Wul«ijksrfef m Lanptraalsclie Courant
Nummer 75. Donderdag 20 September 1894. 17e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Gemeenteraad van Waalwijk,
UITGEVER:
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden/1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
OPENBARE VERGADERING
op Maandag 17 September v/m. 11 ure.
Tegenwoordig alle leden behalve de heeren
Van Schijndel, Van Tilburg, Verbunt en
Gragtmans; de twee laatstgenoemden hadden
kennis gegeven verhinderd te zijn.
Voorzitter de burgemeester Jhr. Aug. van
Grotenhuis.
De voorzitter opent de vergadering.
De notulen der vorige worden voorgelezen
en met eene door den heer Hoffmans ver
langde wijziging vastgesteld.
De voorzitter deelt mede, dat is ingekomen
een besluit van gedeputeerde staten, houdende
goedkeuring van het raadsbesluit tot het
aangaan van eene geldleening ad f 850, voor
het dempen van den sloot in de Nieuwstraat.
Aan de orde
I. Voordracht aan den commissaris der
koningin tot benoeming van 2 leden van 't
collegie van zetters.
Gekozen werden
Vacature Timmermans Wz.,
tot len candidaat J. Timmermans Wz. met
6 stemmen en 1 blanco,
tot 2en candidaat Chr. van de Werff met
4 stemmen tegen 8 op P. Quirijns;
Vacature Timmermans Bz.,
tot len candidaat J. Timmermans Bz. met
6 stemmen en 1 blanco;
tot 2en cauaidaat P. Quirijns met 5 stem
men tegen 2 op A. H. van Schijndel.
II. Overdracht der concessie aan de Til—
burgsche stoomtramweg maatschappij.
De voorzitter deelt mede, dat is ingekomen
een schrijven van commissarissen der stoom
tramweg maatschappij Tilburg—Waalwijk
verzoekende dat de oude concessie op haar
worde overgedragen.
Het dag. best. stelt voor dit te doen onder
dezelfde voorwaarden.
De heer Mombers wijst op het ongerief,
dat er voor reizigers ontstaat, wanneer de
tram, van de remise komende, zonder op
houden de wachtkamer voorbij stoomtmis
schien is hieromtrent wel iets voorgeschreven
in de voorwaarden anders zou 't er in kunnen
gebracht worden.
De voorzitter antwoordt, dat krachtens de
bestaande voorwaarden de maatschappij zich
moet onderwerpen aan alle bepalingen door
B. W., den gemeenteraad of de politie ge
maakt; op het door den heer Mombers gezegde
zal gelet worden; deze verlangt dat de tram
van de remise komende, voor de wachtkamer
zal bellen en dan daar minstens 2 minuten
zal wachten.
De heer Hoffmans wijst op de kosten, welke
voor de gemeente kunnen volgen uit som
mige werken der maatschappij; hij geeft in
overweging te bepalen, dat de maatschappij
die onvermijdelijke kosten betale.
De heer Quirijns vraagt of nu ook in de
voorwaarden zal worden opgenomen, dat de
maatschappij rails moet leggen aan de Oost
zijde der haven.
Deze vraag wordt bevestigend beantwoord.
Naar aanleiding van het in de vorige ver
gadering gesprokene over het pontveer te
Drongelen, deelt de voorzitter mededat
door het dag. best. alles is aangewend wat
kon zijn in 't belang der gemeente. Hij laat
voorlezing geven van een schrijven aan ged.
st. dd. 13 Febr. 1894, waarin nader wordt
aangedrongen op eene vaste brug, omdat
deze noodzakelijk is en Waalwijk er recht
op heeft, als zijnde vroeger met een vaste
brug met het land van Heusden en Altena
verbonden.
(Indertijd deelden wij den inhoud van dit
schrijven meer uitvoerig mede. Red.)
Verder heeft de voorzitter in overleg met
het D. B. den veldwachter gelast op ver
schillende uren van den dag en den nacht
naar het veer te gaan, daar den toestand
waar te nemen en nauwkeurig rapport uit
te brengen.
Ook heeft de voorzitter dezer dagen deze
aangelegenheid nog behandeld met de bur
gemeesters van andere gemeenten.
Het rapport van den veldwachter wordt
voorgelezen. Daarin wordt de pont genoemd
een goed sterk vaartuig, groot genoeg_ om
7 8 rijtuigen te bevatten met passagiers;
ze wordt bediend door bekwaam personeel.
De rapporteur geeft verscheidene datums
en uren, zoowel van den dag als van den
avond en den nacht aan, waarop hij is over
gevaren. Hij schijnt het daarbij goed te
hebben getroffen, want meestal was hij in
enkele minuten over, vond de pont onder
stoom en het personeel waakzaam.
De geuite klachten komen hem wel over
dreven voor, ofschoon hij echter erkent, dat
er meermalen gegronde redenen tot klagen
voorkwamen maar dan zullen ze geweest
zijn buiten de schuld van het personeel.
Zooals op den bewusten avond waar
over in de Echo van het Zuiden geschreven
is; toen was de kabel gebrokenwaarvan
natuurlijk groot oponthoud het gevolg was.
De petroleum - machine wordt in het rapport
genoemd een prul; als die defect is moet
de locomobile onder stoom gebracht worden,
waarmede drie kwartier heengaat; het over-
draaien der pont met de heikar gaat zeer
langzaam.
Vele klachten worden geuit over het lange
wachten, maar dat zal wel zijn als er een
zeilschip in aantocht is; dan moet de pont
wachten.
Het overzetten van beesten gaat langzaam;
iemand, die daarbij aan de overzijde moet
.wachten, klaagt dan; maar dan is het pesoneel
of de pont niet de schuld van het gedwongen
lange wachten.
Als de pont en de machine in orde zijn,
kan men altijd over, maar bij eenigszins
sterken westen of zuiden wind krijgt het vaar
tuig water in en maakt dikwijls zulke gekke
sprongen, dat men schrik zou hebben om over
te varen.
De motor was bij 't opmaken van 't rap
port buiten werking om veranderingen te
ondergaan.
Na voorlezing gaf de voorzitter als zijne
meening te kennen, dat de aanmerkingen niet
zijn van overwegend bezwaar; ook de bur
gemeesters, met wie hij geconfereerd heeft,
waren van dit gevoelen.
't Schijnt uitgemaakt, dat de motor niet
sterk genoeg is; als hierin verandering is
gebracht en een reserve-motor aangeschaft,
is dat verholpen.
Intusschen zal het dag. hest. bij Ged. St.
onvermoeid blijven aandringen op handhaving
van Waalwijks recht op een vaste brug of
minstens op een stoompont.
De heer Timmermans van Turenhout geeft
in overweging voortdurend met kracht op dat
aambeeld te blijven hameren; Waalwijk heeft
recht op een vaste brug en 't is van groot
belang voor de gemeente dat zij er kome;
de toestand behoort zoo goed mogelijk te
zijn en dit zal eerst zijn als er een brug is
als vroeger.
Nadat nog de heer Hoffmans gewezen
had op punten, waarin het rapport zich zeiven
tegenspreekt, werd dit onderwerp voor afge
daan beschouwd.
De voorzitter geeft te kennendat hij
wenscht eene zaak te behandelen, niet voor
komende op het convocaliebiljet, maar die
hij er ook niet op kon brengen, omdat hij
toen de gegevens nog niet in zijn bezit had;
hij bedoelt het nieuwe plan voor het huis
van den directeur der gasfabriek.
Bij de plaats gehad hebbende aanbesteding
was de raming ver overschreden. Sedert is
het plan gewijzigd. In hoofdzaak blijft het
huis hetzelfde, maar de uitvoering zal in
verscheidene opzichten op eenvoudiger wijze
geschieden. De begrooting is op 't oogenblik
3844, ongeveer 700 lager dan vroeger,
en als 't hiervoor wordt geleverd dan over
schrijden we niet het cijfer voor de uitbrei
ding der gasfabriek toegestaan.
De voorzitter vertoont aan de leden de op
dit werk betrekking hebbende teekeningen
en zegt dat hij den architect zal laten roe
pen, als de heeren nadere inlichtingen ver
langen.
De heer Timmermans van Turenhout kan
zich wel met het nieuwe plan vereenigen,
mits de begrooting niet overschreden worde.
De voorzitter is van gevoelen dat dit niet
zal gebeuren.
De heer Baijens merkt op, dat de sommen
voor gashouder en zuiveringstoestellen bene
den de raming z:jn gebleven; als men nu de
raming voor het huis heeft moeten verlagen,
om het toegestane totaalcijfer niet te boven
tegaan, dan is voor andere posten noodwendig
de begrooting overschreden.
De voorzitter geeft dit toe, maar dit is
altijd zoo; op den eenen post houdt men
over, op den anderen komt men te kort.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten,
het aangeboden plan goed te keuren en B. en
W. te machtigen tot openbare aanbesteding.
De heer Baijens wenscht nog eens terug
te komen op 't behandelde in eene vorige
vergadering. Toen er gesproken is over den
sloot in de Nieuwstraat, is door hem voorge
steld en de heer Van Schijndel heelt hem
gesteund, om ook den sloot aan de zuidzijde
der openbare school te laten overwelven.
Nu is dit wel geschied onder den weg, maar
de stinkpoel achter de school, waar hij juist
het hinderlijkste is, is gebleven. Spreker be
weert, dat de raad zijn voorstel heeft aan
genomen.
De voorzitter antwoordt dat het dag. best.
dat zoo niet heeft opgenomen.
Ook blijkt dat de raadsleden het zoo niet
hebben begrepen. Daarom geeft de voorzitter
den heer Baijens in overweging, een nieuw
voorstel te doen. De heer Baijens verklaarde
zich hiertoe bereid. De voorzitter zal dat
voorstel dan in de volgende vergadering aan
de orde stellen en intusschen een begrooting
laten opmaken.
De heer Timmermrns Van Turenhout kan
zich wel vereenigèn met den heer Baijens.
Hij geeft echter in overweging, dat B. en W.
op de begrooting voor 't volgend jaar een
post brengen tot uitvoering van dit werk; 't
komt hem voor dat deze wijze van handelen
meer strookt met een goede administratie;
er wordt anders wel eens besloten werken te
maken, zonder dat men weet waaruit ze be
taald zullen worden.
De heer Baijens vereenigt zich hiermede.
De voorzitter voegt hierbij, dat daartegen
geen bezwaar kan zijn, daar hij hoopt reke
ning en begrooting-binnen kort aan den raad
over te leggen.
Nadat nog de heer Baijens de aandacht
van den burgemeester gevestigd had op een
paar punten in verband met de gemeente
reiniging, sloot de voorzitter de vergadering.
Keizer Fransch Joseph heeft Zondag te
Buda-Pesth de beide delegatie» ten gehoore
ontvangen en, in antwoord op de toespraken
harer voorzitters, eene korte redevoering ge
houden van den volgenden inhoud
„Het strekt mij tot levendige voldoening
te zien hoe de hoop op het behoud en de
bevestiging des vredes is verwezenlijkt. Ook
de zeer vriendschappelijke verhouding tot al
de mogendheden rechtvaardigt de verwachting
voor de toekomst van eene Ongestoorde ont
wikkeling der volkswelvaart.
„Niettemin blijft het noodig en acht mijne
regeering het haar plicht, op het voetspoor
der overige mogendheden niet af te laten
van eene verdere ontwikkeling van de strij i-
krachten der monarchie. De begrooting van
oorlog blijft evenwel binnen de perken, door
de vorige delegatiën vastgesteld, en houdt
met den financieelen toestand des lands
nauwkeuriglijk rekening.
„Als een vooruitgang is aan te merken
dat in 1895 de uitgaven voor Bosnië en de
Herzegowina geheel gedekt zullen worden
door hetgeen deze landen zullen opbrengen."
's Keizers woorden werden met geestdrift
toegejuicht.
Ook Bismarck heeft Zondag weer eens
gesproken bij gelegenheid van een bezoek
der Duitschers in Posen, die bij monde van
den voorzitter van het huldigingscomité, ver
klaarden dat zij er van doordrongen zijn
een onafscheidelijk deel van Pruisen uit te
maken. Bismarck, wien het plan was toege
dicht Caprivi's politiek te gispen, voornamelijk
diens houding vis-a-vis Polen heeft eene
redevoering gehoudenwelke voor zoover
uit het telegrafisch resumé valt op te maken,
van heel onschuldigen aard was. De oud
kanselier zeide in dit bezoek te zien de er
kenning van zijn medearbeid aan de grond
vesting van Duitschland. Elzas-Lotharingen,
zeide hij, is de beschutting van Zuid-Duitsch-
land en Posen die van de oostelijke grenzen.
De prins herinnerde aan de vijandschap van
Polen tegenover Duitschland in het tijdperk
18811848. Die vijandschap ging uit van
den Poolschen adel en de geestelijkheid.
Toch was, naar zijn inzien, eene vreedzame
samenleving tusschen Duitschers en Polen
mogelijk. Dit was het geval in Silezië, maar
daar ontbreekt ook de Poolsche adel. Deze
laatste behoort niet gesteund te worden. Van
Polen kunnen de Duitschers intusschen leeren
hoe zij vereenigd moeten blijven. Het is te
hopen dat ook de Duitschers, zoodra het
nationaal aanzien op het spel staat, zullen
toonen, tot de geheele natie en niet tot deze
of gene partij te behooren. In de verwachting
dat ook de vrouwen voor deze zaak zouden
zijn te winnen, bracht de prins een „Hoch"
uit op d« Duitsche vrouwen van Posen.
In Servië dus wordt uit Weenen aan
Daily News geseind heett men nu zeker
heid van het bestaan eener samenzwering, ten
doel hebbende het onttronen van koning
Alexander. Vandaar waarschijnlijk, dat ZM.
de hoofdstad zoo zorgvuldig vermijdt en zich
te Nisch min of meer schuil houdt.
Men begint te gelooven dat na de ver
kiezingen voor de Bulgaarsche Sobranje, het
ministerie gezamenlijk zijn ontslag zal indie
nen. De radicalen Radeslawow en Tontchew
zijn zeer gekant tegen de plannen van hun
conservatieve collega's Stoïlow en consorten,
die de gematigde Russenvrienden, de Zan-
kowisten, trachten te winnen, om er bond-
genooten van te maken voor de volgende
zitting van de Sobranje. Het nieuwe ministerie
zou gevormd worden door Stoïlow, die vooral
een persona grata is bij den vorst. De ra
dicalen twijfelen er aan, dat de Zankowisten
ter goeder trouw zijn, hoewel deze beweren,
dat zij zich slechts met een verzoening van
Bulgarije en Rusland zullen bezig houden
wanneer de vorst het verlangt. De radicalen
beweren, dat de Zankowisten, eenmaal in de
Sobranje, misschien zelfs in de meerderheid,
er de conservatieven utt zullen verdrijven.
Geregeld worden aan den keizer van China
de rapporten voorgelegd omtrent den veld
tocht tegen de Japannersen op welke
overwinningsberichten men hem daarin ont
haalt, kan wel het best blijken uit de naieve
vraag, dezer dagen door Z. M. gedaan „of
en hoeveel Japansche oorlogsschepen en
soldaten er nog over waren
Nu, ook hier is 'iet de liedendie men
(voor Z.M.) gedood heeft, zijn tamelijk wel
varend." Er zijn nog vrij wat meer Japanners
in welstand over dan aan Z.M. lief zal wezen,
terwijl, wanneer de Chineezen worden nage
teld, er onderscheidenen op het appél zullen
ontbreken.