Nummer 77. Zondag 27 September 1891. 14e Jaargang Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. YËüTlletojs. ANTOON TIELEN, Staatkundig overzicht. BUITENLAND. Belgie. Frankrijk. UITGEVER: Waalwijk. Y&B Wailwlfiscle en uiigslraatsÉe Coiirant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden./1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels f 0,60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Het feit van de opheffing van den pas- dwang in den Elzas-Lotharingen onzen lezers reeds bekend zijnde, achten we 't onzen plicht met een enkel woord te hunner kennis te brengen, welken indruk de nieuwe bepalin - gen in Europa in 't algemeen en in Frank rijk in 't bijzonder gemaakt hebben. Gunstig, beslist gunstig is de beoordeeling allerwegen, wijl de verzachting in den dwang inderdaad een onwederlegbaar bewijs is van de goede gezindheid der Duitsche regeering met be trekking tot den vrede. Over het geheel kalm in hun waardeering zijn de Fransche bladen, zij zien in deze beslissing een heugelijk vre- dessymptoom en verklaren niet te willen door dringen tot de motieven, die wel zullen te vinden zijn in het streven om zekere onvoor zichtige redevoering te verzachten of liever den min gunstigen indruk uit te wisschen. Gewis varen beide landen er wel bij en hebben de Elzassers en Lotharingers reden tot blijdschap: willen de Franschen in Duitsch- lands besluit nu alleen een daad van poli tieke wijsheid zien, door de omstandigheden geboden, en de Duitschers zeiven er het be wijs in zien van de sterkte hunner positie, een bewijs dus van 't geen Germanie zich kan veroorloven, welnu ieder zijn meening, het feit zelf is er niet minder heugelijk om. Aan de Times wordt uit Singapore ge meld, dat daar tijdingen van den 12en uit Shanghai waren ontvangen, inhoudende, dat het was bewezen, dat het oproer te Ichang het werk was der soldaten van Hunan en dat het keizerlijk gouvernement de oproeren niet kon beteugelen, tenzij het troepen uit ver verwijderde plaatsen zond en het op een burgeroorlog liet aankomen. Daar de kanon- neerbooten Ichang niet konden bereiken, zijn Engelsche zeelieden op een koopvaardijschip daarheen gebracht. Uit Foochow verneemt de Times, dat een complot om zich meester te maken van het 59. XXII. DE KRACHT DES GELOOFS. Bij de verdediging kwam het er nu niet alleen op aan, vernield metselwerk en gesprongen schan sen in allerijl bij dag of bij nacht te herstellen en den storm af te slaan, maar ook door tegen- mijnen de werken van den vijand te vernielen of ten minste bijtijds te ontdekken, waar men met een onderaardschen aanval bezig was, en zich daarop voor te bereiden. Men kan hieruit zien, dat er niet alleen een onwrikbare moed werd vereischt bij den strijd, maar ook volharding en onvermoeide ijver in het doorstaan van vermoeie nissen en zwaren arbeid; dat. men dag noch nacht aan de uitgeputte krachten een voldoende rust kon toestaan om zich te herstellen; en dat ver flauwing in krachtsinspanning of ijver het dood vonnis over de stad zou hebben uitgesproken. Als men van St. Ulrich op de belegerde stad nederzag, dan scheen het of de ijzeren ring der Turken haar ieder oogenblik moest samendrukken, ja het was bijna ongelooflijk, dat dit nog niet was gebeurd. De kogels der zware batterijen sloegen in de zee van huizen en men zag de rookwolken opstijgen, waar zij neerkwamen. Op de onbedui dende batterijen stonden kleine hoopjes gewapende mannen, maar van alle zijden drongen uit het Turksclie leger ontzaglijke colonnes tot den storm vooruit, hun oorlogskreet vervulde de lucht, hunne wapenen schitterden in de zon, het was alsof deze opkomende golven zich in de stad storten, alles voor zich neerwerpen en overstroomen zouden; maar zij braken tegen de rotsen, men zag dat er eensklaps stilstand kwam in den woedenden stroom en daarop de gebroken golven eene rugwaartsche beweging kregen. De drie vrouwen, die met een beangst hart den stroom hadden gadegeslagen, herademden; het oog van Maria zag verhelderd in het rond; uit de blikken van Eleonora straalde eene fiere triomf tot die dapperen daarginds behoorde ook haar gemaal Dione bad met betraande arsenaal, door vreemde beambten is ontdekt. De daar wonende vreemdelingen achten de aanwezigheid van een] kanonneerboot hoog noodig. Op een telegram, door den Duitschen rijks kanselier naar Oost-Afrika gezonden met ver zoek om inlichtingen, heeft hij ten antwoord ontvangen, dat overal alles rustig is. Dit van oudsher steeds eenigszins verdachte bescheid moet als tegenspraak dienen voor de berichten van het Berliner Tageblatt en anderen, volgens welke opnieuw afdeelingen van het Duitsche garnizoen aldaar het bin nenland zijn moeten intrekken wegens be denkelijke verschijnselen van onrust onder de inlanders. Van Emin-Pacha is te Berlijn een brief ontvangen, gedagteekend 13 Mei. Hij schrijft daarin, dat hij aan den zuid-westelijken oever van het Albert Edward-meet is aangekomen. Voorts staat er in den brief (aan een van Emin's bloedverwanten gericht) weinig an ders dan dat het hem zeiven niet slecht gaat en dat zijn mannen ook in welstand ver- keeren. In den Italiaanschen ministerraad zijn de begrootingen van de verschillende takken van dienst nu ook aan de orde; met „open bare werken" is men gereed gekomen, aan den aanleg van nieuwe spoorwegen zal slechts 35 millioen worden besteed, maar met „oor log" is men nog zoo ver niet en die tak van dienst is immer de steen des aanstoots ge weest. De program redevoeringen als de voor loopsters van de hervatting der parlementaire campagnes, volgen elkander op. John Morley, Gladstone's adjudant, heeft de rij geopend in Engeland Rudini, Italie's premier, hoe wel 't nog niet eens in welke stad hij zal spreken, heeft in vereeniging met de minis ters den inhoud van zijn speech behandeld en Zondag zal de Fransche minister van bui- tenlandsche zaken naar Bapaume reizen om bij gelegenheid van de onthulling van generaal oogen; het was haar alsof zij een wonder aan schouwde, alsof de God der Christenen haar deed zien, dat Hij diegenen beschermde, die op Hem bouwden. De beide vrouwen bemerkten niet terstond, dat haar twee andere waren genaderd, die ook hare tent hadden verlaten om het schouwspel van het stormende Turksche leger tegen de keizerstad te zien. Een van haar was een jong meisje; als de wind den lichten zijden mantel, die hare gestalte bedekte, terugsloeg, werd een scharlakenrood, rijk met goud geborduurd jakje zichtbaar, dat de fijne, welgevormde buste omsloot; een kostbare, inet diamanten bezette gordel bevestigde de wijde broek van hemelsblauwe zijde om ae heupen. De laatste reikte niet geheel tot op de enkels; de bloote voeten staken in rijk geborduurde, van edelgesteenten schitterende pantoffels. In weerwil van de onbevallige, door den Islam voorgeschre ven bedekking van het geheele lichaam met den zijden mantel, verried het jonge meisje toch in hare bewegineee innemende bevalligheid en jeug dige levendigheid, terwijl hare geleidster, die zeker meer dan het dubbel van hare jaren telde, door hare gezetheid werd verhinderd, zich met diezelf de gemakkelijkheid te bewegen. De beide vrouwen hadden, daar er geen man in de nabijheid was, hare hoofdsluiers zoodanig geschikt, dat niet alleen de oogen, maar ook de mond onbedekt waren, en dat het middenstuk slechts den neus en de wangen verborg; een greep was voldoende, om als het noodig was, ook de andere deelen van het gelaat aan ieder mannelijk oog te onttrekken. De beide dames hadden die eigenaardige tint, die het bestendig bedekken van het gelaat teweeg brengt. De oudste, Ayescha, de eerste gemalin van den aga Said, droeg in haar verwelkte trek ken den stempel der Oostersche wellust, maar in hare levendige donkere oogen brandde een som ber, bijna vreesaanjagend vuur, toen haar blik op Dione en de gevangene christinnen viel; haat en bittere nijd schenen daarin samengesmolten. Fatirae daarentegen, de schoone dochter van Dione, scheen slechts oogen en gedachten voor den woedenden strijd te hebben, haar oog straalde, wanneer de kreet van Allah! uit het dal opsteeg, als in gloeiende geestdrift, als zou zij niets liever hebben gewenscht dan daar beneden de strijders tot de overwinning aan te vuren. Faidherbe's monument zijn meening te doen hooien over den algemeenen politieken toe stand, terwijl 8 October de Freycinet, de premier, zijn voorbeeld zal volgen te Mar seille. John Morley heeft Maandagavond te Cam bridge eens verteld in welke opzichten de regeering onder Salisbury is te kort gekomen en in hoeverre zij aan bescheiden eischen heeft voldaan en het resultaat is dat de de betzijde veel grooter is dan de creditzijde. Op het gebied der wetgeving, op dat der pa cificatie van Ierland heeit de regeering wei nig of niets gedaan. Op de verleening van home-rule aan Ierland bleef John Morley aandringen. 't Gaat in Chili nu alles van een leien dakje ook Zweden en Noorwegen en Groot- Britannie hebben de regeering der Junta er kend. Reeds zoo veelvuldig heeft de Chineesche regeering blijk gegeven de aanvallen op den persoon en den eigendom der Europeanen, op haar gebied verblijf houdend, niet te kun nen voorkomen, dat er nu inderdaad kans bestaat op een eenparige manifestatie van Frankrijk, Duitschland en Engeland in ver eeniging met de Vereenigde Staten. Ge noemde mogendheden zouden dan zelf de veiligheid van haar onderdanen voor haar rekening nemen. In een kolenmijn te Forchies Lamarche, bij Charleroi, zijn door een mijn-gasontploffing 27 arbeiders (bijna allen huisvaders) gedood en vele anderen gewond. Een troep arbeiders kon, door een sterke gaslucht gewaarschuwd, nog tijdig uit de mijn komen. Het ongeluk, dat groote verslagenheid in den omtrek heeft teweeggebracht, is het eerste van dien aard sinds 23 jaren in die streek. De maatschappij Monceau-Fontaine, aan wie Las Ayescha op het gelaat van Dione, dat deze heelde voor hen, die het zwaard van den profeet moest vernietigen Het was verklaarbaar, dat zij in hare borst haat en nijd koesterde tegen deze Griekin, die door de gunst van Kara Mustapha van eene christenslavin tot meesteres was geworden, en die, zoo het ongeluk van hare dochter ook al niet rechtstreeks aan haar was te wijten, toch de aanleiding had gegeven, dat haar echtgenoot in een toestand was geraakt, om zijn kind te moeten dooden, teneinde niet door haar te worden ver raden. Ayescha was, als vertrouwde van haar echt genoot, bekend met de intrige, die deze had ge sponnen, om van het geheim, dat tussclien Dione en Max Gundacker bestond, te profiteeren, om zijn fortuin te maken; zij wist dat hij ten laatste het plan had gekoesterd, om door eene vereeni ging met zijne dochter Max aan zich te verbin den; zij had vernomen, hoe eindelijk Sekina, door aan Max de middelen tot de vlucht te verschaffen, de woede van Said zoozeer had opgewekt, dat hij haar had vermoord. Van dezen oogenblik af haatte Ayescha haar gemaal als den moordenaar van hare dochter; zij haatte Dione, omdat Said uit vrees voor hare wraak dien moord had begaan; zij haatte Kara Mustapha, onadat hij alles deed wat de Griekin verlangde; en gelijk een giftige slang zich om haar slachtoffer kronkelt en er mee speelt, zoo had zij zich aan Fatime gehecht, in de hoop door haar gelegenheid te zullen vinden zich op Dione te wreken, al moest zij om de moeder in het verderf te storten, ook de onschuldige dochter in ellende brengen. Uwe moeder juicht niet, waar het bloed der ongeloovigen ten hemel rookt, fluisterde zij Fatime toe; het is hare schuld, dat uw vader talmt de stad plat te schieten; de adem van de dochters der honden, die haar gelaat schaamteloos aan de mannen vertoonen, heeft haar besmet. Het gelaat van Fatime werd rood van schaamte en toorn. Zeg niets van mijne moeder, hernam zij, dat wil ik niet hooren. Zij was in hare jeugd eene christin, tot de geest van den profeet haar verlichtte. In mijne aderen stroomt het bloed mijns vaders, en ik weet dat hij het kruis in het stof zal treden als de tijd daartoe is ge komen. de mijn behoort, is beroemd om de voor beeldige inrichting harer mijnen. Wat de oor zaak is van de ontploffing weet men nog niet, maar men vermoedt, dat zij aan onvoorzich tigheid js te wijten; het is namelijk gebleken, dat eenigen der slachtoffers, tegen het streng verbod, tabakspijpen en lucifers in den zak hadden. In een merkwaardig schrijven heeft de bis schop van Bayeux zijn onderhebbenden gees telijken een in de bestaande omstandigheden te volgen gedragslijn voorgeschreven. Nog meer en nadrukkelijker dan eenige zijner voor gangers drukt hij de pastoors op het hart zich van alle politiek te onthouden. Onze christelijke bevolking, schrijft hij, ziet, gelijk gij hebt kunnen opmerken, met smarte dat de priester zich mengt in den staatkundigen strijd. Een priester, die er zich in mengt, boezemt haar, ik weet niet welk geheim wan trouwen in. Men vermoedt gewoonlijk dat hij geleid wordt door wereldsche beweegredenen. Aan die eerste gewaarwording paart zich eene andere, niet minder van teederen aard, maar krachtiger: het is de vrees, wij zouden bijna zeggen: de afkeer van de overheersching des priesters buiten het terrein van zijn geestelijk ambt. Zeker, het is een groot vooroordeel; maar het bestaat, dit is onbetwistbaar, althans in het diocees Bayeux. De geheele herderlijke brief is van dien geest doortrokken. De priester moet het staat kundig leven niet willen beheerschen, niet willen leiden, zelfs niet willen aangeven. Hij moet er buiten blijven. De Temps, van dezen merkwaardigen her derlijken brief sprekende, zegt dat nooit een theoloog de noodzakelijkheid der scheiding van de wereldsche en geestelijke zaken beter heeft uiteengezet en gerechtvaardigd. De Parijsche correspondent van de Ti mes heeft inzage gekregen van een rapport, door een officier van eene der vastelands- mogendheden, die de groote manoeuvres in Het uitbarsten van een Turksche bom veroor zaakte brand in de nabijheid van den Schotten- poort, de vlam steeg uit het brandende huis op. Mogen de steenen de lichamen der Giaurs verpletterenriep Fatima, terwijl zij naar hare moeder trad, zonder de gevangen prinsessen met een blik te verwaardigendie honden zijn het bloed niet waard, dat om hunnentwil wordt vergoten, waarom laat mijn vader de stad niet van alle zijden bestormen Als eerst honger en ziekten de christenen hebben verzwakt, zal de overwinning minder roemrijk zijn, en de gevan genen, die wij maken, zullen voor den slaven arbeid niets waard zijn. Een smartelijke trek verscheen om de lippen van Dione, maar behalve dat zij aan het meest gehelde kind van haar gemaal, al was het ook haar innigste gedachten en gevoelens niet durfde openbaren, waarschuwde haar ook de tegenwoor digheid van Ayescha, wier loerende blik op haar was gevestigd, voor een onbedacht antwoord. Vraag dat uw vader zeiven, antwoordde zij, maar wie heeft er aan leeren twijfelen of zijn doorzicht zou kunnen falen Er zijn ontevredenen genoeg in het leger, wilt gij voor hen het woord voeren Fatirae sloeg beschaamd den blik naar den grond. Ayescha nam het woord. De twijfel van van uw dochter is mijn schuld. In vertrouwen kan ik u zeggen, dat het onder de troepen reeds begint te gisten, en dat ook mijn echtgenoot verzekert, dat hij de ontevredenheid der «Janit- zaren met langer kan bedwingen, indien de Groot vizier nog langer talmt de groene banier tot een algemeenen storm te ontrollen. Hij zegt, dat het nuttelooze slachtoffers zijn, die bij dezen krijg worden verspild. Weenen zou als een verrotte Vi Jt| moeten vallen, als men den boom maar schudde en de geloovigen morren er over dat uw gemaal dat niet doet. Wie tegen den Sedar mort, verbeurt zijn hoofd, hernam Dione. Ik zal uw vertrouwen niet misbruiken, maar eene verstandige vrouw mengt water in den verboden wijn, die het bloed van haar gemaal verhit. Niet iedereen beheersclit haar gebieder ge lijk de wijze Dione den grootvizier, antwoordde Ayescha, en ik beef voor Said; hij smacht naar den storm en naar den buit gelijk een dorstige

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1891 | | pagina 1