Nummer 92. Zondag 18 November 1888. lle Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. FEUILLETON. TTIIsriET.A. ANTOON TIELEN Staatkundig overzicht. BUITENLAND. Belgie. Frankrijk. Portugal. Engeland. UITGEVER: Waalwijk. 29 E. Werner. Langstmtsclic Courant, it blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels f 0,60 daarbo /en 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch- land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van Adolï Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. De Fransche commissie ter behandeling van grondwetsherziening heeft besloten tot afschaffing van het presidentschap der re publiek en van den senaat; in ieder geval wil genoemde commissie den invloed van bedoeld wetslichaam aanzienlijk besnoeien. Zooals we reeds vroeger opmerkten loopt de commissie vrijwel in het Boulangistisch spoor. De Fransche minister van buitenlandsche zaken heeft, bij gelegenheid van de discussie over de begrooting van buitenlandsche za ken, gesproken over den algemeenen toestand van Europa. Deze redevoering mag kalm maar flink genoemd worden. Frankrijk be dreigt niemand maar behoeft geen aavaller te vreezen. De regeering moet de waardig heid der republiek verdedigen zonder te ver geten dat de handhaving des vredes in het grootste belang des lands is. De afschaffing van het gezantschap bij het Vaticaan werd door Goblet krachtig be streden en ten slotte verworpen met 307 te gen 217 stemmen. De avondbladen der gematigde republikein- sche partij noemen de handhaving van het gezantschap bij het Vaticaan en de geheime fondsen een geduchten schok voor Floquets politiek programma. De toenadering van de royalisten tot de boulangisten, door den graaf van Parijs vurig voorgestaanwekt bij vele partijgenooten van den graaf grooten weerzin en kan zeer wel tot verdeeldheid onder de royalisten leiden. De beweging in Spanje tegen de conser vatieven is betrekkelijk spoedig geëindigd en dit is voor het land en voor de regeering hoogst verblijdend te noemen want het valt niet te betwijfelen; de republikeinen zaten er achterzij gebruikten de conservatieven als stormram tegen de regeeringal werd DOOR De assessor was geheel onthutst door zulk een brutaliteit. «Voor de laatste maal sommeer ik u, mij uwe namen te noemen en uw papieren te laten zien!* riep hij. //Weigert ge het een zoowel als het ander Zonder zich in het minst aan dit gezegde te storen, ging de vreemdeling op de zijleuning van den stoel zitten en sloeg de armen over elkaar. Zeker. Dat is juist onze samenzwering." „Ik geloof, mijnheer, dat ge den spot met mij driift!" riep de assessor, vuurrood van toorn. „Weet ge wel, dat dit uwe schuld aanmerkelijk verzwaart? Het politiebureau te L //Is er ongelukkig aan toe, dat 't door u wordt vertegenwoordigd," vulde de jonge man met on verstoorbare kalmte den volzin aan. Dit ging te ver; de beleedigde stoof op. „Zoo iets is mij nog nooit overkomen Durft ge u ver stouten de openbare macht in het aangezicht te weerstaan? Maar 't zal u duur te staan komen! Ge hebt u in mijn persoon aan de regeering vergrepen. Ik neem u in hechtenis en laat u ge boeid naar L. brengen.' Als een kemphaan schoot hij op zijn tegen stander toe, die hem kalm naderbij liet komen en toen zonder omslag terugduwde. De krachtige arm bewoog zich slechts even, maar toch vloog mijnheer Hubert een eind achter-uit, waar hij ge lukkig op de sofa terechtkwam. //Geweld riep hij buiten zichzelf van drift. //Een aanslag op mijn persoon! Juffrouw Marga- retha, ga uw vader halen j «Juffrouw, haal lievér een glas water en giet t dien heer over het hoofd uit," zeide de vreem deling. „Hij heeft 't hoog noodig." De tijd ontbrak het jonge meisje om aan deze beide tegenstrijdige bevelen te gehoorzamen, want haastige schreden weerklonken in de zijkamer, en de administrateur, die reeds met de grootste verbazing de voorzichtigheidsmaatregelen aan de aan de agitatie ook de schijn gegeven dat de verheffing en verheerlijking der regeering tegen haar politieke tegenstanders het eenig doel was. De premier Sagasta zal niet de minste verandering in zijn gedragslijn maken maar het staat vast dat hij een harden strijd zal moeten voeren, de houding van de koningin regentes die door haar omgeving van links naar rechts wordt geslingerd is in deze be slissend. Men tracht haar diets te maken dat de liberale regeering het land in een revolutie zal wikkelen en de geavanceerde republikeinen maken gemeene zaak met de conservatievenniet uit beginsel, maar uit eigenbelang. De „Reichsanzeiger" bevatte voor een paar dagen de officieele mededeeling van de re geling der zaken tusschen Duitschland en En geland aangaande Oost-Afrika met vermel ding der gewisselde nota's. Plet eenig doel blijkt te zijn den uitvoer van slaven en den invoer van wapens tegentegaan en uit de nota van lord Salisbury valt af te leiden dat de blokkade zal worden opgeheven zoodra een der mogendheden daartoe .haar wensch te kennen geeft. Nauwelijks zijn wij een weinig tot kalmte gekomen en houden de verschillende parle menten zich met binnenlandsche aangelegen heden bezig, of daar komt de officieuse „Norddeutsche" met een aantal artikelen nergens anders toe leidend dan tot een zeker wantrouwen en een onaangename onzeker heid. Onzichtbare stippen aan den politie- ken hemel worden door het blad tot don derwolken gepromoveerd eir reeds heeft deze stemming haar invloed op de beurs te Weenen doen gelden. Zoo bevat Bismarck's orgaan een artikel tegen Frankrijkdaar het gerucht loopt dat Rusland in de plaatsing .van een leening van 500 millioen francs, te Parijs zoo goed als geslaagd is. Het blad geeft hoog op van de oorlogsuitgaven van Frankrijk en zijn revanche-plannen en kiest daartoe voor voordeur gezien en de luide stemmen buiten het venster gehoord had, trad haastig het vertrek binnen. De assessor lag nog op de sofa en spartelde met handen en voeten om weer op de been te komen, wat hem door de kortheid van deze en de hoogte van gene niet terstond wilde gelukken. //Mijnheer Frank," riep hij „bewaak den toe gang! Roep de knechts! Gij hebt het opzicht over de politie te Wilicza. Ge moet mij bijstaan. Ik neem deze beide slechte sujetten gevangen, in naam van hier ging zijn stem over; wan hopig sloeg hij met de handen om zich heen, totdat hij eindelijk met een krachtigen ruk in een zittende positie kwam. De jonge vreemdeling was opgestaan en trad nu op de administrateur toe. //Mijnheer Frank, in mijn naam voert ge het opzicht over de politie te Wilicza en dus zult ge u, hoop ik, nog eens bedenken, eer ge uwe eigen landheer daaraan overlevert." „Wien?" riep de administrateur achteruitdein zend. De vreemdeling kreeg een papier uit den zak van zijn jas, dat hij hem overreikte. „Ik kom geheel onverwachts en na tien jaren zult ge mij wel niet meer herkennen. Moge deze brief u dan doen zien dat ik de persoon ben, voor wien ik mij uitgeefgij hebt mij dien voor eenige weken geschreven." Frank wierp een vluchtigen blik op het cou vert, een tweeden op het gelaat van den bezoe ker. „Mijnheer Nordeck „Waldemar Nordeck!" bevestigde deze. „'t Is een alleraangenaamste verwelkomst, zoodra ik mij op mijne goederen laat zien, als «slecht su jet" in hechtenis te worden genomen Dit zeggende, wierp hij een blik naar de sofa. Daar zat de assessor even strak en stijf als een standbeeld. Met open mond, met slap langs het lichaam hangende armen, zag hij den jongen land heer als half versuft aan. „Dat is een droevig misverstand," zeide de ad ministrateur uiterst verlegen. «Het hindert mij zeer, mijnheer Nurdeek, dat dit juist in mijn huis moest voorvallen, 't Zal mijnheer Hubert zeker ontzaglijk spijten Die arme Hubert! Hij was zoo onthutst, dat hij niet eens de kracht had om zich te veront schuldigen. Den heer en meester van Wilicza, beelden uit bladen die anders nimmer met eenige opmerkzaamheid worden verwaardigd een duidelijk zoeken van spijkers op laag water waarin de Duitsche pers het zeer ver gebracht heeft. Ten slotte maakt het blad zich schuldig aan zelfverheerlijking, door te zeggen dat alle schuld bij verbreking van den vrede op Frankrijk zou vallen en Duitschland zijn handen in onschuld zou kunnen was- schen een variatie van de gelijkenis van den 'Farizeeër en den tollenaar. De dichtere Jan van Beers is, na eene ziekte van weinige dagen, in den ouderdom van 67 jaar overleden. In een mijn te Dour, in Henegouwen, heeft Woensdag een ontploffing plaats gehad; 22 slachtoffers, zijn reeds uit de mijn opge haald; nog 13 bevonden zich in den put. Treurige tooneelen heeft deze catastrophe weder opgeleverd. De werklieden-afgevaardigde Basly heeft bij de kamer een wetsvoorstel ingediend strekkende om de toepassing der wet van 29 Maart 1887, betreffende den surtaxe op de granen te schorsen. Na eenige discussie is het door den voor steller ingetrokken. Ingevolge het verlangen van den minister Floquet hervatte de kamer daarop de beraadslagingen over de begroo ting van openbare werken. In den loop der discussie hadden er rumoerige tooneelen plaats en werden er heftige woorden gewisseld tus schen FloquetRouvier en de Cassagnac waarvan men verwacht dat het zenden van getuigen het gevolg wezen zal. - Het „Pasteur-gesticht" te Parijs is Woensdag plechtig geopend, in tegenwoor digheid van den president der republiek, de den tiendubbelen millionair, den man van wien de president nog onlangs gezegd had dat, als hii zich ooit op Wilicza vertoonde, men hem met buitengewone égards moest behandelen hem had een ondergeschikt beambte geboeid naar L. willen voeren 1 Gelukkig achtte Waldemar hem verder zijne aandacht niet waardig, maar stelde zijn metgezel aan den administrateur en diens dochter voor. Doctor Fabian, mijn vriend en leermeester Wij zagen het kasteel verlicht en hoorden dat er groot feest was. Ik ken de gasten van mijne moe der volstrekt niet, en daar mijn onverwachte komst natuurlijk eenige stoornis zou verwekken, wilden we liever hier een bezoek brengen, totdat het leest is afgeloopen. Bovendien wenschte ik een enkel woord met u te spreken, mijnheer Frank, naar aa'nleidirig van uw brief, dien ik eerst voor een paar uagen heb ontvangen. Ik was op reis en toen is hij mij van de eene plaats naar de andere nagezonden. Kunnen we een half uur ongestoord praten Frank ontsloot de deur van zijn studeerkamer. „Mag ik u verzoeken hier binnen te gaan?» üp het punt van aan deze uitnoodiging te vol doen, keerde Waldemar nog evtn het hoofd om. „Wees zoo goed, mij hier te wachten, doctor. Waarschijnlijk zult ge thans geen gevaar meer loopen van als samenzweerder en hoogverrader behandeld te worden. Ik kom aanstonds terug." Met een lichte buiging voor het jonge meisje ver liet hij daarop het vertrek, door den administra teur gevolgd. De assessor scheen voor hem niet meer te bestaan. „Mijnheer Hubert," zeide Greta op half luiden toon, terwijl zij den ongelukkigen vertegenwoor- diger van het departement van politie te L. ter zijde trad, „ik wensch u geluk met uwe benoe ming tot „Och, juffrouw Greta steunde de assessor. „Ge doet nu natuurlijk mijnheer den president persoonlijk verslag van den uitslag uwer onder zoekingen „Juffrouw Greta!" „Ja, ik heb geen verstand van die soort van dingen," ging het jonge meisje onbarmhartig voort. „Wie had ook kunnen denken, dat onze jonge landheer zoo'n echte, onmiskenbare samen- zweerdesphysionomie zou hebben Tot hiertoe had de assessor zich met moeite twee te Parijs vertoevende Russische Groot vorsten en een aantal andere aanzienlijke personen. Het gesticht waarvoor indertijd 3 mil lioen francs werd ingeschreven staat in de Rue Dutot. Het is een groot, eenvoudig, maar sierlijk gebouw. Gelijkvloers zijn de lokalen voor de behandeling van lijders aan hondsdolheid, een wachtkamer, een zaal voor de inenting, laboratoriums voor het bereiden van het konijnenmerg en de inentingsstoffen enz. Op de eerste verdieping vindt men de groote en uitmuntend ingerichte laboratoriums, ten dienste van het onderwijs, waar jonge genees-, schei- en natuurkundigen de techniek, de theoretische en practische toepassing der microbie kunnen leeren. Voorts is er een vergaderzaal, een boekerij enz. Het gerechtshof der Seine heeft uitspraak gedaan in het veelbesproken proces tegen Prado of Linska de Castillon (wegens moord op Marie Aguétant). Prado is ter dood veroordeeld. Van zijne medeplichtigen bij verscheidene diefstallen, werd Garcia tot 5 gevangenisstraf, diens minnares, Mathilda Daull, tot 2 jaren; Roberto Andrès en Firmin IJbanès ieder tot 4 jaren gevangenisstraf veroordeeld. Prado's gewezen minnaressen Eugenie Fo- restier en Mauricette Couronneau, alsmede de vrouw van Pablo werden vrijgesproken. De Douro, de Taag en de Liso zijn buiten hare oevers getreden. De overstrooming heeft schade veroorzaakt. De stad Lheria is afgebrand. De eeds-quaestie bijna een internatioale quaestie, heeft de leden van het Engelsche hoogerhuis weder beziggehouden: de wet be treffende het vrijlaten van een belofte in plaats van den eed is bij tweede lezing aan- goed gehoudenmaar zulk een spot uit dien mond kon hij niet verdragen. Hij stond op, sta melde, daar de hoofdpersoon niet meer tegen woordig was, een verontschuldiging tegen den doctor en wendde daarop eenig onwelzijn voor, om zicli zoo schielijk mogelijk te verwijderen. //Juffrouw," zeide doctor Fabian op zijne eigen aardige, beschroomde wijs, maar met onmisken baar medelijden, „die mijnheer schijnt in een eenigszins overspannen toestand te verkeeren. Is hij soms en met een veelbeteekend gebaar bracht hij de hand aan het voorhoofd. Greta lachte. „Neenhij wil alleen carrière maken. Maar daarvoor verbeeldt hij zich een paar samenzweerders noodig te hebben en deze dacht hij in u en mijnheer Nordeck gevonden te heb ben." De doctor schudde bedenkelijk het hoofd. „Die arme man I Hij heeft toch iets ziekelijks in zijn voorkomen. Ik geloof niet dat hij licht carrière zal maken." „Ik ook niet," zeide Greta op beslisten toon. „Daarvoor is onze regeering toch waarlijk te verstandig 't Was den volgende dag in den voormiddag, De gasten, die voor het grootste gedeelte op het kasteel overnacht haddenwaren reeds in de vroegte weer vertrokken en alleen graaf Mo- rynski en zijne dochter bevonden zich nog op Wilicza. Daar de jonge landheer hen nu toch verrast had met zijne onverwachte komst, eischte de beleefdheid hem voor hun vertrek althans nog even te begroeten. .Bij de weinige vertrouwelijk heid, die er altijd tusschen hen geheerscht had, achtte de graaf het echter gepast, zijn neef ge durende de eerste uren na zijn terugkomst uit sluitend aan zijne zuster te gunnen, en Wanda van haar kant had nog minder haast om het recht hunner bloedverwantschap te doen gelden. De vorstin was met hare beide zonen alleen; zij zat op hare gewone plaats in het groene sa lon, met Waldemar tegenover haar, terwijl Leo naast den stoel van zijn broeder stond uiter lijk zulk een vreedzame en vertrouwelijke fami liegroep als men slechts kon wcnschen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1888 | | pagina 1