Nummer 86 Donderdag 27 October 1892. 15e Jaargang. ÜiMïa Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. UITGEVER: ANTOON TIELEN, VERGADERING der Kamer van Koophandel en Fabrieken te Waalwijk, op 18 Octo ber 1892. FEUILLETON. Kene gescbieJenis uil de Engehche rechtspleging. Staatkundig overzicht. hetZuiden, ilv(jksrhr en Lanptraalsche Courant, Dit blad verschijnt Woensdag; en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Frauco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Waalwijk. Advertenticn 17 regel» J 0,60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb- land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Tegenwoordig alle leden en de secretaris. De voorzitter opent de vergadering, waarna de notulen der vorige zitting onveranderd worden goedgekeurd. Ingekomen lo. Eenige adressen van minder belang voor deze streek. Aangenomen voor kennis geving. 2o. Eene statistiek van de scheepvaart beweging in Nederland over 1891 en een reglement ter voorkoming van aanvaringen op rivieren. Deze stukken zijn op verzoek van de hooge regeering ter kennis gebracht van de alhier bestaande scheepvaart, ondernemers van stoomboolen enz. en daarvoor als nog beschikbaar, zoomede voor de schipperij in naburige plaatsen. 3. Adres der kamer te Winschoten, be zwaren aanvoerende ten opzichte van de wet op het gebruik van plakzegels. Nadat hierover eenige discussie had plaats gehad en naar aanleiding van een vroeger door deze kamer ter zake ingediend adres wordt besloten, deze zaak aan te houden tot de eerstvolgende vergadering. 4. Brief van den minister van justitie in antwoord op ons adres d.d. 5 Maart 1892 houdende verzoek om de wet van 5 Mei 1889 (Staatsblad no. 48) in diervoege te wij zigen, dat art. 5 dier wet niet van toepassing is op vrouwelijke werklieden, voor den in het adres omschreven arbeid in het bedrijf der schoenmakerij, welke buiten groote werkplaat sen wordt verricht. Het antwoord van den minister luidt Gelet op de ingewonnen ambtsberichten geeft te kennendat geen termen bestaan aan het verzoek der kamer te voldoen. Voorts bracht de voorzitter ter tafel. A. Het van den directeur generaal der staats-spoorwegen ontvangen verslag over 1891. B. Van gedeputeerde staten het verslag van den toestand der provincie over 1391. C. Van den minister van waterstaat, han del en nijverheid het verslag van den land bouw in Nederland over 1887-1889. D. Van de kamers van koophandel en fabrieken te Amsterdam, Rotterdam Zaan- 72 BESLUIT. Eenmaal 's ja ars deed William geheel alleen een uitstapje van één dag, waarvan hij steeds ernstig en treurig gestemd terugkeerde. Niemand vroeg hem, waar hii heen ging of waar hij ge weest was, allen wisten het. Hij ging naar Bedlam, waar de ongelukkige Elisabeth vele jaren in een sombere cel op haar verlosser, den dood moest afwachten. Hij had den armen Charles toenmaals wel geen belofte gedaan, dat hij voor de ongelukkige zou zorgen en zich om haar bekommeren maar hij beschouwde deze jaarlijkscke reis als eene boetedoening, die hem zijne afdwaling herinneren en kracht schenken moest om rustig voort te gaan op den weg, dien hij thans bewandelde. Hij had evenwel deze herinnering niet noodig gehad, want het bezit van zijn dierbare Mary was voor hem een geluk, dat hij voor alle schatten der wereld niet had willen missen. De tante van Elisabeth Canning, vrouw Colley, die in het behandelde drama zulk een verdachte rol had gespeeld, was reeds op den dag, toen de op den graaf gepleegde moord bekend werd, verdwenen. Haar man deed geen navorschiug naar haar, want haar gedrag was hem reeds sedert eenigen tijd verdacht voorgekomen; hij hield haar voor de oorzaak van Elisabeth's on geluk, en geloofde dat men zich van haar ver zekerd had, eer hare bekentenissen den naam van den overleden graaf Waversford konden dam Katwijk Delfzijl, Apeldoorn en Tiel het verslag over 1891. E. Afschrift eener missieve van de kamer van koophandel te Padang, gericht aan ZEx. den heer gouverneur generaalhandelende hoofdzakelijk over aan te brengen verbete ringen in den achteruitgang der gouvernements koffiecultuur. F. Van het ministerie van waterstaat handel en nijverheid een exempl. van de statis tiek met overzichtkaart der scheepvaartbewe ging op de rivieren en kanalen in Nederland. G. Door tusschenkomst van ZE. den commissaris der koningin verslag van den staat der Nederlandsche zeevisscherijen over 1891. H. Van het departement van financiën de statistiek van den in-, uit- en doorvoer over 1891. J. Missieve van den directeur-generaal der maatschappij tot Exploitatie van staats spoorwegen, beantwoordende onze vraag, be trekkelijk opgaaf van het vervoer van reizigers en goederen op de lijn WaalwijkZwaluwe en Waalwijk— 's Bosch. Al welke stukken voor belangstellenden ter visie liggen. De heer Fano stelt voor bij de exploitatie maatschappij verbeterde aansluiting te ver zoeken in de dienstregeling van één der voormiddagtreinen via Zwaluwe—Rotterdam. Met algemeene stemmen besloten, daartoe de noodige stappen te doen. De voorzitter brengt ter sprake het post verkeer tusschen WaalwijkDrunen en Waal wijkKaatsheuvel enz., waarin verbetering in 't belang van den handel zeer wenschelijk zou zijn. Besloten ten deze inlichtingen ten postkan tore alhier in te winnen. De heer Verbunt besprak de leemte in de wet teu opzichte der overtreding van het vergunningsrecht. Volgens hem wordt er dikwijls gefraudeerd, waarbij de politie wel licht machteloos tegenover de overtreders staat. Het komt spreker voor, dat de kamer zich deze aangelegenheid moest aantrekken. De heer Fano zegt, dat dit niet op den weg dezer kamer ligt, omdat het hier geldt eene fiscale overtreding. Zij, die zich hierover te beklagen hebben, moeten zich rechtstreeks wenden tot de belasting autoriteiten o. a. tot den gemeenteraad, daar de opbrengst van het vergunningsrecht ten bate der gemeente komt. bezwalken. Ook James, de kamerdienaar, en de oude huishoudster van liet slot waren verdwenen, eer men hun een verhoor had kunnen doen ondergaan. De neef en erfgenaam van den ver moorde had, dus fluisterde men, al deze personen terstond over den Oceaan gezonden, opdat nie mand den sluier zou kunnen oplichten, die over de daden van zijn oom lag gespreid. Hij bereikte zijn doel; door de wet kon zijn oom niet gebrandmerkt worden; boven het graf van den hooggeboren heer verheft zich een prachtig monument, dat zijn leven roemt en zijn dood beklaagt, terwijl het lijk van Charles Lyon in een donkeren hoek in stilte is weggestopt. Maar toch begonnen er zich langzamerhand onder het volk geruchten te verspreiden van de woeste handelingen van den vermoorden graaf in het verborgen. Men fluisterde elkander schan delijke dingen van hem toe en er waren menscheu genoeg, die zich bitter te beklagen hadden over de willekeur en de geheime streken van den edelen lord, die er een lielsch genoegen in had gevonden, met hen, die ver beneden hem stonden, zijn duivelsch spel te spelen. Daardoor begon men ook de daad van den jongen timmerman in een ander licht te beschouwen: hij was slechts het werktuig geweest, door wien de hoog adellijke heer zijn rechtvaardige straf had ontvangen. Fielding, wiens dichterlijke phantasie, zonder dat hij dit had gewild, het donkere weefsel om volkomen onschuldigen nog vaster had saamge trokken, was zooals reeds vermeld is niet meer onder de levenden. Zijn tegenstander, sir Crispe, die door den beroemden schrijver zoo heftig aangevallen was, verhaalde van hem, dat de groote dichter een roman had geschreven, waarin hij de zonderlinge lotgevallen van Elisa beth Canning had verheerlijkt. Alle vrienden, die dezen roman hebben mogen inzien, hebben hem voor het beste en meest doordachte werk De voorzitter meent, dat de onderwerpelijke zaak wel behoort tot interventie der kamer op grond dat, volgens art. 2 van het organiek reglement der kamers van koophandel, vast gesteld bij koninklijk besluit hare, bestemming is omschreven en hare bevoegdheid is erkend, om adviesen uit te brengen of voorstellen te doen over onderwerpen, den handel, of het fabriekwezen betreffende. Meermaien is het gebleken, dat opmerkin gen en bezwaren van kamers van koophandel, betreffende het heffen van belastingen op handels en nijverheidsgebiedevenals van bijzondere beroepen en bedrijven, bij de hooge regeering van invloed waren. De heer Fano repliceert dat, na hetgeen hij van den voorzitter verneemt, zijne meening wel gewijzigd is, maar hij wenscht toch nadere inlichtingen van het lid Verbunt te vernemen. Hij stelt voor deze zaak aan te houden tot ile volgende vergadering, en verzoekt den heer Verbunt alsdan, met een gemotiveerd rapport omtrent zijne bezwaren in de vergadering te komen. De heer Verbunt verklaart zich daartoe bereid. De heer Timmermans-Van Turenhout geeft zijnen wensch te kennen om de vergaderingen der kamer wat veelvuldiger te houden. Met het oog op de verschillende stukken, die ter behandeling voorliggenkomt het spreker voordat dit alles niet in deze zitting kan afgehandeld worden. Hij verzoekt den voor zitter zoodra mogelijk eene nieuwe vergadering uit te schrijven, te meer nog, omdat er nadere inlichtingen te wachten zijn, omtrent de daar te stellen werken in de Waalwijksche haven, in verband met den Nieuwen Maasmond. De overige leden geven hier omtrent hunne goedkeuring te kenuen. De voorzitter zegt, dat het grootst aantal ingekomen stukken de laatste weken zijn ingekomen, dat deze ter dispositie zijn voor de leden, en dat de volgende vergadering in de maand November zal plaats hebben, vooral naar aanleiding der verschillende hangende zaken die de kamer thans te behandelen heeft. Na eenige nadere bespreking over de aan de orde blijvende zaken voor de volgende zitting, sluit de voorzitter deze vergadering. Het lot der nieuwe Kieswet. Een „occasional" correspondent van de Zwolsche Ct. meent te weten, dat lang niet van Fielding verklaard, zeide de oude heer verder, en nu verneem ik met diep leedwezen, dat hij in een kwaden luim over ae teleurstelling, die hij door dat meisje had ondervonden, het hand schrift verbrand en daardoor de wereld van een uitstekend voortbrengsel beroofd heeft. Hoe men ook de toeraalige vooringenomenheid van den beroemden dichter had veroordeeld en beklaagd, thans stemde men toch levendig met dat leedwezen in, en allen beschouwden het als een verlies, dat zij een roman niet meer ter lezing konden bekomen, waarin zij zei ven als hande lende personen voorkwamen; want nu wist men het, dat de werkelijkheid dikwijls romantischer is dan alle verdichtsels. Natus en Milly, de trouwe bedienden, de zwer vende heidens, die tot ingezetenen waren ver klaard volgden hunne jonge meesters van Chesney-Wood naar de Abdy, en werden door de geheele omgeving bewonderd. Sprak men daarover met Hetty en Robert dan antwoordden zijDie bewondering is slechts een nieuw bewijs voor de macht van het vooroordeel, waar tegen wij een zegevierenden strijd hebben gevoerd; Milly en Fortune Natus zijn onze levende zege- teekenen. In edele humaniteit en werkdadige menschen- liel'de voor allen, die ze behoefden, was het jonge echtpaar in de abdy een schitterend voorbeeld voor de geheele streek en op Chesney-Wood trachtten Mary en William in deze deugden met hen te wedijveren. Na alle stormen en weder waardigheden genoten deze voortreffelijke men- schen dagen van geluk en vrede, zooals zij vroeger nauwelijks hadden durven hopen. EINDE. alle liberale leden der tweede kamer mee gaan met het ontwerp-kieswet. Een deel hunner is met een groote uit breiding van kiesrecht warm ingenomen, een ander deel is fel daartegen gekanteen derde fractie zal zonder geestdrift volgen. Zonder steun van de rechterzijde zal niet licht een meerderheid voor de nieuwe kies wet te verkrijgen zijn. De katholieken gevoe len geenerlei behoefte aan nieuwe kiezers. Wat de antirevolutionairen betreftdeze worden geslingerd tusschen dr. Kuyper en de conservatieve elementen in hun midden. Aan neming der wetsontwerpen wordt door den eerstgenoemde, verwerping door de laatstge noemden aangeraden. Een feit is het, dat de leider der anti revolutionairen buiten de kamer, zoo dikwijls zijn advies in strijd is met de bedoelingen der conservatieve geestverwanten in de ka mer, het onderspit pleegt te delven. Vijf of zes stemmen in den geest van dr. Knyper zullen eventueel denkelijk onvoldoende zijn om de nieuwe kieswet te redden. Tot de anti revolutionairen moet men te genwoordig ook ook dr. Schaepman en zijn vrienden rekenen; zij zullen wel dezelfde ge dragslijn als de meerderheid der anti-revolu tionairen volgen. Aan pogingen, om de wetsontwerpen te amendeeren, zal het zeker niet ontbreken. Er zijn wijzigingen denkbaar, die het stelsel niet aantasten. Vermoedelijk zullen de oud liberalen echter verder willen gaan en den census, met of zonder het capaciteitstelsel daarnevens, onder den eenen of anderen vorm willen herstellen. Dergelijke pogingen bieden echter weinig kans van slagen, daar zij ongetwijfeld bij minister Tak en den linkervleugel der liberalen onverzettelijken tegenstand en bij de rechterzijde der kamer geen sympathie zullen vinden. Vooralsnog schijnt het lot der wetsont werpen om het zacht uit te drukken, derhalve hoogst onzeker. Onnoodig is het te zeggen, dat in de gezindheid der politieke fractien tot het laatste oogenblik toe verandering kan komen. De stemming over de vermogens belasting heeft daarvan nog onlangs een treffend voorbeeld opgeleverd. Valt de eerste der wetten, zoo volgt ver moedelijk een ontbinding der tweede kamer. Brengt deze geen aanmerkelijke wijziging in de samenstelling der kamer, zoo zal het mi nisterie TakVan Tienhoven wel dienen te worden vervangen door een kabinet, dat met den steun van oud-liberalen en katholieken tracht te regeeren. Hoe dat kabinet zal zijn samengesteld, is onmogelijk te gissen; de heer Heemskerk geraakt langzamerhand te zeer op jaren, om nog op zulk eeu avontuur uit te gaan. In elk geval zal het bestuur van een dergelijk kabinet een tijdvak zijn van stilstand op wetgevend gebied, met toenemende socia listische agitatie. Dezelfde gevaren, die men van het uitgebreid kiesrecht vreest, zijn dus met veel meer waarschijnlijkheid van ver werping der wetsontwerpen te wachten.Wel- licht en dit ware de beste uitkomst zullen de meeste oud-liberalen ten slotte door deze overweging en door het besef der groote verantwoordelijkheid, die zij door verwerping zouden aanvaarden, worden bewogen om te berusten in een hervorming, die zij toch slechts gedurende eenige jaren kunnen tegenhouden, maar niet duurzaam kunnen verijdelen. Zaterdag heeft de Fransche kamer het ontwerp betreffende de scheidsrechterijke uitspraak tusschen patroons en werklieden goedgekeurd met een amendement van den heer Grousset, waarbij de vrederechters als de natuurlijke arbiters worden aangewezen. De deugd dezer wet kan nu beproefd wor den op de geschillen te Carmaux. Ook uit de mijnstreek Lens is reeds een verzoek om bemiddeling ingekomen.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1892 | | pagina 1