BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
Engeland.
Duitschland.
Oostenrijk-Hongarije.
Italië.
Amerika.
BINNENLAND.
9
Zondag zijn er door het bestuur van den
Kongo-staat telegrammen ontvangenmel
dende dat commandant Dhanis aan de Lomani
het gros der Arabieren, onder aanvoering van
Sefu, een zoon van Tippo Tip, ontmoette.
Hij joeg de Arabieren op de vlucht en maakte
5 hoofden en 500 man gevangen en 600
geweren buit. Hierdoor zijn dus de ongun
stige geruchten omtrent de expedities van
Jacques, Dhanis en Delcommune te Katanga
weerlegd. Delcommune is met zijne man
schappen gezond en wel te Leopoldville aan
gekomen.
In den loop der operaties tegen de Ara
bieren zijn de oud-resident van Kassanga
Lippens, en zijn adjunct, De Bruyn, gedood.
Luitenant Chaltrin, van de Aruwimi terug-
keerende, overviel de Arabieren te Yadumba
en joeg hen op de vlucht. De Arabieren
lieten daarbij wapenen en ammunitie in den
steek. Na het gevecht werden nog vele
Arabieren uit wraak door de inlanders ver
moord; 80 slaven werden bevrijd.
Op de oefenplaats der artillerie te
Brasschaet, bij Antwerpen, is een bom in een
stalen kanon op het oogenblik van de lading
ontploft. De officier, die de oefeningen leidde,
luit. Chevalier, werd zeer gevaarlijk gewond
en vier manschappen bekwamen ook ernstige
verwondingen.
Men heeft te Doornik onder de soldaten
van het garnizoen een geheime vereeniging
tot het maken van propaganda voor het so
cialisme ontdekt. Een tiental leden daarvan,
soldaten en onderofficieren, zijn in arrest.
De Figaro zegt, dat het proces wegens
omkooperij, hetwelk acht Maart a.s. in be
handeling zal komen vóór het hof van assises,
zal leiden tot opzienbarende onthullingen
met betrekking tot Clémenceau, Floquet en
De Freycinet. Het blad zegt voorts dat deze
personen een voorname rol hebben gespeeld
als bemiddelaars tusschen de maatschappij en
bekende finauciemannen. Zoo hebben zij
vóór vijf jaar bij De Lesseps pogingen aan
gewend tot vermijding van het proces, waar
mede Herz en De Reinach de maatschappij
bedreigden.
Volgens Le Petit Journal is de inspec
teur van politie, Houllier, door de regeering
naar Bournemouth gezonden om Cornelius
Herz te bewaken en hem in geval van uit
levering naar Frankrijk over te brengen
Zondagavond te Parijs teruggekeerd.
Door de commissie voor de tentoon
stelling van 1900, is na een levendige dis
cussie met tien tegen vijf stemmen het Champ
de Mars gekozen. Er gingen ook stemmen
op voor het bosch van Vincennes.
Tegen het advies der commissie besloot
de kamer met 215 tegen 204 stemmen toch
Robert Mitchell's voorstel aan te nemen tot
belasting der livrei. Toen men hem toeriep
zijn voorstel in te trekken, daar hij al tevreden
mocht wezen met zijn succès met de piano
belasting, zeide hij, dat zijn voorstel in recht
republikeinschen geest de strekking had weelde
en ijdelheid te belasten.
Het is te voorzien, dat, bij de moeielijke
definitie van het woord „livrei," waarover al
in de kamer geklaagd werd, de nieuwe be
lasting tot tal van chicanes en moeilijkheden
en dat deze in eigen persoon aan het venster
stond en met verbaasde, zelfs eenigszins wan
trouwende blikken het jonge paar gadesloeg.
Wilberg had echter geen lust, zich door zijn
superieur te laten uitlachen als Melanie zich
wellicht liet verleiden, de ontmoeting met Hart
man en hun beider wedloop in kleuren en geuren
te verhalen.
Hij nam dus afscheid van de jonge dame met
de plechtige verzekering, dat zij balsem in zijn
hart had gedruppeld, en juffrouw Melanie snelde
de stoep op, terwijl zij zich vruchteloos het
hoofd b.ak met de belangrijke vraag, wie eigen
lijk het voorwerp was van Wilberg's ongelukki
ge liefde.
In de woning van den opziener Hartman zat
deze aaD de tafel met het hoofd in de hand. Niet
ver van hem af stonden Lorentz en Martha aan
het venster, toen Ulrich de deur van het huis
vertrek opende. Het gesprek van het driet 1 ver
stomde bij zijne intrede zoo plotseling dat de
jonge mijnwerker gemakkelijk kon nagaaan, dat
hij het onderwerp hiervan moest zijn geweest. Hij
scheen zich hierover evenwel niet te bekommeren,
maar sloot de deur achter zich gooide zijn hoed
op tafel en wierp zich zonder een woord of een
groet in den grooten leunstoel bij het vuur,
„Glück aufzeide de opzichter, het hoofd
langzaam tot hem omwendend, „Is 't je nu al te
veel moeite, ons goedendag te zeggen Mij dunkt,
dat ge die gewoote ten minste zoudt kunnen
aanhouden.'
«Laat mij met rust, vader!" voerde Ulrich hem
ongeduldig te gemoet, terwijl hij het hoofd nog
meer achterover wierp en de hand teger. het
voorhoofd drukte.
De opzichter haalde de schouders op en keerde
zich om terwijl Martha hare plaats bij het ven
ster verliet en naast haar oom kwam zitten om
het werk weer op te nemen, dat zij gedurende
haar gesprek met Lorentz uit de hand had gelegd.
Eenige minuten lang heerschte er een gedwongen
stilte, maar eindelijk trad de jonge mijnwerker
zijn vriend op zijde.
„Ulrich, Wilms is zoo even hier geweest, om
je te spreken; hij zal binnen een uur weerkomen.
Hij is op al de andere bergwerken in den omtrek
geweest."
Ulrich voer met de hand over het voorhoofd,
plsof hij een kwellende gedachte wilde verdrijven
zal aanleiding geven. Mittchell's bedoeling
is 40 Irancs voor elk livrei-bedienden pak.
De Morning Post maakt melding van ver
schillende protest-meetingen in Ierland tegen
het home rule voorstel gehouden. Te Belfast
is in beginsel een voorstel aangenomen, om
10000 Ieren naar Londen te zenden lot het
houden van een manifestatie tegen home-rule.
Hetzelfde blad voorspelt een nieuwe daling
der aandeelen der Iersche bank, als een ge
volg van de tweede lezing van het home rule
voorstel.
Zeer veel opzien maakt in Engeland
eene publicatie der admiraliteit, waarin, geheel
tegen hetgeen door een tweetal krijgsraden
is uitgemaakt in, het stranden van de Howe
bij Ferrol aan onkunde en zorgeloosheid is
toe te schrijven. De vrijspraak van admiraal
Fairfax en diens officieren verliest natuurlijk
hierdoor grootelijks aan beteekenis.
Te Londen heeft men Donderdag een
81jarige vrouw, Anne Darby, in hare woning
vermoord gevonden, met een door den moor
denaar gebruikte bijl naast haar. De politie
hoopt den dader op het spoor te zijn.
Verleden week werd te Londen een
FranschmanMeurier genaamd, gevat, die
ook een oude vrouw een bijl had vermoord.
De keizer heeft Von Caprivi, ter gelegen
heid van diens geboortedag, een prachtige
eeresabel geschonken. Het gerucht loopt,
dat de keizer den len Maart, bij gelegenheid
van het banket van den landdag van Bran
denburg zich zal uitlaten over de meening
der regeering, ten aanzien van het landbouw
vraagstuk, terwijl tevens de militaire wet door
hem zal worden besproken.
BERLIJN, 27 Februari. Een aantal mijn
werkers te Essen zijn veroordeeld tot gevan
genisstraf van drie maanden tot een jaar
wegens ophitsing tot staking.
Rijkskanselier Von Caprivi heeft ver
klaard de dame, aan wie men hem onlangs
heeft uitgehuwelijkt, zelfs van naam niet te
kennen.
In verband met de mededeeling, dat de
militaire begrooting, die in Mei aan de de-
legatien zal worden voorgelegd, verscheidene
millioenen hooger zal zijn dan die van het
vorige jaar, wordt gemeld, dat minister We-
kerle, de premier van Hongarije, zich eerst
heftig tegen deze verhooging heeft gekant.
De betooging van den minister van oorlog
Fejervary, die deze uitgaven noodzakelijk
heette, om alle eventualiteiten het hoofd
te kunnen bieden, heeft hij zich er mee ver
zoend.
Gelijk men weet leidt de keizerin van
Oostenrijk die niet voor niets het onrustige
bloed der Wittelsbachers Beiersche ko
ningen heeft geërfd in de laatste jaren
een zwervend leven. Op Corfu heeft ze een
paleis, maar meestal is H. M. op reis, en
laatstelijk was ze in Spanje, toen te Parijs en
verleden week in eens weer te Génève.
Was dit trekken vroeger misschien voor
H. M. een geneesmiddel voor velerlei on
rust en verdrietthans wordt het geneesmid
del langzamerhand erger dan de kwaal.
Van beteekenis is dan ook het bericht, dat
keizer Frans Jozef naar Zwitserland is ge-
,/Nu, en wat verder?" vroeg hij; maar de vraag
klonk weinig belangstellend en half werktuiglijk
als moest hij eerst bedenken, wat de ander
eigenlijk bedoelde.
„Ze sluiten zich bij ons aan," hernam Lorentz.
„Voorgaan doet goed volgen; ze zijn door ons
met nieuwen moed bezield. De strijd breekt nu
overal los; de ijzerhutten boven beginnen en dan
volgen de andere bergwerken, als alle eischen
niet terstond worden toegestaan en dit is
natuurlijk niet te verwachten. Zoo zullen we
binnen acht dagen een geheele werkstaking heb
ben onder al de mijnwerkersgezellen in het gan-
sche district."
„Eindelijk!" Llrich vloog als geëlectriseerd van
zijn stoel op. Al zijne onverschilligheid en droo-
merijen waren op eens verdwenen. Plotseling had
hij al zijn veerkracht teruggekregen. //Eindelijk!"
herhaalde hij, diep ademhalend. Het werd voor
waar ook tijd; ze hebben ons lang genoeg alleen
gelaten
„Omdat wij alleen voorgingen
„Wel mogelijk! Miar wij konden niet wachten,
't Was hier een ander geval dan op de overige
bergwerken. Iedere dag, dat er nog gewerkt werd,
bracht de Berkows een 6tap voor- en ons achter
uit. Is Wilms nu naar de dorpen Hij moet het
onmiddellijk aan de kameraden meedéelen. Dat
zal hen nieuwen moed geven
„Maar ook opnieuw gebrek doen lijden zeide
de opzichter bedaard. „Die moed laat bovendien
nog al wat te wenschen over. Sedert veertien
dagen wordt er geen hamerslag meer gehoord.
Gij wacht en blijft wachten op een verzoek, op
een voorstel ten minste, dat volgens je gevoelen
komen moet, en ginds houdt alles zich stil. De
beambten ontwijken je en mijnheer ziet er
waarachtig niet naar uit, alsof hij je ook maar
een duimbreed gronds zal gewonnen geven. Ge
loof mij, Ulrich, 't was hoog tijd, dat ge onder
steuning kreegt."
„We konden het nog best uithouden, vader!"
voerde de jonge man hem te gemoet. „De werk
staking duurt nog nauwelijks veertien dagen, en
ik heb hen vooraf gezegd, dat ze zich desnoods
op twee maanden moeten voorbereiden, als we
onzen zin willen krijgen, en dien zullen en moeten
we hebben
De oude man schudde het hoofd. „Twee maan
den I Dat kunt gij uithouden, en ik en Lorentz
reisd om aan sijne gemalin een bezoek te
brengen. Er wordt bijgevoegd dat H. M.'s
gezondheidstoestand in den laatsten tijd veel
te wenschen overlaat en dat haar echtgenoot
zal trachten haar over te halen eens rust te
nemen en weêr eens kalm aan zijne zijde te
Ween en te gaan wonen.
De Paus moet ter gelegenheid van zijn
jubileum reeds meer dan zes millioeu francs
ontvangen hebben. Oostenrijk alleen heeft
meer dan anderhalf millioen gezonden. De
keizer droeg daartoe bij 100,OlO francs; de
aartshertogen, de aartsbisschop van Praag en
de primaat van Hongarije gaven ieder de
zelfde som. De bisschoppen in Oostenrijk-
llongarije boden 250,000 francs aan, de aris
tocratie in Bohemen 300,000 en de rijke fa-
inilien in het overige deel des lands 500.000.
De Amerikaansche republieken, buiten de
Vereenigde Staten, hebben 400,000 francs
verzameldwaartoe Mejico alleen 150,000
heeft bijgedragen.
- De gezondheidstoestand ran Z, H,
schijnt weder goed te zijn, Zondag ontving
hij de Schotsche polgrims, die hem werden
voorgesteld door den aartsbisschop van Edin-
burg, den bisschop van Aberdeen en den
vicaris-generaal van het aartsbisdom Glasgow.
De audiëntie duurde meer dan een uur, en
na de voorlezing von een adres der katho
lieken van Schotland hield de Paus een
redevoering, waarin hij Schotland de uitver
koren dochter der kerk heette, en zijn te
vredenheid te kennen gaf over de gehoor
zaamheid, door de Schotten betoond, met
betrekking tot zijn voorschriften omtrent de
sociale quaestie. Maandagmorgen heeft de
Paus generaal von Loë ontvangen, den bij
zonderen afgevaardigde van den keizer van
Duitschland.
Maandag namiddag waren aan de beurt
de Engelsche pelgrims.
Zijne Heiligheid zag er voortreffelijk uit.
Kardinaal Vaughan stelde eerst het gezel
schap, daarna den hertog van Norfolk, vooral
uitweidende over het vele goeds dat deze
laatste in Engeland sticht. De Paus deed nu
een adres lezen, waarin hij de pelgrims prijst
wegens hunne verknochtheid en de hoop uit
spreekt dat Engeland weder katholiek moge
worden. Zijne Heiligheid prees de koningin
van Engeland wegens de hooge rechtvaar
digheid, waarmede zij den Engelsche katho
lieken vrijheid heeft gegeven om hunnen gods
dienst uit te oefenen. Om zeven uur werd de
audiëntie met eene benedictie besloten.
Ook eene deputatie van de joodsche ge
meente te Rome, met den opperrabijn aan
het hoofd, heeft den Paus ter gelegenheid
van zijn jubileum haar gelukwenschen aan
geboden. Leo XIII ontving de deputatie zeer
vriendelijk en dankte voor de hem ten deel
gevallen eer. In zijne dankbetuiging liet hij
uitkomen, dat de joden in de Pausen van
Rome steeds beschermers hadden gevonden
en dat ook hij het ten zeerste betreurde, dat
in sommige landen de joden nog vervolging
te verduren hebben.
Prinses Clotilde, de zuster des konings,
heeft den Paus door den aartsbisschop van
Turijn hare gelukwenschen doen aanbieden,
met de bede, dat hij aan alle Italianen, zon
der uitzondering, zijnen zegen moge schen
ken. De Paus heeft hierop geantwoord met
eene benedictie over alle Italianen zonder
voorbehoud.
Ook de ex-keizerin Eugenie heeft haren
gelukwensch gezonden.
kunnen het ook uithouden, maar niet diegenen,
die vrouw en kinderen hebben."
„Ze moeten wel," zeide Ulrich op ijskouder,
toon. ,-Ik heb ook gedachtdat wij het schielijker
en gemakkelijker gedaan zouden krijgen. Maar
ik heb mij vergist. Als zij daar ginds het tot het
uiterste willen laten komen, zullen we hen hier
van ook de gevolgen doen ondervinden I"
„Of zij ons!" merkte Lorentz aan. "Als mijn
heer werkelijk
Ulrich stampte driftig met den voet. "Mijnheer"
en altijd maar weer „mijnheer." Hebt ge dan in
het geheel geen andere benaming voor dien Ber-
kow Ge hebt hem vroeger toch ook nooit zoo
genoemd maar sedert hij je in het aangezicht
heeft gezegd, wat hij is en wil zijn, zijl ge
geheel door hein ingepakt. Ik zeg jeals wij
onzen wil doorzetten, dan zijn wij de „mijnhee-
ren dan heeft hij alleen nog den naammaar
wij hebben de macht! Hij weet best, dat het
daartoe vroeg ol laat moet komen. Daarom verzet
hij er zich zoo tegen, maar daarom juist moeten
wij geen van onze eischen laten vallen geen
enkele, het koste wat het wil
//Beproef hetl" antwoordde de opzichter kortaf.
„Probeer het, of gij alleen de wereld het onderste
boven kunt keeren Gij weet, hoe ik er over
denk."
Lorentz nam. zij hoed van de vensterbank en
maakte zich gereed om te vertrekken. „Gij zult
wel het best weten, hoe wij ook verder moeten
handelen. Gij zijt immers onze leider?"
Ulrich's gelaat betrok. „Ja, dat ben ik, maar
ik had gedacht, dat het gemakkelijker zou zijn
met je samen te werken. Ge maakt mij de taak
zwaar genoeg."
De jonge mijnwerker hief beleedigd het hoofd
op. „Wij? Ge hebt toch waarlijk geen klagen
over ons; wij gehoorzamen je onvoorwaardelijk!"
//Geüoorzamen Ulrich sloeg een vorschenden
blik op het gelaat van ziin vriend. „Ja, daaraan
ontbreekt het niet en daarover beklaag ik mij
ook niet, maar toch is het anders geworden
tusschen ons, ook tusschen ons beiden,#Karel; geheel
anders dan vroeger. Gij allen zijt tegenwoordig
zoo vreerad, zoo koel en zoo schuw, en dikwijls
komt het mij voor, alsof gij mij maar vreest en
anders niets."
„Neen, neen, Ulrich 1" Lorentz wierp deze be
schuldiging zoo heftig van zich af, dat zijn tegen-
De senaat der Unie (zoo wordt uit New-
York gemeld) stelde de behandeling der aan
gelegenheden van Hawai uit tot na Cleve
land s optreden. De senaat komt op 4 Maart
in buitengewone zitting bijeen, om Cleveland's
benoemingen na te gaan en verdere voor
stellen te behandelen.
WAALWIJK, 1 Maart 1893.
Zaterdag tegen den middag vertoonde zich
op den dijk tusschen de Goudmijn en de
Poststraat alhier een ongemuilbande vreemde
hond.
Er waren daar verscheidene kinderen aan 't
spelen, die er pret in hadden het dier op te
houden en te plagen en die trachtten het
in 't water te drijven.
Lenigen tijd liep dit goed af, maar ein
delijk viel de hond, die ook reeds in andere
gedeelten der gemeente schijnt gesard geweest
te zijn, een der kinderen, L. v. d. H. aan;
deze verdedigde zich dapper en trachtte hem
af te weren eindelijk struikelde de jongen
en viel op den grondde hond wierp zich
op hem en beet hem op verscheidene plaat
sen in het been. De aangebrachte wonden
werden onmiddellijk gezuiverd en heelkundige
hulp werd ingeroepen.
Inmiddels was de hond doodgeschoten door
F. v. I)., die met twee jagers daar langs
kwam, wier jachthonden gevaar liepen.
Het cadaver is onderzocht door den dis
tricts veearts, die verklaarde den hond te
verdenken van hondsdolheid.
Naar aanleid'ng van die verklaring is door
den burgemeester van Waalwijk een bevel
schrift uitgevaardigd krachtens de 2e zinsnede
van art. 3 der wet van den 5en Juni 1875.
De honden moeten dus nog 4 maanden in
onze gemeente gemuilband zijn. Men denke
hier wel om
De gebetene jongen bevindt zich tamelijk
wel. Naar wij vernemen zal hij, vergezeld
van zijn vader, naar Parijs worden gezonden,
teneinde aan het Instituut Pasteur behandeld
te worden.
De handel in 3- en 4jarige paarden in
de Langstraat was de vorige week zeer leven
dig. Verscheidene werden tegen 300 a
450 verkocht.
De remonte-commissie, bestaande uit
majoor Ramaer, voorzitter, kapt. Wagner en
majoor-paardenarts Schróder, heeft in deze
streek 7 paarden aangekocht voor de bere
den artillerie.
Volgens ambtsberichten van den genees
kundigen inspecteur voor Zeeland en westelijk
Noordbrabant, zijn in den loop dezer maand
verschillende gevallen van pokziekte waarge
nomen te Breda, Tilburg, Prinsenhage, Te-
teringen, Made en Drimmelen.
Uit dien hoofde en daarbij in aanmerking
nemende, dat de ziekte in Belgie, vooral in
Turnhout en omliggende dorpen zich meer
en meer uitbreidt, heeft de commissaris der
koningin in Noordbrabant de burgemeesters
uitgenoodigd het bovenstaande ter kennis te
brengen van de ingezetenen en deze er op
te wijzen, dat tot wering en beteugeling van
die terecht gevreesde ziekte, inenting en
herinenting de meest afdoende middelen zijn.
De burgemeester van Waalwijk heeft heden
aan die uitnoodiging gevolg gegeven.
Uit Zevenbergen wordt geschreven:
De wintergranen staan hier in de omstreken
spraak bijna voor hare waarheid pleitte. „Neen
wij vertrouwen je volkomen, u alleen. Wat ge
ook gedaan hebt, ge hebt het voor ons gedaan,
niet voor jezelf; dat weten ze allen, dat zal nie
mand vergeten 1"
„Wat ge ook gedaan hebt, ge hebt het voor
ons gedaan I dit klonk onschuldig genoeg en
kon ook als zoodanig bedoeld zijn, en toch meende
Ulrich een verborgen zin in die woorden op te
merken en wierp den spreker een doorborenden
blik toe. Deze ontweek dien en zag voor zich.
„Ik moet gaan." zeide hij haastig. „Ik zal Wilms
bij je zenden. Gij blijft immers thuis, zoodat hij
je zeker aantreft?"
Ulrich antwoordde niet. De gloed van zoo even
had weer voor de vale bleekheid plaats gemaakt,
die zijn aangezicht bij zijn binnentreden had
overtogen; hij knikte slechts toestemmend en
wendde zich naar het venster.
De jonge mijnwerker groette den opzichter en
verliet het vertrek; Martha stond op en volgde
hem naar buiten. Het meisje had zich in net
geheel niet in het gesprek gemengd, hoewel zij
ae oogen niet van de beide mannen had afge
wend. Zij bleef vrij lang buiten; maar dit kwam
de achterblijvenden niet vreemd voor. Ze wisten
immers, dat verloofden altijd nog iets bijzonders
met elkaar te fluisteren hebb n en schenen er
zich dan ook niet veel om te bekommeren.
Vader en zoon waren alleen; maar het stil
zwijgen, dat thans tusschen hen heerschte, was
misschien nog drukkender dan straks bij Ulrich's
komst. Deze stond nog bij het venster, liet voor
hoofd tegen de ruiten gedrukt, en staarde naar
buiten, zonder nochtans iets te zien. De opzichter
had zijne plaats niet verlaten; hij zat nog altijd
bij de tafel en steunde het hoofd met de hand;
maar het gelaat van den ouden man had gedurende
de laatste weken een merkbare verandering onder
gaan. Verdriet en zorg stonden er op te lezen;
de rimpels, die de ouderdom daarop geploegd had,
schenen nug dieper te zijn geworden, en zijne
oogen hadden zulk een droevige uitdrukking ge
kregen, alsof zij de wakkerheid en strijdvaardig
heid, waarmede hij zijn zoon vroeger zoo menige
duchtige strafpredikatie had gehouden, hem ten
eenenmale verlaten hadden. Stil en neergedrukt
bleef hij op zijn stoel zitten, zonder zelfs een
poging aan te wenden om het gesprek weer aan
te knoopen. (Y\ ordt vervolgd.)