Nummer 86. Donderdag 26 October 1893. 16e Jaargang. DE BRflODDRUGSTIR. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. UITGEVER: ANTOON TIELEN Staatkundig overzicht. FEUILLETON. BUITENLAND. Frankrijk. Begrafenis van Mac-Mahon. De Echo van het Zuiden, Waalwyksche en Laiigslraatsclie Courant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Waalwijk. Advertentiën 1 7 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb- land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau vau Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Op den politieleen toestand te Weenen zoowel als te Rome, blijft de algemeene aan dacht onafgebroken gevestigd, en onzekerheid is het kenmerk van de verhoudingen aan oevers van den blauwen Donau zoowel als aan de Tiberboorden terwijl een oplossing te Weenen al ras te wachten is, wat te Rome in geenen deel het geval is; 't kan daar Crispi en Di Rudini ten spijt, nog wel een tijdlang blijven zooals 't is. Te Rome is een weloverlegde campagne tegen Giolitti's bewind ondernomen er is geen beschuldiging denk baar, die den premier na de door hem ge houden redevoering niet reeds naar 't hoofd is geworpen. Nadat men aan zijn financieel betoog geen stuk had heel gelaten, nadat zijn financieel beleid is gegispt en afgekeurd tot er geen goed draadje meer aan was, is men aan zijn buitenlandsche politiek begonnen over de visite van lord Seymour heeft hij met geen enkel woord gewag gemaakt en Aigues- Mortes of liever de aldaar gevallen Italianen, zijn nog niet gewroken. Di Rudini, de ex- premier, heeft nu een brief gericht tot zijn kiezers en wat het financieele gedeelte betreft, heeft de leider der oppositie van de rechter zijde, de hulp en den steun gehad van Luzzatti. Di Rudini gaat den politieken toestand van 't oogenblik na en hamert weer lustig op 't oude aambeeld losde militaire uitgaven moeten in overeenstemming zijn met den economischen toestand des lands en juist omdat hij, Di Rudini, op de begrooting van oorlog wilde bezuinigen kwam hij in Mei 1892 ten val. De ex-premier, die toch wel weer in functie zou willen treden en zichzelf dan ook in 't oog loopend aanbeveelt als de bekende rechte man op de rechte plaats verwijt de tegenwoordige bewindvoerders, dat zij den weg der bezuinigingen hebben verlaten en heet 't verder onmogelijk nieuwe belas tingen goed te keuren alvorens de uitgaven voor oorlog en marine zijn verlaagd. Naar het Fransch door W. v. R. {Overgenomen uit de Meierijsche Courant Mevrouw Darier naderde en sprak, terwijl zij de handen uitstrekte: «Beef niet meer, ween niet langer, ongelukkige moeder! Uw kind zal in mij eene tweede moeder vinden. Ik zal den jongen als mijn eigen zoon aannemen. Ik 4iad een zoon van zijne jaren God heeft hem mij ontnomen. In Georges zal ik hem terugontvangen." In 't midden harer snikken stamelde Jeanne: «Hem nooit weer wederzien Nooit meer Ach! «Dat is boven mijne krachten." «Maatje MaatjeGa toch niet heen kreet Georges. Mevrouw Darier nam den kleine in de armen en sprak troostende woorden tot hem. «Mijn lieveling/ zeide zij, «maatje moet ver trekken, doch zij zal spoedig terugkeeren." «Zeker vroeg het kind. «Ja, zeer zekerA «Wanneer «SpoedigWilt gij hier bij mij op haar wachten «Ja, bij u en bij mijnheer pastoor," antwoordde de kleine. «Jeanne stikte bijna in hare tranen. «Ach ja, houdt hem bij uHoudt den jongen bij u Bemint hem zeerSpreekt hem van zijne moederJa, lieveling, blijf bij deze goede dame en bij mijnheer pastoor! Zij zullen u steeds herhalen dat uwe moeder .^Onschuldig is, dat zij u innig liefhad en aanbad. Hoort gij dat wel Dat zij u aanbad Vergeet dat nooit Nooit F De oude meid Brigitta liepen de tranen over de wangen. «Arme vrouw 1 Arme kleinezuchtte zij. De weduwe van Pierre Fortier ging voort, ter wijl zij den kleine met vurige kussen bedekte Zoo tracht Di Rudini zich zelf met een aureool te omgeven ten koste der regeering onder Giolitti's presidium, en 't lijkt wel dat de omstandigheden hem vrij gunstig zijn: de ontevredenheid uver verschillende daden en plannen der tegenwoordige bewindvoerders is groot. Toch lijkt de staat van zaken in Italië minder gespannen dan in Oostenrijk, waar van dag tot dag een ontbinding van den rijksraad, een aftreding van graaf Taafte c. s. of iets dergelijks valt te wachten tenzij er ter elfder ure gansch onverwacht nog een middelweg mocht worden gevonden met be trekking tot de door de regeering bepleite uitbreiding van 't kiesrecht. Aan mondelinge en schriltelijke gedachtenwisselingen tusschen de partijleiders heeft 't in de laatste dagen niet ontbroken en aan gewaagde supposities en voorspellingen in de bladen al evenmin. De laatste officieuse lezing is dat graaf Taafte in de zitting van Maandag zijn kiesrechtvoor- stel nader zal toelichten terwijl de regeering niet ongezind wordt geheeten om haar voorstel te doen wijzigen, mits de grondslagen behou den blijven. Deze door de wijsheid geboden toegevendheid heeft ten gevolge, dat de aan dacht 't sterkst is gespannen op het votum van de commissie over de uitzonderingsmaat regelen tegen Praag. Die commissie uit 24 leden bestaande telt acht mannen van de vereenigde Duitsche linkerzijde, zeven leden van de conservatieve rechter zijde, vijf Polen, twee Jong-Czechen een Duitsch nationaal afgevaardigde en een lid der club-Coronini. De kans dat de commissie zich met één hoogstens twee stemmen, tegen de uitzonde ringsmaatregelen verklaartis vrij groot en mocht 't daartoe komen, dan is 't lot van den rijksraad beslistTaaffe is meester van den toestand doordien hij het door keizer Frans Josef onderteekende ontbindings decreet reeds in handen heeft. Taaffe die dan voor de keus zou staan: öf rijksraadont binding of aftreding van de regeering zelve, zoubedacht op zelibehoud tot het eerste overgaan. «Omhels mij, lievelingNog eens INog eens. Ziehier, mevrouw," voegde zij er dan bij zich tot de zuster de pastoors wendend, «ontvang hem in uwe arrapn!Neem hem mede O laat den kleine niet meer onder mijne oogen verschijnen Dan wendde zij zich tot de gendarmen. «Voert mij weg! Ik ben gereed!" zegde zij op meer vasten toon, en niet deze woorden stapte zij naar het buitenhek. liet kind stiet hartverscheurende kreten uit. Mevrouw Darier droeg het weg en Brigitta volgde haar. De pastoor vergezelde den burgemeester van Chevry en Jeanne Fortier tot de buitendeur. Toen zij op 't punt stond buiten het hek te treden wendde de ongelukkige zich tot den pastoor. «Uw zegen, vader!" bad zij, eensklaps op de knieën nedervallend. De eerw. heer Laugier, tot weenens verteederd, strekte beide handen over het hoofd der nedrige martelaarster uit. «In naam van den goeden, rechtvaardigen God, zegen ik u mijn kindlispelden zijne lippen. «Moge de gerechtigheid der menschen niet blind zijn, want alle schijn is tegen n, doch ik geloof aan uwe onschuld." Alle aanwezigen hadden neigend het hoofd ont bloot. Jeanne stond op. De pastoor strekte de handen uit en luid snikkend viel de ongelukkige den menschlievenden herder aan de borst. «Ga mijn kind zegde dan de priester«Toon u sterk en stel al uw vertrouwen op God «Slechts Hij blijft mij over en gijmijnheer pastoor antwoordde Jeanne, reeds de gendarmen olgend. «Voorloopig werd zij in de gendarmerie opge sloten van waar zij enkele uren later, dank zij de edelmoedige tusschenkomst van den pastoor, per rijtuig, naar Brie-Comte-Robert werd over gebracht. Daar telegrafeerde men hare arrestatie naar Melun. Des anderendaags vertrok zij met twee gen darmen per spoor naar Parijs en werd in de prefectuur van politie opgesloten. «Ik heb mijn schilderstuk gevonden!" sprak Stefaan tot den pastoor«op de aanstaande ten toonstelling zal van mij gesproken worden." Zondag heeft te Parijs de begrafenis plaats gehad van Mac-Mahon. Zaterdagavond tegen 7 uur was het stoffelijk overschot aangekomen aan het station, waar een der zalen tot rouw kamer ingericht was. Generaal de Boisdeffre in klein tenue, generaal Vaulgrenant, generaal Lambert in burgerkleeding en tal van andereu waren aanwezig. Dadelijk brachten de lijk- dienaars de kist naar den lijkwagen. Twee oude dienaren van den maarschalk droegen op twee kussens de ridderorden van den overledene. De familie en de vrienden van den maarschalk volgden. Omstreeks 2000 personen, die aan het station wachtten, groet ten eerbiedig het stoffelijk overschot. Om half tien Zondagmorgen werd de kist geplaatst op een prachtigen katafalk, met driekleurige vlaggen en vergulde vyapenschilden versierd. Wij laten hier het woord aan den parti culieren correspondent van de N. R. Ct. Wat leent eene stad als Parijs zich toch uitstekend als kader voor eene grootsche plechtigheid Zondag ochtend, bij de be grafenis van maarschalk Mac Mahon, gaf zij er opnieuw het bewijs van. Reeds vóór tienen waren de troepen van het garnizoen begonnen met hunne plaatsen in te nemen, en toen ik even later voor de Madeleine kwam, was het plein waarop deze ligt reeds afgezet door regimenten voetvolk en ruiterij, waarvan de kleurigé en van staal flikkerende lijnen de rue Royale omzoomden, en zich verder ver liezend in de wazige verte van het Concor- deplein. Hier sprongeu de fonteinen, maar slechts van de eerste waren de waterstralen zichtbaar, ééne massa vormende van vloeibaar zilver terwijl de naald van Luxor daarachter maar even hare lijnen door den zonnigen nevel liet schijnen. De gevel van de Madeleine ACHTENTWINTIGSTE HOOFDSTUK. Onder den naam van Paul Harmant had Jacques Garaud plaatsgenomen op de pakketboot tusschen Havre en Uouthampton dienst doende. Van deze stad had hij zich naar Londen begeven, om zich daar bij de eerste gelegenheid naar Amerika in te schepen. Het artikel der dagbladen over den brand te Alfortville medegedeeld, waarin over zijn held- hal'tigen dood gesproken werd, was hem reeds in handen gevallen. Hij verheugde zich zeer over het verloop der zaak; alles ging hem naar ver langen. Thans wenschte hij nog slechts zoo spoedig mogelijk de nieuwe wereld te bereiken om daar met het gestolen geld en de ontvreemde plannen in korten tijd een groot fortuin te verzamelen. Weldra zullen wij hem volgen aan boord van den Lord-Maire, een stoomschip van eersten rang, dat hem naar New-York zou overbrengen. Voor 't oogenblik wenschen wij tot Jeanne Fortier terug te keeren. Zoodra de rechter Delaunay, die met de in-' structie der zaak belast werd, Jeanne's arrestatie en hare aankomst vernomen had, gaf hij bevel haar onmiddellijk naar zijn kabinet te leiden. De ongelukkige vrouw was op alles voorbereid. Moed, vastberadenheid en kracht hadden de plaats ingenomen van hare zwakheid, hare on macht en hare ontmoediging. Met kalmte en koelbloedigheid trad zij dan ook bij den magistraat binnen, van wien haar lot afhing. De rechter ging onmiddellijk aan 't werk. «Uw naam?" vroeg hij. «Jeanne Fortier." «Uw ouderdom?" «Zesentwintig jaar. Ik ben geboren te Parijs, den 15 October 1853." «Gehuwd of ongehuwd «Weduwe van Pierre Fortier, machinist gedu rende zijn leven, doch op droevige wijze omge komen in de fabriek van den heer Labroue, ingenieur, wien ik beschuldigd word vermoord te hebben om hem te bestelen, na eerst zijne fabriek in brand te hebben gestoken." Deze woorden op eenvoudigen en vastberaden toon gesproken waren oorzaak, dat de rechter nieuwsgierig het hoofd verhief. Hij vestigde een onderzoekenden blik op Jeanne en hernam dan weer na een oogenblik stilte «Gij weet waarvan gij beschuldigd wordt. Wat was met zware rouwdraperieón behangen, en midden voor den ingang was de reusachtige katafalk geplaatst, waarboven een baldakijn in breede plooien neerhing, krippen sluiers met zilveren franjes. Rustig brandden om de katafalk de lange waskaarsen. De vaan- delwacht van het 10de bataljon jagers voor de katafalk, die van het 41ste en 9de linie regiment aan weerszijden,stonden, een breeden rouwstrik aan de stokken bevestigd op de bovenste van de achttien treden, welke naar het heiligdom voeren. Ondanks de duizenden en tienduizenden, die reeds op de been waren of de vensters der huizen hadden bezet ondanks de vele regimenten van verschillende wapens welke in de omgeving waren ge schaard, was het nog stil op het plein en in de rue Royale. De feestvlaggen waren op genomen, zoodat zij niet konden uitwaaien vroolijk en kleurig op de zachte herfstkoelte, welke nu en dan over de menigte streek. Het was een indrukwekkend geheel, den grooten doode waardig, wiens stoffelijk overschot zoo dadelijk de trappen der Madeleine zou worden afgedragen voor zijn laatsten rit door de op dezen najaarsdag zoo heerlijk mooie hoofd stad. Maar die stilte zou niet duren. Daar rolden de groote wagens voor, waarop de kransen werden bevestigd waaronder prachtige van Italie's koning en, met door den-prins van Wales geschreven opdrachten van hem en van koningin Victoria. Straks zou Duitsch- land's ambassadeur, de graaf von Munster omgeven door eene groep officieren in de rijke en toch strenge uniformen van Berlijn- sche garde-regimenten, zelf den reuzenkrans komen brengen van zijn jongen keizer. De putaties reden voor: de bureau's van kamer en senaat, de rijtuigen voorafgegaan en om stuwd door dragonders; de ministers, de leden van de Fransche Academie, de verschillende colleges der rechterlijke macht, de leden van het hot van cassatie in roode met hermelijn omzoomde mantelsde Russische marine officieren, eenen rouwstrik om den linkerarm, in open landauers gezeten. Generaals met hebt gij daarop te antwoorden «Slechts drie woorden Ik ben onschuldig.' De heer Delaunay hief ongeloovig de schou ders op. «Zoo gij onschuldig zijt," hernam hij, steeds de oogen op de vrouw gevestigd houdend, «waar om hebt gij dan de fabriek verlaten en met uw kind de vlucht genomen, in plaats van hulp te roepen, toen de brand bij den heer Labroue uitbrak Jeanne scheen na te denken. «Antwoord I" voegde de rechter haar onge duldig toe. «Wat zou ik antwoorden? Gij zult mij toch niet gelooven." «Daar gij wellicht leugentaal zult spreken." «O neen Maar de waarheid is somtijds zoo onwaarschijnlijk Alles spant tegen mij samen! Hoe zoudt gij geloof kunnen hechten aan een verhaal, dat door geen enkel bewijs gestaafd wordt Gij moet mij schuldig achten, en toch ben ik onschuldig «Gij ontkent den heer Labroue vermoord te hebben «Met al de kracht die in mij is." «En durft gij beweren, dat gij geen haat voor hem koestex-det «Haat?Waarom zou ik hem gehaat hebben?" «Hij had u uit zijnen dienst weggezonden." «Neen, mijnheer, dat heeft hij niet gedaan. Hij heeft mij doodeenvoudig gewaarschuwd, dat ik mijne betrekking in de fabriek niet langer kon vervullen, en zoo handelde hij niet ten onrechte. Ik begreep dat hij gelijk had, en al was dit besluit mij zeer onaangenaam, toch kon ik het hem niet euvel duiden." «Gij droegt den heer Labroue een boos hart toe wegens den dood van uwen man in de fabriek." «Hoe kan dat zijn? De heer Labroue had daar aan geen schuld. Ik kan hem niets verwijten Zelfs had hij alles gedaan wat mogelijk was om mij in mijn ongeluk te hulp te komen." «Gij ontkent aan de fabriek inbrand te hebben gestoken «Ik ontken den brand even als ik den moord ontken. Ik ben onschuldig." „Bewijs mij dat dan!" «Hoe zal ik het doen Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1893 | | pagina 1