Nummer 37.
Donderdag 9 Mei 1895.
18e Jaargang
"Dl! IIOODDKUfiSTHL
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen,
ANTOON TIELEN
Staatkundig overzicht.
FEriLLETO.X.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
UITGEVER:
Waalwijk.
Waalwpsche «o Langstraalsclie Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1,
Franco per post door het geheele rijk f 1,25.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever
Advektentién 1 7 regels f0,60; daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing
opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Volgens een telegram uit Washington heeft
het protest van RuslandDuitschland en
Frankrijk tot een toegeven van Japan geleid.
Japan ziet af van de inlijving van het geheele
schiereiland Liautong tot den 40n graad
ot welke andere grens daarv.an gesteld mag
zijn en vergenoegt zich met Port Arthur
en het uileinde van het schiereiland tot aan
Taliönhoan. De oorlogsschatting zal, in
vergoeding daarvooraanmerkelijk verhoogd
worden. De drie mogendheden zouden met
die regeling genoegen nemen.
Het komt ons voor, dat zonder twijtel Japan
er genoegen mee neemtwellicht niet de
geheele bevolking, het chauvinistische gedeelte
daarvan zeker niet, maar de staatslieden en
de verstandigen onder het volk. Misschien
is het wel meer, dan zij ooit hadden kunnen
verwachten dat de mogendheden, Rusland
vooral, zouden toestaan. Wij kunnen de ge
dachte zelts niet van ons zetten, dat Japan,
het geheele schiereiland Liautong, volgens
enkele berichten met nog een stuk van het
vasteland erbij, opeischende, niet meende dat
het werkelijk zooveel zou krijgen, maar re
kende op den tegenstand der mogendheden,
en dat het iets zou moeten toegeven.
't Is al meer gezegd, dat het bezit van een
groot stuk van Mantsjoerije Japan op den
duur luttel gewin en groot gevaar zou ople
veren. Hoe grooter het ingelijfde stuk hoe
grooter de kans, dat het nu overwonnen China
een vergeldingskrijg zou voeren, om niet te
spreken van Rusland, dat zich welhaast in
die streken sterk genoeg zal voelen om den
nieuwen hstigen buur aan te tasten. Welke
moeiten en kosten moet het voor Japan zijn,
zoo ver van huis, eene lange open grens in
staat van verdediging te brengen en te hou
den De veiligheid die het in zijne na
tuurlijke gesteldheid als eilandenrijk bezit,
zou Japan dus opgeven.
Met Port Arthur en de spits van het schier
eilandTaliönhoan inbegrepenis het iets
Naar het Fransch door W. v. R.
Overgenomen uit de Meierijsche Courant)
171
„Jacques Garaud dacht hij. rEer. brief van
Jacques Garaud aan Jeanne Fortier geschreven
En met bevende handen en lippen voegde hij er
bij: „Mijn God, zou dat? Mijn God!' Op luiden
toon, door ontroering overstelpt, las hij
„Innig geliefde Jeanne!
.Gisteren spiegelde ik u in de naaste toekomst
de fortuin voor oogen, uw geluk en dat uwer
kinderen. Dat alles kan ik u thans reeds onmid
dellijk verschaffen.
Mórgen zal ik rijk zijn of althans de middelen
in de hand hebben om mij spoedig een groote
fortuin te verzekeren. Ik zal over eene uitvinding
beschikken, die onberekenbare verdiensten zal af
werpen en over eene sum van nagenoeg f 200,000
franken om de uitvindig te exploiteeren.
Koester geene valsche schaamte, Jeanne. Denk
aan uwe kinderen, die de mijne zullen worden;
deze gedachte zal u moed geven.
Heden avond om elf uur wacht ik u met den
kleinen Georges bij de brug van Charenton en
zal u in eene veilige schuilplaats brengen, van
waar wij morgen naar het buitenland zullen ver
trekken om te zamen rijk en gelukkig te zijn.
Verlaat dit huis zonder eenigen spijt, de pa
troon jaagt u weg. Kom tot hem, die u bemint en
steeds als een verdediger, als een liefhebbend
echtgenoot aan uwe zijde zal staan.
En mocht gij niet komen, Jeanne, dan weet
ik waarachtig niet wat de wanhoop mij zal in
geven. Doch gij zult komen, Jeanne
„JACQUES GARAUD.'
7 Sept. 1861.
„Mijn God riep de schilder uit, zoodra hij dien
briet gelezen had. „Dat is het schrijven, dat Jeanne
vernietigd, verbrand achtte Van dit bewijs harer
onschuld heeft zij zoo vaak gesproken. En het
was zoo dicht bij
anders. Dat is eene geweldig sterke stelling,
door het terrein zoowel als door de vestings-
werken. Met eene kleine macht kan Japan
daar eene overmacht weerstaan. En door
zijne ligginguitstekende in de Golf van
Petsjili, vlak bij Tientsin en Peking, is Port
Arthur een maritiem station van het uiterste
belang.
En dat de oorlogsschatting verhoogd wordt,
dat is voor Japan, na zijne zware uitgaven,
eene welkome aanwinst.
Ten slotte moeten wij echter nog melding
maken van een ander telegram, dat zegt
Japan ziet af van het schiereiland Liautong.
Dus zou het mettertijd b.v. als de oor
logsschatting betaald is ook Port Arthur
opgeven
Op Formosa wordt de toestand ernstig.
Duitsche en Britsche marine-matrozen zijn te
Anping ontscheept, om de vreemdelingen te
beschermen en in de haven van Takao
patrouilleeren Britsche marine-sloepen. De
onruststokers zijn de zoogenaamde „Zwart
vlaggen", een soort van ongeregelde troepen,
in de hoogste mate dweep- en plunderziek,
waarmede ook de Franschen in Tonkin zoo
veel te stellen hadden.
De Duitsche kanonneerboot Wolf ontving
bevel naar Formosa te gaan.
Van maarschalk Martinez Campos is van
Cuba te Madrid bericht ontvangen, dat de
opstand zijn einde nadert en dat men zeker
is van den aanstaanden triomf.
Het wordt eenigszins moeilijk voor Spanje
om verdei van de „welwillende houding der
Vereenigde Staten tegenover Spanje" in zake
den Cubaanschen opstand te spreken nu
zoowel het huis van afgevaardigden der Unie
als de senaat van den staat New York reso-
lufiën hebben aangenomen, waarbij sympathie
voor de opstandelingen wordt uitgesproken
en aangedrongen op hunne erkenning als
oorlogvoerende mogendheid.
Een Amerikaansch journalist, correspondent
van de New Yorker World, is in het district
Guantanamo op Havanah gearresteerd, wegens
„Arme vrouw, wat had zij onschuldig te lijden.
„Jacques Garaud spreekt van eene som van on
geveer tweehonderd duizend francs, en een bedrag
van honderdvijfennegentig duizend francs werd
aan Jules Labroue ontstolen.
„Hij spreekt van eene uitvinding, waarvan de
gevolgen onbereaenbaar moesten zijn. Dat is de
uitvirding door Lucien's vader gedaan.'
„O, de goede GoJ, die mij op 't oogenblik dezen
brief heeft doen vinden, is de God der gerechtig
heid, der eeuwige goedheid! Bij 'tvernemen.dat
hij Jeanne Fortiers zoon is, zal Georges tevens
leeren, dat hij zijne moeder rechtvaardigheid kan
doen wedervaren, en voortaan kan Lucien niets
meer weerhouden zijn naam aan 't jonge meisje
te schenken, dat hij bemint en hem waardig is."
Eensklaps onderbrak zich Stephaan in deze al
leenspraak.
„Ja,' hernam hij dan weer na enkele oogen-
blikken„maar zoo Jacques Garaud niet meer
bestaat, zoo Paul Harmant niet de persoon is,
dien ik vermeen,.... zoo Ovidius Scliveau nu Ra-
oul Duchemin eens vermoord heeft!Neen, neen,
dat kan niet zijn! God kan dat niet toelaten! Jeanne
Fortier is onschuldig, en het bewijs daarvan heb
ik in handen!... O, O, had ik nu eens enkele re
gelen van Paul Harmant's schrift!
Op dit oogenblik werd er aan de deur geklopt.
„Binnen riep Stephaan.
Eenenzestigste Hoofdstuk.
De deur werd geopend en Raoul Duchemin
met den schouder tegen den muur leunend stond
voor den schilder.
„Zijt gij dan eindelijk daar!" riep Stephaan
Gastel uit, den jongman tegemoet loopend en hem
eensklaps bij de hand nemend.
Verplicht sneller te loopen dan hij kon, stiet
Raoul een smartkreet uit.
„Wat is er?" vroeg Castel verwonder! en on
gerust.
„Ik ben gewond," antwoordde de jongman.
„Gewond I.... Waar?.... Hoe?"
„Ik heb den enkel verstuikt."
„O, dat zal spoedig weer genezen zijn Wat
nieuws
„Goed nieuws
„Ovidius Soliveau is gearresteerd
„Gearresteerd!" herhaalde de schilder. „Is 't
mogelijk
pogingen tot bevordering en uitbreiding van
den opstand.
Tusschen Engeland en Nicaragua is het
geschil thans bijgelegd. Het ultimatum is
aangenomen en de Engelsche schepenop
één na, de Royal Arthur, verlieten Corinto.
Te Berlijn werd Zondag eene indrukwek
kende manifestatie tegen de Umsturz Vorlage
gehoudenbestaande in eene meeting van
vertegenwoordigers van niet minder dan 250
Duitsche gemeentebesturen, terwijl van 170
andere betuigingen van instemming waren
ontvangen. De heer Lagerhaus, voorzitter
van den Berlijnschen gemeenteraad, presideer
de en hield tevens de eerste redevoering
tegen het onderwerp, 't welk hij, vooral nu
het in dit jubeljaar was ingediend eene be-
leediging vo >r het Duitsche volk noemde.
Ettelijke sprekers volgden en er heerschte
veel geestdrift. Ten slotte werd eene motie
goedgekeurdinhoudend protest tegen de
strekking der voordracht, in welken vorm dan
ook gegoten.
Ook eene adresbeweging is georganiseerd
tegen de voordracht, en alleen bij de redac
tiën van het Berliner Tageblatt en de Ber
liner Morgen Zeitung hebben 92000 personen
hun naam daarop geteekend.
De vooruitzichten schijnen zeer gunstig
voor het Italiaansch ministerie, maar er kun
nen toch heel wat verrassingen plaats hebben.
Den 9en Mei zal onder presidium van Ca-
vallotti een vergadering van het „verbond
der vrijheid" plaats hebben, een verbond
waarvan radicalen en sociaal-democraten deel
uitmaken en dat als voornaamste doel heeft
Crispi te bestrijden. Er was besloten, toen
het verbond opgericht werd, dat in de dis
tricten waar een radicale candidaat zeker
was te overwinnende sociaal democraten
hem steunen zouden en omgekeerd. Men
schijnt Donderdag de sociaal-democraten te
willen herinneren aan die beloften, die zij
schijnen te willen vergeten. Deze overeen-
„Ja, dank zij Amanda's behendigheid.... Ik zal
u dat dadelijk in zijne bijzonderheden verhalen..
Doch eerst zullen wij ons met de presseerendste
zaken bezig houden... Duld dat ik plaats neme."
Stephaan schoof haastig een fauteuil toe, waar
op Raoul zich met een zucht van verlichting liet
nedervallen.
„Spreek! Spreek spoedig!' hernam hij dan.
„Weet gij iets van Paul Harmant?'
„Paul Harmant is dood!"
„Is Mary's vader dood?" riep Stephaan \er-
baasd uit.
„'t Is niet van Mary's vader dat ik spreek
hernam Duchemin „maar van den man wiens
naam deze ellendeling heeft aangenomenDe
ware Paul Harmant is reeds vijentwintig jaar
dood, overleden te Genève, in een hospitaal', en
de constructeur van Courbcvoie, de millionair
door iedereen geëerd, heeft dien naam aangeno
men om den zijne te verbergen
Stephaan beefde van ontroering.
„En hebt gij het bewijs daarvan vroeg de
schilder.
„Ja."
„Welk bewijs?"
„Een onbetwistbaar bewijs. Ziehier.'
En Duchemin reikte Stephaan de overlijdings-
akte over, die Ovidius. toen hij te New-York
woonde, zooals de lezer zich nog wel herinneren
zal, uit Genève had ontboden.
De gewezen voogd van Georges las het stuk
met alle aandacht na.
„Er is geen twijfel meer mogelijk." zeide hij
dan „Mijn instinct heeft mij goed geleidIk
raadde de gansche waarheid
„En," ging Raoul voort twee bundels papieren
uit de zakken halend, „hier zijn nog stukken, die
ik den tijd niet gehad heb na te zien. Ook deze
zfn misschien van eenige waarde.'
„Wat hebben wij met die papieren te maken?"
zeidc de schilder, wiens gelaat van vreugdestraal-
de. „Ik heb thans alles wat ik verlangen kan,al
het overige kan mij weinig schelen. O, Jacques
Garaud, eindelijk krijg ik u in mijne macht."
Stephaan schelde. De kamerdienaar verscheen.
„Hebt gij een rijtuig beneden vroeg Stephaan
aan Raoul.
„Ja, mijnheer.'
En zich dan tot zijn kamerdienaar wendend,
hernam de schilder:
komst is noo.lig voor de radicalen, als zij in
de nieuwe kamer behoorlijk vertegenwoordigd
willen zijn.
Zaterdagavond is te Antwerpen een groote
vergadering gehouden om te debatteeren over
de vraag wat het beste zou zijn voor de stad:
een groote pont of een tunnel over de Schelde.
Beide verbindingsmiddelen werden hardnekkig
verdedigd en bestreden. Binnenkort zal een
tweede vergadering worden gehouden.
De verovering van Marowoay door de
Franschenwelke Donderdag heeft plaats
gehad, is voor generaal Metzinger een groot
succes, waarover hij zich te meer zal verheu
gen omdat hiermede het tijdperk van zijn
opperbevelhebberschap schitterend wordt af
gesloten. Immers, de generale staf is reeds
op Madagaskar aangekomen en in het vervolg
zullen wel de voornaamste wapenfeiten geboekt
worden ten gunste van generaal Duchesne.
Marowoay, op 14 uren loopens van Majoenga
gelegen, is een van de grootste Howa plaat
sen in het westelijke deel van het eiland,
door 3 a 4 duizend zielen bewoond. De
„stad" ligt niet ver van de groote rivier de
Betsiboka (rechteroever) aan een klein stroom
pje, dat zeer diep is, zoodat de binnenko
mende transportschepen waarschijnlijk tot
Marowoay zullen kunnen opvaren. Ten
noorden van de stad, parallel met het riviertje,
verheft zich een heuvelrij en op de toppen
100 Meter hoog, hebben de Howa's hun
militaire posten gevestigd; daar woont ook
de gouverneur der stad met zijn zoon.
Door een gecombineerden aanval van de
marinesoldaten en [twee detachementen der
troepen heeft nu generaal Metzinger den 2en
Mei de sterkten en de geheele heuvellinie
„Neem het rijtuig van den heer Duchemin en
ga naar Courbevoie, naar de fabriek van Paul
Harmant. Laat daar aan Lucien Labroue weten,
dat gij hem van mijnentwege komt roepen in
eene zeer dringende aangelegenheid. Zoo hij u iets
vraagt, zeg dan, dat ik hem overallerbelangrijk
ste zaken onmiddellijk moet spreken.'
„Goed, mijnheer."
De karaerdiennaar verliet het atelier.
dierbare Raoul," riep Stephaan uit, met
warmte de hand van den vroegeren stadhuisbe
ambte van Joigny drukkend, „th ns hebt gij op
prachtige wijze de fout hersteld eenmaal op het
stadhuis te Joigny begaan. Ik heb nu groote za
ken te verrichten, en daarvan zult gij getuige zijn.'
Raoul weende van vreugde.
„Maar,v hernam de schilder wij moeten ook
het noodzakelijke niet vergeten. Laat ons gaan
ontbijten, want op het oogenblik dat Lucien La
broue komt, moeten wij vertrekken. Ik laat u
enkele oogenblikken alleen om bevelen te geven
aan mijne keukenmeid... Aan 't ontbijt zult gij
mij alles vertellen wat gij weet."
Stephaan verliet zijn gast en keerde na tien
minuten terug, gereed om uit te gaan.
De keukenmeid berichtte op hetzelfde oogenblik
dat het ontbijt was opgediend.
Raoul leunde op den arm van den schilder, en
beiden gingen aan tafel.
.Laat ons nu eens praten," zegde Stephaan. „Ik
zal naar uwe wooraen luisteren met eene be
langstelling, waarvan gij geen gedacht kunt vor
men.'
Tot in de geringste bijzonderheden deelde Raoul
mede, wat er den voorgaanden nacht gebeurd was.
Daar Ovidius gearresteerd is, riep de schilder
na een tijd lang te hebben toegeluisterd uit, „en
de ellendeling den naam van zijn medeplichtige
in tegenwoordigheid der agenten genoemd heeft,
zal men thans het huis van Paul Harmant gaan
surveilleeren. Maar wat geelt dat? Ik zal tot hem
gaan voor hij gearresteerd is, want meteen mil
lionair, zoo geacht als hij, zullen nog al vormen
in acht worden genomen. Met Jeanne Fortier
zullen wij ons bezig houden, zoodra ik met Jacques
Garaud gereed ben."
Op dat oogen blik trad de kamerdienaar binnen.
Ook Lucien Labroue was raedegekomen.
„Beste vriend," zeide de laatste, „gij ziet het,
ik kom zeer ontroerd tot u. Het schijnt dat g'.j