"BUITENLAND."
Belgie.
Spanje.
Portugal.
Engeland.
Duitschland.
Zwitserland.
Italië.
Rusland.
een Jameson, een White een Willoughbij
verdacht zou ziju geweest en zelts aanleiding
zou hebben kunnen geven tot ernstige pro
testen, wordt bijna een gewettigde zelfverde
diging nu een Carrington de leidende man
is. Doch de personen mogen veranderd zijn,
de bedoelingen zijn 't wellicht niet. De be
zetting van Buluwayo telt nu 500 a 600 man
en door haar zijn in de straten der buiten
buurten dynamietmijnen gelegd en bommen
gereed gemaakt om bij eventueele overwin
ning van de opstandelingen te worden gebruikt,
wat men echter niet verwacht dat noodzake
lijk zal zijn. Het feit, dat Engelauds regeering
't noodig heeft geoordeeld uit eigen beweging
den president der Zuid AfrikaanscheRepubliek
een geruststellend schrijven te doen geworden
over Engelands plannen en voornemens, is
wel een bewijs, dat men zelf 't vreemde van
de zaak gevoelt en misschien niet geheel
Vrij is van schuld tevens.
Zoo zou wellicht reeds veel spoediger dan
men meende te moeten verwachten, ten klaar
ste blijken, dat met de nederlaag van de
vrijbuiters onder Jameson de Zuidafrikaansche
questie niet is gesloten.
Transvaal moet ouder Britsch gezag komen,
dat is de wensch van de groote meerderheid
aan de oevers van de Theems, van die
meerderheid, welke Jameson c. s. beschouwd
heeft en nog altijd beschouwt als een man
van zeklzamen ondernemingsgeest, als <eeu
held. Ed voor het goede doel zien de han
delsmannen te Londen geen zonde in een
leugentje, waardoor de staat tan zaken in
Matabeleland' wordt voorgesteld als verontrus
tend in de hoogste mate en in een cijfer-
veivalsching ten aanzien van de macht der
opstandelingen, zien zij ook geen kwaad,
terwijl de bladen in hun meerderheid dit
edele streven in de hand werken, door aan
de meest sensatiewekketr'e berichten de groot
ste publiciteit te geven
Voor de derde maal moest de gemeente
raad van Weenen met zijn groot; antisemi-
sche meerderheid, een burgemeester kiezen
en men is zijn verleden getrouw gebleven
zooals de meerderheid der kiesgerechtigden
voor zoover zij te rekenen zijn tot de kies-
lustigen, driemaal achtereen zich heeft uitge
sproken ten gunste van de anti-semitische
partij, zoo heeft ook deze zich verklaard door
den leider dr. Lueger, wiens verkiezing niet
gesanctionneerd is door den keizer
Zoo is men dus geen stap nader gekomen
tot een oplossing van het conflict, integendeel
is het verscherpt en misschien komen de
partijen eenigszins anders tegenover elkander
te staan Lueger heeft na zijn verkiezing met
96 stemmen van de 138 een speech gehouden
en gezegd, dat 't niet was een duel tusschen
hem en Badeni, den premier, doch een kamp
om de bevrijding van het vaderland van de
Hougaarsche overheersching. Natuurlijk vond
Lueger's redevoering een zeer gunstig ont
haal.
Nu is dus de keizer weder aan 't woord,
hem moet de sanctionneering van de ver
kiezing worden voorgeslagen, doch het gerucht
loopt, dat de keizer niet voor de zooveelste
maal zal worden lastig gevallen met een
comedie vertooning: besloten zou reeds zijn
opnieuw over te gaan tot ontbinding van
den gemeenteraad.
Een buitengewoon en treurig ongeluk is
Weldra schenen zij er genoeg van de hebben.
Zij waren zoo verward en hadden zoo een be
hoefte alleen te zijn, om kalm te kunnen over
leggen, dat zij, zonder liet souper af te wachten,
mevrouw Fauvel en Madeleine goeden avond
wenschten en zeiden dat zij vertrokken.
Zij spraken de waarheid. De hansworst zag
hen naar de gang gaan, de jassen aandoen en de
deur uitgaan.
Voor van avond ben ik klaar, dacht Verduret,
ik kan vertrekken.
En ook hij vertrok, na zich in een wijden
mantel gehuld te hebben, die zijn costuum geheel
bedekte.
Er stonden een menigte vrije rijtuigen, maar
daar het weer mooi en ae trottoirs droog waren
besloot hij te voet naar huis te wandelen, daar
hij dacht dat de fiissche lucht en wat beweging
zijn verwarde gedachten helder zouden maken.
Hij stak een sigaar op en wandelde langs de
rue Saint-Lazare en Notre Dame de Lorette naar
de faubourg Mont Martre.
Juist toen hij de rue Ollivier wilde inslaan
kwam uit de schaduw een man bliksemsnel op
hem af.
Gelukkig had de heer Verduret het instinct
van een kat, die te gelijkertijd op iets loerende
toch op haar veiligheid let, terwijl zij naar eea?
kant kijkt, ziet zij den anderen kant ook.
Hij had gezien dat er een persoon in de scha
duw stond, die plan had zich op hem te wy^ten,
doch hij trad een paar passen terug en steunende
op zijn flinke beenen, was hij in staat om zich
te verdedigen.
Dat redde zijn leven, doch hij kreeg den dolk
stoot in den arm, die hem anders zonder twijfel
gedood zou hebben. Een kreet van woede en
smart ontsnapte hem.
Schurk, riep hij uit en een meter achter
waarts springende, stelde hij zich in postuur.
Doch die voorzorg was onnoodig, want toen de
aanvaller zag dat zijn stoot gemist had, zette hij
het op een loopen en verdween in den faubourg
Mont Martre.
Natuurlijk was het Lagors, zei hij tot zich
zelf en Clameran is niet ver van hier. Terwijl
ik om de eene zijde der kerk liep, gingen zij
langs de andere en hebben mij opgewacht,
Oudertusschen veroorzaakte de wond hem veel
pijn. Hij ging onder een lantaarn staan, om haar
Zaterdag te Brussel gebeurd. Daar is op de
Place du Jeu de Balie eeti man in den grond
verzwolgen.
Het was een uitdragerDolo genaamd.
Hij ging, door zijn oude moeder vergezeld
met een handkar vol oud ijzerwerk naar de
markt, om daar zijn waar te venten, toen
opeens de grond inzakte voor zijn voeten
en h'j met zijn kar in den zoo ontstauen
kuil viel. Zijn moeder dreigde ook er in te
vallen: maar zij werd gelukkig nog intijds
door een voorbijganger gegrepen en terugge
trokken.
De menschen schoten onmiddellijk toe, om
Dolo, die nog te zien was, te redden; men
kon hem zelfs nog bij de hand vatten; maar
terwijl eenige moedige mannen met vereende
krachten poogden hem te bevrijden stortte
de grond nog verder in, en nu was de arme
Dolo geheel bedolven.
Politie en brandweer kwamen er nu bij.
De kuil werd afgezet en men begon onmid
dellijk te graven. Maar eerst na uren werkens
vond men den levend begraven man terug
hij was bl kbaar bij de tweede grondinstor-
ting terstond gestikt.
De grondinstorting is daaraan te wijten,
dat men indertijd met onverklaarbare zorge
loosheid een regenbak van een fabriek, welke
vroeger op die plek stond, niet heeft gedempt,
maar hem eenvoudig heeft bedekt met plan
ken waarop vervolgens aard en steenen
werden geworpen. Die planken zijn in den
loop der jaren verrot en thans eindelijk be
zweken.
De ministers van marine en van oorlog
zullen zoo spoedig mogelijk aan de Cortes
nieuwe oorlogs kredieten voorleggen; de eerste
van trs 70 a 80 millioen, tot het bouwen van
nieuwe schepen, de tweede van frs. 200 mil
lioen tot verbetering ran artillerie en ver
sterking der kustdetensie.
Een verschrikkelijke dynamietontploffing
heeft Zaterdag plaats gehad bij Lissabon.
Een rijk ingezetene van Assis, senor Domingo,
keerde van een zijner fabrieken per rijtuig
terug naar het station Alhandra. Door een
bom, met dynamiet en spijkers geladen
werden zij aan stukken gescheurd. Een af-
deeling politieagenten is naar de plaats der
ramp vertrokken om een ouderzoek in te
stellen.
Een wet, onlangs door de Cortes aange
nomen, verbiedt aan de dagbladen het open
baarmaken van bijzonderheden over anar
chistische aanslagen.
De Daily News verneemt, dat president
Kruger oorsproukelijk 3 millioen p. st. schade
vergoeding van de Chartered Company heeft
gevraagd. In den loop der ouderhandelingen
is het bedrag tot anderhalf millioen vermin
derd.
Te Londen zijn twee mannen gearres
teerd als schuldig aan een juweelendiefstal
in December ten nadeele van een der rijkste
New-Yorkenaars, Townsend Burden,gepleegd,
Een premie van f24,000, op het uitvinden
der dieven gesteld, bleef vruchteloos. Mis
schien krijgt de politie van Scotland Yard
nu de premie. Van de gestolen juvveelen,
die f240,000 waard waren, is slechts een
gedeelte bij de dieven teruggevonden.
«14UACUV et»9K^ -mtfeatMowe»* •,>.sr!rim&srrj.'; xjomsum» txmnavt* «ma-
te onderzoeken. Zij zag er niet ernstig uit, maar
was breed en diep. IIij scheurde zijn zakdoek
aan reepen en bond die oru zijn arm, zoo han
dig als een assistent uit een hospitaal.
Ik moet wel op het spoor van vreeselijke
zaken zijn, dat zij mij willen vermoorden. Hij
kon daar echter niet blijven; hij overtuigde zich
dat hij, hoewel niet dan onder de hevigste pijn,
zijn arm nog kon gebruiken, hij vervolgde zijn
weg met de vaste overtuiging dat hij vervolgd
werd, daarom zorgde hij het midden'der straat
te houden en de donkere hoeken te vermijden.
Hij bedroog zich niet. Toen hij den boulevard
Mont Martre overstak, onderscheidde hij twee
schaduwen, die hij herkende en die even als hij
ook overstaken. Ik heb met doortrapte schur
ken te doen, dacht hij, zij verbergen zich zelfs
niet, als ze mij achtervolgen.
Zij zijn slim en moeten aan zulke avonturen
gewoon zijn, ik zal moeite hebben, hen van mijn
spoor af te brengen. Met hen zou die list met
het rijtuig niet lukken, waarmee ik Fauverlot
zoo beet had. Bovendien is die grijze hoed haast
een lantaarn, die men op een grooten afstand
jS-jHij wandelde den boulevard verder op en
'zonder om te zien raadde hij, dat zijn vijanden
hem op een afstand van ongeveer dertig passen
volgden.
En toch moet ik ontsnappen, ik kan als zij
mij op de hielen zijn, noch bij mij, noch in den
Aartsengel binnen gaan. Al vervolgen zij mij
nu niet meer om mij te vermoorden, dan is het
om te weten te komen wie ik ben, en als zij
ontdekkeD, dat de hansworst de heer Verduret
en de heer Verduret de heer Lecoq is, dan is
het met mijn plannen gedaan. Zij zullen naar het
buitenland vluchten, want aan geld ontbreekt
het hun niet en ik zal met mijn kosten en den
dolksteek blijven zitten.
De gedachte aan de mogelijke ontsnapping van
Raoul en de Clameran maakte hem zoo onge
rust, dat hij er even over dacht hen te laten
pakken. Dat zou gemakkelijk genoeg zijn. Hij
behoefde zich slechts op hen te werpen en om
hulp te roepen, men zou toesnellen, alle drie
aanhouden en hen naar een policiebureau brengen.
Dat is het eenvoudige en vernuftige middel,
dat de geheime agenten aanwenden, als zij on
verwacht een gesignaleerden boosdoener ontmoeten
De advocaat Carl Bachem lid van het
centrum, interpelleert de regeering over de
i maatregelen die togen de duels genomen
worden. Hij herinnert daarbij aan het zoo
droevig afgeloupen duel, dat de openbare
meening in heel Duitschland heeft verbitterd.
De staatssecretaris Boetticher verklaart dat
de rijkskanselier die door ongesteldheid
verhinderd is heden in den rijksdag te ver
schijnen, het duel waarop dr. Bachem doelde
ten zeerste betreurt. Men kan er echter de
overheid geen verwijt van maken dat het
haar niet gelukt is de duels te verhinderen.
(Beweging links De duellisten vinden altoos
gelegenheid om hun plan ten uitvoer te
brengen. Nochtans overweegt de rijkskanse
lier ernstigwelke maatregelen er zouden
kunnen genomen worden om beter dan
tot nu toe het schenden van de wetten in
alle kringen te verzekeren. De rijkskanselier
is met dit onderzoek nog niet gereed, en
het is mitsdien niet mogelijk er thans meer
van te zeggen.
Niettemin besluit de vergadering de zaak
nader te behandelen.
Rickert legt er nadruk op dat de militaire
rechtbanken van eer zouden kunnen maken
dat de zaken anders liepen.
De conservatief Schall is het met Bachem's
opmerkingen eensen meent ook dat de
macht der rechtbanken van eer moet worden
vergroot.
Bebel zegt dat de socialisten er niets tegen
kunnen hebben wanneer de zoogenaamde
hoogere standen zelf er mee voor zorgen dat
ze vernietigd worden. En de bourgeoisie
aapt de aristocratie met haar vooroordeelen
nog tia. Wat echter de duels van tegen
woordig betreft, ze nemen aanhoudend toe
maar dat komt doordien de duellisten er op
rekenen kunnen van hooger hand gratie te
krijgen.
Morgen zal de rijksdag nog verder over
deze zaak beraadslageninzonderheid ook
over een voorstel, van de zijde der vrijzinnigen
ingediend.
Door een uitgestrekte grondverschuiving
een gevolg van hevige regens is te Trueb-
'ferÊ^ *u 'iet Zwitsersche kanton Sint Gallen,
-te schade aangericht. Verscheidene hoe
ven, een brug en de weg werden vernield,
en geheele bosschen werden verwoest.
Er is een wijziging gebracht in de reis
route der voor Abyssinie bestemde Russische
geneeskundige expeditie, daar de Italiaansche
regecring zich verplicht heeft gezien den
Russen het doortrekker, van Erythraea te
verbieden. Het is namelijk gebleken, dat in
de zoogenaamde geneeskundige expeditie het
militaire element de overhand had. De Rus
sen gaan nu via Obock. De ofïicieuse pers
klaagt, dat nu de vervreemding tusschen
Italië en Rusland nieuw voedsel heeft ge -
kregen.
Namens de Italiaansche regeering worden
de berichten omtrent het ontzet van Adigrat
ongegrond genoemd. De Italia militare voegt
er bij, dat de marsch van het leger op moeie
lijkheden sloot, daar het drinkwater nagestuurd
moei worden. De toestand te Adigrat is ge
ruststellend. De Tigrijnsche ras, welke 't nu
weer eens zijn, hebben al hun troepen ver-
eeuigd. Het leger van den negus is reeds
aan de grenzen van Sjoa aangekomen. De
jcmuMW—mmmwi' ttmê i ■wkwwaiwMMMwoTBipjMi i
en zij hem bij gebrek aan hulp, niet kunnen
arresteeren. Den volgeuflen dag wordt dan alles
opgehelderd.
De heer Verduret had genoeg bewijzen in han
den. om de inhechtenisneming van Raoul te doen
gelukken. Hij kon den brief en het vernielde
gebedenboek, zijn verwonden arm, het bestaan
van de lombardbrieljes, die in Vesinet waren,
aanwijzen. In het ergste geval moest Raoul be
kennen, waarom en hoe hij den naam van Lagors
had gestolen en met welk doel hij voor een neef
van mevrouw Fauvel doorging.
Maar door zoo overhaast te handelen, zou hij
den hoofdschuldige, de Clameran, ook in hech
tenis nemen, maar waar zou hij de bewijzen
tegen hem vinden? Vermoedens waren er genoeg,
maar geen enkel bewijs. Na over alles nagedacht
te hebuen, besloot hij alleen te handelen, zooals
hij tot nu toe gedaan bad en slechts de waarheid
te zoeken. Nu moest hij zijn vervolgers mislei-
nen. Hij was den boulevard Sebastopol opgegaan
en op eens een einde aan zijn aarzelenden, lang-
zamen gang makende, begon hij hard te loopen.
Voor de plaats des Arts et Métiers hield hij op
eens stil. Twee agenten gingen voorbij, hij sprak
hen aan, om hun eenige inlichtingen te vragen.
Dit had het resultaat tengevolge dat hij ver
wacht had. Raoul en de Clameran bleven op een
afstand van ongeveer twintig passen staan, zij
vonden het niet geraden naderbij te komen. Meer
dan twintig passen behoefde hij hun niet voor
te zijn. Terwijl hij met de agenten sprak, had
hij ongemerkt aan het huis waarvoor hij stond,
gescheld. Toen hij even later zag, dat de deur
geopend werd, groette hij en ging binnen.
Een minuut later hadden de agenten zich ver
wijderd en schelden Clameran en Raoul op hun
beurt aan dat huis. Men opende en zij vroegen
den concierge, wie die hansworst was, die zoo
even was binnengekomen. De concierge zeide dat
hij niemand had zien binnenkomen die als een
hansworst gekleed was; hij wist buitendien niet,
dat een zijner huurders zich verkleed had.
Bovendien, voegde hij er bij, kan ik u niets
met zekerheid zeggen, want het huis heeft ook
een uitgang in de straat Saint Denis.
Wij zijn bedrogen, zei Raoul, en zullen nooit
weten wie het ie.
Wordt vervolgd.
Derwisjen ver'.oo.ien zich niet meer in den
omtrek van Kassala. Kolonel Scevani heeft
er een sterke bezetting achtergelaten en zijn
overige troepen tusschen Kassala en Keren
geechelonr-.eerd.
Men schrijft uit Petersburg van 16 April
Gisteren had met veel prachtvertoon de
overbrenging der keizerlijken regalien plaats.
Om drie uur werden uit handen van den
minister van het keizerlijk hof in de schatkamer
de verschillende waardigheidsteekenen uitge
reikt. Deze dragers zijn zeer hooggeplaatste
personen; slechts aan de eersten van den lande
x worden zulke dingen toevertrouwd. Ieder
sieraad werd door een senator met twee
assistenten hooggeplaatste officieren, gedragen;
't ging over den binnenhof van het paleis,
waar hofgrenadiers 't geweer presenteerden;
daarop zette men zich in gala rijtuigen, met
vele paarden bespannen.
En langzaam zette zich de stoet in bewe
ging uit de groote paleispoort over de Groote
Morskaja en den Nefski Prospekt. De stoet
werd geopend door trompetters van 't regiment
der chevalier-garde van H. M. de keizerin
Maria Feodorovna, dan volgden twee rijen
ruiters van hetzelfde regiment, met gouden
kurassen en helmen, en lansen met vaantjes,
't Was helder zonnig weer, en verblindend
straalden de ruiters op hun doukere paarden.
Daarop volgden hofstalmeesters op spierwitte
paarden en een koets, met eveneens witte
paarden bespannen, waarin vier kamerjonkers
zaten, dan een koets met kamerheeren, een
kleinere wagen met vier paarden bespannen,
waarin twee ceremoniemeesters met een gou
den staf in de hand, en ten slotte de opper-
ceremoniemeester voor de krouingsplechtighe-
den. Dit waren allen openrijtuigen, omgeven
van hofstalmeesters en prachtige paarden.
Nu kwamen eerst de kostbaarheden in
dichte koetsen van alle zijden omstuwd door
ruiters der chevalier-garde. In de eerste koets
zat een senator met zijn assistenten, die op
een fluweeleu kussen den ketting der orde
van den H. Andreas den Eersiberoepene
droegen, behoorende aan H. M. de keizerin,
dan in een anderen wagen de ketting van
dezelfde orde behoorende aan den keizer,
vervolgens kwamen in koetsen, eveneens op
kussens gedragen door senatoren, de rijksap
pel, de .cchepter, de kleine kroon der keizerin,
de groote kroon van den keizer. De optocht
werd gesloten door twee rijen ruiters.
Aan het Moskousche station werden de
regalien door daar wachtende ceremonie
meesters en kamerjonkers naar de keizerlijke
wachtkamers gebracht, waar de generaal-
Ijfevidant ze in ontvangst nam, onder wiens
ffltofinf ook naar Moskou gevoerd worden.
iS^iVIöakou is de generaal-gouverneur van
Moskou, de oom des keizers, aangewezen
or£ met andere rijksgrooten de kostbaarheden
in ontvangst te nemen en ze in de wapenzaal
over te brengen. De plechtigheid van de
overbrenging geschiedt in Moskou op dezelfde
wijze als hier.
Daar de ceremonie van te voren was aan
gekondigd in de dagbladen, waren er zeer
veel nieuwsgierigen langs de trottoirs van
de Nefski en aan de eene zijde der straat
(de andere was afgezet voor den optocht)
stonden de izwósjtsjiks (huurkoetsiers) en
equipages in dichte rijen, de paarden kop
aan kop, op elkaar gedrongen. Een ware
chaos van paarden en rijtuigen; prachtige
vurige dieren, voortdurend met den kop knik
kende, en met de hoeven krassende, maar
ook de rampzalige doorgezakte izwóssjtsjik-
paarden, en de rijtuigen stonden vol dames
en heeren, die zoo hoog mogelijk over de
anderen heen wilden kijken, in de koetsen,
die stap voor stap voorbijtrokken. En als de
stoet voorbij was, dan zetten zich de rijtuigen
die den tegenovergestelden kant uitmoesten,
weer in beweging, en dat was een schreeuwen
der voerlui, als ze kwamen in den menschen-
stroom, die achter de ruiters den optocht
volgde, een geklingel van trams en schrikken
van menschen. En zoo ging het den heeieu
Nefski langs, waar overal ongeduldig de
nieuwsgierigen den optocht afwachtten. Nefski
Prospekt is een prachtige breede straat, die
ongeveer 4 werst lang is. Juist aan 't andere
eind ligt het Moskousche spoor.
Zeer vreemd is de indruk dien deze bonte
vertooning op mij als Hollander maakte, wij
zijn toch altijd eenigzins gewend aan bedaarde
rustige kleuren, en bij onze militairen werken
de kleuren, 't zij blauw en rood, of blauw
en geel, toch tamelijk harmonisch samen,
maar dit kwam mij zoo voor als een naïef
samenvoegen van brutale kleuren, zooals op
onze bonte kinderprenten. Stel u b. v. voor
die gouden ruiters gezeten op vuurroode
zadels, en het paardentuig eveneens zooveel
mogelijk mei gouden kuoopen en gespen
gesierd, en dan die roode lansen met roode
vlaggetjes, 't Waren schreeuwende kHuren in
dat sterke winterzonlicht, en dan kwamen op
eens weer witte paarden, zoo wit, dat 't leek
of ze licht afgaven, en al die hofstalmeesters
dan met hun roode jassen met gouden ade
laars op de randen geborduurd. Over het
algemeen komt het mij voor dat de Rus heel
weinig gevoel voor een zekere kleurensym-
phonie heefthij ziet graag de kleuren zoo
wreed en hard mogelijk naast elkaar gezet.
De paarden van den optocht waren de
prachtigste dieren, die men zich denken kan,
slanke edele rossen, alle uit de reservestallen
des keizers, waarin zich 1200 paarden be-