N u miner 90.
Zondag 11 November 1888. lle Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
VÏISrETA,
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
BUITENLAND.
Frankrijk.
UITGEVER:
Waalwijk.
28
Langsti'iuilsflH' (onrant.
it blad verschijnt Woensdag- en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden/1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Advertentiën 1—7 regels 0,60 daarbo 'en 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Adrertentiën voor Duitsch-
land- worden alleen aangnomen loor het advertentiebureau van
Adolï Steirer, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
De Fransche kamer heeft zich bezig
gehouden met de begrooting van marine.
De kamerheeft in strijd met het advies
van den ministeradmiraal [Krantzeen
amendement van den heer Ménard aangeno
men strekkende tot eene vermindering der
begrooting met D/s millioen. De minister
verklaarde deze stemming te beschouwen als
een bewijs van wantrouwen, waarop Ménard
terstond zijn amendement terugnam.
De begrooting is ongewijzigd aangenomen.
De opbrengst der indirecte belastingen
over de maand October is hoogst verblij
dend daar zij 39/io millioen irancs boven
de raming bedraagt en 91/10 millioen francs
meer dan in October van 't vorige jaar.
't Is heel mooi maar bij de kolossale
uitgaven voor leger en vloot, een droppel in
zee.
Aan de grenzen van Spanje zijn maatre
gelen genomen met het oog op de coalitie
der republikeinsche fracties onder Zorilla en
Pi y Margall.
Gladstone de groote Engelsche staatsman,
heeft een politieke redevoering gehouden
aangaande de binnen-, en buitenlandsche
staatkunde van Groot Brittannie en daarin
natuurlijk met hand en tand vastgehouden
aan homerule maar zich geheel in overeen
stemming betoond met de regeering op het
gebied der buitenlandsche politiek.
Duitschlands en Engelands samengaan ten
aanzien van Oost-Afrika heeft alleen betrek
king op eene maritieme operatie tot het te
gengaan van den slavenhandel ter zeeen
strekt zich niet uit tot het weren van den in
voer van wapenswaartoe Engeland niet
wilde overgaan. Behalve Frankrijk dat toe
stemde zou ook Portugal uitgenoodigd wor
den tot het nemen van dezelfde matregelen.
DOOR
E. W E R N E R.
De assessor trad haar op zijde en fluisterde
haar toe: „Juffrouw Margaretha dat zijn ze."
„Wie vroeg zij verrast.
„Die twee verdachte kerels. Ik heb ze nu in
den val."
«Maar, mijnheer Hubert, dat kunnen toch on
mogelijk Polen zijn," brachf het jonge meisje
hiertegen in.
't Zijn die beitje individus, die mij straks met
extrapost voorbijreden," hield hij vol. //Dezelfden,
wier gedrag mij later tot zooveel vermoedens
aanleiding gaf. In elk geval zal ik de noodige
maatregelen hemenik zal hen ondervragen, zoo
noodig gevangennemen."
„Maar moet dat dan juist bij ons aan huis ge
schieden vroeg het jonge meisje op niet zeer
beminnelijken toon.
«Mijn ambt gebiedt dit," zeide de assessor met
waardigheid. „In de eerste plaat9 is het thans
zaak de toegangen tot de woning te versperren
en alle pogingen tot vluchten te beletten. Ik zal
de huisdeur sluiten." En werkelijk draaide hij
den sleutel om en stak hem bij zich.
„Maar hoe komt 't u in de gedachte? protes
teerde Greta. „Dan kan papa immers niet het
huis in, als hij terugkeert."
'„We zullen de meid bij de d<ur laten pust-
vatten en haar den sleutel geven," fluisterde de
kleine man, door zijnen dienstijver vervoerd.
„Zij laat mijnheer Frank binnen en roept dan
meteen de knechts om de deur te bezetten. Mis
schien zullen die booswichten zich niet gewillig
laten behandelen."
Greta was nog niet overtuigd. „Maar hoe weet
ge eigenlijk dat 't booswichten zijn Als ge u
nu eens vergist?"
„Juffrouw Margareta, van die soort van din
gen hebt gij geen verstand,// verklaarde de asses
sor met volle verzekerheid. „Ikkan oordeelen over
pliysionomieën en mijn veeljarige ondervinding
zegt me dat het de echtste onmiskenbaarste sa-
Expeditien in het binnenland blijven ach
terwege.
Van belanghebbende zijde wordt thans zelfs
te verstaan gegeven dat voor de Duitsche
Oost-Afrikaansche Maatschappij nu kwalijk
iets anders overblijft dan te liquideeren. Mo
gelijk dat het Duitsche rijk later de tolkan
toren aan de kust zelf zal overnemen. Hier
mede worden onlangs gedane mede-
deelingen betreffende de toestanden in
Oost-Afrika ten volle bevestigd. Onder zulke
omstandigheden wordt ook eene expeditie
ten gunste van Emin-pacha voorloopig on
mogelijk geacht.
Naar verzekerd wordtis het tegenbezoek
van den Russischen czar aan Berlijnin
overleg met de Duitsche regeering, voorloopig
uitgesteld. Keizer Willem wenacht namelijk
de buitengewoon schitterende en hartelijke
ontvangstwelke hem te Petersburg ten deel
vielevenzoo te beantwoorden en de zaak
isdat zoowel de hofrouw als de tijd van
het jaar alsnog groote feestelijkheden en wa
penschouwingen verbieden. Het bezoek zou
nu zijn uitgesteld tot het voorjaar waarbij
dan de mogelijkheid zou bestaan, dat de czar
met keizer Franz Josef en koning Humbert
tc gelijk te Berlijn vertoeven zou.
De verkiezingen voor den Pruissischen
landdag hebben de volgende resultaten ge
geven
De conservatieven hebben 7 zetels verlo
ren de progressiven 10, de liberale groep
2, de welfen 1, Het linker centrum winnen
er 2, de liberaal conservatieven 2, de natio
naal liberalen 15.
Met het sensatie-bericht, dat vorst Bis
marck met Kerstmis zal aftreden als rijks
kanselier, wordt nog medegedeeld, dat hij
den titel van rijkskanselier zou behouden
maar de andere departementen, als buiten
landsche zaken, handel en het presidentschap
van den raad, zou overdragen.
Officiëele bevestigingen maken dergelijke
berichten eerst vertrouwbaar.
menzweerdersgezichten zijn, die mij nog ooit on
der de oogen zijn gekomen. In dat opzicht kun
nen -ze mij niet misleiden, al spreken ze nog zoo
zuiger Duitsch. Ik zal hen voorloopig in het
verhoor nemen, zoolang totdat mijnheer Frank
terugkomt, 't Is wel is waar gevaarijk, zulke
menschen te laten vermoeden dat men hen door
ziet, vooral als men alleen met hen is zeer
gevaarlijk zelfs, maar mijn plicht eischt dit van
mij."
(/Ik ga met u mede," zeide Greta onversaagd.
„Ik dank u," antwoordde de assessor op zulk
een pleehtigen toon, alsof het jonge meisje voor
het minst had besloten met hem het schavot te
bestijgen „en nu, laat ons handelen
Ilij riep de meid uit de keuken, gaf haar de
noodige bevelen en keerde daarop naar de huis
kamer terug. Greta volgde hemzij was dapper
van aard en zag dus de verdere ontwikkeling
van de zaak met even groote nieuwsgierigheid
als zorg tegemoet. De beide vreemdelingen had
den blijkbaar volstrekt geen vermoeden van het
dreigend onweer, dat boven hunne hoofden sa
mentrok, en schenen zich volkomen veilig te
achten, De jongste, eene in het oog vallend lange
gedaante, die bijna een hoofd boven zijr. metge
zel uitstak, liep met de armen over elkander ge
slagen het vertrek op en neer, terwijl de oudste
een magere man met een bleek maar innemend
uiterlijk, van de hem aangeboden plaats gebruik
had gemaakt en onbezorgd in een leunstoel zat.
De assessor trok zijne stoute schoenen aan. De
overtuiging, dat er een gewichtig oogenblik in
zijn leven was aangebroken, en het bewustzijn
van in het bijzijn zijner aanstaande verloofde
ziine ambtsbezigheden te verrichten deden hem
geweldig in zijn eigen schatting rijzén. Hij zag
er uit als het gepersonifieerde Wereldgericht, toen
hij op de beide „individus' toestapte.
„De heeren weten nog niet wie ik ben," begon
hij, voorhands nog op beleefden toon. „Mag ik
mij dus aan u voorstellen als de regeeringsas-
sessor Hubert uit L.«
Beiden waren althans geen nieuwelingen meer
in het vak van samenzweeren, want ze bloosden
noch verblikten bij het hooren noemen van deze
betrekking. De oudste stond op, boog zwijgend
en ging toen wederom zitten. De jongste daar
entegen knikte slechts even met het hoofd en
zeide onverschillig„'t Is mij aangenaam dit te
hooren..
De „Pesther Lloyd" een blad, bekend om
zijne Duitschgezindheid, toont zich zeer on
gerust over hetgeen in Duitschland voorvalt,
sedert de troonsbestijging van Wilhelm II.
Het blad schrijft
Ieder, die het wel meent met Duitschland
kan niet onverschillig de zenuwachtigeja
ziekelijke symptomen gadeslaan, die het in
wendig evenwicht van het rijk moeten bena-
deelen. Tijdens Napoleon III waren alle
oogen angstig naar Parijs gericht, nu wordt
ieder bericht uit Berlijn met vrees ontvangen.
Uit Rome wordt aan de „Débats" gemeld,
dat de paus hoe langer hoe ontevredener en
bedroefder is over het gebeurde tijdens de
reis van den Duitschen keizer. Men verzekert
dat hij geweigerd heeft tusschenbeide te ko
men bij de verkiezingen voor den Pruissischen
landdag, ofschoon hij er om zoo te zeggen
door Bismarck rechtstreeks toe was aange
zocht. Op 't oogenblik zou Leo XIII een
toenadering zoeken tot Rusland. De Russi
sche zaakgelastigde Iswolski is te Rome terug,
en de paus zou geneigd zijn alle concessies
te doen die over een te brengen zijn met
de kerkelijke canons.
Een telegram van St. Petersburg aan de
Portc gericht, meldt, dat indien de toestand
in Servie, als gevolg van de koninklijke echt
scheiding, dreigend wordt, hetgeen ze?r goed
mogelijk isen hierdoor Oostenrijk toe
gebracht werd Servie te bezetten, r i sland
zich in dit geval van zijn belofte, om r dgarije
niet te bezetten, ontslaan zou achten cn het
dan zou noodig vinden zijne belangrr op het
schiereiland van den Balkan te beschermen.
Uit de vele en uitvoerige telegrammen
omtrent den uitslag der president-verkiezing
in Amerika valt voorshands nog alleen dit
op te maken, dat Harrison's verkiezing wel
niet geheel zeker, maar toch allerwaarschijn
lijkst is.
Een eerste gevolg van eene republikeinsche
overwinning zal natuurlijk wezen de indiening
van een nieuw tol-tarief.
„Mag ik nu van mijn kant ook de namen van
de beide heeren weten?" ging Hubert voort,
„Waarom?" vroeg de jongste onverschillig.
„Ik wilde ze gaarne weten."
„'t Spijt mij maar we willen ze liever niet
noemen."
De assessor knikte met het hoofd, als wilde hij
zeggen: Dat had ik wel gedacht. Ik ben lid
van het politiebureau te L." hernam hij met een
bijzondcren nadruk op elk .dezer woorden.
„Een zeer achtenswaardige betrekking," be
tuigde de vreemdeling, doch tevens gleed zijn
blik met beleedigendo onverschilligheid over den
beambte heen en bleef op het jonge meisje rus
ten, dat dicht bij het venster was gaan zitten.
Hubert stond een oogenblik uit het veld ge
slagen. Wel waren 't verstokte samenzweerders,
dat ook het vermelden van het politiebureau hen
niet het minste teeken van schrik ontlokte, en
toch moest dat gezegde hen wel op hun noodlot
voorbereiden Maar er bestonden middelen om
die verstoktheid te overwinnen het verhoor werd
voortgezet.
„Ge reedt mij een paai uren geleden in een
postsjees voorbij
Ditmaal antwoordde de jongste vreemdeling in
het geheel niethet gesprek scheen hem te ver
velen. De oudste zeide echter beleefd„Ja, we
hebben u ook in een rijtuig zien zitten."
„Ge verliet de sjees aan het laatste station en
gingt te voet verder. Ge zeidetdat ge naar Wil-
licza wildet gaan; ge hebt den grooten weg
vermeden en een zijpad dwars door de relden
ingeslagen." De assessor was wederom een en al
Wereldgericht, toen hij deze aankachten, de eene
na de andere, op een inderdaad overweldigende
wijs uitbulderde. Ze bleven dan ook ditmaal
niet zonder gevolg. De oudste van de beide sa
menzweerders begon wat onrustig te worden,
terwijl de jongstedien de beambte met zijn
„veeljarige ondervinding" terstond als den ge
vaarlijksten had erkend, schielijk op zi^n metge
zel toetrad en den arm als ter zijner scherming
rondom de leuning van zijn stoel sloeg.
„Wij hebben bovendien nog onze overjassen
aangetrokken, tO'-n het koel begon te worden,
en een paar handschoenen in het posthuis laten
liggen," antwoordde hij op onmiskenbaar spot-
tenden toon. „Wilt ge met deze beide feiten uw
belangrijke opmerkingen omtrent ons doen en
laten niet vermeerderen?"
De Londensche Times sclvint de zegepraal
van Harrison reeds onbetwistbaar te achten;
althans'het blad schrijft, zich er over te ver
heugen, dat de Engelsche diplomatie in Ame
rika voortaan met mannen zal te doen heb
ben, die niet de hand hebben gehad in de
zaak Sackville.
Voorts spreekt het Londensche blad de
verwachting uit, dat de nieuwe regeering zich
hoeden zal te veel invloed te geven aan het
Iersche element.
Het quartier des Halles te Parijs werd
Dinsdagnacht omstreeks kwart over één uur
in opschudding gebracht door eene ontploffing,
die in geluid veel overeenkomst had of een
batterij losbrandde. In de straat Boucher
trachtte men een bureau de placement te
vernielen door middel van dynamiet. Nauwe
lijks was de brandweer ter plaatse van het
onheil of weder klonk een ontzettende slag,
nu was een bureau in de rue Francaise ge
troffen, vermoedelijk door dezelfde onverlaten,
die men onder de werkelooze kappers en
koffiehuisbedienden zoekt.
De chef der geheime politie heeft een twin
tigtal personen in hechtenis laten nemen
naar aanleiding van deze ontploffingen. Dit
geschiedde op bevel van den prefect van
pohtie, die gelastte alle burgers in hechtenis
te nemen, die in de laatste bijeenkomsten in
hun redevoeringen tot moord en plundering
aanspoorden.
De minister van binnenlandsctie zaken
heeft uit de hem toegestane geheime fondsen
eene som aan den prefect van Aveyron ge
zonden ter ondersteuning van de betrekkingen
der slachtoffers van de -gasontploffing in de
mijn te Cransac. Doch daar die som niet
toereikend is om alle ongelukkige^ hulp te
verschaffen, zoo zal de regeering bij de kamer
een nieuw krediet aanvragen.
//Mijnheer, op dien toon spreekt men niet tot
een vertegenwoordiger der regeering riep Hu-
bert driftig.
Tot eenig antwoord haalde de vreemdeling de
schouders op en wendde zich naar het venster.
„Juffrouw, waarom trekt ge n zoo,t«'rug Kunt
gij ons niet door uwe tegenwoordigheid van het
onaangenaam gesprek van dien man bevrijden?"
De assessor ontbrandde in rechtmatigen toorn;
die onbeschaamdheid ging wat al te ver, en daar
hij den administrateur nu elk oogenblik ver
wachtte, liet hij de voorzichtigheid varen, die hij
tot hier toe in acht had genomen, en antwoordde
op hoogen toon -
„Ik vrees dat u nog wel andere onaangename
zaken wachten. In de eerste plaats zult ge mij
uwe namen moeten noemen en uwe papieren
laten zien ik eisch dit, ik heb het recht daar
toe. Met één woord: ge komt mij verdacht voor."
Dit had eindelijk de gewenschte uitwerking.
De bleeke heer sprong ontsteld van zijn stoel op.
„In 's hemelsnaam, wat wilt geriep hij.
„Aha, ontwaakt eindelijk het schuldbesef?"
juichte Hubert. „Ook uw aangezicht heeft zich
bewogen,' dus „wendde hij zich tot den ander,
gebiedend tot hem opziende. „Doe geen moeite
net te ontkennen Ik heb uw gelaat zien ver
trekken."
Werkelijk had zich een zeer eigenaardige trek
rondom den mond van den jongen man vertoond,
toen de assessor liet woord „verdacht" had uit
gesproken, en die trek was er nog duidelijker
op te bespeuren, terwijl hij zich tnans tot zijn
geleider overboog.
„Waarom maakt ge niet een eind aan die zaak?"
vroeg deze op zachten en smeekended toon.
„Omdat ik cr plezier in heb," was het ant
woord, op even zachten toon gegeven.
„Hier wordt niet gefluisterd!" kwam de assessor
barsch tusschenbeide. „Geen nieuw komplot in
mijne tegenwoordigheid, als ik u verzoeken mag.
Nog eenswat zijn uwe namen zult ge mij
antwoorden
„Zoo? We zijn dus samenzweerders in uwe
oogen zeide de jongste der beide vreemdelin
gen, zich weer in zijn volje lengte opheffende.
„Samenzweerders en hoogverraders," vulde Hu-
bert op strenger! toon zijn gezegde aan.
„En hoogverradersNatuurlijk. Dat behoort
gewoonlijk bij elkaar,"
(Wordt vervolgd.)