, de Russische generaal la suite Kutusow, benevens de commandanten der Piuisische en andere Duitsche regimenten. 19e. Het gevolg van den keizer en de keizerin. 20e. Het gevolg van ieder der buiten landsche vorsten en hooggeplaatste personen. 21e. De generaal veldmaarschalkde stadhouder van Elzas-Lotharingen, de te Ber lijn aanwezige ridders van den Zwarten Adelaar, de generaals der infanterie en ca valerie de leden van den Bondsraad de voorzitters van den Rijksdag en den Pruisi- schen Landdagde ministers buiten dienst de luitenant generaals de geheimraden de president van het rijksgerechtshof, de voor zitter van den Evangelischen Opper Kerke- raadde chef-president der hooge rekenka mer de ondervoorzitters van den Rijksdag en den Pruisischen Landdagde provinciale regeeringspresidenten, de generaal-majoors en raden le klasse. 22e. Twee maarschalken met de gedepu teerden der verschillende rijks-autoriteiten. 23e. Twee maarschalken, met het minis terie van het Huis des Koningsbenevens afgevaardigden van der. dienst der wapen herauten en van de hofkamer der koninklijke fami li e -goederen 24e. Een maarschalk met het civiel- en militair Kabinet des Konings. 25e. Twee maarschalken met deputatien uit de ministerien. 26e. Idemmet eene deputatie uit den Rijksdag. 27e. Idem, met eene deputatie uit het Pruisische Heerenhuis. 28e. Idemmet eene deputatie uit het Pruisische Huis van afgevaardigden 29e. Idemmet eene deputatie uit het Landsbestuur van Elzas-Lotharingen. 30e. Twee maarschalken, met deputation uit andere hooge autoriteiten (rechtbanken consistorienprovinciale school- en genees kundige commissien enz.) 31e. Twee maarschalken met gedeputeer den uit het provinciaal bestuur der Keurmark Brandenburg. 32e. Een maarschalk met gedeputeerden uit het regeeringsbureau te Postdam. 33e. Twee maarschalken met de verte genwoordigers der Koninklijke Academie van Wetenschappende Koninklijke Academie van Kunsten de Berlijnsche en andere uni versiteiten. 34e. Een maarschalk met de afgevaardig den uit het presidiaal bureau van politie te Berlijn. 35e. Een maarschalk met de afgevaardig den uit de Koninklijke Landgerichte I en II te Berlijnhet Koninklijk Landgericht te Postdam en de daarbij fungeerende officieren van justitie. 36e. Een maarschalk met de deputatie uit het gemeentebestuur en den gemeenteraad van Berlijn. 37e. Een maarschalk met deputatiën als boven uit Postdam. De stoet werd gesloten door bataljons van verschillende wapenen. De stoet, in welken de kroonprins on middellijk na den lijkwagen zich bevond, kwam ten 2 ure aan dc Brandenburger poort en kwam aan het praalgraf ten 3 ure. De keizer stond aan een der vensters van de groote op het park uitziende zaal van het paleis te Charlottenburg in generaals-uniform met het lint der orde van den Zwarten Adelaar. Hij bleef d iar totdat de kanonschoten gelost wa ren ten teeken dat het lijk des keizers was bijgezet. Hij had de oogen gericht naar het graf. Keizerin Victoria, benevens de aanwe zige familien van alle vreemde vorsten, woon den de plechtigheid der bijzetting bij, die ten vier ure geëindigd was. Tot de vorstelijke personen, die de be grafenis bijwoonden behooren de koningen van BelgieSaksen en Rumenie de kroon prinsen van Oostenrijk Griekenland Italië en Rusland; de Russische grootvorsten Ni- colaas en Michaelde prins van Wales de prinsen George en Frederik August van Sak sen de prinsen Lodewijk en Leopold van Beieren de groothertog en de erfgroothertog van Hessen hertog Albrecht prins Wilhelm en prins Nicolaas van Wurtemberg de groot hertog en erfgroothertog van Mecklenburg- Strelitz de prinsen Alexander Hendrik en Frederik Karei van Hessende hertog van Coburg de erfgroothertog en prins Herman van Saksen-Weimarde prinsen Karei en Wilhelm van Badende hertog en erfprins van Anhaltde hertog van Altenburgde hertog van Meiningen de beide vorsten van Reussde beide vorsten van Shwarzburg de prinsen Christiaan en Julius van Sleeswijk- Holstein. In geheel Europa hebben keizer Fre- deriks beide geschriften aan volk en rijks kanselier een goeden indruk gemaakt. Hij heeft het verstand de ideen van zijn tijd weer te geven en te bevredigen, hij bezit de kracht des geestes het goede geen woorden te doen blijvenmaar tot daad te laten worden. De bescheidenheidwaarmede hij als het hei ligste doel zijner regeering noemt „het volk weldadig, het land nuttig en het rijk tot een zegen te zijn» heeft overal de overtuiging gegeven dat de nieuwe keizer zal zijn een vorst des vredes bij uitnemendheid, en zelfs in Frankrijk is men eenparig in den lof over 's keizers woorden. Algemeen wordt verwacht een verandering in de binnenlandsche politiek in meer libe ralen geestwaarbij voor bekrompen en ach terlijke denkbeeldenzooals anti-semitisme enz. geen plaats zal zijn maar de moderne constitutioneele staat ten voorbeeld zal strek ken. Het aanblijven van Bismarck wordt ook door den nieuwen keizer als onontbeer lijk voor de veiligheid en de macht van het Duitsche rijk beschouwd en zeer duidelijk heeft hij zich dienaangaande in het geschrift aan den rijkskanselier uitgelaten, wien hij zijn innigsten dank betuigt voor de reeds bewe zen diensten en aan wiens verdere mede werking hij groote waarde hecht. Van de andere ministers wordt in dit geschrift met geen enkel woord gesproken en reeds wordt gezegd dat van een aanblijven der tegen woordige ministersdie den keizer in zijn vrijzinnige besluiten zouden kunnen tegen werkengeen sprake kan zijn. In zijn schrijven aan Bismarck doet de keizer helder uitkomen dat het denkbeeld van velendat de tusschenkomst van den staat een einde zal maken aan alle gebreken en onrechtvaardigheden in de maatschappij geheel onjuist is, zij, die het eenig heil ver wachten van staatsbemoeiingen zijn op den verkeerden weg wel zal de keizer alle po gingen doen ter bevorderingder economische welvaart der maatschappij, wel zal hij de toe nadering tusschen de verschilende klassen bevorderen -naar alles kan de staat niet. In gematigden en beleefden vorm krijgt de conservative partij een slag in het aangezicht en ook die mannen welke willen een voort durende en almachtige tusschenkomst van den staat in de economische verhoudingen der verschillende maatschappelijke rangen is met ronde woorden aangeduid, hetgeen de nieuwe vorst wil. Voorts wordt gesproken van een bepaald aftreden van den minister van binnenland sche zaken Puttkamermaar zoolang nog niet alle formaliteiten en ceremoniën zijn vervuld samengaande met een verandering van vorst, kan nog niets beslist worden ge zegd. Blijkens bericht uit Dantzig is op der tien spoorlijnen (uitkomende op de stations Eylau, Osterode Schneidemühl, Stopmunde, Elsenau, Soldau, Thorn, Marienburg, Lessen, Carthaus, Hohenstein, Möhrungen, en Allen- stein) wegens zware sneeuw de dienst tot nadere aankondiging gestaakt. Aan de universiteit te Pisa zijn ongeregeld heden uitgebarstenomdat de rector aan de studenten geweigerd had aan de manifesta tie ter herinnering aan Giordano Bruno en den overleden professor Carravo deel te nemen. De rector was verplicht een beroep te doen op den sterken arm der politietengevolge waarvan de universiteit tot nader orde is gesloten. De Bulgaarsche quaestie is door de be langrijke gebeurtenissen in Duitschland ge heel op den achtergrond gedrongen en kon zij daar maar blijven wij gelooven dat velen, zoo niet allen, er vrede mee zouden hebben, maar dat behoort nu eenmaal, en wie weet hoe lang nog tot de vrome wenschen. De ontvangst, door prins Ferdinand aan de verklaring van onwettigheid van de Porte bereid is wel de aandacht waard. De prins schijnt besloten te zijn te doen of hij van niets weet en zelfs te houden of hij niets ontvangen heelt. Hij heeft aan Bismarck of ficieel de deelneming betuigd van de vor stelijke regeering met den dood van keizer Wilhelm. Toch gelooven wij niet dat de prins dit als een soort uitdaging heeft gedaan te meer daar zijn populariteit meer schijn dan werke lijkheid is en men verzekert zelfs, dat in ver schillende steden de inwoners weigeren be lasting te betalen omdat de regeering van den prins onwettig is. Bovendien spreekt men van intriges van Karaveloff en Radosla- voff tegen de regeering. De Engelsche en Duitsche pers spreekt als haar gevoelen uit dat dientengevolge de prins wel eens zou kunnen heengaan uit eigen beweging. De eenvoudigste en meest gewenschte oplossing zou het zijn, maar of die optimis tische gevoelens verwezenlijkt zullen worden? Wij hopen het, maar gelooven het niet. Door een vreeselijken sneeuwstorm is in en rond New-York het verkeer bijna geheel gestremd, de telegraaflijnen zijn op verschil lende plaatsen gebroken, het spoorwegverkeer wordt zeer vertraagd en op sommige lijnen is aan geen berijden te denken. thermometer tijdens den storm op 5 graden boven nul en was de kracht van den wind ongeveer 48 mijlen per uur. Er viel twee voet sneeuw. De straten zijn nog onbegaanbaar. Hier zijn ze spiegelglad en ginds heeft de wind de sneeuw tot manshoogte opgewaaid. Som mige huizen zijn alleen te bereiken door een tunnel, in de sneeuw gegraven. Van groote ongelukken hoort men nog weinig trou wens het nieuws is ook de in sneeuw blijven steken de meeste couranten kwamen niet uit maar ieder weet van 't een of ander ongeval te verhalen. Voor een rijtuig werd f75 a f125 betaald en dan nog alleen wanneer de afstand 3 mij len niet overtrof. Het tram- en spoorwegver keer is nog gestremd. Brieven en telegram men blijven dan ook uit. De beurzen moesten weer gesloten worden. Voor de hotels en restaurants wordt het bijna onmogelijk de noodige levensmiddelen te verkrijgen, en het meerendeel wijst dan ook nieuwe gasten af. Aan melk is volslagen gebrek. De North- en East-riviers zijn dicht gevroren en men heeft ze reeds over het ijs overgestoken. De reizigers, die Maandag en Dinsdag naar New-York kwamen, zijn onderweg in gesneeuwd en moesten door sleden gehaald worden. De spoorwegen namen honderden werklieden aan om den weg vrij te maken; maar tot dusver zijn de pogingen nog tever geefs. Men heeft reeds over het ijs geloopen naar Brooklyn en Yersey, hetwelk een zeer zeld zaam feit is. Van 1100 makelaars waren er Dinsdag slechts 30 op de beurs. De schade aan de telegraafmaatschappij toegebracht beloopt een millioen. Aan de vrijmaking der spoorweglijnen wordt maar niet meer ge werkt, omdat het toch niet geeft. De luchtspoorwegen zijn bijna zonder eenig nut en als de treinen niet voortkunnen, moe ten de reizigers met ladders naar de straat afdalen. Het aantal treinen, die zijn blijven steken, is nog onbekend, maar is zeker zeer groot en met drie locomotieven is nog aan geen voortkomen te denken. Dinsdag was de lucht wat helderder, maar later begon de sneeuw met vermeerderde kracht te vallen. Behalve New-York schijnen ook andere steden zwaar geteisterddoch daaromtrent ontbreken nadere bijzonderheden. Aanstaanden Donderdag 22 Maart paar denmarkt te Waalwijk. Dientengevolge zal de lokaaltrein no 411 (vertrek Geertruidenberg 7.13, aankomst WaalwijkBesoijen 7,51 's morgens) op Vrij- d.ig 23 Maart niet, doch op Donderdag 22 Maart wel loopen. De volgende bijzonderheden worden gemeld De toestand in New-York is nog niet veel verbeterd. Na eene korte verademing is het opnieuw gaan sneeuwen. Volgens de officieele opgaven stond de WAALWIJK, 17 Maart 1888. Bij koninkl. besluit van 9 Maart is pen sioen verleend aan J. H. Baggerman, vroeger directeur van het rijks- post- en telegraaf kantoor alhier, ten bedrage van f942. jft- De Baardwijksche overlaat en de Baard- wijfesche en Waaïwijksche buitenpolders staan diep onder water. De communicatie met rij en voertuigen naar Drunen en naar het land van Heusden over Doeveren en Ganzooien is gestremd Te Drongelen kan ook ook niet worden overgezet, daar de kade overloopt. De weg in het Bossche veld loopt ook meer en meer onder. De wagendiensten van van Gend en Loos, die van Heusden—Waalwijk en Heusden 's Bosch zijn gestaakt. De bewoners der tusschen den overlaat en het Vlijmsch veld gelegen dorpen ondervinden weer al het ongerief, verbonden aan den hoo- gen waterstand, waardoor zij als 't ware van de buitenwereld zijn afgesneden. En te den ken dat er eene prachtige spoorlijn gereed, maar ongebruikt ligt, die hen uit hun isole- mend kan verlossen Het door de gemeenten dezer provincie te leveren aandeel in de lichting der nationale militie van 1888, is door gedeputeerde staten vastgesteld, en bedraagt 1259. Hiervan geven: Almkerk c. a. 8, Baardwijk 2, Capelle 4, Drunen 9, Dussen c. a. 6, Bok hoven en Engelen 2Geertruidenberg 8 Giesen Andel en Rijswijk 6, Hedikhuizen Herpt en Oudheusden 8, Heesbeen, Dronge len en Meeuwen 6, 's Hertogenbosch 50 Heusden 4, Raamsdonk 14, Sprang en Vrij hoeve Cappelle 8, Vlijmen en Nieuwkuik 14, Waalwijk en Besoijen 15, Waspik en 's Gra- vemoer 5 De Werken c. a. 9, Werkendam 7, Wijk en Veen 10. Verleden Maandag heeft te Heusden plaats gehad de provinciale keuring van dek hengsten; zij geschiedde onder voorzitterschap van dr. A. van der Steen, lid der gedep. staten, door de heeren L. H. Coolen te Berchem jhr. G. de Jonge van Zwijnsbergen te Hel- voirt en jhr. V. F. A. H. de Kuyper, te Vechel, bijgestaan door den heer A. J. Mon- tensprov. veearts te Zevenbergen. Deze eerste keuring betrof dekhengsten van in- landsch ras. Aangeboden werden 3 tweejarigen en 9 driejarigen en ouderen. De prijzen vielen ten deel als volgt: Eerste prijs voor driejarigen werd inge houden. w

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1888 | | pagina 2