Nummer 48. Zondag 16 Juni 1889. 12e Jaargang. viitetX, ia Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. FEUILLETON. ANTQON TIELEN, Staatkundig overzicht. BUITENLAND. Frankrijk. UITGEVER: Waalwijk. Zijdie zich voor het volgend kwartaal op dit blad abonneerenontvangen de nog deze maand verschijnende nummers gratis. 79 E. Werner Waalwijlische en Langsfraatscbe Courant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden,/l,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, morden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch- land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van Adolï Steinïk, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Eerst in de eerste week van Augustus kan de Fransche Senaat als Hooggerechtshof tegen Boulanger zitting nemen. Daar de generaal wordt beschuldigd van aanslag tegen den staat en van andere ver grijpen van gemeenrechterlijken aard moet de Senaat beslissen of de generaal nog tot den krijgsraad zal worden verwezen. Ondanks al het geschrijf en gewrijf over het incident-Wohlgemuthzijn Duitschland en Zwitserland het niet eens kunnen worden en wel doordien Duitschland eischen stelde, die Zwitserland niet kon inwilligen. Zwitser land heeft zich ontdaan van spionnen en agents provocateurs die de Duitsche regee ring onderhield, en nu breekt deze de diplo matieke onderhandelingen af en dreigt met represaliënomdat de Bondsraad niet ne derig vergiffenis vraagt en zijn dwaling erkent. In parlementaire kringen in Zwitserland neemt men het besluit van de Duitsche re geering in zake Wohlgemuth zeer ernstig op, maar is desniettegenstaande vast besloten het goed recht van Zwitserland te verdedi gen en men verdiept zich in gissingen,waarom de zaak zoover gedreven wordt. Zeker is, dat de genoegdoening van Wohl gemuth met het verlies van het asylrecht in Zwitserland te duur gekocht zou zijn. Te Bern houdt men vol dat de Bondsraad zijn plicht heeft gedaan door paal en perk te stellen aan de handeligen van den spion Wohlgemuthte Berlijn beschuldigt men de Zwitsersche regeering van gebrek aan eerbied tegenover haar machtigen buurman. Plechtig heeft Duitschlands gezant den Bondsraad daarmee in kennis gesteld, zonder DOOR Een andere moeder en een andere zoon zouden elkaar nu waarschijnlijk in de armen zijn ge vallen, om in allerlei betuigingen van liefde en teederheid de langdurige verkoeling te vergeten. Deze beide karakters waren echter te hard en hadden in die hardheid te veel overeenkomst, om elkander zoo schielijk te kunnen vinden. Waldemar sprak geen woord, maar bracht voor de eerste maal van zijn leven de hand zijner moeder aan zijne lippendie lang en vast daarop bleven rusten. //Gij blijft immers hier?" smeekte de vorstin. Hij hief het hoofd op. Nog kleurde een blos zijn gelaat, maar die weinige minuten hadden het geheel doen veranderen. Alle toorn en bit terheid waren er uit geweken; wel straalde het nog van trots en overmoedmaar 't was nu een edele trotseen overmoeddie zeker is van de overwinning en het noodlot wil beheerschen. „Neen/ antwoordde hij, //ik ga. Maar ik dank u voor die woorden ze maken mij de onder neming licht. Gij hebt mij altijd als uw vijand beschouwd, omdat ik u-niet behulpzaam was in uwe plannenik kon en kan dat ook nu nog niet, maar niets verbiedt mij den graaf aan een barbaarsch vonnis te ontrukken. Ik wil dit althans beproeven en, zoo iemand, dan breng ik het ten uitvoer. Ge weet, welk een prikkel mij drijft." De vorstin gaf allen tegenstand op tegen zulk een stellige verwachting was hare twijfel moedigheid niet bestand. „En Wanda?" vroeg zij. „Zij heeft straks tot mij gezegd//Als mijn vader vrij waszou ik moed hebben alles om ,-pa.der aan te duiden welke die „tegenover 'Zwitserland noodzakelijk geworden en meest geschikte represaliën" om zich voldoening te verschaffen zullen zijn. De Duitsche regeerig zal misschien den raad van de „Nordd. Allgem. Ztg." opvol gen en tegenover Zwitserland dezelfde maat regelen Demen als tegenover Frankrijk aan de grens van Elzas-Lotharingen, door de in- v?er?.n? van PasP°ort, gepaard gaande met uitwijzing van alle Zwitsersche beambten op Duitsch grondgebied enz. Vooral te Parijs wordt het zenden van identieke nota's door DuitschlandOostenrijk en Italië aan Zwitserland veel besproken. In militaire kringen aldaar houdt men zich bezig met de vraag of Duitschland niet opzettelijk Zwitserland tracht te beleedigen om een voorwendsel te vinden de neutrali teit te schenden. De verdedigingswerken opgeworpen aan de Duitsche, Belgische en Italiaansche grenzen, zijn zóo geducht, dat die niet door een tarijk leger te passeeren zijnde Fransch-Zwilsersche grenzen zijn echter niet zoo versterkt, terwijl een aanval op die zijde een verdeeling van het Fransche leger zou eischen, die de noodlottigste ge volgen zou. kunnen hebben. Duitschland heeft boven Frankrijk het voordeel van een uitgebreid spoorwegnet op de grenswaar door een snelle troepenverplaatsing naar een momentaan minder sterk bezet punt mogelijk is. Geruchten van oorlogen uit het Oosten, nog steeds naar aanleiding van 'sCzaren heildronk op zijn eenigen vriend, vorst Ni- colaas van Montenegro, 't Is of de persmannen in één enkel oogenblik door een geest van pessimisme zijn bezield: de geruchten volgen elkaar op, dat de Czaar iets in het schild voert, dat met den onvolprezen vrede in lijn rechten strijd is. De Servische quaestie is het béte noire, van daar komen de onrustbarende geruchten, die zelfs van zooveel invloed zijn dat de meest optimistische lezingen aangaande de stemming te St. Petersburg in een oogwenk veranderen in de meest pessimistische. Zoo zou het verlof van twee maanden, den mi nister van oorlog verleend, voor niets anders dienen dan om in gezelschap van generaal Annenkoff te Parijs de groote heeren eens uwentwil te trotseeren." Zeg haar, dat ik haar wellicht vroeger of later aan die woorden zal herinneren! En nu, moeder, vraag mij niets meer Gij begrijpt, dat slechts ik alleen moet handelen, daar slechts ik buiten alle verdenking sta; gij wordt gewantrouwd en bespied. Elke stap, dien gij doet, kan de onderneming verraden: elk bericht, dat ik u zend, haar in gevaar bren gen. Laat alles dus aan mij over en nu vaar wel I Ik moet weg we hebben geen tijd meer te verliezen. Nog eens drukte hij een vluchtige kus op de hand zijner moeder en ijlde heen. Dat korte schielijke afscheid hinderde de vorstin echter min of meer en ze trad naar het venster om* hem bij het wegrijden nog een laatsten groet toe te wer pen maar ze wachtte vruchteloos dat hij naar haar opzag. Wel zochten zijne oogen een ander venster, toen hij langzaam en aarzelend over het voorplein reed. Zij vestigden zich met zulk een vastheid en volharding op dat van Wanda's bou doir, alsof die blik ae kracht bezat de geliefde een afscheidsgroet af te dwingen. Om harentwil alleen ondernam hij dat waagstuk; zijne moeder, de zoo even gesloten verzoening, alles moest voor Wanda wijken. En het gelukte hem werkeliik haar nog eens te zien. De jonge gravin scheen zich inderdaad aan het raam vertoond te hebben, want Walde- mars gelaat helderde eensklaps op, alsof het door een zonnestraal werd beschenen. Groetend wuifde hij met de hand, gaf daarop zijn Noorman de sporen en snelde heen, als door den stormwind gedragen. De vorstin stond nog altijd op dezelfde plaats en zag hem nanaar haar had hij niet meer omgezien. Zij was vergeten, en bij die gedachte voelde ook zij voor ae eerste maal dien angel in hare zielwaartegen haar zoon zoo dikwijls had gestreden, als hij hare teederheid jegens Leo opmerkte. En toch drong zich juist op dit oogen blik met onweerstaanbare kracht de overtuiging aan haar op, die zij tot hiertoe nog altijd voor zichzelve had pogen te verbloemen, dat juist haar te polsen over een politieke en militaire con ventie tusschen het Czarenrijk en de groote Republiek, zonder de onderteekening van een formeele conventie. Nu, zulk een conventie zou wel noodig zijn, indien het ten minste waar is, wat de Engelsche Standard schrijft, dat de Czaar plan heeft zijn „eenigen oprechten en getrou wen vriend" aau 't hoofd te plaatsen van het vereenigd koningrijk Servie, Bosnië en Her- zogewina. Deze berichten van net Engelsche blad zij al te fantastisch, zelfs al worden zij gevolgd door het bericht, dat de Czaar groote inkoopen laat doen voor de cavalerie en contracten heeft gesloten voor de levering van eenige millioenen paren laarzen. Toch heeft men wel eenige reden tot on gerustheid over den loop van zaken in Servie: de houding van den nieuwen metro- politaan is alles behalve geruststellend en men weet, dat hij een trouw aanhanger van Rusland is, die den terugkeer van de koningin sterk in de hand zal werken en op haar schrijven, dat hij zijn invloed moet gebruiken om haar terugkeer naar Servie mogelijk te maken, zeker niet afwijzend zal beschikken, ja misschien zijn werk zal bekronen door de echtscheiding formeel nietig te verklaren. De toast van den Czaar wordt druk be sproken, omdat men er een opwekking tot de Balkanvolkeren in ziet om zich om vorst Nikolaas te scharen, als de beste vriend van Rusland, en ook omdat de Russische ver tegenwoordigers in het buitenland niet de geringste pogingen hebben gedaan om den ongunstigen indruk, er door teweeggebracht, uit te wisschen. Hopen we, dat dit alles in verband staat met de drukkende atmosfeer en dus geen reden geeft tot ongerustheid. Gedurende de beide Pinksterdagen is de Parijsche tentoonstelling bezocht door ruim 600,000 betalende personen; 36000 personen hebben gedurende de twee feestdagen den Eiffeltoren beklommen. Zes duizend koetsiers te Parijs hebben eene vergadering gehouden en eene resolutie eerstgeborene het erfdeel bezat, dat haar jongsten en meest geliefden zoon van der jeugd ai had ontbroken de onwrikbare geest- en veerkracht zijner moeder. Het was in den voormiddag van een koelen doch zonnigen Meidag, dat de administrateur uit L. terugkeerde, van waar hij zijne kinderen had afgehaald. Mijnheer en mevrouw Fabiari zaten bij hem in het rijtuig. De nieuwe academische waardigheid scheen aen professor uitnemend te bevallen en zijne waardigheid als getrouwd man niet minder. Hij zag er gezonder en opgeruim der uit dan ooit. Zijne jonge vrouw had met het oog op de betrekking, die haar echtgenoot bekleedde, een zekere deftigheid aangenomen, die ze zoo goed mogelijk trachtte op te houden en die in aardige tegenstelling met haar frisch en jeugdig voorkomen was. Gelukkig vergut ze hare rol niet zelden en was dan weer Greta Frank van top tot teen; op dit oogenblik echter had de professorsvrouw de overhanddie met zeer veel gewicht naast haar vader zat en hem van haar leven te L. vertelde. //Ja, papa, 'tzal ons een wezenlijke verademing zijn, eens een poos bij u door té brengen,* be tuigde zij, terwijl ze zich met den zakdoek over het blozend gelaat streek, dat er volstrekt niet uitzag, alsof 'teen verademing noodig had. „Als men zoo tot de academie behoort, moet men zich voortdurend het hoofd breken met allerlei zaken en overal zijn positie ophouden. Wij, Duitschers, staan bovendien aan de spits van de wetenschap pelijke beweging." „Gij schijnt u althans wel zeer aan die spits te stellen/ merkte de administrateur aan, die met blijkbare verwondering naar haar zat te luisteren. Zeg eens, kind, wie bekleedt eigenlijk de hoogleeraarsbetrekking te J„ gij of je man „Man en vrouw zijn een, dus dat komt op het zelfde neer," verklaarde Greta. „Zonder mij had Erailius dat professoraat niet kunnen aannemen, hoe knap en geleerd hij ook mocht wezen. Eer gisteren was ik er nog bij, toen professor Weber aangenomen, waarbij een vast loon van 7 fr. voor 12 uren arbeid gevraagd wordt. Eene commissie uit hun midden is ontvangen door den heer Constans, die bereid was hunne grieven aan te hooren, maar tevens zeide dat alle manifestatiën op den openbaren weg verboden zijn. Den 7den dezer was het honderd jaren geleden, dat de Protestanten binnen Parijs de vergunning verkregen, in het openbaar hunne godsdienstoefeningen te houden. Dit eeuwfeest werd aan den avond van dien dag gevierd in het „Oratoire", eene der buiten gebruik gestelde Katholieke kerken, in het begin dezer eeuw aan de Protestanten afge staan. Het Protestantsch Geschiedkundig Ge nootschap hield bij die gelegenheid tevens zijne jaarlijksche vergadering, onder voor zitterschap van baron Schickler. In deze bijeenkomst werden verscheidene stukken voorgelezen over de lotgevallen der Protestantsche gemeente te Parijs, waaraan wij het volgende outleenen. Vóór de herroe ping van het edict van Nantes mochten de hervormden geene kerk binnen de stad heb ben, doch bezaten zij er eene buiten de stad,te Charenton. Bij de herroeping van het edict werd deze kerk verbeurd verklaard en afgebroken en gedurende de eerstvol gende eeuw was de hervormde eeredienss te Parijs streng verboden, hoewel de regeering den Protestanten somtijds vergunde, bede huizen te bezoeken in de gezantschapsge bouwen der Protestantsche mogendheden. Godsdienstige verdraagzaamheid was een van de gevolgen der revolutie. Daardoor kon de eerste Protestantsche kerk op 7 Juni 1789 geopend worden door Marronvoormalig predikant der Nederlandsche ambassade, die daarvoor een lokaal gehuurd had in een wijnhuis in de straat Mon détour. Op de hoeve Cantemerle, onder Mon tesquieu, is Zondagnacht, gedurende een he- vigen orkaan, een driedubbele moord ge pleegd. Zekere Henri Rouquet, vroeger in dienst van den pachter en afgewezen minnaar van diens dochter, drong ongemerkt het huis van zijn vroegeren meester binnen, toen alles in diepe rust was, ging naar de kamer, waar de pachtersvrouw en haar dochter sliepen, tot hem zeide„Collega, gij zijt een schat voor onze universiteit, maar voor het praktische leven deugt ge volstrekt niet, daar voelt ge u niet thuis, 'tls een geluk dat uw jonge vrouw u in dat opzicht zoo uitnemend vervangt." En hij heeft groot gelijk, niet waar, Emilius? Zonder mij zoudt ge voor het gezellig verkeer reddeloos ver loren zijn." „Reddeloos/ stemde de professor geloovig toe, een dankbaren blik op zijne vrouw werpend. „Hoort ge wel, papa, dat hij het zelf inziet dus wendde deze zich opnieuw tot haar vader. „Emilius is een van de weinige mannen, die be grijpen wat ze aan hun vrouw hebben. Hubert had dit nooit gedaan. Apropos, hoe maakt hij het? Is hij nog geen regeeringsraad geworden?" „Neen, nog altijd niet. En uit boosheid daar over heeft hij zijn ontslag genomen. In het be- fin van de volgende maand onttrekt hij zich aan en dienst van den staat." „Welk een verlies voor de ministeriëele zetels die in het vervolg openvallenspotte Greta. „Hij had er op een in de toekomst beslag gelegd en probeerde al vast een ministeriëele houding aan te nemen, als hij in onze huiskamer zat. Plaagt hem nog altijd die manie van overal sa menzweerders en hoogverraders te ontdekken Frank lachte. „Dat weet ik waarlijk niet, want na uw huwelijk heb ik hem bijna nooit gezien en geen enkelen keer gesproken. Van dien tijd af heeft hij mijn huis in den ban ge daan en dit niet geheel ten onrechte. Gii hadt hem die tijding wel wat verschoonender kunnen meedeelen. Als hij nu op Wilicza komt, wat vrij wat minder geschiedt dan vroeger, verlaat hij zijn rijtuig beneden in het dorpzonder zich bij mij tc laten zien. Ik heb persoonlijk niets meer met hem uit te staan, sedert mijnheer Nor deck zelf de politiezaken onder zijn beheer heeft. Overigens is de assessor nu een rijk man gewor den, aaar hij de universeele erfgenaam van pro fessor Schwarz is/ Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1889 | | pagina 1