Nummer 95. Zondag 29 November 1891. 14e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
~1Fëuilleto]\.
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
▼an
BUITENLAND.
Frankrijk.
UITGEVER:
Waalwijk.
De Echo van het Zuiden,
Waalwyhschc cd Langstraalscbe Courant,
-- ,-ü jafrugaa
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden .ƒ1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Advertentiën 1—7 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
Adolf Steinee, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Aanbod gering, veel vraag en toch stem
ming flauw aldus zouden we in handels
termen den stand willen weergeven van het
artikel politiek en tot troost van hen, die
den loop der politieke gebeurtenissen van
dag tot dag volgen en niet „lekker," zijn
als hun de gewone dosis politiek wordt ont
houden, zouden we er nog wel kunnen bij
voegen hooger aanbod voor de eerstvolgende
dagen verwacht.
Op 't oogenblik is 't in waarheid treurig,
zelfs Brazilië laat ons in den steekwat er
komt overwaaien is óf heel vaag öf akelig
onbeduidend en dus moet men zich maar
weer tevreden stellen met gevolgtrekkingen,
die evenwel niet onfeilbaar zijn. Zoo zou
men b.v. uit het bericht, dat 't tusschen de
marine en het leger eenigszins gespannen is,
kunnen opmaken, dat 't er alles nog niet in
den haak is en dat met Da Fonseca's aftre
ding en zijn opvolging door Peixota men wel
een schrede heeft gedaan op den weg naar
vreedzame oplossing, doch het einddoel toch
nog niet heeft bereikt. Door de berichten
omtrent de kabinetsvorming alsook door de
mededeelingen aangaande de algemeene te
vredenheid in Rio-Grande over het gebeurde
moet men zich niet laten biologeeren, men
moet niet uit het oog verliezen, dat opnieuw
het militarisme, de soldateska zegeviert en
de vertegenwoordigers des volks rustig en
kalm op den achtergrond houdt.
Dat Da Fonseca door in zijn eigen belang
op den eeisten aandrang zijn gezag over te
dragen, den lande een grooten dienst heeft
bewezen, al zij 't dan ook onwillekeurig, valt
niet te loochenen. Als men zoo eens ziet wat
de Chileensche oorlog heeft gekost, dan staat
men versteld. Niet minder dan 73 millioep
papieren dollars heeft Balmaceda uitgegeven
gedurende den oorlog
Salisbury, Engelands premier, heeft weer
eens gesproken over den politieken toestand
75.
XXIX.
DE KOMMANDEUR DER MALTHEZERS.
De koning zond de op de Turken veroverde
vaandels aan den Paus, met de in christelijk en
zin veranderde woorden van Cesar *Ik kwam,
ik zag en God overwon
Den 13 September haalde graaf Rudiger von
Starhemberg den koning van Pelen, die in de
tent van den grootvizier den nacht had doorge
bracht, af, tot een plechtigen intocht in het ge
redde Weenen, die prachtig en roerend was. Alle
klokken der stad, die sedert achtenvijftig dagen
hadden gezwegen, luidden; het volk omringde
juichend den Poolschen koning, boog voor hem
de knie, vergoot vreugdetranen, en noemde hem
hun redder. Voornamelijk de vrouwen onder
scheidden zich door hare geestdrift, Zij kusten
den koning handen en voeten, en hieven hare
kleine kinaeren in de hoogte om hun den held
te laten zien. De oogen van Sobieski werden
vochtig, God heelt alles gedaanzei hij tot
het volk, dat om hem heendrong, laten wij I-Iem
voor de overwinning onzen dank opdragen! Hij
trad met de menigte de Augustijner kerk binnen,
wierp zich in de Lorettokapel voor het altaar
neder, en hoorde knielend de mis Daarop trad
hij zelf, snel en ongeduldig als hij was, voor het
hoogaltaar, en begonU, o God, U loven wij!
En de lofzang ter eere van den God, die de zege
in zijne hand heeft, door een geheel volk gezon
gen, scheen de gewelven der kerk te doen schud
den. De bisschop betrad den kansel, en hield een
feestrede over de verlossing van Weenen; hij koos
tot tekst de woorden, die Pius V op Don Juan
van Oostenrijk, den overwinnaar van Lepanto,
had toegepast: ,/En er was een mensch van God
fezonden, en zijn naam was Johannes.'' En aller
likken vestigden zich op Johannes Sobieski.
Wij breken hier de schets der historische ge
beurtenissen eenige oogenblikken af. om ons
bezig te houden met iemand, dien wij sedert
geruimen tijd uit het oog hebben verloren. Wij
en wel Dinsdagavond in het stadhuis te Bir
mingham. De eerste minister van Groot-Brit-
tannie sprak tegen een loslating van Ierland,
deed men dit, dan zou daarin een bewijs
van zwakheid worden gezien en al spoedig
zouden de koloniën trachten zelf haar af
scheuring te bewerken, terwijl juist Engelands
bezittingen in de andere werelddeelen, En
gelands macht en aanzien vormen. De datum
van de samenkomst van het parlement is
door Salisbury niet medegedeeld, maar toch
valt uit zijn woorden op te maken, dat 't
wel Februari zal worden.
Het vrij-conservatieve Deutsches Wochen-
blatt, waarvan redacteur is de afgevaardigde
dr. Arendt, de bekende bi metallist, beweert
te hebben vernomen, dat de rijkskanselier
Caprivi zijne betrekking moede is en dat
men een belangrijken omkeer in de binnen-
landsche staatkunde heeft te wachten. Het
Wochenblatt maakt van deze gelegenheid ge
bruik om eene algemeene oatevredenheid in
alle standen en partijen te constateeren over
de onbezadigde en onvaste staatkunde, tot
nu door het ministerie Caprivi gevolgd.
Werkelijk moet Caprivi reeds meermalen
verklaard hebben zijn ambt moede te zijn
nochthans behield hij zijne positie, en zoo
stuit het gerucht van zijn aftreden ook thans
op sterken twijfel.
Het bericht van het Wochenblatt is, van
politiek standpunt gezien, nochtans zeer ka
rakteristiek. Verscheidene groote bladen uit
de provincie pleiten opnieuw voor eene per
soonlijke verzoening tusschen den keizer en
Bismarck, welke zij wenschen, ook al nam
de laatste geen enkel ambt op zich.
Over de rede, welke de keizer Dinsdag
bij de beëediging, der jonge recruten heeft
gehouden, liep te Berlijn eene lezing, welke
eerst weinig geloofwaardig voorkwam. Thans
wordt zij echter van verschillende zijden be
vestigd. De keizer moet dan o. m. ungeveer
gezegd hebben „Gij zult hopenlijk alleen in
vrede gelegenheid hebben uwe dapperheid
te toonen misschien echter staat ons ook
verlieten vorst Liechtenstein, toen hij in vreese-
lijke onzekerheid over het lot van zijne dochter,
en zeer vertoornd op Guido, wien hij Maria's
stijfzinnigheid ten laste legde, den keizer op diens
vlucht volgde.
De tijding van de verwoesting der Turken, die
ook het slot Liechtenstein hadden in den asch
gelegd, van de wreedheid der Tartaren; en de
overtuiging dat ook Weenen vroeger of later in
het lot der omliggende plaatsen zou moeten
deelen, deden den vorst wenschen, dat een spoe
dige dood zijn kind mocht hebben bevrijd van
de kwellingen van een bestendigen doodsangst
en van den smaad der gevangenschap. Hij kon
niet hopen, Maria ooit weder te zien, en de smart
verdreef niet alleen zijn toorn tegen hen, die het
verzet van Maria tegen hem hadden gestijfd,
maar vervulde ook zijn hart met berouw. De
vorst, evenals zijne gemalin, gevoelden thans, nu
hunne eerzuchtige plannen schipbreuk hadden
geleden, het bitterste verwijt op hunne harten
drukken, dat zij hun ongelukkig kind de dagen
harer jeugd hadden vergald.
Toen bracht een officier uit het leger van den
Lotharinger het bericht, dat een Starhemberg had
veihaald, dat de prinses van Liechtenstein en de
gravin Guido van Starhemberg zich in het
Turksclie leger bevonden, en dat de gemalin van
Kara Mustapha haar een bijzondere bescherming
verleende, omdat de dames bevriend waren met
iemand, dien zij voor haar verdwenen zoon hield.
Deze man, Max Gundacker geheeten, behoorde
tot de verdedigers van Weenen, en was om zijne
dapperheid door graaf Starhemberg tot keizerlijk
kapitein benoemd, en bovendien kon het nauwe
lijks betwijfeld worden, dat hij ook een afstam
meling was van het het geslacht der Starhem
bergen.
Maria leefde, zij was in gevangenschap, maar
onder een machtige bescherming, de wanhopige
ouders mochten weer hoop voeden Vorst Liech
tenstein zocht graaf Caetano op, die met het hof
was gevlucht. Hij had indertijd, toen Gundacker
met het gezantschap naar Konstantinopel was
vertrokken, den graaf zijne wenschen met be
trekking tot Max medegedeeld, maar hem geen
bepaalden last gegeven, daar gene zijne zinspe
lingen maar al te gretig had opgenomen. De
graaf verklaarde thans, nu hij hoorde dat Max
nog leefde en machtige beschermers had gevon-
ir.enige ernstige binnenlandsche strijd te wach
ten. Soldaten moeten voornamelijk met sol
daten omgaan, niet met burgers."
Waarschijnlijk zullen deze uitlatingen van
den jongen vorst weder door levendige com
mentaren worden gevolgd.
Eerst is door Oostenrijks keizer in zijn
troonrede het ideaal van een ontwapening
en een eeuwigen vrede verheerlijkt, daarna
kwam Kalnoky om in geen der bestaande
quaesties een onmiddellijk gevaar voor den
vrede te zien en hij werd in menigen toon
aard nagezongen. Nu komt het rapport van
de begrootingscommissie uit de Oostenrijksche
delegatie en dat spreekt van den algemeenen
wensch om van de zorgen en lasten des be
dreigden vredes te worden verlost een
wensch, die in Oostenrijk ongetwijfeld veel
vuldig wordt gedeeld.
Zooals nu blijkt, is de algemeene toepas
sing van het uitvoerverbod der landbouw
producten op gansch Rusland en Finland,
eigenlijk een wetsverkrachting. Finlandsgraan-
uit /oer staat buiten alle verbod en een in
grijpen in Finlands vrijen graanhandel moet,
om geldig te zijn, 3 jaar van te voren afge
kondigd worden.
Or verlangen der Duitsche regeering zullen
de gesloten handelsverdragen nog voor den
4en December bij de parlementen worden
ingediend, opdat de eerste lezing in Decem
ber kan geschieden en de laatste ongeveer
25 Januari geëindigd kan zijn. De tusschen
Duitschland en Oostenrijk gesloten overeen
komst betreffende de wijziging in de be
scherming van monsters en het patentwezen,
zal tegelijk met de tariefvoorstellen als een
afzonderlijke overeenkomst worden ingediend.
De gemeenteraad van Parijs heeft 12000
francs toegestaan voor de werkstakers in het
departement Pas de Calais.
den, dat hij reeds in den geest had vooruitgezien,
dat de ionge goudsmid door het lot tot iets
hoogers was bestemd; dat de raadselen zijner
geboorte in het Oosten zouden worden opgelost;
dat hij de netten zou verscheuren, die zijne vij
anden om hem hadden geweven; want wat in
het boek des noodlots stond geschreven, dat
moest vervuld worden. Max had hem geen ver
trouwen geschonken, daarom had hij hem aan
zichzelven overgelaten, maar hij twijfelde er niet
aan, dat Max tot hoog aanzien zou geraken.
Hier zij tevens vermeld, dat graaf Caetano later,
nadat hij het geduld van den keizer had uitge
put, en naar Berlijn was gegaan, waar hij koning
Frederik I eveneens trachtte te bedriegen, einde
lijk, toen men zijn bedrog had doorzien, tot den
dood met den strop werd veroordeeld en te Küs-
trin terechtgesteld. Men had voor hem eene galg
opgericht, die met klatergoud was beplakt, en
hetzelfde geschiedde ook met het linnen kleed
van den misdadiger. Vijf monniken vergezelden
den gelukzoeker naar het schavot, die nog op de
sporten van de ladder beweerde, dat hij het ge
heim der goudmakerskunst bezat.
Het was voor den vorst een groote geruststel
ling, dat Caetano geen ontdekking van den aan
slag tegeu Max scheen te vreezen, hij was bijge-
loovig genoeg om voorbij te zien, dat deze voor-
bedaclitelijk do huik naar den wind hing, en
zelf niet geloofde dat zijn profetisch woord zou
vervuld worden. En thans kon hem niets meer
gelegen komen, dan de hoop dat Max Gundacker
zou kunnen bewijzen, dat hij van adelijke ge
boorte was. Werd zijne dochter gered, had zij
den jongen man hare liefde bewaard, dan zou
de vorst bezwaarlijk den moed hebben gehad,
hare wenschen nogmaals met geweld te bestrij
den, indien eene vereeniging der rainnenden door
een veranderden levensstand van Gundacker mo
gelijk was geworden.
De vorst en zijne gemalin gewenden er meer
en meer aan, dit'denkbeeld met de hoop, Maria
weder te zien, samen te smelten. Zij gevoelden
eensdeels, dat zij haar toegevendheid schuldig
waren, indien zij het hart van hunne dochter
wilden terugwinnen; anderdeels werd de naam
Starhemberg thans genoemd met eene bewonde
ring en geestdrift, die ieder lid van dat geslacht,
in het bijzonder een man, die onder Rudiger met
onderscheiding had gestreden, adelde.
Te Saint-Etienne is een man gearres
teerd die Engelsch Fransch en Duitsch
spreekt, en bij verscheidene chefs van wapen
fabrieken pogingen heeft gedaan om in het
bezit van het nieuwe karabijn der cavalerie
te komen. De gearresteerde zegt Walter
Pendelle te heeten en verklaart rentenier en
uit Engeland afkomstig te zijn. Andere ar-
restatiën worden nog verwacht.
President Carnot heeft de wetsontwer
pen betreffende de scheidsgerechten voor
geschillen tusschen patroons en werklieden
onderteekend. Van de laatste wet verwacht
men een toeneming van het vertrouwen in
de rechtspraak in industrieele quaesties.
De onder commissie uit de kamer, tot
onderzoek van de verkiezing van Lafargue
tot afgevaardigde, heeft besloten die verkie
zing geldig te verklaren.
De senaat heeft bij de behandeling der
douane-tarieven bij het hoofdstuk gezouten
vleeschhet minimum-tarief van 25 francs
verworpen en daarna, na eene verklaring van
de zijde der regeeringook het maximum
tarief afgestemd.
De veroordeeling van den 72-jarigen
aartsbisschop van Aix, monseigneur Gouthe-
Soulard, tot 3000 francs boete, heeft even
min aanleiding gegeven tot eenig incident als
de vóór eenige weken tegen hem ingestelde
vervolging op grond van beleediging van den
minister van eeredienst. Tot betoogingen is
't niet gekomen wel waren er bij de behan
deling der zaak tal van belangstellenden en
nieuwsgierigen aanwezigwel stond buiten
een talrijke menigte den uitslag van deze
opzienbarende zaak af te wachten, doch er
is niets voorgevallendat aanspraak mag
maken op den naam incident. De aange
klaagde ontkende de bedoeling gehad te
hebben te beleedigen, alleen had hij in den
brief aan minister Faillières zijn beschimpten
godsdienst in zijn beschimpt vaderland ver
dedigd en op grond daarvan noemde hij zijn
brief een uiting van vaderlandsliefde. De
procureur-generaal betoogde de aanwezigheid
Thans bracht Auersperg het bericht van de
overwinning, van de bevrijding var. Weenen, en
het geheele hof was in zijne blijdschap meer ge
neigd Starhemberg en de verdedigers der stad
de eer daarvan toe te kennen, dan aen Poolschen
koning, die zoo lang met zijn hulp had getalmd;
ja het scheen, alsof het den keizer onaangenaam
trot, toen men hem mededeelde, hoe bet volk van
Weenen de Duitsche vorsten, die ter hulp gesneld
waren, in de schaduw had gesteld tegenover den
koning; hoe men den laatste had ontvangen met
eere geestdrift, alsof de Lotharinger en de Duit-
schers slechts een ondergeschikte rol hadden ver
vuld. Het gevolg van deze stemming was, dat
de anders zoo flegmatische keizer thans de ver
diensten van Starhemberg levendiger erkende, dan
hij misschien onder andere omstandigheden zou
hebben gedaan. Men had hem nooit zoo opgeto
gen, zoo hartelijk, ja bijna met verloochening van
zijn waardigheid als keizer, met zooveel vuur
hooren sprexen, als thans, toen hij Starhemberg
ontving. Hij vroeg naar Guido, hij herinnerde
zich zelf Gundacker, en toen graaf Rudiger ver
meldde, hoe hij het aan de belangstelling van
Dione voor Gundacker had te danken, dat de groot
vizier in zijne verblinding had volhard, en geen
algemeene bestorming had bevolen, en daarenbo
ven, dat zijn nicht en de prinses von Liechten
stein waren gered, toen beloofde de keizer aan
den graaf, dat men over de bewijzen zijner kei
zerlijke gunst zou tevreden zijn.
Het hof trok naar Weenen terug. De keizer
reed met zijn gevolg door de Turksche leger
plaats, en onder het gedonder van het geschut,
het gelui der klokken en het gejuich van het
getrouwe volk, bood de magistraat, aan dezelfde
poort, die hij den 7 September vluchtende had
verlaten, hem de sleutels der stad aan.
Na den maaltijd oniving de keizer den graaf
Rudiger von Starheraberg en den bisschop Kol-
lonitz. Hij benoemde Rudiger tot opperveldmaar-
schalk en minister; hij gaf het geslacht der
Starhembergen tot een eeuwig aandenken den
Stephanusdom in het wapen; hij schonk den graaf
een huis in de voorstad Wieden, vrij van alle
lasten, benevens een kostbaren diamanten ring
en honderdduizend daalders; later verkreeg Ru
diger nog de orde van het Gulden Vlies en een
brief van dankzegging van den Paus.
(Wordt vervolgd.)