Nummer 100. Donderdag* 14 December 1S93. 16e Jaargang
DE BROOnDKWGSTEll.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
UITGEVER:
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
De Echo van het Zuiden,
IVaal w(j Me en Langstraatscbe Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden^1,00.
Frauco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentiën 1 7 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Een misdadige aanslag, zóó ernstig in be-
teekenis zooal niet in zijn gevolgen, dat men
bijna een drietal eeuwen moet teruggaan in
de geschiedenis om er een pendant van te
vinden (in 1606 werd de officier Guy Fawkes
gearresteerd op het oogenblikdat hij de
lont in 't buskruit zou steken, hetwelk onder
de vergaderzaal van Engelauds parlement lag)
is Zaterdagmiddag in Frankrijks volksverte
genwoordiging gepleegd. Parijs, Frankrijk,
gansch Europa, heef! met ontzetting kennis
genomen van het gruwelijke leitdat een
fanatiek anarchist, Vaillant genaamd, die reeds
volledige bekentenis heeft afgelegd, midden
tusschen de afgevaardigden een bom heeft
geslingerd met wel betreurenswaardige, doch
voor den krankzinnigen dader toch bitter
teleurstellende resultatengeen enkel men-
schenleven is verloren gegaan. Over de qua-
liteiten van den man, die 't helsche misdrijf
gepleegd heelt, alsmede over de gevolgen
ervan vindt men elders in dit blad nadere
bijzonderheden.
Over den aard van den aanslagalsook
over de uitwerking, was in de eerste uren
weinig vertrouwbaars te verkrijgen daartoe
was de opgewondenheid, was de verwarring
te groot en 't is dan ook eerst nu, dat men
een geregeld overzicht kan verwachten, doch
wel was de verontwaardiging in Parijs zoowel
als daarbuiten algemeen en als maatregelen
moesten genomen worden die beantwoord
den aan de verbittering van 't eerste oogenblik,
dan zou er zeker van draconische strafbe
palingen sprake kunnen zijn. Kalmte en zelf-
beheersching moeten echter in de eerste plaats
het deel zijn van den wetgever; juist in bij
zondere omstandigheden en tegenover feiten
als de dynamiet aanslagen der anarchisten, zijn
die qualiteiten tóór en boven alles noodig.
Welke dan ook die maatregelen mogen zijn,
internationale dan wel alleen voor Frankrijk
geldende 't is te hopen, dat ze in kalmte
zullen worden overwogen en in waardigheid
Naar het Fransch door W. v. R.
Overgenomen uit de Meierijsche Courant
40
„Gij zoudt ten prijze van wat ook rijk wiileu
worden," ging Jacques voort, „uw aarzelen bewijst
het duidelijk genoeg."
„Wat zal ik daarop antwoorden? Rijkdom is
alles wat men verlangen kan."
«-De tasch van dien ouden agent der openbare
veiligheid hield zeventigduizend franken in."
„Dat is een heel aardig sommetje!" zeide de
ellendeling op een toon, die duidelijk genoeg te
kennen gaf hoe groot zijn spijt was.
„Een aardig sommetje, ja; doch 't is Liet de
fortuin. Zoo gij mij wilt gehoorzamen sta ik
echter voor uwe fortuin in."
„Waarlijk
„Op mijn woord van eer.'
„Beschik over mij, over ziel en lichaam, neef."
«-Levert gij u getrouw aan mij over? Zonder
achterdocht
„Geheel en al. Hang ik thans niet volkomen
van u af? Zou die René Bosc, dien gij het stil
zwijgen hebt opgelegd, niet onmiddellijk spreken,
zoo gij hem toeliet dit te doen Kunt gij zelf
mij niet doen arresteeren, wanneer gij eenigen
lust daartoe gevoelt?"
„Dat is waar; doch de lust daartoe zal bij mij
niet opkomen."
„Zoo de oude maar een man van zijn woord
is I Wi.t zou er gebeuren, zoo hij mijne dwaasheid
aan den patroon ging vertellen
„Dan waart gij verlorenJacob Mortimer zou
u onmiddellijk wegzenden om u ten overvloede
nog uit de Vereenigde Staten te doen zetten
Doch dat hebt gij niet te vreezen. Ik sta voor 'f
stilzwijgen in van René Bosc, zoowel als voor
Jacob Mortimers goedgezindheid tegenover u
Daarmede belast ik mij."
„Gijriep Ovidius uit, zijn gewaanden neef
met de grootste verbazing aanstarend.
worden ten uitvoer gebracht. Zondag reeds
hebben de ministers onder presidium van
Casimir Périer, langdurig van gedachten ge
wisseld over doeltreffende maatregelen ter
bescherming der maatschappij tegen de aan
slagen der anarchisten.
Ten gevolge hiervan stelde Casimir Périer
een wetsontwerp voor waarbij met vijf jaren
gevangenisstraf worden gestraft aansporing tot
plundering, brandstichting en aanslagen tegen
de veiligheid van den staat, en verheerlijking
van misdaden. Goblet bestreed heftig de voor
gestelde maatregelen. Hij vreesde dat de
vrijheid verkort zou worden. Goblet verliet
de tribune te midden van huées. De uiterste
linkerzijde juichte hem toe. Een voorstel van
Pelletan, maar door de regeering afgewezen
om de beraadslaging tot den volgenden dag
te verdagen, werd verworpen met 404 tegen
143 stemmen. Verworpen werd ook de schor
sing der zitting, voorgesteld door Julien, met
387 tegen 56 stemmen.
De beraadslagingon werden voortgezet te
midden der interrupties der uiterste linker
zijde. De kamer besloot tot het in behande
ling nemen van het regeeringsontwerp. De
uiterste linkerzijde voer voort te protesteeren.
De minister van justitie verdedigde net ont
werp, dat de vrijheid van de misdaad niet
van de pers aan banden legt. De aanslag is
het werk van eene organisatie en niet van
een enkelen persoon zeide de minister. Hij
beschuldigde voorts de socialistendat zij
de anarchisten in bescherming nemen.
De wijzigingen in de artikelen 54 en 25
van de wet van 1881 op de pers werden
aangenomen. Een amendement van Pourque-
ry de Boisserin op art. 49, betrekking heb
bende op de inbeslagneming van geschriften,
werd verworpen. Casimir Périer zeide, dat de
regeering elke wijziging in den tekst, welke
zij voorstelde, verwierp. Het geheele wetsont-
v\erp op de pers werd met 413 tegen 63
stemmen onder toejuiching van het centrum,
aangenomen.
De senaat besloot met algemeene stemmen
tot de urgentie van het wetsontwerp op de
„Luister," zeide Jacques, hef hoofd totSoliveau
neigend. „Zooeven heb ik u beoordeeldIk
ken u alsof wij ons leven lang zij aan zij ver
keerd hadden. De diefstal der tasch was niet uw
eerste misdaad; herinner u maar eens wat René
Bosc mij verteld heeft van een bevel van gevan
genneming tegen u uitgegeven."
„Neef.
„O, tracht niet te loochenen. Ik behoor niet tot
hen, die zich gemakkelijk laten misleiden. Ik heb
de volmaakste zekerheid, dat zoo men eens de
archieven doorzocht der correctioneele rechtbank
te Dijon, men daar uw naam zou vinder, op me
nige bladzijde herhaald."
Ovidius neeg het hoofd.
„Vergis ik mij wel?" vroeg Jacques.
„O, voor kleine pekelzonden,...." zeide Ovidius.
„Pekelzonden,.... die naar de galeien voeren. Ik
ben overtuigd dat René Bosc, in zijne kwaliteit
van oud agent der openbare veiligheid, geen
moeite zou hebben, zoo deze taak hem door iemand
werd opgedragen, een gansch zondenregister tegen
u op te makenDoch ik zal zwijgen, en tevens
er voor zorgen dat René Bosc niet spreekt; maar
dan hebt gij ook te doen al wat ik u opleg."
„Ik ben bereid. Wat wilt gij
„Vooreerst zult gij in 't publiek, wanneer er
derde personen bij zijn, den schijn aannemen mij
niet te kennen."
Dan verloochent gij mijl'
.Zooals ge zegt," antwoordde Jacques zoo bru
taal mogelijk. „Men moet niet kunnen zeggen dat
ik een dief onder mijne familieleden tel. Dat is
gemakkelijk te begrijpen, en gij zult het nog
beter vatten, wanneer ik u mededeel, dat ik sinds
gisteren de vennoot ben van uw patroon, Jacob
Mortimer."
„Gij, Mortimers vennoot!" riep Ovidius ten
hoogste verbaasd uit. „Gij
„En ik zal er nog bijvoegen," hernam de ge
wezen meesterknecht, dat ik in een maand of
twee hoop zijn schoonzoon te zijn; misschien nog
vroeger."
„Mijne komplimenten neef! Geluk er mee! Nu,
ik verzeker u, gij weet uw bootje te sturen!"
„Mijne positie in de familie Mortimer zal mij
de grootste macht in handen geven. Ik zal in
staat zijn alles voor u te doen en ook om u in
het verderf te jagen. Dit zal van uw gedrag af-
haDgen. Zoo ik het goedvind in u een bloedver-
pers, door de kamer aangenomen. Daarop
werd de vergadering gesloten.
De bureau's der kamer zullen eene com
missie benoemen tot onderzoek van drie an
dere regeeringsontwerpen tegen de anarchis
ten.
In Oostenrijk heeft de begrootingscommissie
de voorloopige begrooting voor drie maanden
bewilligd.
In Italië is nu de heer Crispi met de vorming
van een kabinet belast. Aanvakelijk schijnt
hij te slagen, maar omtrent zijn programma
is nog niets bekend. Saracco en Sonnino
wier medewerking door Zanardelli te vergeefs
werd ingeroepen zullen er plaats in nemen,
en verder noemt men PerazziBachelli
Bosselli, Ferraris, Riciotti en Sermonetta als
leden.
Brand te Antwerpen.
Een hevige brand heeft in den nacht van
Zaterdag op Zondag het „Maison Hanséatique"
te Antwerpen, ten entrepot, voor den opslag
van graan, verwoest. Omstreeks kwart over
twaalven zag men de vlammen uitslaan en
weldra verspreidden zij zich met schrikbarende
snelheid in alle richtingen, over het geheele
gebouw dat een oppervlakte van 80000 vierk.
meters besloeg. Het was een vreeselijk maar
grootsch schouwspel tevens uit honderden
vensters tegelijk de vlammen haar ontzettend
verwoestingswerk te zien verrichten en de
geheele stad er door verlicht te zien. Een
onafzienbare schare was terstond op de plaats
des onheils aanwezig en ook de spuitgasteu,
de hooge autoriteiten, een detachement genie
en infanterie waren met lofvvaardigen spoed
ter plaatse aan den arbeid. Ongelukkigerwijze
kon men het vernielende element niet in zijn
want te erkennen zal ik het doen, anders niet!
Volbreng nauwkeurig wat ik u opleg en zorg
dat gij u geene verwijtingen op den hals haalt.
Ziehier wat ik u aanbied In een maand tijds
zult gij de eerste meesterknecht- zijn onzer ïn-
dustrieele inrichting en ik zal het salaris, u door
Mortimer beloofd, verdubbelen; doch dan zult gij
ook alles doen wat ik verlang, gij zult geen an
deren wil koesteren dan mijn wil'.Gij zijt zeer
eerzuchtig; welnu, ik zal al uwe verwachtingen
overtreffenHet geld is uw afgod. Ik zal u
met rijkdommen overladenNeemt gii miin
aanbod aan
„Of ik dit aanneem?" riep de werkman uit.
„Natuurlijk neem ik dat aan, des te meer, daar
gij uw woord niet zult breken; daarvan ben ik
volkomen overtuigdOok gij zijt eerzuchtig,
dat begrijp ik, en mijne stilzwijgendheid, mijne
gehoorzaamheid, mijne medeplichtigheid kunt gij
wellicht niet missen om op de hoogte blijven,
die gij thans hebt ingenomenWaarom Dat
weet ik niet en stel er ook weinig belang in.
't Gaat mij niet aanDoch ik behoor u met
ziel en^ lichaam toe, ik ben uw slaaf, gereed te
doen al wat mij bevolen wordt. Wat wilt gij?'
„Niets, zoolang wij New-York nog niet hebben
bereikt, behalve eene enkele zaak, waarvan ik u
reeds gesproken hebGij zult den schijn aanne
men een persoon te zijn, die mij niet kent."
„Begrepen Doch 't verveelt mij, dat wij niet
te zaraen kunnen praten."
„Wanneer ik iets te zeggen heb, zal ik tot u
komen; doch wees verzekerd, dat ik u niet sparen
zal, zoodra gij u tracht te onttrekken aan de
blinde gehoorzaamheid, die ik van u verlang. Dan
z-il ik René Bosc gaan opzoeken en hem belasten
een schrijven te richten uaar het parket van Parijs
en dat van Dijon
„Zwijg tochklonk het smeekend uit Ovidius
mond.
Zonder hierop te letten ging Jacques voort:
„Zoodra de Fransche gerechtigheid vernemen
zal, dat een zeker Soliveau, wegens diefstal ver
volgd, zich in Amerika ophoudt, zal zij zeker
uwe uitlevering vragen en deze onmiddellijk
verkrijgen. Jacob Mortimer zou u zelfs buifen de
Vereenigde Staten doen zetten en dan ook zult
gij de Fransche justitie in de handen vallen."
„Waarom bedreigt gij mij, daar ik u gehoor
zaamheid heb gezworen
voortgang stuitende brand had zulk een
omvang gekregen, dat er aan blusschen
niet te denken viel. Toch vervulde de brand
weer haar plicht en wierp zij geheele water
massa's in den vuurpoel. De schepen in de
naburige dokken waren alle genoodzaakt vei
liger ligplaats op te zoeken, terwijl men zich
tevens genoodzaakt zag honderden vaten met
ontplofbare stoffen als naphta enz., die in de
buurt van de plaats des onheils lagen, een
voudig in 't water te werpen om op deze
wijze erger te voorkomen. De hitte was zóó
hevig, dat men op een respectabelen arstand
moest blijven. Het is nog onmogelijk het
geheele bedrag der schade vast te stellen
alleen is dit met zekerheid te zeggen, dat
het gebouw op 2 millioen francs geschat wordt,
terwijl er voor een waarde van Sl/2 millioen
francs geborgen lag De oorzaak is onbekend;
men wil, dat er kwaadwilligheid in het spel
is, doch daarvoor is volstrekt geen bewijs
geleverd. Intusschen is een onderzoek inge
steld.
Zondagmorgen woedde de brand nog steeds
voort; met donderend geraas stortte om ruim
5 uur een gedeelte van het gebouw in, waarbij
het vonken en stokken hout, ijzer en steen
regende, naar alle kanten. Een later bericht
meldt, dat eenige beambten der belastingen
tegen 11 uur 2 mannen het „Maison Hansé
atique hebben zien verlaten en dat er geen
twijfel meer mogelijk is, aan misdadig opzet.
Om 11 uur was van het trotsche gebouw,
dat een voorgevel had van niet minder dan
80 meter lengte niets meer over dan een
reusachtige rookende puinhoop. Voor het
grootste gedeelte was alles verzekerd bij En-
gelsche maatschappijen. Nog wordt gemeld,
dat bij de instorting van een gedeelte van
het gebouw om 5 uur, een agent van politie
het leven verloor.
De ontploffing in de Fransche kamer.
Zaterdagmiddag beraadslaagde de kamer
van afgevaardigden toen precies om 4 uur
„Ik bedreig u niet; 't is slechts eene waar
schuwing om u er aan te doen denken, dat eenig
verzet van uwe zijde erge gevolgen na zich zou
slepen."
„Wees gerust 1 Gij zult u over mijue gehoor
zaamheid niet te beklagen hebben.'
Welaan, dan zal ik vergeten, dat gij den naam
Soliveau, den naam mijner moeder, onteerd hebt...
Laat ons thans over andere zaken spreken.'
„Volgaarne."
„Hoe bevalt het u in de tweede klasse?'
„Niet bijzonder,' antwoordde Ovidius op er-
barmelijken toon. „De kok schijnt besparingen
te willen maken op ons voedsel, en hetgeen ons
in de kantine verkocht wordt, laat in qualiteit
nogal veel te wenschen over, zoo men geen hooge
sommen betalen kan."
Jacques haalde een tiental 'gouden Louis uit
den zak.
Voed u beter," zegde Garaud, terwijl hij Ovi
dius deze goudstukken in de hand stopte.
„Dank u, neef! Dank u zeer!" riep Soliveau
uit, die thans geen perken meer aan zijne vreugde
kende.
Ziedaar nu de laatste maal, dat gij mij dien
naam geeft, of 't zou moeten zijn, dat wij ons
geheel alleen bevinden.'
„Ik zal het niet vergeten. Wees gerust.'
„Nu, ik reken er op."
Jacques Garaud vervoegde zich thans weer bij
Mortimer en Noërai in de zaal.
Zevenendertigste Hoofdstuk.
De gewezen agent René Bosc had een goed ge
heugen. Ovidius Soliveau was werkelijk een kerel,
die reeds vaak met de politie in aanraking was
geweest. De oude sprak de waarheid, toen hij
melding maakte van een bevel tot inhechtenisne
ming, naar aanleiding van een diefstal met inbraak
in een klein gegarneerd hótel, dat hij in de West
straat bewoonde, tegen hem uitgevaardigd.
Ovidius, wien 't niet aan doorzicht ontbrak,
had ile politie op een dwaalspoor weien te bren
gen en zijn intrek genomen bij een vriend, die
niet veel meer waard was dan hij zelf.
Na verloop van een jaar tijds had men zich met
die zaak niet meer bezig gehouden.
Ovidius vond de gelegenheid naar ËDgeland
over te stekenwerd daar als werkman in een
groote fabriek aangenomen, en daar hij zijn stiej