BUITENLAND. Frankrijk. Engeland. Griekenland. Amerika. BINNENLAND. met zijne ministers naar Hiroshima gaan vanwaar de troepen, voor het oorlogstooneel bestemd, zich zullen inschepen. Een vreeselijk spoorwegongeluk heeft er Zondag plaats gehad. De sneltrein, die 's mid dags te 12.40 van Parijs naar Keulen vertrok, is te Apilytusschen Noyon en Chauny ontspoord ten gevolge eener botsing met de locomotiet van een goederentrein op hetzelfde spoor. De machinisten hebben het gevaar wil len keerenmaar wegens de groote vaart van den trein uit Parijs was het, toen zij het gevaar bemerkten, reeds te laat om den schok te voorkomen. Wel gelukte het den machinist van den Parijschen trein, op eenige meter afstands van de locomotief van den goederentreineenige vertraging in de vaart te brengen maar dit was alles. Zonder dit zouden intusschen de ongelukken, die buiten dien zoo groot zijn, nog veel vreeselijker zijn geweest. Het aantal slachtoffers, dooden en gewon den, wordt gezegd 37 te zijn. De stationschef te Apily, die niet gezorgd had dat de locomotief van den weg verwijderd werd, heeft zijn misslag geboet. Het gevaar ziende, toen het reeds te laat was, wierp hij zich tusschen de beide locomotieven en maakte hij wanhopige bewegingen om den machinist van den sneltrein te seinen; maar de loco motief greep hem en wierp hem op eenigen afstand van den weg. Hij was dadelijk dood. Een door de Noorder Spoorwegmaat schappij uitgegeven rapport behelst dat het ongeluk te Apily aan 5 personen het leven heeft gekostterwijl er 19 gewonden zijn van wie 10 niet ernstig. Op de lijsten van namen door de bladen gepubliceerd komt geen Nederlander voor. Een medewerker van Reuter heeft aan de Station du Midi te Brussel een onderhoud gehad met een reiziger, die met trein 115 uit Parijs was gekomen. Deze vertelde „De trein was op de hoogte van de halteplaats Apily om 2 uur 25 minuten. Ik wandelde in den wagen op en neer, en kreeg plotseling een hevigen schok. Ik sprong uit den wagon en zag de drie voor Duitschland bestemde wagens geheel in stukken liggen. Door de verwarring liet de hulp der gewonden in het oogenblik te wenschen over. Ik heb 9 lijken geteld. Een hunner, een advocaat, was hel hoofd van den romp gescheiden. Tot de verongelukten behooren een moeder met haar dochter." De reiziger geloofde dat het on geluk was veroorzaakt door een rangeerende locomotief met wagon. Deze zouden dwars op den kop van den sneltrein zijn geloopen. Een oogenblik vóór de botsing sprong de stationschef half dol op den weg. Hij werd gevat en op de plek gedood. De Fransche minister-president, de heer Charles Dupuy, is uit het Zuiden weer naar Parijs teruggekeerd. Hij moet nog maar gedeeltelijk hersteld wezen. Zaterdag was hij met zijne collega's te Pont-sur-Seine bij president Casirair Périer, waar twee verga deringen van den ministerraad zijn gehouden. Losloopende roofdieren maken den omtrek van het dorp St. Cerque op de Fransch-Zwitsersche grens onveilig. Aldaar zijn uit een reizende menagerie ontsnapt 2 leeuwen, een tijger en 3 luipaarden. Ze zijn het gebergte ingevlucht en hebben reeds een aantal runderen en schapen geroofd. Een groot aantal gewapenden is uitgetrokken, om deze gevaarlijke viervoeters onschadelijk te maken. De Schotsche mijneigenaars weigeren de loonen hunner arbeiders in plaats van met een shilling met 30 cent te verminderen. De spoorwegen in Schotland hebben tengevolge der staking reeds 204.369 pond sterling (bij na 21/, millioen gulden) verloren. Te Govan wordt tengevolge van gebrek aan kolen iederen dag de sluiting verwacht van de Londensche-Glasgowsche scheepsbouwmaat schappij. LONDEN, 11 September. Volgens berich ten uit Sjanghai stemmen alle tijdingen uit Korea hierin overeen, dat de toestand van het Chineesche leger op het schiereiland hachelijk is. Er moet uit die tijdingen blijken, dat de generaals zeer onbekwaam, de officieren ontmoedigd en de soldaten uitgeput zijn. En niettegenstaande er beweerd is, dat de Chi neesche vloot de golf van Petsjili beheerscht, handhaven de Japanners de blokkade der Koreaansche kust zoo gestreng, dat de Chi- neezen er geen troepen kunnen landen. Te land kunnen de Chineezen, door Mantsjoerije, niet binnendringen, want de wegen, die van daaf in Korea voeren, zijn door de slagregens zoo doorweekt, dat kanonnen en wagens met ammunitie en levensmiddelen overal steken blijven. Zoo staan de levensmiddelen te ver rotten terwijl de Chineesche soldaten in Korea verhongeren. Honderden moeten reeds van gebrek zijn omgekomen. De toestand in het Chineesche expeditieleger heet dage lijks te verergeren en eene catastrophe op handen. De Chineesche regeering moet den staat van zaken kennen, en daarom weder dringende orders hebben gegeven aan de vlootvoogden om de Chineesche vloot in de golf van Petsjili bijeen te trekken, waarna admiraal Ting het bevelhebberschap zou aan vaarden. Deze schijnt echter geen vertrouwen meer te wekken. Dientengevolge nemen vele Chineesche schepen de Engelsche vlag aan. Intusschen zien de mandarijnen op allerlei manier, onverschillig hoe, aan geld voor den oorlog te komen. Alle bezittingen worden gebrandschat. Op de eigendommen van wei felaars en weigerachtigen wordt beslag gelegd. Eeue afdeeling Grieksche politie, door mi litairen versterkt heeft bij Domokos een aanval gedaan op de bende van den be- faamden rooverhoofdraan Papaskyritopulos. Na een verwoed gevecht ontkwamen de roo- vers echter, een politieagent gedood hebbende en hunne gewonden medevoerend. De troe pen zetten de vervolging voort. Het geding tegen Eugene Debbsder. leider der groote spoorweg-werkstaking te Chicago, en tegen diens medestanders, heeft verleden week aldaar een aanvang genomen. Wijl het hier geen criminieele zaak geldt wordt de zaak behandeld zonder gezworenen. WAALWIJK, 12 September 1894 De heer J. Jorissen, ontvanger der directe belastingen te Waalwijk is als zoodanig be noemd te Vreeswijk. In verband hiermede vernemen wij, dat het kantoor Waalwijk zal worden uitgebreid en dat daaronder zullen worden opgenomen de gemeenten Drunen en Nieuwkuik. De heer A. de Witte, stationschef al hier, gaat met 1 October a. s. Waalwijk ver laten. Allen, die den om zijn vriendelijkheid en voorkomendheid algemeen hooggeschatten chef meer van nabij hebben leeren kennen, zullen zijn vertrek gewis betreuren en met ons hopendat zijn nieuwe werkkring die tot nu toe nog niet bekend isvoor hem moge zijn eene bevordering. In zijne plaats komt hier de heer P. H. den Bolck, thans in dezelfde betrekking te Barendrecht. Gisteren heeft de jaarlijksche inspectie reis van den raad van toezicht op de spoor wegen plaats gehad op de lijn Zwaluwe Bosch. Daartoe uitgenoodigd door de harmonie te Geertruidenberg, zal de liedertafel Oefening en Vermaak van Waalwijk en Bezooien een concert geven in het hotel Santbergen in genoemde stad, op Zondag 23 Sept. a. s. i De gilde St. Jan van Waalwijk, heeft hare vaandels, zilverwerk enz. overgdaan aan het Provinciaal genootschap van Noordbra- bantsche oudheden te 's Hertogenbosch. Het zilverwerk zal komen in het stadsmuseum boven de boterhal; de vaandels in het kasteel van Heeswijk. (N. Br. Ct.) Wij ontvingen van den voorzitter van den Algemeenen Nederl. Zouavenbond het feestprogramma van de derde jaarlijksche algemeene Nederl. réuuie, die de Algemeene Nederl. Zouavenbond dit jaar te Rotterdam wenscht te vieren en wel op Zondag 23 September a. s. in het Algemeen Verkoop lokaal, Oostvestplein. 's Morgens 9 uur ontvangst in het feestlo kaal. De oud-zouavcn worden dringend uitge noodigd zooveel mogelijk dit feest bij te wonen. Zonder brand te veroorzaken, sloeg te Warder bij Hoorn Zondag morgen in eene boerderij de bliksem in. Dit is reeds de .derde keer, dat in dezen zomer in het kleine dorp een boerderij getroffen is. Te Maarsen is eene dochter van den predikant, mej, C. A. v. d. B., door een noodlottig toeval in het water geraakt en verdronken. Boer Hendr. Rijken te Ginneken, die zich nu eens niet langer wilde laten dwingen van het weerzou Donderdag boekweit dorschen, het kostte wat het wilde. Vroolijk kletterden de vlegels tegen den grond, ook nog des namiddags toen het water als met bakken uit den hemel gegoten werd. En des avonds klonk uit de verte het„Hooi, strooi, bokkerdefooi, havere kaf, de bokkert is af!" En er werd vroolijk feest gevierd, het ge bruikelijke boekweitfeest, waarbij pannekoeken en rijstebrij gegeten worden. Den anderen dag echter kon men den boer met zijn volk zien zoeken naar de boekweit, daar men bij het regenachtig weer de korrels in den grond geslagen had. Te Venloo zijn een hotelhouder en eenige kasteleins de slachtoffers geworden van een jongen Duitscher, die zich dr. Koch noemde en voorgaf in dienst te zijn bij de Norddeutsche Lloyd, thans met verlof. Na eenigen tijd vele goede gaven te hebben ge noten is hij plotseling verdwenen zonder iemand te betalen. Bij onderzoek is nu ge bleken dat hij is Albert Koch, uit Erfurt, en deserteur. Te Tilburg zijn in één gezin aan de pokken overleden eene vrouw en drie kinderen. De man en drie andere kinderen zijn bedenkelijk ziek. De politie heeft gisteren in Den Haag een heer betrapt, die een goudsmid had op gelicht voor een paar kostbare gouden hee renkettingen. Bij ontdekking van den verdachte werden de sieraden nog in zijn bezit gevondeD. Als verdacht de daders te zijn van dietstal van juweelen sieraden ten nadeele van een dame in de Zeeheldenwijk in Den Haag, is tegen de huisnaaister der bestolene procesverbaal opgemaakt. Een paar oorknop pen ter waarde van f150, van dien diefstal afkomstig, werden bij haar gevonden. Te Delft is door de politie in beslag genomen een zilveren damesremontoirhorloge met gekartelde achterkastwaarop een fi guurtje, op de wijzerplaat met Romeinsche cijfers en koperen wijzers, terwijl de binnen- kast van buiten bewerkt is roet een ovaal plaatjede binnenzijde daarvan is voorzien van kleine kringetjes, no. 2661. Aangezien dit horloge te Delft onder ver dachte omstandigheden is verkocht door een persoon, die opgaf telephoonleidingen te moe ten nazien, wordt de eigenaar dringend aan gemaand zich te Delft bij den commissaris van politie te vervoegen. De „telephoonman" toch heeft zijn praktijken ook in andere ge meenten uitgeoefend. Baardwijk, 12 Sept. Verleden Zondag, den eersten dag der kermis, bracht de harmonie De Eendracht van Nieuwkuik en Onsenoort, een bezoek aan onze gemeente. Zij stapte af aan „het Vosje" waar zich ook bevonden de leden van den doelen „Soranus." Na eenig oponthoud trok de harmonie, gevolgd door de leden van Soranus en om stuwd van eene groote volksmenigte, onder het spelen van vroolijke marschen door de straat naar den tuin van A. Mulders, waar Soranus zou koniugschieten. Gedurende den tocht werden ovaties ge bracht bij den koning van Soranus, aan den burgemeester, den pastoor, den beschermheer van Soranus en den predikant. Later gaf de Eendracht in den druk be zochten tuin van A. Mulders een zeer schoon concert, dat echter tot aller spijt onderbroken werd door hevige regenvlagen, 't Werd toen voortgezet in de ruime lokalen, waar tot laat in den avond een massa volk in de prettigste stemming bijeen bleef. De heer Adr. Pallens, die reeds koning was van Soranus, is weder sire geworden. De liedertafel alhier gaf Maandagmor gen, zooals gebruikelijk is, een matinee. Een talrijk publiek van hier zoowel als uit den vreemde, was opgekomen en vulde de ruime zaal om van het programma te genieten, dat „Elk wat wils" had gegeven. Het is overbodig te zeggen, dat er weer goed gezongen is. Er kleeft hier en daar wel een enkel vlekje, doch het volmaakte bereikt de mensch nooit, dus ook niet een liedertafel; zeker is het, dat deze liedertafel bij een of ander con cours bepaald een goed figuur zou maken, en daarom is het ook, dat wij hier de hoop uitdrukken, dat spoedig hier of daar in de buurt eens gelegenheid moge komen om aan liedertafels van de soort als de Baardwijksche gelegenheid te gevenj hare krachten te meten. De kunst zou er waarlijk niet onder lijden. Om terug te komen op het concert melden wij, dat aan „de scènes" op dit programma het leeuwendeel is gegeven, natuurlijk omdat het kermis is. De partijen in deze scènes werden goed afgespeeld en ieder was in zijne rol. Er zijn bepaald artisten onder hen, die voordroegen. Wij onthouden ons van het noemen van namen, wijl de lijst; te groot zou worden. Geheel gepast voor deze gele genheid waren ook de koornummers„Les coucous et le rossignol" en „Biergalop." Beiden vielen zeer in den smaak van het publiek, zoowel als „Standchen" voor tenor en de Aria uit „die Schöpfung" voor bas. Met een hartelijk woord van beschermheer en president eindigde dit voor allen zoo aangenaam concert. LOMBOK. De St. Ct. bevat de volgende mededeeling: Van den gouverneur gen. van Nederlandsch Indie is onder dagteekening van Vrijdag, per telegraaf het volgende bericht ontvangen Gisteren na vuur uit zwaar geschut, Aroeng met borstweringen zonder tegenstand geno men. Vele geweren en andere wapens buit gemaakt. Vier schoten van Mataram uit onze (achtergelaten) veldkanonnen kwamen in zee. Dewahuis (Hindoe tempel) te Aroeng door overste Swart bezet met twee compagnieën en twee veldkanonnen. Terug kapitein Lindgreen, luitenant Van der Plank, officier van gezondheid Ujlaki, sergeantmajoor Van der Wijst, sergeants Vau Lith en Wentzler, tourier Sablerolle, korpo raals Michels en Frentzelziekenoppasser Loverink (allen als vermist opgegeven in de Nederl. St. Ct. van 4 dezer) en 49 mindere militairen. Namen minderen gevraagd. Lind green capituleerde wegens gewonden en gebrek, onder beding vrijen aftocht, mits overgave wapens aan Anak Agoeng K'toet; doch daarna gevangen en eerst thans vrijge laten en naar Kalé gebracht. Liet daar achter sergeant A. Schar (in de Nederl. St. Ct. van 4 dezer als gesneuveld opgegeven) en 15 inlandsche minderen, allen gewond. Bracht brief vorst, waarin vrijlating voorgesteld als bewijs van vriendschap. Brief niet beant woord. Flottielje vaartuigen Bali en Borneo versterken scheepsmacht. Dit regeeringstelegram bevestigt in hoofd zaak het heuglijk bericht, reeds per particulier telegram aan de N. R. Ct. ontvangen. De daad van den radja wordt door den inhoud van het regeeringstelegram meer ver klaarbaar. Het blijkt nu, dat door kapitein Lindgreen vrije aftocht bedongen was en dat de gevangenneming van hem en de zijnen dus een daad van trouweloosheid was. De latere invrijheidstelling, waarschijnlijk ten gevolge van vrees door den radja bevolen, was dus slechts een terugkomen op deze trouwelooze handeling. Dat de brief, waarin de radja de vrijlating als een bewijs van vriendschap voorstelde, onzerzijds niet be antwoord werd, sprak van zelf. Uit de mededeeling, dat vier schoten van Mataram uit onze achtergelaten veldkanonnen in zee kwamen, schijnt te moeten worden opgemaakt, dat het Woensdag door 't Nieuws van den Dag ontvangen bericht, dat Materara verlaten was, minder juist is. Vanwege het departement van koloniën wordt het volgende gemeld Ten vervolge op het bericht van 7 dezer moet nog worden medegedeeld dat de op 30 Augustus als vermist vermelde le luite nant der infanterie E. de Graaf gesneuveld is, en dat aan de gevolgen van bekomen wonden is overleden de sergeant der infanterie Theodor Baumann (algem. stamboeknommer 17888.) Verder kan nog worden vermeld dat door den gouverneur generaal is bericht, dat de vorst van Lombok (blijkbaar reeds vóór de bekende overrompeling onzer troepen) eene som van f 450.000 ter vergoeding van oor logskosten betaald heeft. De correspondent van de N. R. Ct. te Batavia seinde Zaterdag De barisans te Bangkalan zijn gemobiliseerd en ter beschikking van den opperbevelhebber der Lombok-expeditie gesteld. De barisans zijn inlandsche infanteriekorp- sen op het eiland Madoera, bestemd om in de behoefte aan gewapende macht te voor zien en in buitengewone omstandigheden voor militaire doeleinden te worden gemo biliseerd. In 1891 werden deze korpsen georganiseerd overeenkomstig een bij gou vernementsbesluit dd. 4 April 1891 vastgesteld reglement. De strekking dezer reorganisatie was hoofdzakelijk om de waarde der barisans als strijdkracht te verhoogen en door verbe tering der voorwaarden van dienstneming, met gelijktijdige inkrimping der formatie, de voltallig houding beter te verzekeren. Het laatste koloniaal verslag dat van 1893 geeft voor de sterkte aan: 18 officieren en 672 minderen, hetgeen tegenover de formatie een incompleet aanwees van 9 man. Buitendien zijn er nog twee korpsen bari sans, een te Pamakassan en een te Sumanap, die, als zij voltallig zijn, elk 10 officieren en 342 minderen hebben. Volgens het koloniaal verslag van 1893 was het corps te Sumanap geheel en dat te Pamakassan op 1 man na compleet. Volgens een bij de familie ontvangen tele gram, is de toestand van den zwaar gekwetsten le lnitenant der infanterie J. T. ter Bruggen Hugenholtz zoodanig, dat men hem als gered kan beschouwen. De 2e luitenant der artillerie J. E. Timmer moet, eveneens volgens een telegraphisch bericht aan de familie, een been missen. V De correspondent van de N. R. Ct. te Batavia seinde onder dagt. van Maandag: Mataram en Tjakranegara zijn beide door de batterijen verwoest. De Sassaks van Batoe Klian streden tegen de Baliers ten Noorden van Narmada. Eenige duizenden Sassaks bezetten de landstreek bezuiden Mataram en Tjakranegara tot aan zee. Goesti Djilantik ontsnapte naar Karang Asem. Narmada (Ajermada) ligt aan den 10 M. breeden weg, die van Tjakranegara naar het oosten loopt langs de desa's Bertaid en Kembang Koening. Narmanda is een der verblijfplaatsen van den ouden vorst. Dit lustverblijf, waarvan het hoofdgebouw slechts twee kamers bevat en niet meer dan een optrekje genoemd kan worden, ligt aan de zuidzijde van den weg, heeft een omtrek van l1/* paal, is terrasvormig aangelegd en bestaat behalve het hoofdgebouw, uit een op zeven terrassen gebouwden tempel, eenige op ver schillende hoogten gelegen koepeltjes en vischvijvers. Aan de Oostzijde stroomt de breede en diepe S. Banjak of Narmada, die vroeger overbrugd was; de brug werd gedu rende den opstand der Sassaks afgebroken. Batoe Klian ligt aan de voortzetting van den weg van Tjakanegara naar Narmada, dus oostelijk van dit laatste; de weg wordt van Narmada af minder breed en loopt over Pringaratan (waar de vorst eene kleine woning heeft, waar hij verblijf houdt, als hij aldaar in de omstreken gaat jagen) en Salm Soekoer naar Batoe Klian. Een der voornaamste hoof den van de Sassaks is Djero Giniawang van Batoe Klian. Goesti Djilantik is, gelijk men weet, vorst van Karang Asem op Bali, die met zijne hulptroepen den vorst ran Lombok tegen de

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1894 | | pagina 2