Nummer 4. Zondag 12 Januari 1890. 13e Jaargang.
De blinde Gravin,
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON
BUITENLAND.
Frankrijk.
Engeland.
16 Emilie Heinrich's.
De Eek) van het Zuiden,
Waalwyksclse en Langslraatsclie Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag eD Zaterdag avond. UITGEVER: Advertentiën 1-7 regel. 0,60 dl«rbo ten 8 cent per r«eJ,
Abonnementsgrijs per 8 maandety 100 NTOOTV TTT7T T?N 1 W
^Hrn.^^^dtrstuttfn ïell^'tL '/rnnco te eenden ANTOQN 1IELEN d'en all n loor h advertentieburean van
aan den Uitgever. Waalwijk. Adolp Stbinüsr, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
De werkstakers in het land van Charleroi
nemen meer en meer een dreigende houding
aan, daarin gesteund door de bevolking, die
niet onduidelijk haar teleurstelling en verbit
tering toont over het besluit der miindirec
tien. Tal van takken van nijverheid lijden
dan ook geducht en met buitenlandsche
steenkolen kan niet worden gewerkt, omdat
deze per 1000 kilo 18 a 20 fr. duurder zijn
dan de inlandsche.
In het land van Luik ziet men het einde
der grève binnen enkele dagen tegemoet, in
de Borinage is het aantal stakers Woensdag
weer met 1000 vermeerderd en bedraagt nu
6000 en in het Centrum is de toestand on
veranderd.
Nu slechts Frankrijk zoowat het eenige
land is, dat keizer Wilhelm nog niet bezocht
heeft, begint men zich schrijft de Berlijn-
sche berichtgever der N. Rott. Ct.in po
litieke kringen hoe langer hoe sterker bezig
te houden met het denkbeeld eener onge
dwongen ontmoeting van den keizer en pre
sident Carnot.
Ook in Fransche bladen wordt daarover
geschreven en men beschouwt dit te Berlijn
als „ballons d'essai,4' die in de vriendschap-
pelijken geest worden opgenomen, 't Heeft
mede een goeden indruk gemaakt, dat de
heer Carnot een der eerste was, die condo
leer de met den dood van keizerin Augusta.
De koningin van Spanje heeft Woensdag
de presidenten van kamer en senaat geraad
pleegd over den te nemen weg inzake de
vorming van een nieuw kabinet, nu Sagasta
niet is geslaagd.
Met het oog op de hervatting der werk
zaamheden door de kamers, heden 10 Januari,
zal men nu trachten een zoogenaamd „cabinet
d' affaires" saam te scharrelen om de be
grooting en het algemeen stemrecht te doen
behandelen, onder presidium van Alonzo
Martinez. Misschien zou men al tevreden zijn
DOOll
Door de wijnbergen ging met langzame schre
den een man in een licht, luchtig zomergewaad
gekleed, met een witten stroohoed op het don
kere krulhaar. Nu eens wierp hij een blik naar
beneden op de blinkende golven, dan weder naar
boven naar het groote gebouw, dat zich spook
achtig op de hoogte verhief, en, door het maan
licht beschenen, den indruk van een tooverburg
maakte. Waar eene linde hare schaduwrijke tak
ken over een wijngaardeniershuisje uitbreidde,
bleef hij staan en keek zonder ophouden naar
dien tooverburg, als omsloot deze zijn geheele
levenslot.
En dat was inderdaad zoo, daar de nachtwan
delaar niemand anders was dan graaf Ulrich von
Waldstein, die wist, dat op het kasteel Lörach
in de bovenste verdieping de geliefde zich op
hield, wier bezit hem zoo onbereikbaar toescheen,
ofschoon hij zich de afstammeling van een dei-
oudste geslachten, de drager van een beroemden
adelijken naam noemen mocht.
En was deze heerlijke bezitting, die hem op
eenmaal tot den gelukkigsten sterveling had kun
nen maken, niet in den grond zijn rechtmatig
erfdeel, dat hem door de tooverkunst dezer blinde
gravin ontroofd was
Hii wist immers te goed, welk een ongelukkig
leven zijn oud-oom aan de zijde zijner gemalin
geleid had, en het daarom zeker niet zijn eigen
vrije wil geweest was, de zonen zijner eenige
zuster, van welke Ulrich de laatste nog levende
afstammeling was, ten gunste dezer vrouw, die
hem het leven zoo vreeselijk verbitterd had, van
het geheele erfdeel hunner voorvaders te beroo
ven. En toch het nagelaten testament van den
laatsten graat van Lörach was op zoo duidelijke,
afdoende wijze vastgesteld, dat iedere poging om
het voor nietig te doen verklaren, ijdel was. In
elk geval was het voor den zoon een zeer pijn~
lijke herinnering, die hem bij deze nachtelijke
als dit noodhulp - kabinet den financieelen
toestand maar regelt voor de verkiezingen
in de lente, met uitsluiting desnoods van het
algemeen stemrecht, het schrikbeeld voor de
conservatieven, terwijl de liberalen hebben
besloten van ieder ministerie de wet op al
gemeen stemrecht te eischen.
De toestand van den jongen Spaanschen
koning schijnt ook geen goede vooruitzichten
te geven; Donderdag ochtend heeft hij een
hartbeklemming gekregen. Alles bij elkaar
genomen ziet het er in Spanje op 't oogen
blik niet rooskleurig uit. We zullen er het
beste maar van hopen.
Over de Engelsch-Portugeesche quaestie
is in de kamer der pairs te Lissabon tusschen
de oppositie en de regeering van gedachten
gewisseld. Trouwens op vriendschappelijke
wijze. Want de ondervraging der oppositie
ging vergezeld van de aanbieding van hare
hulp.
Door den minister van marine werd ge
antwoord, dat de quaestie zeker niet vrij
was van moeilijkheden, maar dat de regeering
het nog niet noodig oordeelde buitengewone
middelen van het parlement te verlangen om
daaraan het hoofd te bieden. Het geschil
zal, naar de regeering hoopt, tot een eind
worden gebracht door eene schikking tusschen
de beide landen.
Over den stand der diplomatieke onder
handelingen wilde de minister zich niet uit
laden. Zijn collega van buitenlandsche zaken,
zeide hij, zou zeker het best aan de kamer
kunnen zeggen of het raadzaam mocht hee-
ten reeds nu tot de openbaarmaking van
bescheiden over te gaan.
Tegen heden is een kabinetsraad uitge
schreven, te Hatfield te houden. Lord Salis
bury acht het zeer gewenscht met alle ministers
de quaestie met Portugal te bespreken en
verder de gedragslijn vast te stellenin
de volgende zitting van het parlement te
volgen.
Bij een, in den Duitschen „Reichs-Anzeiger"
opgenomen keizerlijke kabinetsorder is be-
stilte, in het gezicht van zijn voorvaderlijk slot,
geweldig aangrijpen moest, en het beeld van zijn
overleden vader hem met huivering moest doen
vervullen.
Op zijn erfenis pochende, dewijl de echt van
graaf Lörach kinderloos was gebleven, had hij
zich door onbeteugelde verkwisting spoedig ge
ruïneerd, en toen zijn oom hem elke hulp wei
gerde, dezen op trotsche wijze gedreigd. Daarna
was graaf Lörach na eene kortstondige ziekte
plotseling gestorven.
De dolle Waldstein," zoo als Ulrichs vader in
den gelieeJen omtrek genoemd werd, was razend
geweest, toen hij der inhoud van het testament
vernomen had en zich door zijne treurige om
standigheden aan het verderf ten prooi zag.
Door zijne klachten tegen de gravindie hij
openlijk als een onderkruipster bekend maakte,
had liij de breuk onheelbaar gemaakt en, te
gronde gericht zoowel wat gezondheid als ver
mogen betrof, zich zei ven het leven benomen.
Ter wille van de ongelukkige vrouw en van den
beklagenswaardigen zoon had men de noodlottige
daad verborgen gehouden en een aanval van be
roerte als oorzaak van zijn dood aangegeven.
Het was waarlijk geen wonder, dat de eerste
den vreeselijken slag niet lang overleefde; zoo
stond Ulrich geheel alleen in de wereld, zonder
vermogen, zonder toekomst. De arme knaap was
aan het medelijden zijner standgenooten overge
laten. Men wendde zich tot gravin van Lörach.
Hoogmoedig wees zij elke betrekking op den wees
van de hand; toch liet zij zich nog overhalen om
een zekere som tot zijne opvoeding bij te dragen.
Deze aalmoes brandde den trotschen knaap op
de ziel; hij kon den tijd niet afwachten om ze
terug te kunnen geven Toen hij zijne studiën
volbracht hadmeerderjarig verklaard was, en
hem het laatste armzalige overschot van 't erfdeel
zijner ouders, de vervallen, kleine burcht Wald
stein, waarin uilen en kraaien huisvestten, over
geleverd werd, verkocht hij de daarbij behoorende
bosschen en een aanzienlijke steenkolenmijn, die
zijn jager daar toevallig ontdekt had, en zond
aan de gravin von Lörach de daarvoor ontvangen
som in aflossing op de aalmoes terug. Zij noemde
het bedelaarstrots en ergerde zich in stiltede
wereld echter noemde het eenvoudig domheid
daar geld in den tegenwoordigen tijd veel meer
waarde bezat dan de zoogenaamde eer. Graaf
paald, dat erwegens het overlijden van
keizerin Augusta, een „lands-rouw"zal wezen
van zes weken en dat, tot den dag der be
grafenis, alle openbare vermakelijkheden
schouwburgen enz. enz., gesloten moeten
worden.
Keizer Frederik, weet men, zag het anders
in en liet, al zondigde hij daarmede tegen
de étiquette zijn onderdanen in deze vrij.
Het is inderdaad een onberekenbare schade
voor velen, die gedwongen sluiting der ver
makelijkheden gelijk in het algemeen het
overlijden der oude keizerin een zware slag
is voor alle neringdoenden. Een aantal fees
ten zullen natuurlijk dezen winter achterwege
blijven waarop men vast gerekend had,
en de teleurstelling is te grievender, wijl be
kend was geworden dat het jonge keizer
lijke paar het seizoen met bijzonderen luister
dacht in te wijden.
De gewichtige quaestie van het „Frederik
de Groote-costuum"of eigenlijk van een
onderdeel daarvan de schoenen, houdt nog
steeds wel een bewijs, dat het een slappe
tijd isde Duitsche bladen bezig. De
„Post" beweerde, dat bij genoemd costuum
het dragen van lage schoenen met hooge
hakken (escarpins) verplicht was maar de
officieuse „Norddeutsche Allgemeinec bericht
met veel deftigheid dat het dragen van die
schoenen facultatief is en de heeren bij de
hoffeesten naar verkiezing dat of een ander
schoeisel van dien aard mogen dragen. Zou
men nu wel zeker zijn omtrent de punt van
de staartpruiken
Intusschen zijn, gelijk gezegd is wegens
den dood der oude keizerin alle hoffeesten
afbesteld.
De heeren van de conferentie te Weenen
praten wel druk maar van eenig resultaat in
goeden of kwaden zin hoort men niets. De
schoolquaestie is afgehandeld en men meent
bepaald weten doet men 't echter niet
dat het onderwijs in beide talen alleen
zal worden gegeven aan leerlingen, wier
ouders of voogden dit verlangen. De moeie-
Ulrich echter kon sedert dit oogenblik weder
vrijer en vroolijker rondzien en een plan voor de
toekomst beramen, waardoor hij weldra als dich
ter, componist en ook als journalist in het strijd
perk der ridders van den geest kon optreden.
Dat de jonge, geestrijkeen even fijn beschaafde
als schoone graaf niettegenstaande zijn algemeen
bekende armoede weldra een welkome gast in de
salons der voorname wereld werd, was een feit,
dat de gravin met verachting jegens den heden-
daagsclien adel vervulde.
Met welke gevoelens graaf von Waldstein in
dezen nacht naar dit kasteel zag. kan men na het
verhaalde zeer goed begrijpen. Weldra vestigde
hij zijn blik weder op den Rijn, wiens oppervlakte
weder als duizende diamanten fonkelde. Daarna
trok een donker punt zijne opmerkzaamheid tot
zich dat zich aan den oever der rivier bewoog.
Zijn scherpziend oog bemerkte eene bootdie
langzaam naar dezen oever heenvoer en thans in
een kleine bocht landde.
Twee personen zaten er in de schipper en
naar het scheen, een vrouwelijke gestalte, die de
boot verliet en na weinige oogenblikken achter
de wijnbergen verdwenen was.
Dit kleine, geheimzinnige avontuur wekte op
zonderlinge wijze de belangstelling van den graaf
op en leidde zijne gedachten af van zijne even
pijnlijke als treurige herinneringen. Een onover
winnelijke lust drong hem het spoor der gestalte,
die de boot verlaten had, te volgen.
Ginds in de stille pastorie te Rothensee had
hij geen rust gevonden hij moe t naar buiten
in de vrije lucht, naar buiten in den betooye-
renden nacht, die geheimzinnig den storm in zijn
binnenste tot bedaren bracht, en zacht zijn on
zichtbare hand op zijn gloeiend voorhoofd legde.
Hij moest naar buiten om door het gezicht van die
muren welke zijn voorvaderen opgebouwd hadden,
waaruit de laatste, wettige afstammeling verdre
ven was door een vrouw met een duivelennatuur,
zijn moed te versterken tot den strijd om het
hoogste goed zijns levens, dat daar binnen be
rustte onder de noodlottige macht van deze blinde
en toch zoo gevaarlijke, zoo machtige vrouw.
Zijn instinct, dat hem altijd ten goede geleid
had," had hem met betrekking tot den zoo plot
seling op het tooneel verschenen Amerikaan, die
zich graaf Weilburg noemde, ook thans niet be
drogen, en dit instinct zeide hem ook op dit
lijkste quaestie, die over de nationale be
grenzing der rechtbank-arrondissementen is
in behandeling gekomen en wordt op dat
punt geen overeenstemming verkregen, dan
is alle moeite om tot een vergelijk tusschen
Duitschers en Tzechen te komen, tevergeefs.
De nieuwe Braziliaansche regeering weert
zich terdege met allerlei radicalisme. Voerde
ze onlangs eene geheel nieuwe tijdrekening
in met allerlei nieuwe namen voor maanden
en dagen thans heeft ze bij decreet staat en
kerk gescheiden. Bij een tweede decreet
worden alle pensioenen bevestigd, onder het
keizerrijk toegestaan.
De redacteur der Cocarde is tot vier maan
den gevangenisstraf en twee duizend francs
boete en die der Eclair tot één maand ge
vangenisstraf en vijfhonderd francs boete
veroordeeld, wegens beleediging van Quesnay
de Beaurepaire, den procureur-generaal.
Te Havre ontstond Woensdag te twee
ure 's nachts brand op het tooneel van het
Alcazar, dat geheel werd vernield. Er blijft
van het geheele gebouw niets over dan de
vier muren.
Er zijn geen menschenlevens te betreuren.
De schade is zeer groot.
Uit het Vereenigd Koninkrijk zijn in het
afgeloopen jaar 334000 landverhuizers naar
andere gewesten vertrokken. Daaronder waren
65000 Ieren, welk cijfer, in evenredigheid tot
de bevolking, eens zoo groot is als dat uit
de andere Britsche landen. Het totaal der
landverhuizing is dit jaar kleiner dad in '88,
doch terwijl deze vermindering zich vrij aan
merkelijk doet gevoelen ten opzichte van
Noord-Amerika en Australië, is de emigratie
oogenblik, dat deze geheimzinnige figuur op de
een of andere wijze met de bewoners van het
kasteel Lörach in betrekking moest staan.
Nauwkeurig bekend met den geheel en omtrek,
snelde hij zonder gedruisch voorwaar's; maar
hoe oplettend hij ook rondwaarde en luisterde,
er was niets te zien, de gedaante scheen als in
den grond verdwenen te zijn. Zonder gerucht te
maken, wandelde hij de muren van het park
rond, terwijl hij zich in de schaduw der linden
verscholen hield. Plotseling stond hij stil, hij
verbeeldde zich zacht fluisterende stemmen te hoo-
ren. Met ingehouden adem boog hij om te luis
teren zich voorover, oneens met zich zelf of hij
al dan niet zich dichter bij den muur zoude wa
gen, zonder zich aan het gevaar van ontdekt te
worden, bloot te stellen.
Hij had zich dezen keer niet vergistduidelijk
drong het gesmoorde geluid eener menschenstem
tot hem door, afkomstig van iemand, die zich
aan gene zijde van den muur, dus binnen het
park zelve bevinden moest. Wie mochten het
zijn, die hier om middernacht op zoo geheimzin
nige wijze een samenkomst hadden
Plotseling hoorde hij een half onderdrukten
kreet om hulp. Zonder zich te bedenken was
hij met één sprong bij den muur van het park,
stiet de zich daar bevindende, slechts op een kier
staande deur open en riep met krachtige stem
//Wat gebeurt hier?'
Een oogenblik was alles stil; de duisternis, die
onder het dichte loof der boomen heerschte, ver
oorloofde den kloeken jongen man niet den toe
stand van zaken dadelijk te erkennenslechts
een flauw, krampachtig steunen verried hem de
plaats, waar misschien op hetzelfde oogenblik een
misdaad gepleegd werd.
Haastig trad hij naderbij, ofschoon hij geheel
ongewapend was, ja zelfs niet eens een stok bij
zich had. Plotseling kraakte het kreupelhout, dat
den weg omzoomde, alsof er vluchtend wild door
heendrongwaarschijnlijk wilde de vluchteling
zijn weg over den muur nemen. //Halt, halt,"
riep de graaf, hem bliksemsnel naspringende
maar op hetzelfde oogenblik tuimelde hij met
een doffen kreet achterover en viel toen in on
macht ter aarde.
(Wordt vervolgd.)