Duitschland. Amerika. x BINNENLAND. <X.- Bij de kamer van koophandel is het navolgende ministerieel schrijven ingekomen: Ministerie van Waterstaat, Handel en Nijverheid. UITVOERINGEN. kwamen. De bij het pantserschap „Immor tality" behoorende stoombarkas verging daar bij verscheiden matrozen verdronken. Dank zij de electrischen speurlichten der Engelsche vloot, werden nog verscheiden menschenle- vens gered. Tallooze lijken van vrouwen en kinderen zijn reeds aangespoeld. De kapitein der Utopia" is gered, evenals de scheeps dokter. De masten en de schoorsteen der „Utopia" steken even boven het water uit. Alleen aan de kust van Devonshire zijn gedurende den jongsten sneeuwstorm, naar schatting, zeventig menschenlerens ver loren gegaan. Men schrijft uit Londen in het N. v. d. D.: Tengevolge van de geweldige sneeuwstor men der vorige week, zijn sommige plaatsen in Zuid-Westelijk Engeland geruimen tijd van alle gemeenschap verstoken geweest. Geen enkele brief, telegram of vervoermiddel kwam bijv. aan te Helstoneene plaats in het Graafschap Cornwallis. 10 mijlen afstand van Falmouth, of vertrok van daar van Maandag tot Zaterdagnamiddag. Een ploeg arbeiders ruimde Zaterdag den laatsten sneeuwhoop up den Helston spoorweg weg. De mannen marcheerden daarop triomfantelijk vier aan vier de stad in naar het huis van den spoor wegopzichter die hun een warm maal be loofd had. Spoedig daarna kwam een wag- gonlading met brieven en couranten. Te St Just waren sommige gezinnen drie dagen lang zonder brood. Tengevolge van zware regens verdwijnt de sneeuw thans zeer snel, maar het zal nog ge- ruimen tijd duren eer het verkeer geheel heropend is, niet alleen wegens de sneeuw maar voornamelijk wegens het groot aantal boomen dat over de wegen viel. De sneeuw ploegen der spoorwegen waren geen van allen in staat het vereischte werk voldoende te verrichten en stonden machteloos voor sneeuw- 'noopen van 10 tot 20 meter hoogte. Eiken dag komen nog berichten van nieuwe rampen op zee, waaruit blijkt dat de storm ook op zee zware offers heelt geëischt. De ondervinding van de 21 passagiers, die van Maandagavond tot Woensdagmorgen in een ingesneeuwden trein opgesloten waren en met allerlei geïmproviseerde hulpmidde len de fijne sneeuwdie door de kleinste reet naar binnen drong, trachtten uit te hou den, is intusschen eenig. Dit geschiedde op den grooten Westerspoorweg, nabij Taunton. Ter beoordeeling van het wetsontwerp tot aanleg van een nieuwen ondergrondschen spoorweg te Londen, met electrische beweeg kracht, is door het lagerhuis eene commissie benoemd die reeds belanghebbenden heeft gehoord. Het ontwerp voor dien spoorweg is eerst na rijpe overwegingen, die 12 maan den duurden, door bekwame ingenieurs vast gesteld. De spoorweg zal zoo diep onder den grond loopen, dat hij nergens hin derlijk voor de riolen kan zijn, noch schade doen aan de fundeeringen der omliggende gebouwen hij zal tot in het hart van Londen doordringen en, om de 3 minuten rijdende met treinen van 6 rijtuigen per dag 350,000 passagiers kunnen vervoeren. De kosten voor de noodige electrische machines en het rollend materieel worden op ruim 4 millioen gulden geschatdoch de aankoop van den ondergrond zal eene uitgaaf van meer dan 7Vs millioen vorderen. Gevaar voor onge lukken bij zulke sterke electrische ontwikke ling schijnt niet te bestaan of althans vol doende voorkomen te kunnen worden ten minste in het belang van het wetsontwerp hebben daaromtrent nauwkeurige en langdu rige waarnemingen plaats gehad met zeer be vredigenden uitslag. Mochten de grootsche te worden in een krankzinnigengesticht en toen dit niet gelukte, is hij terstond van Coudewater naar den officier van justitie gekomen, om zich zelf aan te geven. Het O. M. erkende, dat de toestand, waarin beklaagde tijdens het leven zijner vrouw verkeer de, geheel onhoudbaar was; zelfs al ware wat niet bekend is de schuld daaraan geheel te wijten aan beklaagde, dan nog was het hier eeu ander geval, als wanneer de moord uit hebzucht was geschied, al heeft beklaagde zich ook bediend van het slechtste middel, dat er was om uit zijn ellenöigen toestand te geraken. Spreker releveert dit tot motiveering van zijn eisoh. Er was een tijd, dat de strafwet een misdrijf alt dit met het léven liet boeten doch tegenwoordig huldigt men mildere begrippen en die is ook deze recht bank toegedaan, zooals gebleken is, toen zij bij een vroeger vonnis wegens doodslag slechts 6 maanden gevangenisstraf oplegde. Overeenkomstig art. 289 in verband met art. 239 van 't strafwetboek eischte het O. M. een ge vangenisstraf van 3 jaar. Op de vraag van den president, of beklaagde hierop iets te antwoorden had, beriep deze zich op den onhoudbaren toestand bij het leven zij ner vrouw. Alsnu was het woord aan den ambtshalve toe- gevoegden verdediger. Mr. J. A. Loefï noemde het een gewichtige procedure, zoowel uit een strafrechterlijk als psychologisch oogpunt. Was de taak van den verdediger gemakkelijk, omdat hij in deze een krachtige bondgenoote heeft in de wet en om de terecht door het O. M. aange nomen welwillende houding moeielijk is die taak, omdat pleiter den beklaagde moet verdedi gen voornamelijk tegenover hem zelf; deze toch is nog zeer stellig onder den indruk, niet alleen schuldig te zijn aan poging tot moord, maar zelfs aan moord. Pleiter is het O. M. zeer dankbaar er voor, dat het de clementie van de rechters heeft ingeroe pen, hij kan zich nu van dien plicht ontslagen rekenen, wijzende op de ellende, die beklaagde heeft doorstaan en het medelijden, dat hij ver dient. Trouwens het inroepen van verzachtende om- plannen verwezenlijkt worden, en daar bestaat veel kans op, dan zal het spoorwegvervoer te Londen eene enorme uitbreiding onder gaan. Sedert eenigen tijd circuleeren alhier aller lei boosaardige vertelsels. Als een staaltje daarvan kan dienen, dat de bladen, natuur lijk „onder voorbehoud," de Munchener Neueste Nachrichten" navertellen, dat de kei zer gaarne een aantal brieven terug verlangt, die hij als prins, terwijl zijn vader te San Remo ziek lag, aan Bismarck geschreven heeft, maar dat deze weigert de brieven te rug te geven en onlangs via Hamburg tien kisten met geschriften enz. naar Londen heeft gezonden. Uit Hanover wordt van Woensdag gemeld Heden morgen zes uur, zonder dat de stoomfluit zich deed hooien, stoomde de rouwtrein het station binnen en werd het lijk van Windthorst in ontvangst genomen door de geestelijken der Mariakerk, bijge staan door mindere ordebroeders, die het Jflijk opnamen en naar het salon droegen, anders alleen voor vorstelijke personen als wachtkamer gereserveerd. De kamer was stemmig met zwart bekleed, de geestelijken bleven bij het lijk. Omstreeks acht uur verzamelden zich op het plein voor het station de katholieke vereeiigingen, die deel uit mogen maken van den stoet, alle met omfloerste vaandels. De geestelijkheid verzamelde zich voor de vorstenkamer in vol ornaat en ging om negen uur den lijkwagen voor, waarachter de familieleden van den afgestorvene volgden. Daarna kwamen al de leden der centrum partij en andere gede puteerden van wetgevende lichamen, daar achter de vereenigingen en vele honderden, waaronder met kransen. De stoet nam de Georgestraat, de Nordmanstraat en door de Nicolaistraat langs het goederenstation door de Hainhölzerstraat tot voor de Mariakerk Voor het torenportaal stond de bisschop van Hildesheim in groot pontificaal, omringd door verschillende hooge geestelijken den lijkstoet op te wachten. Plechtstatig werd het lijk tot voor het hoogaltaar gedragen, waarop een dienst plaats had, na welken de bisschop zelf het lijk inzegende. Het stoffelijk over schot van Windthorst werd daarop bijgezet in een grafkelder, bijzonder voor hem ge graven tusschen het koor en het schip der kerk. De lijkdienst maakte een verheven indruk, zoowel door de statige versiering der kerk, als door de pracht, die de geestelijk heid ten toon spreidde. De bijzondere toestemming der burgerlijke overheid tot het begraven in de kerk werd na een wenk van hoogerhand onmiddellijk verleend; de bisschop van Hildesheim gaf per telegraaf zijn. toestemming. De te New-York verschijnende „World" maakt telegrammen uit Chili openbaar vol gens welke majoor Valdeviesos het garnizoen te Valparaiso zou hebben overhaald tot de parlementairen over te loopen. Laatstbe- doelden vernagelden het geschut, verlieten het fort en maakten zich meester van het voor anker liggend transportschip der regee ring „Maida," met gatlings en krijgsvoorraad, scheepten daarna den burgemeester en het garnizoen op de „Maidc" in, en stoomden ten slotte in noordelijke richting op, om zich bij de insurgenten aan te sluiten. standigheden was ook niet 's pleiters voornemen. Hij wilde betoogen de mogelijkheid, dat beklaagde zich schuldig maakt aan zelfbedrog, dat hij ten onrechte meent, dat de dood een gevolg is der vergiftiging en hij dus geen poging tot moord heeft gepleegd. Allereerst bestreed pleiter den voorbedachten rade. De aanwijzingen, waaruit het O. M. deze put, hebben niets met het feit te maken en zouden niets beteekenen zonder de be kentenis van den beklaagde, die blijkens zijn eerste verklaring ann den officier van justitie geen juist begrip er van had, hoe het geschieden zou, doch bij wien zich enkel het denkbeeld had ge vormd, dat op een of andere wijze aan zijn on houdbaren toestand een einde moest komen. Eerst dacht hij er aan, zich-zelf het leven te benemen; hij is daarvan teruggehouden uit godsdienstige overwegingen en later, in een opwelling van ra deloosheid, heeft hij getracht, zijn vrouw te ver giftigen. Spreker achtte dus den voorbedachten rade niet bewezen, daar tijd tot kalm overleg heeft ontbroken. Verder vroeg pleiterlo. of beklaagde destrich- nine heeft toegediend en 2o. of de vrouw ze ge bruikt heeft? Deze vragen zijn noch bevestigend noch ontkennend te beantwoorden eenvoudig, men weet het niet. Er is geen enkele getuige, feen enkele steekhoudendeaanwijzing voor de toe- iening, dan de bloote bekentenis van beklaagde. Is het strichnine geweest en in welke hoeveel heid Niemand weet het, enkel heeft men de be kentenis van beklaagde. Alles wat het O. M. weet, Sut het alleen daaruit. En het gebruik er van oor de vrouw, heeft zelfs beklaagde niet gezien doch enkel van zijn vrouw gehoord, dat zij uit dat kruikje gedronken had. Pleiter achtte daarom veroordeeling onmogelijk. Hij betoogde voorts, dat, is voor het bewijs van het misdrijf zelf noodig, dat het misdrijf is vol voerd even stellig voor de strafbaarheid der poging wordt gevorderd, dat het misdrijf slechts een begin van uitvoering heeft gekregen en door omstandigheden, onafhankelijk van 's daders wil, in zijne voltooiing is gestuit, zoodat het bewijs der poging ten deze niet is te leveren iets an ders ware het, wanneer de vrouw hier ter te rechtzitting haar verklaring kon afleggen. Ook WAALWIJK. Zondag 22 dezer zal door de harmonie „l'Espéranct" onder meer stukken op de har moniezaal worden uitgevoerd 1. Marche La Victoire. Curth. 2 Soirée d'Hiver, fantaisie. Minnens. 3. In 't Avondlicht, (fantaisie brillanteTacke. tvnmrasjr rtrnïfrtajianrni whim 1*1* ■'■■iiniBiTB— WAALWIJK, 21 Maart 1891. Bij koninklijk besluit is benoemd tot ont vanger der registratie en domeinen te Waal wijk, J. 1). Wetsels, thans in die betrekking te Kuilenburg. 's Gravenhage, 10 Maart 1891. Door de Belgische Regeering was een voor stel gedaan betreffende de aflating van het kanaal van Luik naar Maastricht en van het Belgische gedeelte van de Zuid-Wil lemsvaart. Uit aanmerking van de voor handel en scheepvaart zeer nadeelige gevolgen van de buitengewoon langdurige stremming der vaart in den afgeloopen winter, heb ik er bij mijn ambtsgenoot voor Landbouw, Nijverheid en Openbare Werken te Brussel op aangedrongen, de voorgestelde sluiting der kanalen in den aanstaanden zomer, zoo mogelijk, achterwege te laten. Tot mijn genoegen heeft Zijne Excellentie bereidwillig aan dit verzoek voldaan, zoodat in den loop van dit jaar, behoudens onvoor ziene omstandigheden, geene stremming dei- scheepvaart op de Zuid Willemsvaart en het kanaal van Luik naar Maastricht zal plaats hebben. U.H.E.G. gelieve, hiervan mededeeling te doen aan den hoofdingenieur en aan de Kamers van Koophandel en Fabrieken in uwe provincie. De Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid (getHavelaar. Voor eensluitend atschrift. De Griffier der Staten van Noord- Brabant (get.) Sperngers. Met den handel in kalfkoeien in de Langstraat, ging het sedert de vorige noteering weder zeer traag. Voor Belgie werd zoo goed als niets gekocht; alleen werden enkele rijpe en verschgekalfd hebbende koeien dooï de veehouders onderling verhandeld. Ook blijft er weinig vraag naar weikoeien bestaan; alleen het puike slachtvee is willig. Noteering: kalikoeien f190 a 250, verschgekalfd hebbende dito f160 ft 225, weikoeien f 150 k 190 per st.; vette koeien 70 a 75 ets., dito varkens 48 50 ct. per kg.; jonge varkens minder gevraagd en daardoor lager in prijs: f7 a 10 per stuk. Hooi. Bij meer handel bleven de prijzen in één doen. Schraal hooi geldt thans f5.50 a 6.miskleurd dito (gewas 1890) f7,50 a 8 (gewas 1889) 19,50 a 10; stroo f9,ft 9.50, alles per 500 dg. De prijs der aardappelen in de Boven- Lar.gstraat is thans naar qualiteit f 3 a 4 per Hl.; bij de kleine maat van 15 tot 24 ets. per 5 liter. Naar poters is de vraag zeer levendig; zij doen naar soort f3,50 ft 4.— per Hl. af. Door een der leden van den Noord- brabantschen wielrijderskring zal eene lezing worden gehouden over „Wat de Algemeene wees spreker nog ter loops er op, dat beklaagde zelf de gevolgen van het gift heeft trachten te stuiten door het toedienen van chloralhydraat, om daarna te constateeren, dat noch de toedie ning noch het gebruik van vergift volgens de wet bewezen zijn. Hiermee achtte spreker zijn taak geëindigd en zou nu, zeide hij, die der rechters beginnen. Hij zou het begrijpelijk vinden, ais bij hun medelij den een soort van wrevel boven kwam, omdat er niet meer bewijs was te vinden, zoodat zij beklaagde met de wet in de hand ongestraft zou den moeten laten van hier gaan doch in dat feval hoopte pleiter, dat de rechters in aanmer ing zonden nemen, dat beklaagde reeds in het verleden zoo zwaar gestraft is, dat de rechtbank hem onmogelijk zwaarder kan straffen. Indezen beklaagde, gesteld dat hij schuldig is, is bewaar heid, dat misdaad en straf elkaar steeds opvolgen. Hij wilde aan zijn onhoudbaren toestand een einde maken en het gevolg is geweest? Heeft hij rust gevonden? Integendeel, toen is zijn ellende eerst begonnen. Wroeging heeft hem overal als zijn schaduw achtervolgd, zonder hem ooit te verlaten en hem ten slotte zoozeer overweldigd, dat hij, als gedwongen door een bovenaardsche macht, zich geleverd heeft in de handen der jus titie waarvoor hij nooit had behoeven te ver schijnen. Het is bekend, dat beklaagde dag noch naciit rust had. Hij heeft getracht te Coudewater te worden opgenomen en is toen naar den officier van justitie gegaan om alles op te biechten, dit gaf hem eenige verlichtingdoch negen lange maanden heeft hij de pijnen der wroeging gevoeld, is hij gefolterd door de rechtbank van zijn eigen geweten, dat hem onophoudelijk heeft toegeroepen: geef rekenschap, zóó lang tot hij het niet meer kon uithouden en zich bij de justitie heeft aan gegeven. Aldus eindigde Mr. Loeff zijn met zorg uitge werkt en treffend pleidooi. De president verklaarde het onderzoek in deze zaak gesloten en de rechtbank bepaalde de uit spraak op aanstaanden Donderdag. (Pr. N.-Br. Ct.) Nederlandsche Wielrijdersbond is en doet", op Donderdag 26 Maart 1891, des avonds ten 71/s uren preciesbij den heer L. van Dongen, te 's Grevelduin-Capelle. Door het gemeentebestuur van Drutien is een adres gericht aan ZE. den heer minis ter van waterstaat enz., waarin verzocht wordt, dat met den a.s. zomerdienst de sneltreinen ook aan het station Drunen-Heusden stoppen en eenige locaaltreinen worden ingelegd. Aan de besturen van de gemeenten Drunen en Baardwijk is namens den miuister van waterstaat te kennen gegeven, dat het in de bedoeling ligt van ZE. de onderhouds kosten der voetbrug langs de spoorwegbrug in den Baardwijkschen overlaat, te doen dra gen door genoemde gemeenten. Eerdaags zullen genoemde gemeentebesturen over deze aangelegenheid confereeren met den hoofd ingenieur Broekman. Bij kon. besl. is, met ingang van 1 April: lo. benoemd tot ambtenaar van het open baar ministerie bij de kantongerechten, in het arrond. 's Hertogenbosch voor de kantons Osch, Heusden, Waalwijk en Oorschot, ter standplaats 's Hertogenbosch, mr. W. H. J. Th. van Basten Batenburg, thans kantonr.- plaatsv. adv. en proc. te Roermond 2o. aan de hierna genoemde ambtenaren van het openb. min. bij de kan tong. in het arr. 's Hertogenbosch nader als rechtsgebied aangewezen: aan mr. H. G. van Sonsbeeck, ter stand plaats 's Hertogenbosch het kanton 's Her togenbosch; aan jhr. mr. M. F. J. van Sasse van Ysselt, ter standplaats Eindhoven, de kantons Vecliel, Boksmeer en Eindhoven. Bedankt voor het beroep bij de herv. gem. te Bezooien door ds. W. Willemste IJzendoorn (Geld.). De aflevering van manschappen voor de nationale militie za.1 dit jaar plaats hebben voor de gemeenten: Alfen, Baardwijk, Kapel- Ie, Diessen, Dongen, GoorleHaaren, Hil- varenbeek, Hoogemierde, Loonopzand, Moer gestel, Oorschot, en Oostelbeers, Oosterwijk en Berkel, Sprang, Vrijhoeven-Kappel,Tilburg, Udenhout, Waalwijk en Besooien, te Tilburg op Maandag 4 Mei des morgens te 8 ure. Tot lid van de provinciale staten van Noordbrabant is in het district 's Bosch ge kozen mr. Alphons van Rijckevorsel met 854 van de 1382 geldige stemmen. De heer Van de Mortel bekwam 379, de heer Borret 66 stemmen. Men deelt mede dat bij den pensioen raad geen bezwaar bestaat, dat de extracten uit den burgerlijken stand, welke door de weduwen en weezen van burgerlijke ambte naren, die in de termen vallen om pensioen te krijgen, moeten worden overgelegd, op ongezegeld papier te ontvangen indien een bewijs van onvermogen er bij wordt overge legd. Er zijn echter gemeentebesturen, die ook op vertoon van een bewijs van onver mogen, bezwaar maken die stukken ongezegeld af te geven. In dat geval kan echter vrij stelling van legesrechten worden verleend, op grond van artikel 2 der wet van 23 April 1879, welk art. o. a. het volgende inhoudt: van cïe betaling van legesrechten zijn vrijge steld, zij, die het aangevraagde afschrift of uittreksel noodig hebbende in hun persoonlijk belang, van hun onvermogen doen blijken door een getuigschrift door den burgemeester hunner woon- of verblijfplaats afgegeven. Omtrent den brand in de stoom-cho- coladefabriek Kwatta, te Breda, wordt ons het volgende medegedeeld: Nadat het werk volk reeds vertrokken was, zat de eigenaar der fabriek met zijnen boekhouder in het kantoor, toenzij plotseling ten ruim 6Ua uur een hevig geraas in de daaraangrenzende fabriek hoorden. Zich daarheen begevende, zagen zij reeds eene brandende massa voor zich, en korten tijd daarna stonden de ge bouwen, met kantoor, magazijnen enz. in volle vlam, die zich over eene lengte van ruim 30 meter hoog in de lucht verspreidde. De fabriek was gelegen aan den N. Bui tensingel, aan de ééne zijde op eenige meter afstand belend door eene uitgestrekte hout- loods van den heer Mol, aan de andere zijde onmiddellijk door eene zeilde loods van den heer Hoogendijk, welke door de richting van den wind groot gevaar liep, doch die men nu uit den vuurpoel toch niets te redden viel, wist te behouden. Alles is verzekerd op Rotterdamsche beurspolis. Eerst tegen 10 uur had de brand in zooverre uitgewoed, dat hier en daar nog slechts de muren stonden. De schade is zeer aanrienlijk. Te Utrecht is Woensdagnacht, omstreeks halfvier, een hevige brand uitgebroken on den Steenweg, in den drogistwinkel van dep heer A. G. H. van Spanje. Een voorbijganger zag het vuur en wekte de bewoners. Een anderhalfjarigjarig kind is door den rook gestikt; toen het gevonden werd, was het reeds bezweken. Het perceel is grootendeels vernield. Een uur later was de brandweer het vuur door middel van de waterleiding meester. De oorzaak is onbekend. De aangrenzende ge bouwen. o. a de drogerijpak-huizen van den heer Th. P. van den Bergh, bleven gespaard. Een wilde jacht Gerhardus Jacobus Teuben, die tot 3 jaren gevangenisstraf werd veroordeeld, werd Maan-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1891 | | pagina 2