Nummer 17.
Donderdag 27 Februari 1890.
13e Jaargang.
De blinde Gravin,
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ANTOON TIBLEN,
FEUILLETON.
Staatkundig overzicht.
UITGEVER:
Waalwijk.
28 Emilie Heinrich's.
Lrnif straatsclw Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00.
Franco per posi door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever
Advertentiën 17 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van
Adoi.p Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Werpt men tegenwoordig eenen blik op
op den economischen toestand in het bui
tenland en bijzonder in Duitschland, dan mag
men met recht uitroepen „Gelukkig Neder
land."
Trots alle wetten tot verbetering van het
lot van de mindere klassen der bevolking,
trots alle verhooging der invoerrechten, is de
toestand op economisch gebied in Duitschland
niet alleen niet verbeterd, maar integendeel
verergerddit is het gevolg der veel gepre
zene tolwetten en der arbeidswetgeving.
Voor ons Nederlanders moge dit eene
vingerwijzing zijn om niet hetzelfde pad te
betreden en dus van alle stappen af te zien,
die tot verhooging van invoerrechten leiden.
Als de pogingen, door de looiers den laatsten
tijd in deze richting gedaan, met goed ge
volg bekroond werden, dan zou dit der in
dustrie ten verderve strekken.
Het eenige middel, dat verbetering in den
economischen toestand van gansch Europa
kan aanbrengen is afschaffing der invoer
rechtenwaardoor het iederen industrieel
mogelijk zou worden, zijne voortbrengselen af
te zetten daar, waar hij er eene geschikte
markt voor vindt. Laat ons eens nauwkeu
rig nagaan wat in ons land het gevolg zou
zijn van invoering van nieuwe of verhooging
van bestaande rechten.
De voorstanders van invoerrechten bewe
ren dat het daardoor den buitenlandschen
fabrikanten onmogelijk zal gemaakt worden
hunne producten in ons land af te zetten
wat ten voordeele moet komen der binnen-
landsche nijverheid.
Dit is echter niet zoo.
De fabrikanten die op 't oogenblik niet
meer concurreeren kunnen, omdat zij niet in
staat zijn met den vooruitgang van den tijd
rekening te houden, zullen dan eerst voor
goed er van afzien hun fabrikaat te verbete
ren en nog minder dan thans een product
voor den dag kunnen brengen voldoende
aan de eischen der markt
De verbruiker echter wil iets goeds heb-
DOOR
wDe jager keek liaar nadenkend aan.
//Dit recept heb ik van de juffrouw uit de pas
torie gekregen," sprak hij zacht. „Wilt gij het
de genadige gravin overhandigen?Als er ant
woord op noodig is," voegde hij er nog zachter
bij, //ik kom dagelijks voorbij Rothensee."
Boven aan de trap liet de scherpe stem van
Laurette zich liooren. Haastig verwijderde zich
de jager, terwijl Nanette het briefje verborg en
haar gang naar de keuken vervolgde, om een
aftreksel van kruiden voor de gravin te halen.
Hildegard lag werkelijk met de kooris te bed,
hetgeen, na al de gebeurtenissen der laatste da
gen, na al het verdriet, dat haar deel was ge
weest, niet te yerwonderen was. Zij wist immers
zelf niet wie zij gelooven moest, de gravin ol
haar eigen hart, dat den geliefde verontschul
digde, en alleen met schrik, met warén doods
angst aan den vreemden graaf, wien zij reeds
binnenkortvooraltijd zou toebehooren.kon denken.
Daar verscheen Nanette met de kruidenthee en
het recept van de juffrouw uit de pastorie. Drif
tig brak de grav'in het zorgvuldig verzegelde
briefje open en doorliep haastig cle regels; ze
luidden
„Waarde gravin! een bloedig net, door boos
heid en gewetenloosheid, die voor geene mis
daad terugdeinzen, gespannen, houdt de onschuld
gevangen wees op uw hoede, neem u voor den
Amerikaan in acht en help uw vrienden het net
verscheuren, dat ook u in 't verderf moet stor
ten Houd voor alles de wacht over uw zieken
vriend, die alleen om uwentwille lijdt. Wraak
zuchtige vijanden bedreigen zijn leven. Claus
is steeds bereid in uwe correspondentie met mij
de tusschenpersoon te zijn, daar elk bericht, over
den vreemden gast ten doel moet hebben om de
mazen van het fijne netwerk te verscheuren.
«Armgard Ehrhardt."
Telkens herlas Hildegard met klimmer.den angst
ben voor zijn geld en koopt dat, waar het
te krijgen is. Door beschermende rechten
zullen dus alleen die fabrikanten gebaat wo-
den, die thans reeds bij machte zijn aan alle
concurrentie het hoofd te bieden.
Beschermende rechten beduiden dus niets
meer of niets minder dan versterking van
den sterke en verzwakking van den zwakke
Juist hen die men door invoerrechten wil
helpen, de zwakken, ruineert men volkomen,
en hij, die aan die rechten geen behoefte
heeft, de op economisch gebied sterke, wordt
door dit palliatief geheel in de gelegenheid
gesteld om zijnen zwakkeren mededinger af
te maken.
Maar ook de buitenlandsche producten
kunnen niet door invoerrechten verdrongen
worden. Hij, die onder de thans vigeeren-
de tariefwetgeving schoenwerk uit het bui
tenland betrekt, omdat de door hem ver
langde soorten in Nederland nog niet in ge
noegzame hoeveelheid worden vervaardigd,
koopt ze toch al moest hij ook een zeer
hoog invoerrecht betalen.
Slechts daardoor kan men vooruitkomen
dat ieder in zijn vak zich met hart en ziel
er op toelegt den hoogsten trap te bereiken
en de eerste te worden onder zijns gelijken.
Beschermende rechten kunnen niet geven
wat velen er van verwachten; zij voeren, zoo
als het buitenland maar al te duidelijk be
wijst, tot economischen ondergang.
Concurrentie moet er zijn zij houdt het
bloed frisch eerlijke concurrentie is goed
wijl zij zorgt dat alle fabrikaten van dag tot
dag tot grootere volmaaktheid gebracht wor
den.
Een voorbeeld willen wij hier nog aanhalen:
Sinds jaren is in de Langstraat voor da
messchoeisel bijna uitsluitend kamgaren ge
bruikt.
Daar dit artikel zich gemakkelijk laat ver
werken hebben vele fabrikanten het overbodig
geacht iets nieuws voor den dag te brengen.
Door verloop van tijd zijn de kamgaren arti
kelen echter zoo zeer in prijs gedaald, dat
het briefje en gaf liet daarna aan hare getrouwe
Nanette, zonder wier hulp zij zich geheel on
machtig gevoelde tot handelen.
„Heb ik het niet dadelijk gezegd zeide de
kamenier zegevierende. „Die Amerikaan draagt
van alles de schuld hij is de eigenlijke roover-
hoofdman, met wien moord en doodslag hier zijn
binnengekomen."
„Nanette," riep de gravin ontsteld uit, „hoe
kunt gij zulke vreeslijke dingen op luiden toon
zeggen? Zeg mij liever lioe wij den zieke bedui
den kunnen, dat de liefde de wacht over hem
houdt."
„Goed, zoo bevalt het mii reeds, nu wordt het
toch een weinig romantisch. Ik weet, dat Jacques,
wien ik reeds tamelijk het hoofd op hol gebracht
heb, over dag den kranke als zijn oogappel be
waakt. en hem daarentegen 's nachts aan de zorg
eener meid overlaat, die waarschijnlijk meesttijds
slaapt, daar de aanvallen van koorts voor een
soort van slaapzucht geweken zijn. Wij beiden,
mijn waarde gravin, moeten deze nachtwaken
overnemen,"
„Om 's hemels wil, als de meid het eens ver
telde
„Ja, als de lielde zoo rekenen wil, waar het
leven des geliefden op het spel staat, dan is het
waarlijk beier, dat wij ons er maar bij neerh
gen
„Neen, neen, Nanette," riep de gravin driftig,
„ik wil bij hem waken, ik wil het. Hoe ech
ter zullen wij hem over dag voor zijn vijanden
beschermen
„Dat moéten wij aan den hemel overlaten 1
In elk geval zullen we Ons zelven overtuigen,
hoe hij verpleegd wordt en daarover de juffrouw
in de pasrorie berichten, dewijl wij den dokter
niet kunnen spreken."
Terzelfder tijd, dat dit gesprek tusschen de gra
vin en hare kamenier plaats vond, verliet graaf
Weilburg de blinde gravin, om zich naar het
park te begeven en daar over het gehooide, wat
de liefde der voor hem bestemde bruid betrof,
na te denken.
Met de armen krampachtig over elkander ge
slagen, het hoofd voorover gebogen, stapte hij
haastig, als of hem een geheimzinnig spooksel
voortjoeg door het lommerrijke park, welks
brecde paden op 't voorbeeldigst in orde werden
gehouden.
een groot gedeelte der winkeliers er geen
vertrouwen meer in heeft en meer en meer
overgaat tot uit leder vervaardigd schoeisel.
Willen onze fabrikanten nu de markt behou
den dan moeten zij zich onvoorwaardelijk
toeleggen op het fabriceeren van laarzen van
fijn leder. Zij moeten zich moeite geven
dit naar den aard te leeren; wie dit niet doet,
zal ook niet met beschermende rechten te
helpen zijn; hij gaat onvermijdelijk ten gronde,
niet omdat zijn fabrikaat te veel door bui
tenlandsche concurrentie 'ie lijden heeftmaar
omdat het niet meer voldoet aan de eischen
der verbruikers.
Streeft daarom allenlooiers zoowel als
schoenmakersmoedig voorwaarts, spant al
uwe krachten in en gij kunt der concurrentie
het hoofd bieden.
't Is heden ten dage nu eenmaal zoo, dat
alleen de intelligente man vooruitkomt, die
steeds indachtig is dat rust roest. Hij die
steeds tracht vooruit te komen en betere
producten te Lwerenzal geld verdienen
met of zonder beschermende rechten.
Geneesheer, genees u zelve/' zegt een
oud spreekwoord. Sutor.
Het staatkundig belang *3er vorige week
ligt geheel opgesloten in de verkiezingen,
welke in Duitschland hebben plaats gehad
voor de vernieuwing van den rijksdag. De
tot nu toe bekende resultaten toonen de
voortdurende vorderingen der socialisten ten
koste der conservatieven en nationaal libe
ralen, Elzas-Lotharingen heeft weder protes-
tatie-candidaten gekozen.
De vorige wetgevende machtgekozen on
der de regeering van den ouden keizer
Wilhelm, was slechts een soort plebisciet ge
weest ten gunste van de uitbreiding der
Duitsche krijgsmacht. Alle middelen waren
door den grooten kanselier in 't werk gesteld
om eene meerderheid te krijgen, die gunstig
gestemd was voor het militaire septennaat, en
„Het noodlot wilde zijn ondergang," zeide hij
tot zich zelve, „mijn hand is het werktuig; zie
daar alles
Snel liep hij voort en bevond zich plotseling
aan den uitgang van het park, tegenover de deur,
waardoor Uiricli von Waldstein in den nacht van
den moord binnengekomen was.
Onwillekeurig trad hij terug, ofschoon het hel-
derlichte dag wasreeds staarde het donkere oog
naar de vreeslijke plek en een vloek ontsnapte
zijn lippen, toen een man uit het kreupelhout te
voorschijn trad,
„Gij zijt voor mij geschrikt, mijnheer de graaf?"
sprak deze eenigszins spotachtig.
„Ah, zijt gij het, Jacques," riep de graaf, ter
wijl hij zich toornig op de lippen beet, wat voert
gij hier uit?"
„Hm, deze vraag zou ik u in elk geval kun
nen doen, mijnheer de graaf," antwoordde de ka
merdienaar op onbeschoften toon. „Wat mij be
treft, deze plaats heeft altijd iets aantrekkelijks
voor mij, zoolang de ware moordenaar nog niet
ontdekt is."
De graaf vestigde een fonkelenden blik op hem,
en sprak toen onverschillig: „Ik meende, dat de
moordenares al lang achter slot en grendel zat
„llm," zeide Jacques kwaadaariig lachende,
„wie zoude daar in waarheid aan gelooven, mijn
heer de graaf? Zij mag het met den moorde
naar eens gew esl zijn, doch dat zij zelve de
mLdaad gepleegd zou hebben, dat is oizin!"
„Vroeger toch gelool'det gij dat,Jaques!" zeide
de graaf, terwijl hij een sigaar opstak.
welnu, de wijze van beschouwen verandert
dikwijls, mijnheer de graaf! A propos, de oude
schipper, die mij den avond voor den vreeslijken
nacht den brief voor u overhandigde, schijnt wer
kelijk iets van de vermoorde vreemdelinge te
weten
Graaf Weilburg ontstelde eenigszins, doch zijn
gelaat-trekken bleven geheel onbeweeglijk.
„Dat heb ik hem ook gezegdhij scheen
echter voor de politie zeer beangst te zijn. Ik denk
echter altijd, dat het plicht is het zelf te doen."
„Zeer zeker, mijn waarde," knikte de graaf,
nog heden rijd ik 'naar de stad en zaL den rech
ter van instructie de noodige inlichtingen geven."
„Mijnheer de graaf," antwoorde Jacques, zou
het niet beter zijn, dat men zich eerst van het
geheim van de boot overtuigde, voordat het aan
door medewerking van het centrum is dit
hem gelukt. Thans, nu het onmogelijk is
de reeds geducht geworden macht der natie nog
te vergrooten, zijn het de economische en
sociale toestanden, die bij den verkiezings
strijd de eerste rol spelen. De houding, door
Wilhelm II in zijne jongste aanschrijvingen
aangenomen, heeft er een stoot aan gegeven
dien het voortaan moeilijk zal zijn tegen te
houden zij schijnt echter op de kiezers niet
den indruk gemaakt te hebben, door den ont
werper er van verwacht, daar de door de re
geering gesteunde candidaten bijna overal zijn
ter zijde gesteld.
Een geheel nieuwe toestand heeft zich dus
doen kennen, en of prins Bismarck zooals
men beweert met het doorzicht en de voor
zichtigheid hem eigen zich verzet heeft tegen het
edelmoedige initiatief door zijn jongen sou-
verein genomen, of wel dat hij het heett goed
gekeurd, de vraag is gesteld en zij is het
onderwerp geworden, waarmede ieder zich
bezighoudt in alle landen.
Zal 's keizers onderneming treurige gevol
gen hebben voor de maatschappelijke orde
in Europa, of zal zij leiden tot praktische
uitkomsten, gunstig voor de verschillende klas
sen der maatschappij
't Is moeilijk dit vraagstuk op te lossen.
Op 't eerste gezicht echter schijnt het ver
metel de quaesties van de werkloonen van
de beperking der werkuren de verzekerin
gen, de pensioenen en de verhoudingen der
patroons en der werklieden onderling te wil
len regelen bij de wet.
In dit alles zijn blijkbaar bijna onmogelijk
overeen te brengen belangen en moeilijk op
te lossen teedere vraagpunten waarvan tot
nu toe niemand de oplossing gevonden heeft.
Wat er echter van zij, het feit, dat de re
geeringen al is 't maar voor een oogenblik,
hare denkbeelden van naijver en de lastige
vraagstukken, die haar verdeelen, schijnen te
verlaten, om zich bezig te houden met het
stoffelijk en zedelijk welzijn der volkeren en
vooral der arbeidende klasse kan een heil
zame uitwerking hebben, op voorwaarde noch-
1LL!J
het gerecht werd overgegeven
De graaf keek hem onafgewend aan hij scheen
bij zich zelf te overleggen, in hoeverre hij den
kamerdienaar vertr.ouwen konde.
„De zaak is mij volkomen onverschillig," sprak
hij bedaard, „toch zou het mij altijd genoegen
doen iets tot opheldering er van te kunnen bij
dragen. Waar woont de oude schipper?"
„Ginds aan den anderen oever van den Rijn. Ik
zal gaarne voor veerman spelen."
„Goed, dan ben ik ook van de partij," zeide
de graaf, den kamerdienaar vertrouwelijk op den
schouder kloppende. „Ik zal den' man die vrees
voor de politie wel uit het hoofd praten. Heden
avond, als het donker wordt, zal ik ter bestem
der plaatse zijn."
„Laat ons afspreken tegen negen uur, mijnheer
de graaf."
„Goed, dat zij zoo."
De graaf groette vriendelijk en ging naar het
slot terug, terwijl Jacques hem op een eerbiedi
gen afstand volgde.
Op het gelaat van den listigen kamerdienaar
stond een zegevierend leedvermaak te lezen hij
keek hem spotachtig lachende na en mompelde
in zich zelve, terwijl hij langzaam voortging:
Dij of ik, de overigen kunnen mij niet schelen.
Dat de kleine gravin u een blauwtje laatloopen
en haren ridder trouw blijft, daar zal ik wel
voor zorgen. Gij echter geeft mij heden zelf het
rechte wapen in de hand, om u uit den zadel
te lichten, daar gij den! veerman het stilzwijgen
reeds wilt opleggen, en dan hm! dan ia
mijne ure gekomen. De blinde gravin zal zekei
liever haar kamerdienaar tot erfgenaam benoe
men dan menschen van uw slag, of hare nicht,
die tut den vijand overgeloopen is."
Hij wreef zich vergenoegd de handen en stapte
langzaam naar het kasteel terug.
HOOFDSTUK XIV.
liet was een zoele donkere avond zwarte wol
ken kwamen in het westen op en hulden den
geheelen omtrek vroegtijdig in het kleed van
den nacht. Zonder gedruisch gleed eene boot naar
den tegenoverliggenden oever van den Rijn.
(Wordt vervolgd.)