buitenland7
Belgie.
Frankrijk.
Duitschland.
Italië.
Amerika.
UITVOERINGEN.
BINNENLAND.
lenigte school dreigende bijeen en de Ma-
okkaansche troepen moesten het consulaat
beschermen.
De legatie van Venezuela te Parijs heeft
van het ministerie van buitenlandsche zaken
te Caracas den 25 bericht ontvangen, dat
dr. Raimundo Anduezo Palacio het presi
dentschap neerlegd en zich naar Europa
ingescheept heeft. De president van den
bondsraad, dr. Villegas, heeft zich met het
presidentschap belast. Het congres zal spoe
dig bijeengeroepen worden. De regeering
neemt maatregelen om de rust in het land
te herstellen, waarin zij waarschijnlijk spoedig
slagen zal.
BRUSSEL, 26 Juni. Heden avond om
streeks 11 uur keerden groepen socialisten
van een uitstapje luid zingende in de stad
terug. Op de Place Royale door de politie
aangemaand het zingen te staken, voldeden
zij daaraan niet, tengevolge waarvan er een
woedend gevecht ontstond tusschen de po
litie, die van de wapens gebruik maakte, en
de socialisten, die zich met stokken hevig
weerden. De politie moest wijken, waarop
zij de hulp requireerde van den wachtpost
der grenadiers, die er in slaagde met kolf
slagen de socialisten uit elkaar te drijven.
Er konden 3 personen in hechtenis genomen
worden. Twee agenten werden gewond en ver
scheidene ontwapend. De socialisten schreeuw
den weg met de politiewat door het pu
bliek werd beantwoord metleve het leger
Dank zij der aanwijzingen van den anar
chist Bricou zijn thans de daders bekend en
opgespoord van den dynamiet-aanslag op de
restauratie Véry aan den boulevard-Magenta.
Bricou verklaarde zelf deelgenomen te heb
ben aan den aanslag, als hoofdschuldigen
evenwel noemde hij Francis en Meunier, die
beiden reeds door de politie te Londen ge
vat zijn om naar Parijs te worden overge
bracht. Francis werd reeds den dag na de
ontploffing in het restaurant-Véry gearres
teerd hij bevond zich toen in een koffiehuis
op den boulevard-Sebastopol, waar hij anar
chistische redevoeringen hield, doch hij moest
uit gebrek aan voldoende bewijzen weder op
vrije voeten worden gesteld. Meunier werd
gearresteerd even na de ontploffing op den
boulevard Saint Germain, doch ook hij moest
op gelijken grond worden vrijgelaten.
Francis is volgens Bricou het eerst op het
idéé gekomen de restauratie in de lucht te
doen vliegen, ten huize van Meunier is de
zaak voorbereid en werd de bom klaar ge
maakt, om wraak te nemen over Ravachol's
arrestatie.
Opdat Francis en Meunier hun maatrege
len zoo doeltreffend mogelijk zouden kunnen
nemen, begaven Bricou en zijn vrouw zich
naar binnen om de aandacht der aanwezigen
af te leiden,
Béala en Mariette Soubère, vrijgespro
ken van medeplichtigheid met Ravachol, zul
len te St. Etienne terechtstaan, omdat zij
Ravachol een schuilplaats hebben verleend,
toen deze in Juli 1891 gezocht werd. Ma
riette Soubère wordt ook beschuldigd gedu
rende het verhoor van Ravachol de gen
darmes te hebben beleedigd.
De minister van handel, Jules Roche,
heeft een wetsontwerp ingediend ten aanzien
hebben, zeide hij met gefronste wenkbrauwen
De graaf meldt mij, dat hij genoodzaakt is voor
een paar weken naar zijne bezittingen in Schot
land te gaan, en daarom zijn terugkeer naar
Londen zoo lang moet uitstellen. Weet gij de
eene of andere reden voor dit veranderde voor
nemen, Mary vroeg hij met een doordringenden
blik op zijne dochter.
Mary ontving dien blik met een open en onbe
vangen gelaaten antwoordde met een vast
Neen
=rt3oed, dan moeten wij het verdere maar
afwachten, ik zal den graaf van Waversford
mijn kind niet opdringen. Hij zette zich naast
zijne echtgenoote, terwijl Robert zich stil ver
wijderde en Mary aan het venster trad en naar
buiten zag, waar heden de eerste sneeuw in
groote vlokken rondwarrelde. Zij herademde. Had
zij ook heden William onherroepelijk verloren,
dan was haar thans nog een uitstel vergund,
waarin zij nog zichzelve toebehoorde en mede
werkzaam kon zijn aan zijne bevrijding.
Er was plotseling een lichtstraal voor haar
doorgebroken; zij meende den draad te hebben
gevonden, die uit den doolhof zou voeren.
XX.
Robert Wintlebury had een zeer onrustigen
nacht doorgebracht. In het gesprek met William
waren verscheiden uitdrukkingen gevallen, die
hem meer verontrustten dan hij anderen wilde
laten merken, ja dan hij zichzelven wilde be
kennen.
William had hem bevestigd, wat zijn door
ijverzucht verscherpt oog reeds zelf had gezien,
de lordmayor beminde Hetty. Hetty die hem
thans, hij wist zelf niet hoe, zoo onuitsprekelijk
dierbaar was geworden. Het kleine meisje, met
hetwelk hij had geschertst en gespeeld, dat hij
had geplaagd en beschermd, was op een oogen-
blik veranderd in een schoone moedige vrouw,
die alle eigenschappen in zich vereenigde, welke
Robert zien in zijn levensgezellin had gedroomd
en die nog daarenboven ae lieve, reine trekken
van de gezellin zijner jeugd droeg.
Wat echter veel zwaarder woog dan dat de
lordmayor Hetty beminde, was de opmerking, dat
de jonge dame deze neiging scheen te beantwoor
den. (Wordt vervolgd.)
van het vervoer en den verkoop van dyna
miet en andere ontplofbare stoften in tabrie-
ken en pakhuizen.
Cluseret deponeerde aan het bureau
der kamer een wetsontwerp, groot negen ar
tikelen, tegen het duel. Hij zal den voorzit
ter verzoeken te mogen voorstellen de ur
gentie der stemming over die wet. Maxime
Le comte zond bij den senaat in, een motie
met verzoek deze kracht van wet te geven.
Het eenige artikel dezer wet luidt: Het duel
is een misdaad. Ieder, die deelgenomen heeft
aan een duel, kan gestraft worden met hech
tenis van één maand tot één jaar en 100
tot 2000 francs boete.
De verwonder in een duel is te straffen
met twee maanden tot twee jaar en 200 tot
5000 francs boete. Een duel met doodelijken
afloop geeft één tot drie jaar en van 500
tot 10000 francs.
Bismarck werd uitgeleide gedaan in de
koninklijke wachtkamers van het station te
Munchen, hij bedankte den burgemeester en
de commissie voor de feestelijkheden. De
duizenden, om het station saamgestroomd,
hieven vaderlandsche liederen aau. De loco
motief was met bloemen getooid.
Bismarck werd Zondag om een uur aan
het station Augsburg door het gemeentebe
stuur ontvangen, dat hem uitnoodigde ten
raadhuize een eeredronk te nemen. Luide
werd hij toegejuicht bij den rit door de stad;
het diner hem aangeboden, had in het groote
Mohrenhotel om drie uur plaats. Toen Bis
marck om half zeven Wurzburg passeerde,
had ook daar eene stormachtige ovatie plaats.
Men bood hem bloemen en bier aan. Hij
stapte niet uit, maar reed door naar Kis
singen.
De koning en koningin zijn Zondagmorgen
te 8.23 vergezeld van den minister van
buitenlandsche zaken en hun gevolg te Monza
aangekomen. Te Milaan werden zij aan het
station door de stedelijke autoriteiten be
groet, en op hun tocht van het station naar
het paleis luide toegejuicht.
PHILADELPHIA, 25 Juni. Een spoor-
trein vertrok heden avond te half tien van
hier in Westelijke richting, in twee sectien.
De eerste sectie hield des nachts te één uur
stil to Harrisburg, en de tweede sectie kwam
terstond daarna binnenrijden en verbrijzelde
twee waggons. Er waren tien dooden en een
aantal gewonden. Het ongeluk wordt geweten
aan eene vergissing van den wissel wachter.
WAALWIJK.
Woensdag 29 dezer 's namiddags 6 ure
precies, CONCERT door de harmonie l'Es-
pérance, in den tuin bij den heer H. N. Be
sier.
WAALWIJK, 28 Juni 1892.
In de 122e algemeene vergadering der
vereeniging van en voor Nederlandsche in-
dustrieelen te 's Hage, onder voorzitting van
den heer Em. Koechlin gehouden, is, na te
hebben gehoord het periodiek overzicht van
den secretaris, uitvoerig debat gehouden over
de aanhangige wetsontwerpen tot afschaffing
van zekere belastingen. De vergadering be
sloot, zich nogmaals tot de tweede kamer te
wenden met het - gemotiveerd verzoek om,
nu toch naar nieuwe belastingen wordt om
gezien, zich te bepalen tot zuivering der
bestaande wetten van erkende gebreken, de
belasting van zeep en zout geheel te doen
vervallen, en geen nieuwe belasting te schep
pen tot dekking van het geraamd verlies van
10 millioen gulden, maar eenvoudig het Neder-
landsch tarief van invoerrechten te herzien
op de basis der organieke wet van 1821, en
daarbij de Zwitscrsche wet van 1891 tot voor
beeld te nemen, die aan dat land van nog
geen 3 millioen zielen ruim 13 millioen gul
den opbrengt. Het Nederlandsch tarief kan
op dién grondslag 15 millioen gulden afwer
pen, zonder de belastingschuldigen gevoelig
te treffen. Er is geen afdoende reden om
tabak en sigaren niet hooger te belasten.
Men wees vooral op het feit, dat Engelands
eerste minister onlangs openlijk had erkend,
dat de vrijhandelsleer had afgedaan, zooals
in 1891 de regeering van Frankrijk reeds
ten stelligste had uitgesproken. Aan het
congres te Antwerpen voor tariefwetgeving
enz. zal vermoedelijk door den voorzitter
worden deelgenomen.
De vaartverbetering laat veel te lang op
zich wachten; 's Gravenhage en omstreken
worden daardoor benadeeld. Zoo hierin niet
met beslisten wil en voortvarendheid wordt
gehandeld, zullen, zoo werd beweerd, de
gevolgen, die nu reeds merkbaar zijn, zich
weldra op breede schaal openbaren. Belang
stellenden worden verwezen naar de Nederl.
Industrieel van 26 dezer.
Een werkdag van 10 uren
De Haagsche kamer van koophandel heeft
besloten tot het benoemen eener commissie,
voor de helft bestaande uit patroons, ten
einde een onderzoek in te stellen naar de
mogelijkheid van de invoering van een nor
malen arbeidsdag van 10 uren, uitgezonderd
voor den landbouw, en bij de regeering in
deze richting stappen te doen.
Het vroegere Franciscaner klooster is
door het missiehuis te Steijl aangekocht, om
te worden ingericht als geneeskundig gesticht
naar de methode-Kneipp.
Bij den jongsten storm zijn op Tessel
zeer vele schapen gedood door de geweldige
plasregens. Ook geraakten er vele door deG
storm in de slooten, waar zij den volgenden
morgen dood worden gevonden. Op een
buitenwaard bij een der polders graasden 41
schapen, de stormvloed sleurde de beesten
mee, zoodat alle in de golven omkwamen en
met den stroom werden weggevoerd.
De landbouwer D. te Nijeberkoop leefde
in niet te beste verstandhouding met zijne
echtgenoote. Den 2 Juni jl. overleed de vrouw
plotseling onder hevige pijnen en braking.
Allengs verspreidde zich het gerucht, dat zij
vergiftigd was. Dit kwam ter oore van de
justitie, die een onderzoek instelde. Daarbij
is gebleken dat de vrouw inderdaad door
vergiftiging gestorven is zij zelf had ratte-
kruit ingenomen, volgens het verhaal der
buren, die evenwel geen moeite deden dit
te verhinderen. Den dag te voren was de
vrouw door haar man mishaudeld en deswege
is tegen hem eene gerechtelijke vervolging
ingesteld.
Na haren echtvriend drie-en-twintig
panden van huwelijkstrouw te hebben ge
schonken en meer dan dertig jaren saam
lief en leed met hem gedeeld te hebben,
werd de echtelijke kluis te eng en besloot
men te scheiden.
Aldus geschiedde te Ottersum, maand Juni
1892.
Arme oudjes, die elkaar na dertig jaren
niet leerden begrijpen en waardeeren
Wat zeg je daarvan
Te Zevenbergen deed zich het geval voor,
dat eene vrouw, die voor den ambtenaar van
den burgelijken stand was verschenen, om
toe te stemmen in het huwelijk van hare
dochter, die toestemming weigerde, indien
de ouders van den bruidegom niet onder
cede verklaarden, dat zij hun zoon als huwe
lijksgift een kalf zouden meegeven
Wijl aan die sommatie geen gevolg werd
gegeven, bleef de vrouw bij hare weigering
volharden en konden de trouwlustigen onver-
richterzake vertrekken.
Een 22-jarig jongeling, zekere E. van
't K., wonende op het Hof van Brussel te
Zeist, lijdende aan zenuwtoevallen, had het
ongeluk, terwijl hij een toeval kreeg, voorover
in een pot met vuur onder den schoorsteen
te vallen. Hij was alleen in huis. Zijne moe
der, thuis komende, vond hem in deernis-
waardigen toestand, aan gezicht, arm en hand
vreeselijk gebrand, waarna geneeskundige
hulp werd ingeroepen. Zijn toestand is op
het oogenblik zoo niet hopeloos, toch zorg
wekkend; een oog zal hij waarschijnlijk moeten
missen.
Te Venloo kreeg een meisje van 18
maanden eene flesch met carbolzuur onder
haar bereik en dronk daarvan. Onder de
hevigste pijnen bezweek het kind een uur
later.
Aan het kerkbestuur der kathedrale kerk
te Roermond zal voor de schade, geleden
bij den brand van 20 Mei, door de brand
waarborgmaatschappij Primes te Brussel wor
den uitbetaal eene som van f 85,000.
Zaterdagnacht verliet een schipper, die
in zijn schip aan de Rijnkade te Utrecht
gerust lag te slapen, zijn huwelijksbed en
liep in luchtig nachtgewaad over het touw,
waarmede het schip aan den wal was be
vestigd. Een onderofficier ving den slaapwan
delaar op, die ontwaakt, geen kans zag terug
te keeren langs den smallen weg, dien hij
was gekomen. Toen snelde de politie toe
met eenige planken, waarop de schipper we
der behouden op zijn schip terugkwam.
Te Harderwijk is het vaartuig van schip
per H. G. Beertsen, dat beladen voor anker
lag bij de Zeebrug, door den hevigen storm
van Donderdagavond van de ankers losge
rukt en met zulk een kracht tegen de steeu-
glooiing geslingerd, dat het in weinige oogen-
blikken geheel uit elkander is geslagen, en
de lading met groote moeite op den oever
is kunnen geborgen worden.
Een vischbotter, die in de nahijheid ook
voor anker lag en daarvan lossloeg, is mede
zoo hard tegen de glooiing terecht gekomen,
dat hij een groot lek in den bodem bekwam
en aan den grond zit. Aan de noordoostzijde
van de haven werden twee pramen en een
visschersvaartuig op het weiland geslagen
eerstgenoemden zijn echter met groote krachts
inspanning weder vlotgeraakt.
Te Cadzand (Zeeland heeft Donderdag
middag een vreeselijk ongeluk plaats gehad.
Een sloep, bemand met drie personen, is op
de hoogte van het badhuis met man en mais
vergaan.
Het was een hartverscheurend schouwspel
om den een na den ander met een stortzee
te zien verdwijnen in de diepte. Een der
ongelukkigen zag men steeds met de handen
naar boven in de sloep zitten.
Het ongeluk moet ontstaan zijn, doordat
de sloep door een stortzee vol liep. Er lie
pen hooge zeeèn. Een tweede sloep liep
nabij het directiegebouw van den Tienhon
derd en Zwartepolder op het strand; de be
manning daarvan beweerde dat twee der om
gekomenen ongehuwd waren, terwijl de derde
eene vrouw nalaat met vijf kinderen.
Beide sloepen kwamen uit Antwerpen en
de bemanning daarvan bestond uit z.g. „slam
pampers", werkvolk dat gewoonlijk de sche
pen, die binnenkomen, tegemoet reist om
accoord te treffen omtrent het lossen der
schepen.
Een schip met steenkolen, dat de Waal
kwam afzakken, werd Zondagmiddag om
streeks 3 uur onder Nijmegen aangevaren
door de sleepboot „Lamberdina", gezagvoer
der Jan Kooij, tengevolge waarvan bedoeld
schip zonk.
De schipper J. B., gedomicilieerd te Oude-
Tonge, met vrouw en zes kinderen zijn door
een opvarenden schipper, die eveneens aan
genoemde sleepboot bevestigd was, gered en
ter verzorging opgenomen.
Een mand, inhoudende ongeveer f 400 aan
geld, die op het dek stond, is mede in de
diepte verdwenen.
Het gezonken schip was niet geassureerd.
Trein no. 60 van Haarlem, die te
9.13 te Amsterdam behoort aan te komen,
veroorzaakte Zondagmorgen niet weinig op
schudding aan het centraalstation. Trein no.
60 is een lokaaltrein en wordt niet met een
Westinghouse rem, maar met een gewoon
remtoestel tot staan gebracht. Toen de trein
Zondag het station naderde en de machinist
wilde remmen, bemerkte deze dat de toestel
defect was en gaf onmiddellijk met de fluit
aan de treinbeambten het sein tot remmen
met de handrem, van den bagagewagen.
Het oogenblik was spannend. Aan de an
dere zijde van het station toch stond trein
206 gereed om in de richting Hilversum te
vertrekken, en op hetzelfde spoor, waarop
de trein van Haarlem in volle vaart kwam.
De conducteur van trein 60 riep al zijn
krachten te hulp om den trein met den hand
rem tot staan te brengen. Het mocht hem
niet gelukken; de machine, een tenderloco
motief kwam met een krachtigen schok in
botsing met den laatsten wagen, een bagage
wagen, van trein 20 6.
Op het laatste oogenblik was de vaart ech
ter in zooverre verminderd, dat de machinist
en zijn leerling op het perron konden sprin
gen. De conducteur bleef op zijn post en
heeft geen letsel gekregen.
De stationschef, die juist trein 206 inspec
teerde en zich aan de andere zijde bevond,
zag de botsing zelve niet maar vloog, op het
hooren van den schok, natuurlijk onmiddellijk
naderbij.
Men zag toen de machine van trein 60
met gebroken stootbuffers en ingedeukte be
kapping buiten de rails geworpen en de ba
gagewagen van trein 206 met het achterste
gedeelte omhoog geworpen en zwaar bescha
digd. Ook een derde-klasse-rijtuig van trein
206 was beschadigd.
Na onderzoek bleek spoedig, dat slechts
een achttal personen licht gewond waren, en
wel twee passagiers van den trein uit Haar
lem, vier reizigers, die in den trein naar
Hilversum hadden plaats genomen, en twee
stadgenooten, die waarschijnlijk reizigers van
trein 206 uitgeleide deden, en door de dicht
slaande portieren gewond werden.
Terwijl het stationspersoneel onmiddellijk
alle mogelijke hulp verleende om de gekwet
sten bij te staan, werd een geneesheer, dr.
Koenen, geroepen, die reeds te 9.45 ter
plaatse was en de lichte kwetsuren verbond.
Een heer, die aan het aangezicht verwoud
werd, begaf zich per rijtuig naar huis, en
eene dame, die door den schrik ontsteld
was, werd in de woning van den stationschef
eenige oogenblikken verpleegd, voor ook zij
per rijtuig zich huiswaarts begaf. De overige
hadden reeds lang de plaats des onheils ver
laten.
De geneesheer verzekerde, dat geen ern
stige verwondingen hadden plaats gehad.
Trein 206 verkreeg eene vertraging van
13 min. en vertrok dus te 9.28.
Trein no. 61 naar Haarlem, waarvoor an
ders de locomotief van trein 60 dienst doet,
vertrok met 8 min. vertraging.
Nog voor 12 uur waren de beschadigde
machine en bagagewagen weggeruimd en duid
den nog slechts eenige houtsplinters tusschen
de rails aan, waar de botsing had plaatt
gehad. (Hblad.)
Een treurig ongeluk had in een der
fabrieken te Gronau plaats. Terwijl de ar
beider G. M. uit Losser, bezig was met het
poetsen van een machine, viel een achter
hem staand zwaar stuk ijzer boven op hem
met het gevolg, dat zijne beide beenen wer
den verpletterd en zijn rug erge kwetsuren
bekwam. Hoewel terstond naar het zieken
huis vervoerd, bestaat er weinig hoop op
zijn behoud.
Dezer dagen reden drie boertjes, die
blijkbaar meer aan Bachus geofferd hadden
dan hun goed was, van Ommel (een gehucht
bij Asten) naar het spoorwegstation te Deurne.
Het vervoermiddel was een echte Brabantsche
huifkar, zoo'n groote, zware kar zonder veeren,
waarin men bij iederen stap, dien het paard
doet, een gewaarwording krijgt als bevond
men zich midden op den onstuimigen oceaan.
T e Deurne aan den overweg, komt juist een