Nummer 22. Zondag 17 Maart 1895. 18eJaargang. 1 iljiOODDKUraü li Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ANTOON TIELEN, Staatkundig overzicht. FEUILLETON. BUITENLAND. Belgie. Frankrijk. UITGEVER- Waalwijk. De Echo van het Zuiden, Waal w(j lisclic en Langstraatsche Courant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Franco per posi door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden tan den Uitgever. Advcrtentiën 1—7 regel» ƒ0,60 daarboven 8 cent per regel* groote letters naar plaatsruimte. Advertentien maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentien voor Duitscb- land worden alleen aangnomen looi het advertentiebureau van Adolï Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Twee incidenten aan den politieken horizon kleine wolkjes, wel geen voorboden van een naderenden storm of een dreigend onweer, doch juist groot genoeg en voldoende uit komend tegen het strakke blauw, om de aandacht te trekken. Te Waldenburg in den staat Colorado heeft de bevolking zich, tegen alle wettelijke voorschriften in, vergrepen aan een negental Italianen, die onder beschuldiging van moord op een herbergier naar de gevangenis werden gebracht, en er zes gedood. Te New Orleans is 't vóór een paar jaar juist zoo gegaan naar aanleiding van den moord op het hoofd der politie Hennessy en toen is 't tot een diplo matieke breuk gekomen tusschen de regeering van koning Humbert van Italië en de Ver- eenigde Staten. Een Europeesch bewind welks onderdanen in de Vereenigde Staten worden mishandeld en gedood, heeft immer den schijn voor zich, zelfs al staan die on derdanen nu juist niet bekend als brave Hendrikken. Volgens de in Amerika geldende zedewetten, heeft het volk het recht zijn eigen rechter te zijn en nu zijn er wel wettelijke voorschriften, welke daarmee verschillen, doch die schijnen weinig of in 't geheel niet toe gepast te kunnen worden en beslist te worden genegeerd als 't vreemdelingen (niet-Ameri- kanen) geldt. Dan executeert een bandelooze menigte er maar op los, zonder voorafgaand verhoor of vonnis van desbevoegden en de regeering, die 't waagt te protesteeren tegen de toepassing van die iniddeleeuwsche en barbaarsche gebruiken op haar onderdanen, wekt de verbittering van eiken rechtgeaarden Amerikaan door die inmenging in wat men er noemt de huiselijke aangelegenheden. Italië kan 't er natuurlijk niet bij laten zitten zelts al mocht de schuld der door de opgewonden bende gedoodenzonneklaar worden bewezen. Onmiddellijk na den moord op genoemden herbergier viel de verdenking op leden der Italiaansche kolonie en toen Naar het Fransch door W. v. R. Overgenomen uit de Meierijsche Courant 156 ,/Zoo zegde Raoul. „Hebt gij dat te Joigny vernomen „Ja, be9te heer." „En van wien „Van den secretaris op 't stadhuis. Duchemin werd doodsbleek. „Drie dagen geleden ben ik hier geweest om u te treffen," her am Stephaan Castel„Doch gij waart reeds vertrokken, verzekerde men mij, met de mededeeling echter, dat gij den een of anderen Zondag nog eens een uitstapje hierheen zoudt doen. Ik besloot telken Zondag naar Bois- le-Roi te gaan, daar ik geen mogelijkheid zag u te Parijs te treffen. Gij moet dus wel begrijpen, dat ik in een onderhoud met u veel belang stel. Dat is duidelijk, niet waar?' „Zeer duidelijk.' „Ik heb u vroeger aangetroffen dan ik wel bad durven hopen en daarvoor dank ik den hemel.... Thans zal ik u eens raededeelen, wat mij naar Joigny voerde, waar gij, naar ik gehoord heb, uw ontslag hebt moeten nemenIs dat waar „Helaas ja, mijnheer, dat is waar.* „Ik wensehte te vernemen, wien het proces verbaal werd terhandgesteld der overbrenging van een kind in het gesticht der vondelingen.' Een ijskoud zweet parelde op Ducherain's voor hoofd. Hij beefde aan al zijne ledematen en achtte zich verloren. De schilder gevoelde onwillekeurig een diep medelijden voor den armen jongen. „Ik heb u gezegd, dat gij bedaard zoudt blij ven,' ging hij voort. „Gelief zonder angst naar mijne woorden te luisterenGij twijfelt toch niet aan de oprechtheid mijner woorden?" „Neen, mijnheer, in 't geheel niet.' „Toen ik den raaire van Joigny genoemd pro cesverbaal voorhield, was hij zeer verbaasd. Dit men met behulp van speurhonden (in den letterlijken zin) drie of vier verdachten in handen had, groeide dit aantal, door de be kentenissen der gearresteerden, spoedig tot negen aan. Die werden na te zamen naar de gevangenis gebracht, in afwachting van het onderzoek naar de tegen hen ingebrachte beschuldigingen en de op hen rustende ver denking. De bevolking der plaats opende op de gevangenen tijdens hun overbrenging een revolver- en geweervuur naar alle regelen der edele schietkunst en al spoedig waren er vier gedood en met hen de koetsier van den celwagen. Doch die wraakneming bevredigde de bandelooze menigte nietWoensdag in den vroegen morgen werden de deuren der gevangenis gerameid en van de overgebleven vijf Italianen werden er twee geworgd, terwijl de overige drie zich onder bescherming kon den stellen van de gevangenbewaarders. Natuurlijk is de opgewondenheid onder de leden der Italiaansche kolonie grootze hebben naar de wapens gegrepen, terwijl die beroering de Amerikaansche bevolking van Waldenburg tot uitgebreide voorzorgsmaat regelen doet overgaan. Het tweede incidentwaarvan hierboven melding is gemaakt, heeft zich voorgedaan 3 dezer, op zes mijl afstands van kaap May in 't gezicht van Cuba. Het Amerikaansche stoomschip „Allianca" van Colon, kwam in 't gezicht van een Spaansch oorlogsschip en salueerde met de vlag, op welke gebruikelijke begroeting de Spanjool eerst antwoordde en daarop(de afstanddie beide schepen scheidde, was twee en een halve mijl) twee losse schoten loste op het Amerikaansche schip. De „Allianca" dacht aan een vergis sing en salueerde opnieuw, waarop het schip doorvoer. Om te toonen, dat het bittere ernst was, loste het Spaansche schip nu drie ka nonschoten op de „Allianca«, waarvan een op een arstand van 200 yards in het water sloeg. Nu zette de Allianca" full speed en ontkwam zoo een verdere beschieting, hoewel de vervolging over 25 mijl werd voortgezet De secr. van buitenlandsche zaken der Unie, authentiek stuk mocht in geene omstandigheden het archief verlaten. Onmiddellijk werd een on derzoek in mijne tegenwoordigheid ingesteld en zoo had men weldra het bewijs, dat dit stuk ge stolen was." „Dan ben ik verloren I' riep Duchemin uit. „Ik zal trachten u te redden, zoo gij openhartig antwoordt.' „Ik ben tot alles bereid, mijnheer! Dat zweer ik!" „Gij zijt het toch, die dit procesverbaal uitliet archief ontvreemd hebt?' „Ja, mijnheer." „En hebt gij 't verkocht!' „Verkocht niet, mijnheer. Ik heb het afgegeven voor een bewezen dienst.' „I)at is juist hetzelfde, daar de dienst, waarvan gij spreekt, eene geldzaak wa9. Doch laat ons daarover niet redetwisten. Daar er geen ontvangst bewijs werd afgegeven, hebben wij niet kunnen nagaan wie het in handen heeft gekregen. Dat zou ik willen weten, en dat zult gij mij dan ook mededeelen." Amanda gaf Raoul den tijd niet om te ant woorden. „Daar gij liet procesverbaal in handen hebt,* sprak zij, „zult gij het toch wel ontvangen hebben van iemand, die bij u bekend is, en dus moet gij wel op de hoogte zijn van hetgeen gij hier komt vragen." „Uwe redeneering schijnt juist, mejuffrouw,* antwoordde de schilder, zich tot de jonge dame wendend. „Doch dit stuk is door zoovele handen gegaan, dat ik niet heb kunnen upkliramen tot die, welke dit het eerst ontvangen hebben. En daarom ben ik hier gekomen. Wil ik u helpen, mijnheer Duchemin Was de bekoorder niet een zekere baron de Reiss „Ja, mijnheer?' „Kent gij dien man reeds lang?' „Ik had hem vroeger nooit gezien.' „O, dat is onwaarschijnlijk!' „En toch de zuivere waarheid.' „Gij leverdet den man dan dit proces-verbaal af, zonder hem te kennen 1 Gij begingt eene mis daad voor iemand, dien gij nooit gezien liadt. Maar welke middelen heeft dit schepsel dan wel gebruikt om u over te halen „Hij redde mij mijnheer, uit de handen van den strafrechter „Zeg liever, dat hij u er heenleidde!' „Ik wist mij op dat oogenblik geen rekenschap Gresham, is met dit zonderlinge feit in kennis gesteld en zal, na onderzoek, natuurlijk niet dralen om van de Spaansche regeering een verklaring te eischen met zoo mogelijk een verontschuldiging in allen vorm. Zooals 't in het belang van den lieven vrede het best en meest wenschelijk is, zal 't wel gaan te Kielde als beslist zeker gemelde visite van keizer Franz Josef van Oostenrijk blijft uit en van de a's mogelijk gemelde deelneming van koning Humbert van Italië, komt ook niets. Daar nu de mede- deelingen van de komst van dezen zoowel als van genen, zijn gelanceerd door van sensatie zucht onverdachte en als wel ingelicht bekend staande bladen, is 't wel niet te gewaagd de nieuwtjes te beschouwen als „ballons d'essai": men heeft eens willen zien wat 't zou doen en kan over de resultaten nu juist niet ver rukt zijn en er geen aanmoediging in zien om het plannetje te verwezenlijken. Indien men alle regeeringshoofden had kunnen in viteeren met eenige kans op aanneming, zou 't iets anders geweest zijn, doch nu moet als regel gelden allen of geen elke aanleiding tot naijver en achterdocht, elke politieke toespeling moet vermeden worden met pijnlijke zorg. Frankrijk zoowel als Rusland zullen dus kur.nen deelnemen zonder manifestaties te behoeven te duchten en het jonge mensch te Parijs, dat zich met een scheermes de keel heeft afgesneden uit wanhoop over de deel neming der Fransche schepen aan de feesten te Kiel, had dat in zijn eigen belang best kunnen laten; „den grooten smaad der natie aangedaan door de regeering", had deze maloot best kunnen overleven Het voorstel van den algevaardigde Kanitz, betreffende een staatsmonopolie van het graan, is ingediend in den rijksdag, voorzien van de handteekening van: 59 conservatieven 15 leden der rijkspartij, I nationaal liberaal, 11 anti-semieten8 Polen en 9 partijloozen onder welke laalsten graaf Herbert Von Bis te geven van het misdrijf, waaraan ik mij schul dig maakte. Overigens scheen baron de Reiss mij ook een zeer net man toe. Ik geloofde aan zijn goede trouwIk zal u mededeelen, hoe alles geschied is." Duchemin verhaalde in al zijne bijzonderheden, hoe hij met Arnold de Reiss te Joigny had ken nis gemaakt en wat hem de gewaande baron verteld had om het proces-verbaal in handen te krijgen. Stephaan had met diepe aandacht toegeluisterd. „Dan heeft die kerel u gezegd, dat hij de vader van 't meisje is „Ja, mijnheer.' „Heeft hij u de plaats en den datum liarer ge boorte medegedeeld „Ja, mijnheer.' „Den naam harer moeder?" „Ja, en dien der voedster ook." „Die kerel had zeer nauwkeurige inlichtingen,' antwoordde de schilder. „Hoe kwam hij daaraan? Dat zullen wij later vernemen. Thans moeten wij de hand op baron de Reiss trachten te leg genKent gij zijn adres niet, mejuffrouw P' vroeg hij, zich dan tot Amanda wendend. „Hoe zou ik dat adres hebben, mijnheer?' luidde Amanda's wedervraag, die nog geen ver trouwen had. „Om de uitstekende reden, dat gij zeer goed dien waren of valschen baron kentdaar gij zelfs acht dagen hier met hem hebt doorgebracht." Amanda beet op de lippen en kleurde tot in 't wit der oogen. „Ik meende dat madame u zijn adres bezorgd had," mompelde zij. „Ja, daarin hebt gij gelijk, maar 't was een valsch adresKom laat ons eens openhartig praten. Ik heb mij als een \riend voorgesteld, maar zou ook wel uw vijand kunnen worden.... De raaire van Joigny heeft aan den prokureur der republiek te Parijs geschrevenMen zal pogingen aanwenden, mijnheer Duchemin. om u te vinden en weldra zal men u iu de groote po litie netten weten te vangen. Gij zult aan een verhoor onderworpen worden, gij zult verplicht zijn te antwoorden, en uwe antwoorden zullen ons op de hoogte stellen van hetgeen wij willen weten. Zoo gij mij in tegendeel openhartig antwoordt, zoo gij mij niets vei bergt, dan zal ik al mijnen invloed gebruiken, en ik verzeker u marek. Het Centrum is, zooals men ziet niet door één enkel mannetje vertegenwoor digd. Vrijdag vertrok Li Hung Chang met gevolg van Tientsin naar Hiroschima, doch men begint er nu zelfs te Peking aan te twijfelen of er wel een vrcdestractaat zal tot stand kom*n voor de Japanners in China's hoofdstad zijn. Men meldt nu, dat Japan onder meer zal eischen den afstand van de Manschoerei tot Mukden en den Grooten Muur, doch de Novoie Vremia zegt, dat met de Manschoerei Ruslands belangen zijn gemoeid. Dat is het begin van de moeielijkheden als men aan 't verdeelen gaat van den beer door Japan geschoten Minister de Bruyn presideerde Woensdag ochtend te Brussel eene talrijke vergadering van industrieelen en handelaars, belegd met het oog op de tentoonstelling te Amsterdam. De minister zeide dat hij de eer van het voorzitterschap over de Belgische commissie aanvaardde, en hij beloofde den geldelijken steun der regeeringom de exposanten te helpen tot het waardiglijk vertegenwoordigen van Belgie. De regeering wenscht dat Belgie ruimschoots exposeere, niet slechts om zijne eigene belangen, maar ook om de broeder lijke gevoeleens te toonen, welke Belgie en Nederland vereenigen. Deze rede werd zeer toegejuicht, l et is reeds zeker, dat Belgie op de tentoonstelling 70C0 M3 in beslag zal neiaen. De hertog van Orléans schijnt de zaken nogal luchthartig op te nemen. Aan een redac teur van den Matin verklaarde hij, dat als in Frankrijk nu eenmaal een president moet gekozen worden, Faure beter was dan een dat deze invloed groot i9, opdat geene vervolging tegen u worde uitgevaardigd. Is daarmede reeds een begin gemaaktdan zal ik die weten tegen te houden. Dat beloof ik op mijn woord van eer „Mijnheer," zeide Amanda, „wij zonden wel spre ken, maar kennen het adres van den baron niet.' „Werkelijk „Ja, mijnheer, dat is waar 1 Duchemin en ik zouden alles over hebben om liet te vernemen; maar die man is zoo behendig, dat hij ons steeds uit de handen glijdt.' „Gij zocht hem dan „Ja, ik zocht hem antwoordde Raoul op zijne beurt. „Met welk doel „Om hem de papieren te ontrukken, die voor mejuffrouw en voor mij een groot gevaar zijn. Gisteren had ik zijn spoor gevonden; ik volgde hem, meende den man reeds in handen te hebben, en toch ontsnapte hij mij nog. Duchemin verhaalde hier, wat wij reeds aan onze lezers verhaald hebben. Dan komt die onbegrijpelijke kerel bij Paul Harmant „Ja, mijnheer.* „Voor hem ook heeft hij het procesverbaal in handen weten te krijgen, dat te Joigny ontvreemd werd,* voegde er Amanda bij; „voor zijne rekening heeft hij ook Lucia willen dooden „Heeft hij Lucia voor hem willeu dooden?' riep Stephaan verbaasd uit. „Wat zegt gij?' „De waarheid.' „Hebt gij daar bewijzen vaji P" „O, had ik bewijzen, dan was er voor mij niets te vreezen en ik zon in staat zijn mij te wreken.' „U wrekea?' „Ja, ook mij heeft hij willen dooden, wetend dat ik zijne misdaad raadde. Die man heet niet baron de Reiss. Hij heet Ovidius Soliveau!' „Ovidius Soliveau herhaalde de schilder. „De neef van Harmant, of liever van hem, die zich onder dien naam doet doorgaan, want die industrieel is Jacques Garaud 1 Thans ben ik er van overtuigd. Maar welke geheimzinnige band bestaat er toch tusschen deze lieden? Hoe heelt Jules Labroue's moordenaar lat uiterlijk van PaulHarmant kunnen aannemen en hoe kent hij Ovidius Soliveau? Welke diepe duisternissen. Wie zal hier licht weten aan te brengen Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1895 | | pagina 1