Nummer 27
Zondag 3 April 1892
15e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
fy BEKENDMAKING.
UITGEVER:
ANTOON TIELEN,
BUITENLAND.
Frankrijk
FEUILLETON.
Eenc geschiedenis uil de EngcUche rechtspleging.
Engeland.
De Echo van het Zuiden,
WaaltyksÉe m Laifstraalsrbf t'oiiraul,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden j 1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
lirieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentiën 17 regels f 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Burgemeester en Wethouders van Waalwijk
brengen ter kennis der lotelingen dezer gemeente
van de lichting 1892, dat de tweede zitting van
den Militieraad voor deze gemeente zal gehouden
worden te 's Bosch, op Dinsdag, den 19 April
aanstaande, des voormiddags ten 101/2 ure;
dat in die zitting uitspraak zal worden gedaan
omtrent alle in de eerste zitting niet afgedane
zaken en omtrent hen, die als plaatsvervanger
of nummerverwisselaar verlangen op te treden.
Waalwijk, 2 April 1892.
De Burgemeester en Wethouders voorn.
„Ravachol gearresteerddat is het groote
nieuws 't welk de geheele stad Parijs verlicht
doet ademen j de anarchist, de man, die met
dynamiet het leven van zoovelen bedreigde,
is in handen der politie. Een kellner uit
een restaurant komt de eer toe den booswicht
aan de politie te hebben aangewezen. Zon
dag was in het restaurant van Véry, boule
vard Magenta 22, eenigen tijd na de ont
ploffing in de straat Clichy, een flink, net
gekleed man binnen getreden en had daar
gedejeuneerd. Hij onderhield zich, na sma
kelijk te hebben gegeten, met den bediende,
die over het militaire leven sprak en over
hetgeen hij in Algerië te lijden had gehad.
De gast raadde hem aan het anarchistenblad
Père Peinard te lezen en verklaarde, dat er
geen soldaten of legers meer noodig waren,
die op den dag der revolutie op hun broe
ders zouden schieten.
Deze eigenaardige theorie en andere uit
drukkingen, wekten reeds achterdocht bij den
bediende, die nog versterkt werd, toen de
gast zoo luchtig weg vertelde, dat hij dien
morgen in de straat van Clichy geweest was,
waar men weer eens een huis met dynamiet
had laten springen. Hij vertrok omstreeks
één uur en liet een spoorboekje liggen. Na
denkend werd het den bediende duidelijk,
dat hij niemand anders voor zich gehad had
dan den gezochten misdadiger. Toen nu
Woensdagmorgen om elf uur de gast weder
in het restaurant verscheen, deelde de gar-
Qon zijn zwaar vermoeden mede aan zijn
schoonbroeder, den eigenaar der zaak. Den
verdachte bedienende, keek hij meer bepaald
naar de linkerhand, waaraan Ravachol een
litteeken heeft en hij was overtuigd den ge
weldenaar voor zich te hebben.
Véry liep naar het politiebureau en onmid
dellijk volgde hem de commissaris Dresch
met twee agenten. Deze beiden werden aan
de deur geposteerd, terwijl de commissaris
als particulier plaats nam aan dezelfde tafel,
waaraan Ravachol zat en een glas bier be
stelde. Een inspecteur van politie bleef bij
het buffet staan.
Ravachol, die deze personen zag komen,
vroeg zijne nota, die negen en dertig stuivers
was en beefde zeer bij de betaling.
Hij stond op en stak zijn hand in den
rechterzak van zijn overjas, daarna liep hij
de straat op, doch schrok van de twee agen
ten. De commissaris gaf een wenk en tege
lijk vielen zij met hun drieën op den ver
dachte aan. Hij ontkende Ravachol te zijn
en verdedigde zich woedend tegen zijne
arrestatie.
Hij blijft steeds ontkennen, doch behalve
het litteeken, zijn op het lichaam de moe
dervlekken ontdekt, die hij getracht heeft uit
te branden.
Bij huiszoeking in zijne woning, Grande
rue de la République 68, werd eene com
plete inrichting gevonden voor het maken
van ontplofbare voorwerpen. Een hoeveel
heid schietkatoen was eenvoudig in een kast
geborgen. Hij woonde in dat huis onder
den naam van Laurent. De portier wist op
te geven, wanneer hij op de dagen van de
dynamietaanslagen was uitgegian.
Men vond ook valsch geld en valsche
baarden.
Eerst te zeven uur Woensdagavond werd
de ondervraging van Ravachol gestaakt. Hij
werd geboeid naar de conciergerie gebracht,
20 XI.
Zij bescheen de afschuwelijk leelijke trekken
der oude Mary Squires, nog afschuwelijker dooi
den doodsangst, die thans daarover verspreid lag,
door den haat en den toorn tegen getuigen en
rechters, die zich in tallooze halfluide vlceken
lucht gaven. Zij verlichtte het domme, onver
schillige gelaat van Fortune Natus en het schoone,
dreigende gelaat van George Squires, om wiens
lippen nog steeds de uitdrukking zweefde van
den trotscnen menschenhaat, waarmede hij zijn
vonnis ontvangen en de gerechtszaal verlaten had.
Het maanlicht viel ook in de fraaie, oude zaal
der Abdy, werd door de geschilderde glasruiten
gebroken, en speelde op de blanke handen, die
Mary Wintlebury in den schoot had gevouwen,
terwijl zij met het hoofd diep op de borst ge
zonken, in de vensternis zat, en met afgrijzen
nadacht over de indrukken van dezen dag.
En met afgrijzen luisterde ook mevrouw Wint
lebury naar het verhaal van haar echtgenoot, in
de bibliotheek, waar de lichtstraal, die door de
ronde ruiten viel, om de heerschappij dong met
de waskaarsen, die op twee oude zilveren kan
delaars brandden,
O Eduard, is dat vonnis niet te streng?
zuchtte zij.
De squire trok de schouders op.
Wij beleven een kwaden tijd I zeide hij.
En het is toch overal vrede.
Juist daarom: de vele ruwe elementen, door
den oorlog te voorschijn geroepen, worden in
vredestijd de gevaarlijkste vijanden der maat
schappij; juist in zulke tijdperken moet de straf
wet met onverbiddelijke gestrengheid worden
toegepast.
Denkt gij niet, dat de ongelukkigen zullen
begenadigd worden
Ik betwijfel of daartoe wel een voorstel aan
de kroon wordt gedaan.
Vreest gij volstrekt niet, dat de jury kon
gedwaald hebben
De squiie zag verbaasd op. Neen, zeide hij,
de zaak komt mij volkomen bewezen voorhoe
komt gij op dat vermoeden Heeft Mary uwen
twijfel opgewekt
Mary heelt er nog in het geheel niet met
mij over gesprokenzij is zoo ontsteld uit Lon
den teruggekomen, dat ik haar aan liaarzelve
heb overgelatenik weet dat zij zoo het spoe
digst weer terecht komt.
Het was ook te veel voor haar; wij hadden
aan haar verlangen niet moeten toegevenik
haat ieder vergrijp tegen de geboorte; al zoo
danige dwaasheden wreken zichmaar gij hadt
toegestemd, en ik zeg nooit neen, wanneer ~i
ja gezegd hebt.
Ik moest Mary haar zin geveneerst nadat
zij den strijd geheel volstreden heeft, zal zij tot
rust komen.
Gelooft gij nog altijd, dat zij William Da-
vistown bemint
Daarvan ben ik meer dan ooit overtuigd;
zij lijdt nameloos onder zijn dolzinnigen harts
tocht, daar hij in zijne verblinding haar tot zijne
vertrouwde maakt, en haar trots belet zich aan
die kwelling te onttrekken.
De dag van heden heeft nu ten minste eene
beslissing gebracht.
Hoe zoo
William zal nu om dat meisje aanhouden.
Mr. Wintlebury stiet een vloek uit en sprong
op van zijn stoel.
Vergeef mij, Anna, zeide hij, en ging weder
zitten, maar die gedachte kan mij razend maken.
Meent gij inderdaad, dat hij zoo waanzinnig zou
kunnen zijn
Ik houd mij daarvan zeker, en ik ben zelfs
egoïstisch genoeg om te wenschen, dat hij haar
hoe eer hoe liever huwt.
Waarom
Omdat alsdan die dagelijksche bezoeken hier
bij ons zullen ophouden, omdat hij dan niet meer
altijd Mary tot raadsvrouw kan nemen, en zij
zoo eindelijk tot rust zal komen.
- -r'THj hoopt?
In het onveranderlijke schikt zich toch ein
delijk een verstandig mensc-hhoezeer het hart
ook worstelen of tegenstreven moge. Ik geloof
waar hij werd opgesloten in een cel, onder
bewaking van drie agenten. Ondanks het
zware verhoor, verloor hij geen oogenblik
zijn kalmte. Het restant van het dynamiet,
dat gestolen was, is niet bij hem gevonden.
Men vermoedt, dat dit elders geborgen is.
Nieuwe arresiatiën zijn gedaan. He politie
is overtuigd Ravachols schuld te kunnen be
wijzen. Een zijner medeplichtigen gaf daar
over aanwijzigingen in zijn verhaal hoe Ra
vachol, de broeders Mathieu en eene vrouw,
de patroon voor den aanslag in den faubourg
St. Germain, gereedmaakten.
In den vroegen morgen van Woensdag
hebben een 40-tal buitenlandsche anarchisten
(Italianen, Duitschers, Belgen, Oostenrijkers
en Zwitsers), aanschrijving gekregen den
Franschen bodem binnen 24 uur te verlaten,
tegen bedreiging met gerechtelijke vervolging
en daarop volgende uitwijzing, bij niet-nako-
ming van het bevel. De politie laat niet
met zich mallenom zeker te zijn van het
vertrek der heeren, is hun beleefd verzocht
oftewel gestreng geboden, opgave te doen
van tijd en plaats van vertrek, alsmede van
de plaats van bestemming. Onvermogenden,
die zelf hun gedwongen reis niet kunnen
bekostigen, zullen per celwagen naar de sta
tions worden gebracht en verder de reis ma
ken op kosten der regeering.
't Zal in Parijs een heele verademing geven,
want de dreigbrieven bleven schrik en ont
zetting wekkenzoo heeft de rechter van
instructie Atthalin, die juist met de anarchis
tische aangelegenheden was belast, nog tal
van dergelijke geschriften ontvangen welke
hem, evenals den proc.-generaal Quesnay.
de Beaurepaire, hebben doen besluiten zijn
woning gestrengelijk te doen bewaken.
Men hoopt, dat 't met de dynamiet-aansla-
gen nu uit zal zijn en men heeft recht dat
te hopen, terwijl men in elk geval een geducht
wapen zal hebben in de gewijzigde artikelen
435 en 436 van het wetboek van strafrecht
waarbij de doodstraf wordt bedreigd tegen
elkeen, die dynamiet-aanslagen pleegt.
dat daarin ook de verklaring ligt, waarom de
smart over datgene, wat de dood ons ontneemt,
minder bitter en minder langdurig is, dan die
over datgene, wat het leven ons wreedaardig
ontrukt.
William Davisiown blijft echter in het leven.
Maar hij sterft voor Mary op het oogenblik,
dat hij met Elisabeth Canning voor het altaar
treedt; ik ken mijne dochter
Hoopt gij ook dat zij dan aan het aanzoek
van graaf Waversford een gunstig oor zal ver
leen en
Mevrouw Wintlebury knikte toestemmend.
Hebt ge nog steeds een vooroordeel tegen
hem
Noem het geen vooroordeel, het is een on
bestemd gevoel, dat ik niet meester kan worden
hoeveel moeite ik mij daartoe ook geef.
Gij zult u toch door eene hersenschim niet
laten vervoeren zulk een schoonzoon af te wijzen?
vroeg de Squire op een toon, die bewees, dat hij
niet voornemens was zich daarnaar te schikken.
Gij zult toch verstandig zijn
Ik z,al verstandig zijn, en ook Mary zal verstan
dig zijn, zeide mevrouw Wintlebury treurig.
Edward, het verstand is zulk een schoone zaak.
Het heeft ons het ware geluk aangebracht,
Anna
Omdat daarnaast de liefde haar zetel heeftl
was het zachte antwoord.
Hij kuste haar de hand. Ik heb heden een
brief van den graaf ontvangen, ging hij voort,
terwijl hij hem uit den zak haalde, hij noodigt
mij nogmaals tot de vossenjacht in Hampshire.
En denkt gij aan zijne uitnoodiging gevolg
te geven
Alleen indien ik zeker ben, dat Mary zijne
hand zal aannemen. Ik kan niet de gast zijn
van een man, wien ik op een vereerend aanzoek
een weigerend antwoord zou moeten geven,
Laat er eenigen tijd overheengaan, antwoord
de mevrouw Wintlebury, terwijl zij opstond en
het vertrek verliet.
Onderwijl in de Abdy tusschen mijnheer en
mevrouw Wintlebury over William gesproken
werd, en Mary in bange zorgen aan hem dacht
onderwijl ook Hettv zich angstvol afvroeg welke
schreden hij nu doen zou op het zonderlinge,
kronkelende paddat hij ingeslagen had, reed
In Durham hebben de mijnwerkers een
voorstel tot vergelijk met de mijneigenaren
verworpen. Het geschil met de mijn-machi
nisten in Wales zal worden bijgelegd.
Hier is het bericht ontvangen, dat door
de congregatie der propaganda, dr. Vaughan
is gekozen tot opvolger van kardinaal Man
ning, ondanks zijn verzoek te Sallord te mogen
blijven. Hij zal niet weigeren, daar de Paus
zijn ingenomenheid met deze benoeming
heeft betuigd.
Wederom is er ernstig sprake van de
verloving van prins George van Wales en wel
met zijn nicht Alex van Hessen. Deze prinses,
die 6 Juni haar twintigste jaar intreedt, werd
verleden jaar genoemd als bruid voor den
czarewitsch. Vooral koningin Victoria zou
hare beide kleinkinderen gaarne vereenigd
zien.
Volgens berichten uit New-York woon
den Woensdag omstreeks 5000 Ieren de
vergadering bij der Nationale Federatie uit
geschreven door anti-Parnellieten. Daar ech
ter de helft der aanwezigen Parnellieten
waren, ontaardde de gedachtenwisseling wel
dra in een hevig rumoer en eene algemeene
vechtpartij, hoewel herhaaldelijk de politie
de ergste rumoermakers de zaal uitwierp.
Het spektakel belette de meeste sprekers te
hooren. Gladstone's naam lokte zoowel toe
juichingen als gesis uit.
Volgens telegram aan de Standard uit
Konstantinopel blijkt de vertraging, welke de
verzending van den firman tot installatie van
den Khedive voortdurend blijft ondervinden,
voort te vloeien uit de vrees van den Sultan,
dat de Engelschen ter gelegenheid der in
vestituur eene opzienwekkende demonstratie
op het touw zullen zetten.
Uit Weenen wordt aan de Daily News
geseind, dat de Porte onderhandelingen heeft
geopend met de regeering van den Khedive
over den afstand van het schiereiland van
den Sinaï; alsdan zou het Suez-kanaal de
Turksch-Egyptische grens vormen.
deze langzaam den weg langs, die van Chesney-
Wood naar de kleine hoeve van Nancy Forbes
leidde.
Gaf het maanlicht aan zijne wangen eene kleur
zoo bleek als van een geest? Welke schrikbeel
den zag hij voor zicli, dat zijn oog zich zoo vast
op één punt richtte, als ontdekte het ginds ver
dachte spookgestalten Dansten de Elfen in den
maneschijn Stegen uit den nabijgelegen vijver
de Nixen open wenkten zij hem met blanke
armenom af te stijgen en tot haar te komen
Waarom draalt hij? Waarom laat hij zijn paard
steeds langzamer stappenhoe nader hij bij het
kleine, met klimop begroeide huisje komt? Ver
toeft diar niet zij, die hij meer bemint dan zijn
levendie hij met smartvol verlangen dag en
nacht heeft gezocht, die hij heden eindelijk wil
zeggen, dat zij de zijne zal worden voor het ge
heele leven? Waarom draalt hij? Is zijn geluk
zoo groot, dat hij er voor terugdeinst? Dat hij
het huiverig, sidderend ziet naderen
Ja hij huivert werkelijk, hij houdt zijn paard
in, wischt zich het koude zweet van het voorhoofd
en slaat de hand voor de oogen.
Wegl weg! mompelt hij, gij sombere nacht
gezichten, wat wilt gij van mij Heb ik uw
vonnis uitgesproken En indien ik dat gedaan
had, hebt gij het niet tienvoudig verdiend
Wat dringt ge u tusschen haar en mij? Weg,
gij, zwarte, donkere heidens 1 Wat wilt gij van
mij? Weg, oude heks! Weg met uw gebranden
arm! Schreeuw niet zoo akelig! Overstroomt mij
niet met uw bloed, het is nog niet vergoten, want
gij wordt immers gehangen Uit den weg 1 Gij
zult mij niet verhinderen Tot haarTot haarl
Woest sloeg hij met de karwats in het rond,
alsof hij de schimmen verdrijven wilde, die zich
op zijn wee steldenhij drukte zijn paard de
sporen in ae zijden, dat het zoo recht als een
kaars in de hoogte sprong, en hem afgeworpen
zou hebben, als het niet zulk een goed gedres
seerd, mak dier was geweest.
Hij steeg af, bond zijn paard aan een boom,
liep een kleinen tuin voor het huis door, en luis
terde; in het huis was alles stil, geen geluid,
geen lichtstraal verried, dat er menschen in
woonden.
(Wordt vervolgd.)