Nummer 40.
Zondag 19 Mei 1895.
18eJaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen,
De Koninginnen te 's-Bosch,
ANTOON TïELEN
UITGEVER:
Waalwijk.
De Echo van het Zuiden,
Waalwyksche en Langstraaische Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1,—
Franco per post door het geheele rijk fl,]5.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever
Advertentiën 1 7 regels f0,60; daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3raaal ter plaatsing
opgegeven worden 2raaal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiger, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
De middengedeelten van de straten, die
naar het station leiden, waren Woensdagmor
gen al vroeg afgezet. Het gewoel op de
straten heeft van den vorigen avond zeker
tot 's morgens door nieuwen toevoer van
belangstellenden nog krachtiger gaan leven.
Om acht uur des morgens was het zoo druk
als het, volgens de Bosschenaars, die't weten
kunnen nog nooit geweest is en het was
goed gezien dat de politie bijtijds de wegen
begon vrij te maken.
Dit alles niettegenstaande een regendrei-
gende lucht, die zich van tijd tot tijd ont
lastte. De feestelijk stemming leed er vol
strekt niet onder, o, neen, men was verbazend
opgewekt en vroolijk.
De eerewacht reed om half elf naar het
station, waarheen al vroeger de compagnieën
schutters, die bij de ontvangst dienst zouden
doen, gemarcheerd waren, met volle muziek
en het wapperende vaandel voorop. Een com
pagnie, onder bevel van den oudsten kapitein
Van der Steen, plaatste zich op het perron.
Om kwart voor elf verzamelden zich daar
de autoriteiten, die straks aan hare majes
teiten zouden worden voorgesteld. Aan de
overzijde, voor het stuk onbebouwd land zaten
de menschen hoog op schuttingen en muren,
vastelijk geloovend waarschijnlijk dat zij daar
alles zouden kunnen zien.
Het drukke feestgeluid uit de stad kwam
naar hier aangolven, daar stegen telkens luide
hoera's op, men huldigde daar de grappen
makers, een muziekkorps ergens in het midden
der stad speelde een vroolijken feestduin. Er
is iets plechtigs in zoo'n afwachting op een
perron, 't is er heel stil, men spreekt er
nauwelijks en die bij de ontvangstceremonie
een rol zal spelen is zenuwachtig en gejaagd.
Even voor halt twaalf hoorden we hoera's
uit de verte nader komen, duidelijker en
luider steeds; presenteer 't geweer® com
mandeerde de kapitein, de aanwezigen ont
blootten het hoofd of brachten de hand aan
de uniformpet, het oude Wilhelmus dreunde
tusschen de stationmuren, een donder van
hoera's rommelde uil de stad en onder het
lossen van 101 saluutschoten op het fort
„Papenbril", reed de koninklijke trein lang
zaam binnen.
Op dit oogenblik was het droog.
De deuren van de volgrijtuigen werden
vlug opengeworpen, het gevolg stapte uit, en
voor een dubbele rij van heeren in rok en
uniform stegen de vorstinnen uit het salon-
rijtuig. Beiden zagen er goed en opgewekt
uit. De koningin droeg een gebloemd wit
satijnen jurkeen breeden hoed met witte
veeren en een kleinen kantkraag. De regentes
was gekleed in gebloemd zwart satijnen kleed.
Zij droeg een kapothoedje met paarse bloemen
en kleine, zwarte veeren. Namens de ge
meente en de provincie werden H.H. M.M.
door vier jonge dames bouquetten aangeboden.
Hare majesteiten inspecteerden de eerewacht
op het perron en het Stationsplein.
Na deze gebruikelijke voorstellingen gingen
de vorstinnen door den met bloemengroe-
pen versierden corridor met roodbruin zijden
wandbekleeding naar buiten, waar de hofrij-
tuigen gereed stonden en namen in haar
rijtuig plaats. De stoetsamengesteld als
volgtde commissaris van politie iq een
rijtuig, vier man maréchaussée, een afdeeling
cavalerie de burgemeester, de commissaris
der koningin in rijtuigen, dan het koninklijke
rijtuig, de eerewacht, de rijtuigen van het
gevolg en een afdeeling cavalerie, reed nu
in lichten diaf langs Stationsweg, Vischstraat,
Hoogensteenweg, Pensmarkt langs het stad
huis, Markt, Hinthamerstraat, Torenstraat,
Parade waar weeskinderen stonden, die
hare majesteiten bouquetten aanboden Pe
perstraat en Verwerstraat naar het Gouverne
mentshotel.
Overal op dien weg hetzelfde. Eerst even
een verlegen stilte onder de groote menschen-
massa en dan een in eens losbarstende en
bijna onbedaarlijke jubel.
De straat vóór het Gouvernemenlshotel was
geheel afgezet, de rijtuigen reden door het
hek op de voorplaats, waar nu een groot perk
is aangebracht met letters W en E en de
wapens van H.H. M.M. in bloemen er op.
De grijze gevel van het fraaie gebouw was
overdekt met vlaggen en tropeön breede
loopers lagen onder den baldakijn op de
trappen tot in de vestibule.
Op de trappen stond de echtgenoote van
den commissaris ter ontvangst van HH. MM.
gereed de jonge freule Serraris bood der
koningin, en het zoontje van den commissaris
bood der regentes een bouquet aan.
H. M. de koningin bleef in het gouverne
mentshotel, terwijl de regentes te^ 20 min.
voor 12 met baronnesse Van Hardenbroek
en freule v. d. Pol naar het Groot Zieken -
gasthuis in de Hinthamerslraat reed. Steeds
op den weg een juichende geestdrift en een
warm enthousiasme.
Van half een tot half twee werd gede
jeuneerd. Dit was in streng besloten kring,
we hadden dus een uurtje rust en we kon
den dat gedeeltelijk besteden met rond te
wandelen door de stad te zien wat de,men
schen deden eu te luisteren naar wat zij
zeiden. Het was feest overal; men voelde
nog na de vreugde van haar gezien te hebben
toen zij binnenreed, de jonge koningin en
haar moeder, en schoon H. M. geen kind
meer is, werd van haar toch overal gesproken
alsof zij nog niet een mooie, jonge dame
was. Wat een liefmeiske hoorde ik overal
zeggen wat een engeltje. Heb je't gezien
hoe aardig ze knikte en wuifde en hoe ze
naar de eerepoorten keek en dan lachte.
Om twee uur verleende de regentes audi -
entie aan inwoners van Noordbrabant in de
receptiekamer.
Te voren werd aan beide vorstinnen de
gouverneur van de Belgische provincie Ant
werpen, baron d'Osy vanZegwaert voorgesteld,
die HH. MM. hulde brengen kwam.
Aan de audiëntie werd door een zeer groot
aantal heeren deelgenomen, de hoogere en
mindere geestelijke en wereldlijke, burgerlijke
en militaire autoriteiten van de provincie en
wel vijftig deputatien van kerkelijke en we
reldlijke vereenigingen, rechterlijke college's
enz. te zamen wel vierhonderd personen. H.
M. wachtte de verschillende groepen in de
groote zaal, het hoofd van elke groep werd
door den commissaris, de leden door 't hoold
aan haar voorgesteld
Voortdurend een groote drukte van weg
rollende rijtuigen en een groote schaar men
schen stond twee uur lang in geduldige en
zeer vroolijke afwachting.
Precies vier uur reden de hofrijtuigen weder
voor en dezelfde stoet die zich 's morgens
bij den aanvang gevormd had, reed nu in
draf door de Verwerstraat, de Peperstraat
langs de Parade tot voor de luipoort van de
St. Janskerk, aan welk gebouw HH. MM. een
bezoek brachten, HH. MM. reden nu uit met
de regenmantels om, De groote klokken
luidden met plechtige slagen toen de konin-
giunen aankwamen. Aan deu ingang stond
de bisschop van den Bosch, mgr. W. van de
Ven met den clerus van de stad in ambts
gewaad, ter ontvangst gereed.
Monseigneur heette de vorstinnen welkom
en leidde haar de kerk binnen.
Van de St. Janskerk reden de majesteiten
langs de Torenstraat en de Hinthamerstraat
naar de „Illustre Lieve Vrouwe Broederschap"
waar zij des middags even na half vijf aan
kwamen.
Bij het diner in het gouvernementsgebouw
was de koningin gekleed in een uitgesneden,
wit satijnen jurk, zij droeg een agraaf van
diamanten in het haar, de regentes had een
uitgesneden zwart satijnen kleed aan, zij droeg
de rivière van diamanten, die Haar indertijd
door het Nederlandsche volk ten geschenke
is aangeboden. De tafels, vol bloemen en
schitterend zilver, zagen er rijk uit, aan de
jhoofdtafel zaten de koninginnen in het midden,
jde gasten verder aan drie rechthoekig op de
hoofdtatel staande tafels. Rechts van de
koningin zat de commissaris, links van de
regentes het oudste lid der staten, de heer
Van der Steen.
De commissaris der koningin hield eene
toespraakdie door de koningin regentes
beantwoord werd.
Te 8,50 reden de koninginnen uit om de
illuminatie te bezichtigen. Die heett met het
ongunstige weder zwaar geledeneen vrij
groot deel van de vetpotjes brandde niet
alleen in enkele straten hingen de scheme
rende, gekleurde lichtjes in onafgebroken rij.
De electrische lampjes gloeiden uitstekend
maar toch geloof ik deze illuminatiemethode
niet. de meest gewenschte. 't Geeft wel heel
vee; licht maar 't is zoo dood. Juist dat
gewiemel van de bevende kaartslichtjes geeft
het typische karakter aan een illuminatie.
In een achterbuurtje zag ik H.H. M.M.
doorrijden. Ach wat was dat aardig. De
karige maar goedbedoelde kaarslichtjes in
groen boven de huisdeuren maakten een jolig
effect en de bewoners stonden op straat en
staken al juichende bengaalsche lucifers af
toen de koninginnen voorbij gingen.
Om kwart voor tien vertrokken H.H, M.M.
per extra trein naar Nijmegen. Op het perron
stonden de eerewacht eu de autoriteiten en
toen de trein wegreeddreunde het oude
„Wilhelmus» dien na.
Het heett vanavond met enkele momenten
droogte geslagregend. De illuminatie op de
meeste plaatsen doofde nu geheel.
Maar 't bleef gezellig op straat. Tot half
drie 's nachts heb ik onder mijn ramen het
geweldige straatrumoer gez en van opgewon
den, volksliederen zingende mannen en vrou
wen en zeker nog wel een paar uur daarna
werd ik aanhoudend wakker gemaakt door
het met geestdrift buiten gezongen
„Oranje boven, Oranje boven, Leve Wil-
helmien
Donderdagmorgen was het in de stad weder
ontzettend druk, op de Markt en verder langs
alle straten die naar het station leiden, stonden
al vroeg de vroolijke menschen in lange rijen.
Het weder was slecht en zeer koud, bij
atwisseling vielen er geduchte buien, maar
dit hinderde alweer niet de opgewekte stem
ming die de lui hadden meegebracht. Voor
dit weder had men immers parapluies en men
hoopte, dat het wel beter zou worden. Men
berustte en hoopte en wachtte geduldig.
De majesteiten namen dus op het Stations
plein in de gereedstaande hofrijtuigen plaats
en de stoet, die geformeerd was als gisteren
reed in drat langs den Stationsweg, de Visch
straat den Hoogensteenweg en de Markt
langs het postkantoortoen stapvoets de
Hinthammerstraat in, waar voor het Oude
Mannen- en Vrouwengesticht de verpleegden
geschaard stonden, van wie de twee oudsten
bouquetten aanboden, en ook in het Hint-
hammereinde stapvoets langs de opgestelde
arme vrouwen en meisjes. Aan den Hint-
hammeruitgang stond het fanfarekorps. „Neer-
landia," dat het Volkslied speelde, toeu de
stoet voorbijreed.
In drat ging deze nu den weg naar Hintham
op.
Jammer dat het weder niet gunstiger was,
er ging nu zooveel van het buitenmooi ver
loren. De verre landeinden lagen in den
grijzen nevel, de bosschages onduidelijk als
stukken grauw.
Voor de uitspanning „De Bult" op de grens
van Hinthamstonden de leden van het
Hinthammer handbooggezelschap „Kunst en
Vriendschap" geschaard die H.H. M.M. het
gebruidelijke eerbiedige saluut brachten. Over
al langs den weg stonden voor de huizen en
op vele leege plekken, hingen uit de ramen
en zaten op de daken de menschen die
wuifden met doeken en hoeden en juichten
hoera toen zij voorbij reden.
Van den weg heb ik reeds iets gezegd, die
gaat langs rietvelden en verre bouwlanden
door prachtige lindenlanen, zelf nog mooi in
dit regenweder, langs het prachtig gelegen
krankzinnigengesticht „Coudewater," dat van
1870 dateert en dan door een lief klein
landschap.
Op de grens van Den Bosch en Rosmalen
verliet de burgemeester van eerstgenoemde
stad zijn rijtuig en keerde met een gereed
staande vigilante terug, De burgemeester
van Rosmalen, de heer L. M. A. Nieuwen-
huyzeti, tot wiens gemeente Hintham behoort,
nam zijn plaats in, om die op de grens van
Berlicum af te staan aan burgemeester H. C.
Godschalx. In Hintham en in Berlicum waren
eerepoorten gezet, de notabelen hadden zich
daarvoor geschaard eerbiedig H H. M.M.
groetend de ingezetenen stonden voor hun
huisdeuren en juichten de vorstelijke bezoek
sters hartelijk toe. In Berlicum werden HH.
MM. bouquetten aangeboden.
Op de grens van Den Dungen, vóór het
nieuwgeverfde kokette bruggetje over de Aa
nam de wethouder Joh. A. v. d. Westelaken
de leiding over. In het dorp stond een fraaie
eerepoort, een oud Hollandsch stadspoortje
goed nagedaan en het raadhuis, dat daar
staat, waar de weg zich links naar St. Michiels-
Gestel wendt, was heel mooi versierd, met
een groep bloemen voor de hooge stoep
waarop een schild stond met het opschrift
„Leve Oranje" en met vlaggen van Nederland
en Waldeck Pyrmont. De kinderen van de
openbare en van de zusterscholen stonden
rechts van het raadhuis, de zusters en gees
telijken van het liefdegesticht voor het gebouw
daarvan opgesteld. Langzaam reed de stoet
deze groepen voorbij. Een eind verder stonden
de leden van het gilde „St. Catrien" met
hun vaandel.
De gildebroeders in hun costumes met
zilveren schilden en sjerpen trokken zeer de
aandacht van de jonge koningin.
Nu giug het verder den openbaren weg in
langs nederige boerenhuisjes waar groot
moedertjes juichten en den zakdoek zwaaiden
en kinderen vol oranje „Dag, dag" schreeuw
den, langs stukken heigrond met naaldhout
er op, en een paar buitenplaatsen naar St.
Michiels Gestel op de grens waarvan de bur
gemeester de heer L. van de Westelaken
HH. MM. begroette. Iti de kom van het
dorp slaat eeTï groote eerepoort en het :>ar-rfC
dige raadhuis vyaa ersierd. Vóórdat
raadhuis werd LH. MM. een plechtige ovatie
gebracht. Daar stonden g rö de'200
studenten van hef' Seminarium, de 300 leer
lingen van de school Ruwenberg, de 150"'
leerlingen van de openbare school en de 170
leerlingen van de meisjesschool, achthonderd-
twintig jonge menscheu, die een onbedaarlijk
gejuich aanhieven toen de koninginnen nader
reden. Een leerlinge van de meisjesschool,
jongejuffrouw Immens en een leerling van de
school Ruwenberg (een zoontje van het le
kamerlid den heer mr. Zinnicq Bergmann)
boden HH. MM. bouquetten aan en vervol
gens zongen al deze leerlingen, onder leiding
van denZ.E.H. Van Besouwen, profess.vau het
Seminarium, en begeleid door het harmonie
korps van St. Oedenrode, voor HH. MM.
een cantate. Vriendelijk buigend dankten de
vorstinnen voor deze eigenaardige huldebe
tuiging en daarna reed de stoet verder naar
het Instituut voor Doofstommen, waaraan de
koninginnen een bezoek zouden brengen. Te
halfeen kwamen zij daar aan.
Voor de oprijlaan had de feestcommissie
van Gestel een eereboog neergezet; in de laan,
voor den ingang van het gesticht, hadden
de geestelijke broeders een tweede, mooie
boog gebouwd met het opschrift„Welkom
in ons geslicht." Aan de poort stonden de
jongens en meisjes geschaard, daar stonden
ook de directeur, de leeraren en de zusters
'en broeders. Aardig was het te zien hoe de
kleinsten, die eerst in Mei gekomen waren
en heelemaal niet begrepen wie die zoo eer
biedig begroete dames wel konden zijn, met
heel veel moeite door de grootere en ver
standige in de rij gehouden werden.