Nummer 69. Zondag 31 Augustus 1890. 13e Jaargang Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ANTOON TIELEN Staatkundig overzicht. UITGEVER: Waalwijk. Protectionisme in Amerika. Met de grootste belangstelling heb ik, en vele looiers met mij, de artikelen gevolgd door de redactie van dit blad over het be schermend stelsel geleverd. Wij hebben den moed bewonderd, waar mede zij het dogma: dat bescherming noodig is om de lederindustrie te releveeren heefu durven aanvallen en getracht de be trokken personen te overtuigen, dat zij zich zeiven dienden te helpen wilden zij niet noodwendig ten oudergaan. De redactie ging daarbij uit van het stand punt, dat in ons land voor 't oogenblik er niet aan te denken valt, ons tarievenstelsel gewijzigd te zien; dat alle pogingen in 't werk gesteld, om bescherming voor de leder industrie te krijgen, verloren moeite en tijd zijn, die met veel meer voordeel tot andere doeleinden kunnen aangewend worden. Met zeer veel juistheid heeft zij ook her haaldelijk er op gewezendat in andere landen, die, hooge invoerrechten heffen, de toestand der lederindustrie verre is beneden dien van de Nederlandsche, en dat de thans waargenomen beterschap juist gemeld wordt uit het land van den v-ijhandel: uit Engeland. In aansluiting met de denkbeelden dei- geachte redactie zij 't mij vergund in dit bbd na te gaan, hoe 't er in Amerika, het land van ultra-protectionisme, wel met landbouw en industrie en den toestand der werklie den geschapen staat. Ik wensch dit, te doen aan de hand van de Revue economique van Antwerpen, waarin de heer Eug. Cou- vreur onder bovenstaanden titel een artikel levert, waarin duidelijk wordt aangetoond dat de toestand in de Vereenigde Staten lang zoo goed niet is als algemeen wel geloofd wordt. Ziehier een vertaling van dat artikel: //Toen Engeland zich getroffen heeft gevoeld door de slagen der nijverheids- en handels crisis, die sedert een tiental jaren over de gansche wereld woedt, en waarvan het begint te bekomenheeft het niet ontbroken aan lieden om den vrijhandel verantwoordelijk te stellen voor de beproevingen, welke het land doorstond. Ziet, zeiden zij, en 't waren vooral de oud-proteclionisten, als fair-tra ders vermond, die aldus spraken; ziet de prachtige resultaten door de Vereenigde Staten verkregen. Zij winnen alles, wat ons land aan kapitaal en bevolking verliest. Engeland is op weg naar den ondergang. En de pro- tectionisten uit het buitenland stemden hier mede in koor in. 't Was echter eene be wering zonder eenigen grond en strijdig met de feiten. Maar zoolang beweringen, al zijn zij nog zoo leugenachtig, geloof vinden, zijn zij evenveel waard als feiten en 't eenige middel om ze te bestrijden is de werkelijkheid vlak in 't aangezicht te zien. Wij zullen trachten tot Amerika te doen. Zeker, als er neven Rusland, een land met eenige kans op goeden uitslag de toe passing van het beschermend stelsel kon be proeven, dan was het zeker die pas kortelings geboren republiek, die eene wereld op zich zelve vormt, een tolverbond van 45 staten en 65 millioen inwoners, beschikkende over alle climaten en' alle voortbrengselen, rijk aan bosschen, aan weilanden, aan mijnen van alle soort, met maagdelijke landerijen van onuitputbare vruchtbaarheid, iu 't bezit van de eerste rivieren der wereld, aan twee Oceanen gelegen, en wat nog beter is dan dit alles, geene schuld en geen leger hebbende, maar eene werkzame, arbeidzame goed on- dit met betrekking derrichte bevolking, zichzelve ten volle be wust van hare kracht en hare meerderheid. Hoe is 't echter mogelijk, dat deze be volking onder wreed lijden gebukt gaat, dat zij neven enorme fortuinen van jaar tot jaar het pauperisme en de landlooperij ziet toe nemen, dat in hare steden werkstakingen en werkliedenoproeren plaats hebben, in verge lijking waarvan de onze maar kinderspel zijn; hoe kan 't zijn, dat zij geen handelsvloot meer heeft, dat haar landbouw tenondergaat en dat zij, die dezen toestand hebben in 't leven geroepengeen andere hulpbronnen meer hebben, dan rondom hare havens onoverko melijke sluitboomen op te richten en den buitenlandschen voortbrenger te weren, na ziine voortbrengselen te hebben verbannen. Want reeds duldt men de immigratie niet meer, die de fortuin van Amerika gemaakt heeft, tenzij de vreemdelmg, behalve zijne armen en zijn goeden wil, het bewijs mede brengt,dat hij middelen van bestaan heeft; en, als die middelen van bestaan eenige-klasse van Amerikaansche werklieden met concurren'ie dreigen, ziet hij zich zonder medelijden af gewezen, hij zij dan Belg of Chinees. 't Zou moeilijk zijn in een dagbladartikel een overzicht te geven van den gauschen economischen toestand van de Vereenigde Staten. Laten wij ons bepalen tot eenige in 't oog springende punten, b.v. den land bouw en den arbeid. De landbouw, de schrik van den onze, die onze markten met zijn producten moest overstroomen, is geheel in verval. Zijn uitvoeren nemen af in bedui dende mate en dat wel in weerwil van de aanhoudende daling van het graan en het vee (1). Sinds 188-3 is de gemiddelde waarde van den tarweoogst, zooals die is vastge steld door het departement van landbouw nooit gestegen tot 10 dollar of 50 fr. per acre. De vier laatste jaren heeft die afge wisseld tusschen 8 en 9 dollar, terwijl zij voor 1883 nooit gedaald was beneden de 10 dollar, maar dikwijls 12 en 14 dollar, en soms meer, bedroeg. De pachters beweren, dat zij deze graan soort nog slechts met verlies kunnen ver bouwen. Wat, het vee betreft, eerst onlangs zijn de prijzen iets opgekomen, om meer loonend te worden. De stock aan paarden, muilezels, koeien, ossen, schapen, varkens is in aantal toegenomen maar in waarde ver minderd met een bedrag, dat door liet bureau van landbouw voor één enkel jaar geschat wordt op meer dan 450 millioen francs. (Verslag van Maart 1890). In eenige staten van het Oosten is het verlaten van de geëxploiteerde pachthoeven eene zoo algemeene gebeurtenis geworden, dat het congres zelf er zich ten laatste mede gemoeid heeft, tengevolge van een open brief van den voorzitter der Pachtersvereeniging van Kansas. In dezen brief wordt gezegd, dat een enkel advocaten-kantoor in een stad van zuidelijk Kansas bevelen tot executie had ontvangen voor 1800 hypotheken. De goederen der landbouwers zijn zoo zwaar belast, dat de gansche waarde is overgegaan in handen van de kapitalisten der induslriëele staten. De rente van die leeningen kan niet meer be taald worlen; de winsten van den landman zijn te gering om hem te veroorloven van zijnen arbeid te leven en de kosten te dekken, welke het protectionistische tijdperk hem verplicht heeft op zijne eigendommen te sta pelen. Achttienhonderd huishoudens zijn Men zie het statistisch overzicht, epgenomen in de Revue économique in haar handelsge deelte, artikel graan, nummer van 16 Aug. daar dus hunnen ondergang nabij. Uitzet tingen hebben dagelijks plaats. //Men be hoeft niet naar Europa te gaan/' schrijft de voorzitter, ,/oiu getuige te zijn van de treu rigste voorvallen. En dezen stand van zaken vindt men nog elders dan in Kansas.n De heer L. L. Polk, voorzitter van den nationalen Pachtersbond legde den 22 April 1890 voor het landbouwcumité van den senaat de volgende verklaring af: //Aehteruitgarg van den Ame rikaanschen landbouw wil zeggen nationaal verval. De macht van dit groote land kan den onder gang van den Ainerikaanschen landbouwer niet overleven. z/In weerwil van zijn tobben en zwoegen heeft elk jaar hem een geringere belooning voor zijnen arbeid opgeleverd tot op het huidige oogenblikwaarop hij, omringd van den meest bewonderenswaardigen voor uitgang waarvan de wereld getuige heeft kunnen zijn, staat voor bankroet en onder gang. «/Wij verklaren dat de schuld noch aan God ligt noch aan de landbouwers. Wij schrijven ze toe aan het financieel stelsel der regeering (3), "W. (Slot volgt.) (2) Wij leven op 't oogenblik in een tijd des jaars, dat alle berichten, zelfs de meest on waarschijnlijke, gemakkelijk hun weg vinden, dank zij den nieuwtjesnood en zoo 't is dan ook geen wonder, dat er tal van menschen zijn,t begiftigd met een goede dosis tantasie, die 't den bladen aan nieuws niet laten ont breken. Keizer Wilhelm van Duitschland's reislust komt dien nieuwsfabrikanten uitmuntend te stade. De keizer, die nu te Berlijn moet zijn het slechte weder heeft hem zijn inspectie tocht doen bekorten komt, zooals men weet, 2 September, Dinsdag a.s., te Kiel aan en moet in de helft der volgende maand de manoeuvres in Silezie bijwonen, bij welke gelegenheid hij den 17en ook keizer Frans Josef van Oostenrijk zal ontmoeten. Dat alles is zoo goed als zeker, maar wat lang niet zeker en ook gansch en al niet vertrouwbaar is, dat is de mededeeling der Parijsche XJX Siècle, dat de keizer na afloop dier manoeuvres naar Spezzia zou willen gaan, waar 22 d. a. v. de panser „Sardenia" wordt te water gelaten in tegenwoordigheid van koning Humbert. Dat is nu een nieuwtje, dat geld waard is want door de begroeting van koning Humbert, door een Fransch eskader, krijgt deze plech tigheid toch reeds een politiek tintje, te meer daar de admiraal Duperré, niet Etienne onderstaatssecretaris koning Humbert een eigenhandigen brief van Carnot moet over handigen. De Siècle zegt, dat keizer Wilhelm had laten vragen ot men hem kon wachten en Crispi zou onmiddellijk een conterentie met den koning'hebben gehad. Van meer vertrouwbaren aard is het bericht eigenlijk een bevestiging van een reeds vroeger medegedeeld gerucht dat de keizer en koning Albert van Saksen, 2 October als gasten van keizer Frans Josef te Weenen worden verwacht om aan de jachten bij Ei- senerz en Mürsteg deel te nemen, die wel een dag of acht kunnen duren. Een bericht, dat de keizer van Duitschland vorst Hohenlohe, gouverneur van Elzas-Lo- tharingen, zou hebben geraadpleegd over een bezoek aan den Elzas in 't eind van den herfst, verdient even weinig vertrouwen als bovenvermeld nieuwtje van de Siècle. 't Schijnt den Engelschen -leading papers Times en Standard te Narva en Peterhof nog te fideel te zijn toegegaan, want de Standard geeft haar verwondering of liever haar afkeu ring te kennen, dat de keizer, die vóór enkele dagen Engelands bodem bezocht als kleinzoon van de koningin en als heerscher over een bevriende natie en feitelijk bondgenoot bij de bewaring van den vrede, nu in Rusland de gezondheid heelt gedronken van den czaar en diens leger hoewel hij er ten volle van overtuigd is, dat dit leger op een strijd tegen de Europeesche mogendheden wordt voorbe reid. De Times dringt in een artikel aan op een bondgenootschap tusschen Engeland en Duitschland, na verzoening tusschen Duitsch land en Frankrijk, en gericht tegen Rusland als gemeenschappelijken vijand. Crispi's weg loopt ook niet immer over rozen, hij heeft evenals zijn collega's het wel even zoo goed als het wee te dragen en nu weder heeft hij een besluit moeten nemen dat zijn populariteit gewis niet zal verhoogen. Wij bedoelen de ontbinding van al de Ober- dank- en Barsanti-vereenigingen in den lande, vereenigingen, die 't den premier in zijn re lation tot het buitenland wel eens wat moeie- lijk maakten en daaraan dan ook haar ge rechtelijke ontbinding hebben te wijten. Dat de bedoelingen dier vereenigingen niet zoo heel vredelievend en onschuldig waren, is gebleken bij de huiszoekingen door de politie, waarbij menig bommetje werd te voorschijn gebracht, dat wel niet voor salvo's ter eere van Crispi bestemd zal zijn geweest De bladen van de radicale richting vallen Crispi vrij heftig aan en noemen zijn han delwijze een hoffelijkheid tegenover Oostenrijk, maar die bommetjes redden den premier voor de openbare meening. Op het Vaticaan moet men groote ver wachtingen hebben van het sociaalcongres dat eerstdaags te Luik zal worden gehouden. Men hoopt namelijk, dat deze bijeenkomst het uitgangspunt zal zijn voor een handelend optreden en de vergadering zich vereenigen zal met de oplossing der quaeslie, zooals deze door Paus Leo XIII is voorgesteld geworden in zijn gedenkwaardig schrijven aan den aartsbisschop van Keulen, waarin Z. H. de sociale quaestie in de aandacht der bisschop pen aanbeval. De Paus heeft namelijk vast besloten, de arbeids-quaestie flink onder de oogen te zien, en wenscht bepaaldelijk, dat de katholieke kerk deel zal nemen aan de leiding der be weging en mede zal zoeken naar de beste oplossing in het belang van maatschappij eu godsdienst. Een groot aantal hoogwaardigheids-beklee- ders der kerk, waaronder de kardinaal van Mechelen, de bisschoppen van Doornik, Na men, Gent, Montpellier en Grenoble, de aarts bisschop van Keulen, enz., zullen het congres bijwonen. Kardinaal Manning, die wegens zijn hoogen leeftijd verhinderd is zelf tegen woordig te zijn, zal zich laten vertegenwoor digen. Zou Rusland zich weder eens met Bulgarije en de Bulgaarsche aangelegenheden gaan bemoeien? Een bericht uit Konstantinopel zou dat haast doen gelooven. Volgens dat bericht zou einde der vorige week de Russische ge zant bij de Porte namens den keizer eu het Russische volk hebben geëischt: de volkomene handhaving van de rechten der orthodoxe kerk in Turkije misschien wel een adhesie bedoelend aan het protest van den Griekschen patriarch, die de rechten van de orthodoxen door de Bulgaarsche berats aangegrepen acht. Dat zou dus een protest van Rusland tegen de berats in optima forma zijn. Uit New York wordt gemeld, dat de repu blikeinen in Ohio opnieuw Mc. Kinley tot candidaat hebben gesteld voor het huis van afgevaardigden. Mc. Kinley verklaarde het Waalwpsde en Langstraatsche Courant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Over den toestand der Amerikaansche land bouw staten leze men het belangrijk artikel van den lieer Kinley, in de Revue des deux raondes van 15 Juli 1890.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1890 | | pagina 1