Nummer 71. Donderdag 7 September 1893. 16e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
DE BROODDRUfiSTEB.
UITGEVER;
ANTOON TIELEN,
FEV1LLETON.
Staatkundig overzicht.
De Echo van het Zuiden,
Waiihvijltsclie en Laiigslniiilsclit Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden j 1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentiën 1 7 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regeJ
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, morden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
TAARDENFOKKERIJ.
De Nederlandsche Sport bevat een artikel
van den heer H. F. Bultman Hz. te Haar
lemmermeer, over het lokken van paarden
geschreven naar aanleiding van het adres, uit
naam van de verschillende harddraverij-co-
mité's aangeboden aan de ministers van oorlog
en binnenlandsche zaken.
Men kan daarzegt de heer Bultman
tusschen de regels door lezen, dat het fokken
van remonte paarden als de aangewezen
fokrichiing voor Nederland wordt beschouwd,
terwijl naar zijn bescheiden meening Nederland
een zwaar wagenpaard met hooge kniebewe
ging moet produceeren. In de eerste plaats
omdat dit meer winstgevend is: een dergelijk
paard is meer waard dan de prijs, dien de
remonte-commissie besteedt en het kost min
der. Op 21/2iarigen leeftijd is het voldoende
ontwikkeld om licht handwerk te verrichten
en begint dan reeds de kosten van onderhoud
te verdienen. Is het een merrie, dan houdt
men het tot het vijfde jaar en tracht er nog
een of twee ".veulens van te krijgen; in 't
tegenovergestelde geval maakt men het op
4jarigen leeftijd voor den handel klaar. Zonder
al te groote krachtsinspanning te verlangen,
kan men de veulenmerries ook mede laten
werken en op die manier kan de landbouwer
met belangrijk financieel voordeel tevens paar
denfokker zijn. Het bewijs, dat deze theorie
juist isvindt men in het feit, dat in die
deelen van Europa, waar men bovengenoemde
richting volgtde landbouwers het grootste
voordeel van de paardenfokkerij genieten.
Men spreekt in Holland veel van de paar
denfokkerij in Ierland, Oost Pruisen, Hongarije,
Zuidelijk Frankrijk, in 't algemeen van die
streken, waar men remontepaarden fokt, maar
wanneer men daar geweest is, en men bezoekt
dan Normandie, Engeland, Oldenburg, Han
nover en meer landen, waar men zich toelegt
op het voortbrengen van zware tuigpaarden
met hooge gangen, dan komt men bij onpar
tijdige beoordeeling tot de overtuiging, dat de
landbouwers hier oneindig grooter voordeelen
Naar het Fransch door W. v. R.
Overgenomen uit de Meier'jsche Courant
19
//De eerste meesterknecht der fabriek, een goede
brave jongen van groote verdienstenJacques
Garaud genaamd. Met ons is hij toegesneld om
hulp te biedenTen koste van zijn leven heeft
hij de kas willen redden, en thans ligt hij onder
het gloeiend pnin bedolven! O, wat een ellendige
vrouw 1"
„Is er nog een gedeelte der fabriek dat niet
vernield is, eenige plaats waar men voorloopig
het lijk des heeren Lab roue kan nedeileggen
David de loopjongen, die in de nabijheid stond,
antwoordde
„Ja, mijnheer, de remise en de stal zijn nog
9teeds onaangetast."
„Wel, dat men daar dan het lijk heenbrenge."
Een paar personen namen het ontzielde lichaam
op en droegen het naar de plaats, die tot nu toe
door de vlammen was gespaard gebleven.
Zich tot Ricoux wendend, hernam de kom-
mi8saris0
„Er zal onmiddellijk een onderzoek worden
ingesteld. Ik zal er een aanvang mede maken
en heden nacht nog zal ik den procureur des
keizers verwittigen. Gelief mij alle inlichtingen
te geven om het procesverbaal op te maken."
„Ik ben tot uwen dienst mijnheer," antwoordde
de kassier.
„Doch vooraf, een woordDe heer Labroue
was niet gehuwd, naar ik vermeen?"
„Hij was weduwnaar en vader van een kind.'
„Had hij familie te Parijs
„Te Parijs niet geloof ikDe heer Labroue
had slechts een zoon en eene zuster, mevrouw
de weduwe Bertin, die een dorp bewoont in de
nabijheid van BloisHet kind, dat nog zeer
jong is, woont bij zijne tanteEergisteren
heeft de heer Labroue een telegram van zijne
zuster ontvangen, waarin hem ae mededeeling
genieten dan daar waar remontepaarden wor
den gefokt.
Men zegt wel eens, dat het toch zoo jammer
is, dat het geld voor den aankoop van remonte
paarden noodig, buitenlands uitgegeven wordt,
maar als het buitenland voor pl. m. fl. 550
geschikte remonte paarden kan leveren en de
Nederlandsche paardenfokkers hunne paarden
voor hoogen prijs (hoofdzakelijk weer naar 't
buitenland) kunnen verkoopen, dan kunnen
de Nederlandsche paardenfokkers van hun
standpunt toch tevreden .zijn.
't Is bloot toeval natuurlijk, doch 't is des
ondanks wel opmerkelijk, dat de zekerheid
de officieele zekerheid, omtrent het bezoek
van een Russisch eskader aan een der Fran-
sche havenswerd verkregen op 't zelfde
oogenblikdat Italie's troonopvolger zich
opmaakt om met zijn keizerkjken gastheer
van Koblentz naar Metz te vertrekken, waar
Duitschlands heerscher een paar dagen ach
tereen al zijn majesteit zal doen gelden door
veel uiterlijk vertoon, omringd 'door tal van
vorsten en grooten, door de vertegenwoordi
gers van dertien mogendheden en door aan
zienlijke legerhorden. 't Zal er te Metz
feestelijk toegaan en de intocht van den keizer
droeg reeds geheel het kenmerk van de hand
en de leiding des knappen régisseurs, die alles
weet te doen kloppen. Daar zat gang in dat
samenstel van pracht en heerlijkheid voor 't
oog; de gansche opzet was er op berekend
indruk te maken op die groote menigte, die,
aangewassen door de komst van een hon
derdduizendtal Duitschers in verbazing en
bewondering getuige was van al die grootheid,
't Zal den Franschen hebben welgedaan aan
't hart toen de officieuse Temps de ontvangst
heeft kond gedaan van de officieele kennis
geving, betrekkelijk het bezoek van het Rus
sische eskader onder bevel van admiraal
Avelane en bestaande uit een vijf- of zestal
schepen, 't Zal er omstreeks de helft dezer
ilM——«aiMmiBIl BKB
werd gedaan, dat de kleine Lucien, zijn zoontje
zeer ziek was. Onmiddellijk is hij dan vertrok
ken en was niet van plan voor morgen of over
morgen avond terug te keeren."
//Hoe legt gij dan thans zijne tegenwoordigheid
te dezer plaatse uit
„Zeer natuurlijk."
//Hoe dan
„De patroon had hier zeer veel werk, dat al
zijne aandacht eischte. Wellicht is hij zoo spoedig
teruggekeerd, ziende dat de ziekte van zijn zoon
geen bijzonder gevaar bood."
z/Kent gij het juiste adres van de zuster des
heeren Labroue
„Ja mijnheer."
//Wilt gij haar mededeeling doen van het onge
luk dat hier gebeurd is?"
if Zeer gaarne."
„Schrijf geen brief, 't Zou te lang duren eer deze
besteld isZend liever een telegram.'
„Dat zal morgen vroeg mijn eerste werk zijn."
„Zeer goed."
Het bebloede lichaam van den heer Labroue was
in de remise neergelegd op een paar bossen stroo.
Een katoenen deken bedekte het lijk.
De kommissaris van politie schreef haastig
eenige regels aan den procureur des keizers in
het departement der Seine en zond naar het
paleis van justitie te Parijs zijn secretaris, die
zich bij hem was komen vervoegen.
Hij verzocht het hoofd des parkets onmiddel
lijk naar het tooneel der misdaad te komen of
wel zijn substituut, een rechter van instructie en
agenten der openbare veiligheid te zenden.
Onmiddellijk na het vei trek van zijn secretaris
verzocht de magistraat den heer Ricoux onder
de menigte nieuwsgierige en toegeschoten personen
om hunne hulp te bieden, alle lieden bijeen te
roepen, die op het kantoor of in de ateliers der
fabriek waren werkzaam geweest.
Ricoux gevoelde zich gelukkig over deze wen
ding, die hem een air van gewicht gaf en haastte
zich te doen wat hem gevraagd was.
Dan begon de kommissaris een oppervlakkig
onderzoek, dat weldra met meer nauwkeurigheid
door den rechter van instructie zou worden voort
gezet.
NEGENTIENDE HOOFDSTUK.
De geboden hulp, wij hébben het reeds
maand geestdriftig toegaan, 't zal een ver
broedering zijn zonder begin en zonder eind
een heerlijke revanche op Duitschlands
vernederende „provocaties» en eigenlijk een
vrij onschuldige ook. Toulon zal voor de
Russen zijn 't geen Kroonstadt is geweest
voor de Franschen: de meest democratische
natie van Europa (Frankrijk) zal zich één van
zin en één van gevoelen verklaren met de
meest aan de autocratie en het despotisme
onderworpene. De wraak is immer zoet en
indien zij dan zoo onschuldig is in beginsel
als t vertoon te Toulon (er is zelfs kans
dat de president der republiek er heen gaat
om de Russen te ontvangen) dan kan men
er allen vrede mee hebben, als de Franschen
maar geen dwaasheden begaan in een oogen
blik van overmoed en onbedachtzaamheid
waarbij 't berouw doorgaans te laat komt!
Een bevestiging van de verwachtingen van
allen, die rekening hebben gehouden met de
teekenen des tijds ziedaar wat met be
trekking tot den uitslag der 160 herstemmin
gen Zondag in Frankrijk gehouden kan
worden gezegd Merkwaardig is tevens het
betrekkelijk groot aantal nieuwe mannen in
de kamer: zoo ongeveer een 200 tegen 380
van de reeds in de kamer van 1889 zitting
genomen hebbenden. Gekozen waren 20
Augustus 241 regeeringsmannen, 71 radicalen,
30 socialisten 14 „ralhés" en 55 mannen
der rechterzijde en de zege van eerstge-
noemden heeft zich Zondag evenzeer gehand
haafd als de nederlaag der laatsten. Niet
minder toch dan 95 zetels hebben de con
servatieven van alle kleur verloren tegen 3
zetels, door de republikeinen gemist. Gekozen
zijn 340 republikeinendie der regeering
getrouw blijven (meer nog dan men durfde
hopen); 100 radicalen (dat is zoo ongeveer
volgens de berekeningen en voorspellingen)
5o socialisten (een zetel of tien beneden de
verwachtingen) 30 ralliés (iets meer dan men
voorspeld heeft) en de overigen reactionairen
(van een tiental districten in de koloniën is
de uitslag nog niet bekend). De numerieke
mocht niet meer baten. Behalve de stallen en de
remise bleef er niets meer van de gebouwen over.
De spuiten wierpen nog steeds groote water
massa's op de brandende puinhoopen.
Eindelijk echter kreeg ae compagnie soldaten,
die van het fort Charenton was aangerukt, bevel
weder terug te keeren.
De menigte staarde met leede oogen op het
tooneel des onheils en besprak op verschillende
wijze Jeanne's vertrek. De meerderheid nochtans
beschuldigde zwaar de ongelukkige vrouw. Schier
allen waren overtuigd van hare schuld.
Thans had het onweder opgehouden te woed en,
doch de wind blies nog lievig uit het westen en
joeg de laatste wolken met geweld voor zich heen.
Eene grijze tint verscheen aan den oostelijken
gezichteinder en kondigde den naderenden dage
raad aan.
Jeanne vol angst en schrik, niet wetende wat
aan te vange vluchtte steeds verder en verder,
haren zoon in de armen mededragend. Gedurende
een uur ongeveer zette zij op deze wijze haren
weg door het open veld voort, door niets weer
houden, noch door bosschen of heggen noch door
slooter., grachten of heiningen. Eindelijk uitgeput
van krachten, niet meer in staat het gewicht
van haar eigen lichaam te dragen, liet zij zich
in het gras aan een slootkant nedervallen.
Toen wierp zij den blik achter zich heen en
ontdekte den vurigen hemel boven de fabriek,
als een bloedende middernachtzon.
Jeanne hield Georges op de knieën en drukte
hem liefderijk aan den kloppenden boezem.
Eensklaps maakte de kleine eene beweging. De
moeder bedekte hem met hare kussen, terwijl zij
aan zijne ooren stamelde
„Georges,mijn lievelingmijn schat
Het kind opende de oogen.
//Mamaatje, ik heb zoo'n kouklaagde het
kind, wiens kleeren door het regenwater geheel
doortrokken waren.
„Hebt gij kou, kind? Loop dan ten weinig aan
mijne zijde voort om u te verwarmen."
Zij zette den kleinen Georges op den grond en
stond ook op.
Een zeer lange weg strekte zich voor haar uit.
Waar zou zij heen gaan P Wat zou zij aanvan
gen Wat zou er van haar geworden
„Ik ben op de vlucht gegaansprak de onge-
nederlaag van de rechterzijde zou in elk ge
val nog beter te dragen zijn dan 't verlies
van een Paul de Cassagnac, een Lamerzelle.
Onder de niet-gekozenen van naam en
bekendheid behooren: Clémenceau (zijn
tegenstander, de gematigde republikein Jour-
dan werd gekozen met 873 stemmen meer
derheid; Clémenceau kreeg 8609 stemmen
Jo.irdan 9482); Floquet werd geslagen door
den socialist Favereau met 1152 stemmen,
welk resultaat door de menigte op de bou
levards te Parijs met gejuich werd begroet;
Paul De Cassagnac werd geslagen door den
gematigden republikein Bascou met 1639
stemmen. Goblet is gekozen tegen den op
portunist MuzetGeorge Berry (rallié) is
gekozen tegen den opportunist Klotz, Crouzier,
socialist, heeft Maujan geslagen. De revisio
nist Laguerre moest wijkeu voor een socialist
en gekozen werden Thivrier en Naquet. Te
Parijs zelf zijn van de 42 gekozenen 21 oud
leden, de overige nieuwelingen. De radicalen
van de kleur Floquet zijn er 't treurigst af
gekomengeavanceerde socialisten hebben
hen geslagen. Zoo zijn gekozen Chauvin, de
kapper, Vaillatit en Dejeante, allen luiden,
die hun socialistische en revolutionaire ge
voelens niet onder stoelen of banken steken.
Van de drie te Parijs gekozen reactionairen
zijn twee „ralliés."
Zoo heeft dus de kamer van 1893 een
regeeringsmeerderheiddie wat vermag, die
wat kan uitrichten zonder te moeten zien
naar rechts en naar links, zonder omkoope-
rijen en zonder kuiperijen: de regeering kan
steunen op een 340tal mannen zoo iets
als de meerderheid die 't kabinet Ferry
drie lange, lange jaren leven liet.
O
Sagasta, de premier van Spanje, heeft te
San Sebastian een conferentie gehad met zijn
collega's van binnenlandsche zaken en van
koloniën en bij die gelegenheid is in den
breede geredeneerd over den toestand, die
nu niet zoo rooskleurig is, maar toch geen
bijzondere reden geeft tot ongerustheid. Wel
is de bevolking in verscheidene provinciën in
lukkige tot zich zelve. „Waarom?Ik was vol
angst. Waarom Kon men dan eene ernstige
beschuldiging tegen mij uitbrengen Zou men mij
dan niet op mijn eerste woord geloofd hebben
Eene koude rilling liep haar over de ledematen.
Zij dacht aan Jacques woorden
„Ik heb maatregelen genomen, opdat alles u
be9chuldige.
„Ja," zuchtte zij, „hij had gelijk;men zal
mij aanklagen de ledige petroleumfle9schen zul
len gevonden worden en men zal zich de woor
den herinneren, die ik tot den ingenieur gericht
heb, woorden, welke eene bedreiging schenen te
zijn voor den heer LabroueDeze woorden
zijn mijne veroordeeling.... Ik ben reddeloos
verloren! Ik moet vluchten, verre, verre van
hier
Zij vatte den kleinen Georges bij de hand.
„Mijn paardje!' kreet de kleine, die zijn gelief
koosd speelgoed op den grond had neergezet.
Jeanne raapte het speelgoed haars kinds op en
begaf zich verder op weg, terwijl zij haar zoontje
de hand reikte.
„Waar gaan wij heen, mamaatje?" vroeg de
jongen.
„Ik weet het niet lieveling
„Hoe komt het, dat gij dit niet weet?"
„God zal ons leiden.»
„Welaan dan, laat ons opstappen."
En terwijl zij voortgingen, herhaalde deonee-
lukkige moeder in haar binnenste
Waarheen? Wat zal er van ons géworden
Dikke tranen liepen haar over de wangen
Van lieverlede kwam de dag op.
De zon vertoonde zich aan den gezichtmn/W
schitterend, vroolijk, alsof zij de aarde eene veï
goeding wilde schenken voor dezen stormachtigen
Doch de weg bleef nog steeds eenzaam
Jeanne sloeg den blik in de verte op den wee-
en stond dan eensklaps stil. Zij had ter zijde'
der groote baan van een zijpad, achter een bosch-
je verscholen, twee ruiters zien te voorschiin
komen. J
't Waren twee gendarmen 'te paird.
De eerste stralen der morgenzon deden hunne
zilveren epauletten schitteren; hunne vangsnoeren
ontwaarde zij en hunne sabels in de schede
Voor hen uit liep eene in lompen gekieede
vrouw met geboeide handen.