Nummer 10.
Zondag 2 Februari 1890.
13e Jaargang
De blinde Gravin
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Frankrijk.
UITGEVER:
Waalwijk.
22 Emilie Heinrich's.
en Langstraafsche Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden y 1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Advertentiën 1—7 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van
Adolf Steiubr, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
De douane-commissie uit de kamer van
afgevaardigden van Frankrijk, maakt op het
oogenblik in Parijs het eenige onderwerp van
gesprek uit, niet omdat het zoo verbazend
belangwekkend is, maar omdat er op politiek
gebied nergens anders over te spreken valt,
zelfs de boulangisten geven niet de minste
aanleiding tot bespreking en dat wil zoo iets
zeggen en de geruchten van verdeeldheid in
het kabinet zijn ook al afgezaagd.
De linkerzijde der kamer heelt een bijeen
komst gehouden, waarin een vrij belangrijk
besluit is genomen, teneinde de verschillende
fraction der republikeinen zoo veel mogelijk
aaneengesloten te houden. Te dien einde
werd overeengekomen dat eiken laatsten
Woensdag der maand een bijeenkomst zou
worden gehouden om de quaesties, die aan
de orde van d m dag zijn, nader te bespreken
en zooveel mogelijk tot een overeenstemming
te komen aangaande de grondbeginselen van
den vooruitgang.
Daar, zooals men weet, de gematigde pro-
tectionisten en besliste vrijhandelsmannen
Dinsdag in de minderheid zijn gebleven bij
de verkiezing van 55 leden voor de douane
commissie, meenen velen, dat de handelsver
dragen reeds als opgezegd kunnen worden
beschouwdwaardoor de positie van den
premier Tirard, die gematigd protectionistisch
gezind is, geen benijdenswaardige wordt.
Hoewel tal van Fransche industriéelen zich
vóór de vernieuwing der handelstracten heb
ben uitgesprokee uit vrees voor représailles
van het buitenland, meent men toch, dat de
28 besliste en 10 gematigde protectionisten
tegenover 8 besliste en 9 gematigde vrijhan
delsmannen, maar al te zeer tegen vernieu
wing der handelsverdragen op den ouden
voet zullen ijveren.
De minister van oorlog heeft verschillende
officieren weder in actieven dienst gesteld
die wegens hunne boulangistische gevoelens
als non-actief uit de gelederen verwijderd
werden. Daardoor zijn verschillende plaatsen
aangevuld van officieren, wegens ouderdom
of gebreken ontslagen.
Dat dit voorstel van De Freycinet in den
ministerraad met algemeene stemmen werd
goedgekeurd, bewijst voldoende, dat de regee
ring geen gevaar meer ducht van het bou-
langisme.
Men meent te Lissabon, waar men na het
ultimatum van Engeland niets meer heeft
ontvangen en ook niet afgezonden, dat John
Buil eer in een conferentie dan in een scheids
gerecht zal toestemmen.
De tijd der opening van het Britsch par
lement (11 Februari) nadert. Reeds heeft
Gladstone de gebruikelijke circulaire tot zijn
partijgenooten gerichthen uitnoodigend al
aanstonds zoo voltallig mogelijk op te komen,
aangezien er wellicht reeds dadelijk belang
rijke zaken aan de orde zullen komen.
Men verwacht eene interpellatie over het
optreden tegenover Portugal. Salisbury moet
reeds voldoende hersteld wezen om zeker op
zijne tegenwoordigheid te kunnen rekenen.
Het aantal extra parlementaire redevoeringen,
door leden van verschillende partijen hier en
daar gehouden is nog steeds zeer talrijk.
Zoo heelt o. a. sir George Trevelian te Don-
caster het woord gevoerd over de Iersche
staatkunde der regeering en die veroordeeld.
Van den „Duitscheii rijkscommissaris voor
Oost-Afrika," kapitein Wissmann, zijn bij de
regeering weer eenige berichten ontvangen.
Daaruit blijkt o. a., dat Wissmann alle in
vloedrijke hoofden der Arabieren, die hem
in handen gevallen zijn en wier deelneming
aan den opstand bewezen was, eenvoudig liet
opknoopen. Vóórdat Bushiri opgehangen werd,
deelde deze aan Wissmann mede, dat de
sultan van Zanzibar hem het eerst heimelijk
tégen de Duitschers heeft opgehitst, onder
belofte dat hij hem tot vizier over de
geheele kust zal benoemen, zoodra de Duit-
scliers verdreven zullen zijn. Bewijzen kon
hij niet bijbrengen.
Het lijk van den opgehangen Bushiri is
den Arabieren overgegeven om het ter aarde
tc bestellen.
De Boheemsche landdag heeft de verkie
zing van alle Duitsche afgevaaidigden goed
gekeurd en 100,000 gulden bestemd voor de
Boheemsche provinciale tentoonstellingtot
welker slagen nu Duitschers en Czechen ge
meenschappelijk zullen medewerken.
De stadhouder van Boheme heeft in zijne
rede tot sluiting der landdagszitting verklaard
te verwachten dat zich nu een nieuw tijd
perk zal openen waarin de twee nationali
teiten van Boheme zich opnieuw vereenigen
zullen om in vrede samen te werken.
Daverend applaus van Oud-Czechen en
Duitsch-conservatieven volgde op deze woor
den.
Men schijnt er te Sofia op 't oogenblik goed
bij te zitten of welmen houdt zich zoo.
De Polit. Corr. weet ten minste mee te deelen,
dat er geen woord waar is, van het Bulgarije
toegedichte plan om een nieuwe leening aan
te gaan ten einde daarmee de oorlogsschat
ting at te betalen aan Rusland. Bulgarije
behoeft geen nieuwe leening te sluiten, omdat
men er op 't oogenblik goed bijzitzoo van
de Nationale Bank als van de Landerbank
Weeft men nog een aardig duitje te goed.
Men heeft Servio in de laatste dagen weer
allerlei oorlogszuchtige plannen toegedicht
als mobilisatie van het legeraanvrage om
een krediet daartoe enz. maar minister Gruitch
heeft aan de buitenlandsche vertegenwoordi
gers verklaard dat er geen woord van dat
alles waar is en dat alleen een supplementair
krediet zal worden aangevraagd voor artille
rie-materiaal.
Chakir Pachade gouverneur van Creta
heeft den sultan van Turkije twee adressen
doen toekomen, waarin de Sheikhs, Ulemas
en notabelen van Candia en Lashitti Z. M.
bedanken oor de onlangs verleende amnestie,
door welke, naar zij verklaren, een eind ge
maakt is aan de onlusten en rust en vrede
op Creta verzekerd zijn.
Maar volgens den berichtgever van Daily
News is het op Creta nog altijd even treurig
gesteld. De christenen worden er steeds op
allerlei wijzen verdruktmishandeld soms
vermoord en bij honderden gevangen gezet.
Ook worden personen, die bij den jongsten
opstand betrokken waren gestraft alsof er
geen amnestie was afgekondigd.
De Times weet het heugelijke nieuws mee
te deelen dat de regeering van Egypte op
't punt is 't met Frankrijk op een accoordje
te gooien aangaande de conversie der leening,
waarbij Egvpte's schatkistdie 't wel noodig
Weeft, jaarlijks 158,000 pond sterling zou win
nen; zooals men weet, stelde Frankrijk als
voorwaarde aan haar toestemming de bepa
ling van een datum voor de ontruiming van
Egypte door Engeland een conditie, ge
lijkstaand met een formeele weigering. Frank
rijk dat daarop twee andere eischen stelde,
waarvan de een al even onaannemelijk was,
heeft zich nu toegevensgezind getoond en
een anderemeer welwillende voorwaarde
gesteld, zoodat de kansen vrij gunstig staan.
De Braziliaansche republiek is thans amb
telijk door de regeering der Vereenigde Staten
erkend.
Bij het congres is ook door een der leden
een voorstel ingediend om met de jonge
republiek sympathie te betuigenmaar dit
schijnt niet in behandeling te zijn gekomen.
Onlangs werd uit Parijs gemeld dat een
groot perceel op het drukste gedeelte der
Fransche hoofdstad, hoek Boulevard Poisson-
nière en Rue Montmartre door een Neder-
landsche onderneming aangekocht was. Thans
blijkt uit een brief in de Haarl. Ct. dat de
Kon Ned. Beiersch bierbrouwerij, te Amster
dam, voornemens is op dat punt eene inrich
ting te vestigen in den trant van het bekende
Café Krasnapolsky, maar op groote schaal.
Naar men uit Parijs bericht, heeft de
justitie thans gegevenswelke de spoedige
inhechtenisneming van Eyraud, den moorde
naar van den deurwaarder Gouffé, zeer waar
schijnlijk maken.
Uit Arras wordt gemeldMaandag
werden bij de maatschappij te Lens drie
mijnwerkers ontslagen, omdat zij lid van het
onlangs opgerichte syndicaat waren geworden,
waarop de overige leden van het syndicaat
zich in grooten getale vereenigden en, op de
weigering der maatschappij om op haar be
sluit terugtekomen, allen het werk staakten.
hOMEMcafraumMi 1
DOOR
„Mevrouw de gravin begon zij op nieuw op
smeekenden toon.
Vertrek! ik wil geen woorden meer verspillen
aan handlangers van gemeene landloopers en
moordenaars viel de biinde haar op gebiedenden
toon in de rede.
„Landloopers? Moordenaars?" herhaalde Arm
gard verbaasd en hevig verontwaardigd. „Wie
bedoelt gij met deze verachtelijk benaming?"
„Dienaangaande zal het gerecht u wel nadere
verklaring geven mejuffrouw antwoordde de
blinde koeltjesterwijl zij met een krachtige
beweging naar de schel tastte.
Armgard begreep die beweging en keerde zich
met een diepen zucht, terwijl zij voor de jonge
gravin, die zwijgende en van de tegenstrijdigste
gewaarwordingen vervuld dit tooneel had bijge
woond eerbiedig boognaar de deurom zich
haastig te verwijderen.
„Is zij weg?" vroeg de gravin na eene kleine
pauze, terwijl zij diep ademhaalde.
„Ja, lieve tante," antwoordde Hildegard zacht.
„Wat heeft de arme gezelschapsjuffrouw toch mis
dreven om zulk een behandeling te moeten on
dergaan
„Zwijg, kind, wind u daarover niet onnoo-
dig op," ging de blinde gravin voort. „Ga naar
uwe kamerik wil niet dat uw vroolijk humeur
er een oogenblik door bedorven wordt. Het was
mij reeds pijnlijk genoeg, dat het bericht van het
vreeselijk geval in het park u uwe bedaardheid
zoo kon doen verliezen. Zoo iets mag in uwe
hooge positie niet weder voorkomen, Hildegard
ik heb aan uwe opvoeding nog zeer veel te
verbeteren, zooals ik tot mijn spijt heb opgemerkt."
„Liefste tante, nog een enkel woordje, wat ik
bidden mag," smeekte de gravin met bevende
stem.
„Later later, thans heb ik gewichtiger zaken
te regelen. Ga heen!"
Zuchtende gehoorzaamde Hildegard aan dit ca
tegorisch bevel en verwijderde zich door dezelfde
deur, waardoor zij zoo onopgemerkt de kamer
der gravin binnengekomen was, op welk recht
zij in jeugdigen overmoed reeds als kind aan
spraak had en waarvan zij nu weer gebruik
maakte.
Toen de deur achter Hildegard gesloten was,
zat de blinde nog een oogenblik te wachten, ol
zij de heerendie zoo even het salon verlaten
hadden, ook hoorde terugkeeren.
Toen dit niet gebeurde, schelde zij den kamer
dienaar, die ook terstond verscheen, met de bood
schap, dat de heeren hunne grOeten aan mevrouw
de gravin verzochtenomdat het gehoorde hen
noopte grooten spoed met de verdere behandeling
der zaak te maken.
„Het is goed," knikte de gravin tevreden gesteld.
„Laat Laurette hier komen
Als een loopend vuur verspreidde zich het ge
rucht van het gruwelfeit, in 'tpark van Lorach
voorgevallen, door den geheelen omtrek. Onge
looflijk klonk het bericht, dat men in de persoon
van de gezelschapsjuffrouw, die zich de algemeene
achting en liefde had verworven de vermoede
lijke moordenares reeds naar de gevangenis ge
bracht had, en het stomme Netje, intusschen onder
bescherming van den pjedikant van Rothensee
die evenzoo in de vreeslijke gebeurtenis gewikkeld
moest zijn, tot dusverre nog had achtergehouden,
daar niemand behalve de gezelschapsjuffrouw een
verstaanbaar gesprek met haar kon voeren.
Terwijl de commissaris van politie reeds vast
overtuigd was van de schuld der aangeklaagde,
koude de assessor Mcinecke, aan wien de gewich
tige pust van crimineelen rechter opgedragen was,
deze overtuiging niet deelen. Daarentegen ging
hij van de meening uit, dat de vlucht der gezel
schapsjuffrouw naar de pastorie hare schuld in
een zeer twijfelachtig licht stelde, omdat zulk
een bloedige daad haar in elk geval verder uit
dien omtrek zou verdreven hebben. Indien zij
werkelijk een minnehandel had met graaf von
YValdstein, hetgeen de gravin von Lörach en de
commissaris als zeker aannamen, waarom dan
een poging tot moord op den geliefde gewaagd
„Ijverzucht!" meende de politiebeambte.
„Waartoe had de graaf intusschen een rendez
vous met de vreemdelinge in 't park der gravin,
waar hij door zijn geliefde verrast kon worden?
En is het niet even aannemelijk, dat de moorde
nares na de gruweldaad volbracht te hebben, eer
der naar het kasteel teruggekeerd zou zijn, in
plaats van door de vlucht te nemen dadelijk de
verdenking op zich te laden
„Wij zullen zien," zeide de commissaris onge
duldig, „leg haar op het juiste oogenblik den ring
en het moordwapen voor."
Ofschoon ongesteld, zoowel van het vreeslijke
geval als van de verschrikkelijke aanklacht, ver
scheen Mathilde toch met de kalmte der onschuld
voor den rechter, die, toen hij haar te zien kreeg,
hoe langer zoo meer in zijn twijfel versterkt werd.
Na de gewone formaliteiten, waarop de aange
klaagde even bezadigd als waardig haar antwoor
den gaf, ging de assessor eerst tot hare vlucht
over, waarvan zij de reden hem op begrijpelijke
en bondige wijze meedeelde. Natuurlijk moest
zij daarbij ook' de ontdekking van het dagboek
aanroeren, eene omstandigheid, waarin de rechter
een levendig belang scheen te stellen.
„Gij kunt u dus met het doofstomme kind op
een verstaanbare wijze onderhouden, mejuffrouw?"
vroeg hij verder.
„Ja," antwoordde Mathilde, „toen ik, met ver
lof van de gravin, het geheel verwaarloosde on
gelukkige schepsel tot mij nam, beproefde ik haar
door karakteristieke teekens, zooals ik ze eens
op een doofstommen-instituut gezien en in mijn
geheugen geprent had, met het noodzakelijkste
van het leven bekend te maken. Het kind was
lee zaam en zeer gevoelig voor liefde, die zij zeer
weinig in haar treurig leven ondervonden had.
Zoo leerden wij elkander langzamerhand begrn-
pen en waren wij in staat, ouidat zij mij op
mijne wandelingen ats een hond volgde, ons zeer
levendig met elkander te onderhouden. Ik ben
zoo tot de ontdekking gekomen, dat niet Netje,
maar de kamerdienaar mij het boek ontfutselde
en de aanklacht toen op' het kind geworpen
heeft, dat zich natuurlijk tegen niemand verdedi
gen kon."
„Daarvan ben ik thans eveneens vast over
tuigd," sprak de assessor; „het kind heeft den
diefstal gezien en is daarvoor door den kamer
dienaar opgesloten. Iladt gij in dat dagboek wel
licht ook aanmerkingen op de gravin gemaakt."
Dat kan ik niet ontkennen, mijnheer de as
sessor liet boek was om zoo te zeggen mijn
eenige vertrouweling in mijne verlatenheid."
„Natuurlijk," knikte de rechter; „dus daarom
werdt gij 'opgesloten en als een gevangene be
handeld. En ue doofstomme bood u in dien on
geluksnacht de gelegenheid tot vluchten aan?"
Ja."
Waart gij toch tc huis gebleven, waarde juf
frouw En hoezeer mij ook uw toestand van
harte leed doet, ja hoezeer ik ook de zedelijke
overtuiging heb van uwe onschuld, zal ik u toch
moeilijk kunnen redden, als ik aan de verplette
rende bewijzen denk, die tegen u getuigen, en
die gij door uwe vlucht zelve tot een onbreek
bare keten hebt gemaakt."
„Ik begrijp u niet, mijnheer!" antwoordde Ma
thilde, hem gètroffen aanziende. „Van welke be
wijzen spreekt gij? Ik heb de verschrikkelijke
aanklacht, die mij bezwaart, zoo dwaas, zoo mon
sterachtig en waanzinnig gevonden, dat zij in
waarheid tot op dit oogenblik mij mijn innerlijke
rust niet heeft kunnen ontnemen."
„En gij kondet gelooven, juffrouw, dat wij zon
der voldoende bewijsgronden een dame van uw
naam in hechtenis genomen zouden hebben Kent
gii dezen stok
Dit zeggende, haalde hij het moordwerktuig
onder de°tafel te voorschijn en legde het plotse
ling voor haar.
Mathilde wierp een blik op het wapentuig en
schudde toen rustig met het hoofd.
(Wordt vervolgd.)