Nummer 80. Donderdag 5 October 1893. 16e Jaargang.
DË BROODDRUGSTËR.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
UITGEVER:
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
De Echo van het Zuiden,
Waalwijlische en Langslraatselie Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maandenyi,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentiën 17 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Frankrijk is het nu met Siam voor goed
eens geworden en Zondag kwam de defini
tieve overeenkomst tot stand, die gisteren
moest worden geteekend. Frankrijk's ge
machtigde Le Myre de Vilers zal daarna naar
Saigon vertrekken.
Slechts onder sterken drang van Fransche
zijde, dus wordt gemeldbewilligde Siam in
de overeenkomst, waaraan een codicil is toe
gevoegd, krachtens hetwelk Frankrijk Chan-
toboon zal bezet houden tot definitieve ont
ruiming van den linker:Mekong oever. Frank-
rjk verbindt zich echter tot eene zoo spoedig
mogelijke ontruiming.
Den eisch, dat de Deensche officieren, die
in het Siameesche leger en bij de marine
dienen,zouden ontslagen worden, liet Frankrijk
vallen.
Twee maanden lang reeds heeft de helft
van het gansche aantal mijnwerkers van Groot-
Brittannië niet gearbeid en wel komen zoo
hier en daar hervattingen van den arbeid
voor, doch zij zijn sporadisch, een algemeene
neiging ter beëindiging der staking is onder
de 350000 grevisten nog immer niet waar
neembaar. En toch doet de nood zich aller
wegen scherp gevoelen in Yorkshire alleen
lijden een 10000 tal vrouwen en kinderen
gebrek en hebben geregeld soep- en brooduit-
deelingen plaats. Dat ook aan de zijde der
groote kolenverbruikers de verliezen ingevolge
de staking groot zijn, blijkt wel uk de becij
feringen der spoorwegmaatschappijendie
door de opheffing van een 50-tal treinen
daags, reeds meer dan twaalf millioen gulden
hebben verloren. Tal van hoogovens zijn
gedoofd moeten worden en zoo gaat 't ook
in de aardewerk- en de katoen industrie, ter
wijl de kolen nu 50 percent zijn gestegen in
prijs sinds den aanvang der staking.
Met betrekking tot de beschouwingen over
Naar het Fransch door W. v. R.
Overgenomen uit de Meierijsche Courant
23
Terwijl hij met snellen tred den weg opwan
delde naar Chevry, bewonderde de jeugdige
schilder de pracht der heerlijke tinten, waarin
de herfst de natuur kleedde.
Toen hij het dorp binnentrad waren er tal van
boeren, die hem als een oude kennis begroetten.
De kunstenaar beantwoordde beleefd deze tee
kenen van belangstelling en zette zijn weg voort
tot de pastorie. Daar schelde hij aan en dan binnen
het ijzeren hek tredend, dat nooit gesloten werd,
stapte hii den tuin binnen, volgde het groote pad,
dat om net grasperk en de woning liep, en be
reikte weldra den moestuin.
Pastoor Laugier was aan 't tuinieren.
Zoodra hij liet gerucht der stappen van den
vreemdeling hoorde, wendde hij het hoofd en
Stefaan bemerkend, stiet hij een kreet van vroolijke
verwondering uit, stak zijn spade in den grond
en trad den jongman te gemoet.
Deze naderde langzaam.
„Welkom! Welkom, mijn jongen!" riep de
goede pastoor uit, terwijl hij de handen des
kunstenaars in de zijne drukte. „Wat een aange
name verrassing!"
„Dan vergeeft gij mij mijne onbescheidenheid,
mijnheer pastoor/ sprak de jongman lachend.
„Ik kom hier binnenvallen als een onverwachte
bom/
„En ik zal u ook deze dwaze vraag vergeven,
zoo gij mij belooft lar.g hier te blijven."
„Ik geef u acht dagen/
„Acht dagen maar Dat is al te weinig."
,1k kan niet over meer tijd beschikken."
„Welnu dan! Wij zullen gedurende die acht
dagen flinke wandelingen maken en vroolijk
samen keuvelen."
„En menig partijtje schaak spelen," voegde
Stefaan er lachend bij.
de telegrammen, tusschen vorst Bismarck, den
ex-kanselier van Duitschland, en keizer Wil
helm II gewisseld, zou men kunnen zeggen
dat de eetlust al etende toeneemt, niet de
smaak naar meer bepaald, doch de smaak
naar lekkerbeetjes in den vorm van onthullin
gen over de aanleiding tot en de gevolgen
van 's keizers initiatief nadat de handeling
zelve van alle kanten is bekeken en op alle
manieren is besproken en beoordeeld en ook
wel (doch niet veelvuldig) veroordeeld. Mag
men des ex-kanseliers lijforganen de Hamb.
Nachrichten en deMünchener Neueste Nacht-
richten beschouwen als vertrouwbare toets-
steenen voor Bismarck's stemming vis-a-vis
den keizer en de regeering, dan zou men zoo
zeggen dat de oude van Friedrichsruhe in
geenen deele gezind is om mooi weer te gaan
spelen tegen de door hem reeds zoo dikwerf
scherp gegispte regeering: „De vorst zal zich
door niets laten verhinderen aan zijn gevoelen
uiting te geven als hij 't noodig oordeelt",
aldus spreekt de Hamburger en het Münche-
ner blad gaat nog verder: 't kent den ex-
kanselier niet alleen het recht toe te spreken
als er maatregelen worden genomen, die 't
rijk kunnen schaden, neen, het heet spreken
in dergelijke gevallen zelfs een plicht. In
hoeverre Bismarck nu deel heeft aan derge
lijke publicatien dan wel of ze misschien
zijn de persoonlijke uitingen van redactieleden
der betrokken bladen, is moeielijk te zeggen;
vrel kan de agitatie van sommigen, die een
terugkeer van Bismarck als eerste raadsman
des keizers duchtten, gekalmeerd worden door
de mededeeling, dat 't er met den nu 78jarige
lang niet voordeelig schijnt bij te staan, hoe
wel men al 't mogelijke doet de waarheid
verborgen te houden.
In Pruisen maakt men zich gereed voor
de verkiezing der Wahlmanner of kies-colle-
gies, die de afgevaardigden voor den landdag
moeten benoemen. Die verkiezing is bepaald
op 31 October a.s. Naar het schijnt zullen
voor het eerst de sociaal-democraten, die zich
„Wij zullen eens zien of gij sterker zijt ge
worden sinds verleden jaar."
„Ik laat mij op mijne vorderingen niet veel
voorstaan."
//Maar gij moet wel vermoeid zijn."
„In 't geheel niet."
,/Kom binnen en ontlast u van al die schilders
bagage. Wat zal mijne zuster tevreden zijn u te
zien
„Ik hoop dat zij welvarend is."
„Zeer welvarendDe goede God is met ons
Wij zijn zoo gelukkig
Deze woorden sprekend had de pastoor zijn
vriend Stefaan een klein vertrek binnengeleid,
waar de .jongman alles nederlegde, wat hij had
medegebracht.
„ClarisseClarisseriep de pastoor.
„Wat is er broeder?" vroeg ae weduwe boven
van de trap.
„Kom haastig naar beneden Er is bezoek. Dat
zal u genoegen doenDe schilder is hier.
„Stefaanriep mevrouw Darier uit, haastig
naar beneden komendZie, dat is eene lieve
verrassing I Doch waarom eerst niet een woordje
geschreven Dan hadden wij de logeerkamer in
orde kunnen brengen."
„Juist omdat ik u eene verrassing wilde be
reiden, beste mevrouw Darier, heb ik dat niet
willen doen. Gij hebt mij nu voor eene gansche
week 1"
t Is de moeite wel waard I Maar gij zult
toch den tijd hebben mijne ingelegde vruchten
te proevenWat zult gij nu gebruiken?"
„Niets; in 't gehpel niets."
„Dan zullen wij naar gewoonte om elf uur
ontbijtenUwe kamer kent gij; maak het u
daar zoo gemakkelijk mogelijk, terwijl ik met
Brigitta voor het menu zorg. Hebt gij nog steeds
goeden appetijt?"
„O ja, mevrouw, als een uitgehongerde wolf."
„Gij zult mij wel in den tuin vindenzegde
de pastoor, „ik ga intusschen mijn bloemperk
afwerken/
De schilder bracht zijne bagage naar boven in
de kamer, welke hij de gewoonte had telken jare
in te nemen, waschte zich het gezicht en de
handen en ging dan zijn vriend den pastoor in
den tuin opzoeken. Deze verliet onmiddellijk «ijn
werk, en den arm zijns bezoekers nemend richtte
hij den stap naar een lief prieel, waar zich het
tot nu toe bijna steeds onthielden, daarbij
eene werkzame rol spelen.
Het blijktdat in het onderhoud, door
keizer Frans Jozef te Innsprtiuk o a. verleend
aan den burgemeester van Trente, door dezen
is aangedrongen op een eigen landdag en
eene mate van zelibestuur die de Italianen
nset langer afhankelijk doet zijn van de Dait-
schers.
Door den keizer werd hierop geantwoord
dat de eigenaardige moeilijkheden, die aan
het bestuur van Tirol verbonden waren, reeds
herhaaldelijk het onderwerp van ernstige
overwegingen zijner regeering hadden uitge
maakt, zonder dat het gelukt was eene oplos
sing te vinden. Met zekerheid iets bepaalds
beloven kon de keizer dus nietmaar wel
kon hij de verzekering geven, dat de belangen
der Italiaansche bevolking hem evenzeer ter
harte gingen als die der overige deelen des
rijks.
Met blijkbare ingenomenheid werd door de
deputatie dit antwoord ontvangen.
De tusschenkomst der vreemde gezanten te
Rio bij admiraal Mello, ten doel hebbende
om het verder bombardeeren te staken die
aanvankelijk goede gevolgen scheen te zullen
opleveren, is op niets uitgeloopen, want Maan
dag kwam weer een telegram, meldende, dat
de beschieting hervat is.
De Braziliaansche gezant te Londen deelt
eene dépêche van zijne regeering mede, ge-
dagteekend 1 October, en volgens welke het
eskader der opstandelingen zich nog altijd
in de baai bevindt; hunne strijdkrachten zijn
echter zeer verzwaktvoornamelijk wegens
de dagelijksche desertien. Door het vuur der
forten zijn voorts eenige hunner schepen be
schadigd. Twee stoomschepen, die er in
slaagden te ontkomenhebben voor Santos
en Santa Catharina het hoofd gestooten. Het
landleger is nog steeds vaderlandslievend
gezind en trouw aan de regeering, en de
openbare meening is sterk tegen de opstan
delingen.
volgend gesprek ontspon
„Wat moet gij mij veel mede te deelen hebben,
mijn vriend, 't is reeds zes maanden geleden, dat
wij u hier niet meer gezien hebben."
„En toch weet ik niets. Mijn leven is zoo kalm
heengevloden I"
„En uw werk
„O, ik heb veel gewerkt! En met ijver en bij
gevolg met vreugde."
„Met welk succes?'
„Onder een materieel opzicht is het succes vol
doendeDe verkoop gaat in 't geheel niet
slecht. Doch 't geld is niet alles wat ik verlang."
„Gij streeft naar roem en eer
„'t Woord roem is misschien minder goed ge
kozen, maar ik zou toch wel eenige bekendheid
willen verwerven."
„Maar gij zijt reeds gunstig bekend."
„Niet voldoendeIlc zou mij in eens er boven
op willen werken."
„En wat zou daarvoor noodig zijn
„Een uitstekend motief en eene meesterlijke
uitvoering, twee zeer eenvoudige zaken, zooals
gij ziet," antwoordde Stefaan lachend.
„Misschien kunt ge dat hier wel vinden."
„Ik durf het hopenuwe vriendschap, mijn
heer pastoor, heeft mij steeds geluk aangebracht."
„Geve God dat dit zoo blijve I"
De weleerw. heer Laugier was de type van een
goeden herder. Hij had een verheven geest en
eene niet genoeg le waardeeren ziel. Hij ging met
een vasten tred door het leven, alles veil hebbend
voor God en voor de menschen, en als een toon
beeld voor allen de drie goddelijke deugden be
oefenend, het geloof, de hoop en de liefde
„Het goede betrachten, ziedaar het doel," zeg
de hij steeds. „Slechts daarvoor is de mensch in
deze wereld."
De pastoor was een studiemakker en boezem
vriend van Stefaans vader; den zoon had hij zien
opgroeien en thans had de waardige man al de
achting en genegenheid, welke hij voor den va
der koesterde, op den zoon overgebracht; en daar
over had hij nog nooit eenig berouw gevoeld
want de schilder had een dier goede inDorsten,
die geene afwijking van den rechten weg dulden.
't Zal wel overbodig zijn hier op te merken
dat de genegenheid van Stefaan voor den priester
niet geringer was.
Om elf uur juist kwamen beide vrienden en
In Argentinië slaagde de regeering er in
naar het schijnt, de verschillende opstanden
meester te worden.
Met name wordt dit gemeld van Rosario,
dat zich aan de bondstroepen overgaf en waar
de hoofden der beweging zijn gevangen gezet.
De bondstroepen werden aangevoerd door
generaal Roca. De opstandelingen, die door
de Zwitsersche en Duitsche kolonisten werden
bijgestaanverweerden zich duchtig. Maar
na het verlies van het panfcerschip. dat ze
hadden buit gemaakt't welk hun door
het regeeringsschip Independencia weder werd
afgenomen schijnen zij den moed te heb
ben verloren.
Het aantal werkstakende mijnwerkers is in
het bekken van Charleroi Maandag ochtend
tot 16000 gestegen, d. i. ongeveer 4000 meer
dan Zaterdag. Intusschen moet hierbij reke
ning worden gehouden met de kermis te
Gilly. Onder Marchienne, Chatelineau, Char
leroi en Camprémy staat het werk in de
mijnen volkomen stiloveral elders is nog
een deel der arbeiders Maandag ochtend in
de mijn afgedaald. Er heerscht ongestoorde
rust.
De president der republiek is uit Fontai-
nebleau te Parijs teruggekeerd.
De som, door het drukperscomité voor
de feesten ter eere der Russen tot nu toe
ontvangen, bedraagt 175.000 fr. Er zijn bui
tendien vele aanbiedingen van geschenken in
natura ontvangen. Zoo heeft het huis Fisse-
Thiriou te Reims voor het feestmaal op het
Champ de Mars 500 1000 flesschen cham
pagne beschikbaar gesteld
De Russen zijn nog steeds eiken dag een
der hoofdschotels in de dagbladen. Als zij
mevrouw Darier in de eetzaal aan tafel.
Madame Clarisse Darier had aanzienlijke mid
delen, zooals wij reeds gezegd hebben; het was
dan ook daaraan te danken, dat de tafel haars
broeders zonder iets gezochts op te leveren, toch
een menu bood, waarmede ieaereen zich graag
kon tevreden stellen.
Stefaan at met goeden appetijt en daar hij niet
van plan was dien dag nog iets te doen, ging hij
na het ontbijt met den pastoor uit, die zijne ar
men en zieken geregeld ging bezoeken.
De twee vrienden keerden pas terug, toen
het diner gereed was en een schaak partijtje,
waarbij de overwinning lang onzeker bleef, ein
digde vroolijk den dag.
Stefaan begaf zich naar bed en sliep in, naar
een uitstekend motief zoekend, dat meesterlijk
uitgevoerd, hem, zooals wij reeds vernomen heb
ben, roem en eer zou kunnen verschaffen.
Des anderendaags stond hij reeds vroeg op,
maakte zijn palet gereed en ging in den tuin een
geschikt plaatsje opzoeken. Daar maakte hij eene
studie van een treffend tooneel, dat eensklaps
zijne aandacht gevestigd had.
Tegen half atmt keerde de priester uit de kerk
terug en trof zijn vriend Stelaan aan het werk.
„Heb goeden moed zeide hij. „Ik ben wel is
waar geen groot kenner, maar ik geloof mij toch
niet te bedriegen, wanneer ik u ae verzekering
geef, dat deze studie zeer goed is. Mij dunkt dat
uw oog zeer juist en nauwkeurig ziet en dat gij,
hetgeen ge gezien hebt, zeer getrouw weet weer
te geven."
„Geen loftuiging zou mij aangenamer kunnen
zijn."
„'t Is althans oprecht wat ik u zeg. Ga zoo
voort."
De pastoor ging plaats nemen onder de groote
kastanjeboomen, van waar hij het oog had op
den schilder, die zijn werk voortzette en uit de
verte nu en dan een woord met hem wisselen
kon.
Daarbinnen hield mevrouw Darier zich met de
zorgen der huishouding bezig.
Brigitta, de meid, voederde konijnen en kippen
ter zijde van de binnenplaats.
Een tiental minuten gingen voorbij.
Eensklaps weerklonk de schel aan het buitenhek.
„Bezoek zegde Stefaan.
„De deur is open," antwoordde de pastoor. „De