Staatkundig overzicht. BUITENLAND. Belgie. Frankrijk. Engeland. Duitschland. Italië. Oostenrijk. Rusland. BINNENLAND. 't Heeft er wel iets van als stonden we aan 't begin van een periode van kalmeering, aan den vooravond van een tijdperk van feesten en ontspanningen dat geen tijd laat voor ernstige politieke gedachtenwisselingen en overpeinzingen Te Berlijn is 't Vrijdag reeds begonuen met de inwijding van de tentoonstelling door den keizer en met de feestviering van de kunstacademie; te Pest is de millenniumsten toonstelling plechtig geopend door den keizer koning en zijn gemalin, omring door tal van aartshertogen, aartshertoginnen, gezanten van bevriende staten, en te Moscou legt men d laatste hand aan de toebereidselen tot de groote kroningsfeestenwelke reeds sinds weken en maanden den ceremoniemeesters van Nicolaas II groote zorg geven en waarbij alle beschaafde en zelfs vele halt-geciviliseerde vorsten tegenwoordig zullen zijn of gerepre senteerd door hun rijksgrooten. Natuurlijk blijft aan de begroetingen en de eerbetuigingen tusschen de vertegenwoordigers der verschillende natiënde politiek niet geheel vreemd, 't is daarmee als met zooveel andere zaken jaag haar de voordeur uit ze sluipt de achterdeur binnen. Voor 't oogenblik echter is er meer reden tot een blik in 't jongst verleden, dan tot bijzondere occupatie met het heden of tot speculation op de naaste toekomst. Alleen op Teheran, dc hoofdstad van het Perzische rijk, welks beheerscher gevallen is door de hand van een moordenaar, is de aandacht gevestigd voornamelijk van de leidende mannen te Londen en te Petersburg. Perzie is in de laatste jaren gecajoleerd door Rusland zoowel als door Engeland en het czarenrijk schijnt een geweldigen voor sprong te hebben op John Buil, wat dezen niet alleen/bedacht doet zijn op het vinden van nieuwe strijfotVddelen, doch op het be houd van 't geen hij nog heeft tevens. In Azië, men weet hetstaan Ruslaud en En geland scherp tegenover elkaarvoet voor voet tracht elk dezer staten terrein te winnen, zoo mogelijk ten koste van zijn tegenstander en Perzië vormt een heilzame afscheiding tusschen Armenie en Afghanistan. Loopt 't nu alles goed af in het Perzische rijk, dat wil zeggen aanvaart des shahs tweede zoon Mazaffer-es-Din het bewind zonder dat zijn oudere, door zijn geboorte uit een vrouw van niet koninklijken bloede van de opvolging wtgesloten broeder Zillé pogingen doet om zelf*plaats te nemen op de i troon, dan zal er wel niets ernstigs gebeuren: de beide groote concurrenten blijven dan dingen naar de voordeelen en de gunsten van Perzië, met afwisselend geluk. Doch 't kan zijn dat de onterfde zonen van den vermoorden shah geen vrede nemen met MazafFer-es-Pin's begunstiging en dan... Reeds heeft de Times vertelddat er in Perzië's hoofdstad onlusten zijn uitgebroken 't is nu maar de vraag of het city-blad in deze alleen uitdrukt een wenschelijkheid of wel weergeeft de werkelijkheid Zoo'n Perzische quaestie bij de reeds be staande Egyptische Zuidafrikaansche en Venezolaansche vraagstukken, zou John Buil misschien niet onwelkom zijn in troebele watertjes visschen de eilandbewoners niet ongaarne. Als zij er kans toe zien, zijn ze er zelis niet aikeerig van hun steun en me dewerking te verleenen om den boel aan 't roeren te brengen en te Teheran is 't waar lijk een uitgezocht plekje voor een dergelijk spel, immer gevaarlijk voor den wereldvrede Weldra verwijderde hij zich van zijn vervol gers en onderscheidde hun voetstappen niet meer zoo duidelijk. Eindelijk hoorde hij niets meer, en toch bleef Gaston nog een tijd lang vlug loopen, nu door de velden, sprong over heggen en slooten en toen hij overtuigd was, dat zij hem niet meer konden inhalen, liet hij zicli onder een boom neervallen. Dit alles was bliksemsnel in zijn werk gegaan. Tusschen het oogenblik, dat Gaston met zijn vriend in het koffiehuis was gekomen en nu was nog geen uur verloopen. Maar wat was er in dien korten tijd al niet gebeurd? Die avond zou over Gastons leven beslissen. Hij was het koffiehuis met opgeheven hoofd, als een gelukkig jongeling binnengetreden en verliet het als een verloren man, want hij was een moordenaar.ge$Kfi^en.flnnTijn hand had hij rrog -het met bloed bevlekte mes, vol afkeer slingerde hij het van zich af. Hij poogde zich rekenschap var: de omstandigheden te geven. Als hij alleen nog maar verloren wasmaar neen ook Valentine en haar goede naam waren ver loren. En hij had die hem toevertrouwde eer, die hem veel meer waard was dan de zijne, niet beter bewaakt. Maar hij kon daar ook niet blijven liggen. On getwijfeld was de gewapende macht reeds ge waarschuwd. Men zou hem zoeken en, voordat hij vertrok, wilde hij zijn vader nog eens zien en Valentine vaarwel zeggen. Hij stond op, maar niet zonder moeite, want de reactie was ingetreden en zijn overspannen zenuwen en spieren begonnen te verslappen. Het zweet van den strijd en het harde loopen werd op zijn huiverend lichaam koud. Hij had overal pijn, vooral in de zijde en aan zijn schouders. De wond aan zijn voorhoofd bloedde haast niet meer, het bloed was aan zijn wenkbrauwen ge stold, zoodat hij slechts met moeite zijn oogen kon openhouden. Toen hij na een uiterst vermoeienden tocht aan het hek van het kasteel schelde, was het over tienen. De oude portier die open deed, week van schrik terug. Groote God mijnheer, wat is er gebeurd? Stil, zei Gaston, met die ruwe stem, die het gevaar, waarin hij verkeerde, verraadde, stil, waar is mijn vader? Mijnheer de markies is met uw broeder op zijn kamer. De markies heeft een paar uur ge- waarover John Buil, als hij zelf kans op voordeelen heeft, zich eigenlijk bitter weinig bekreunt! De Indépendance beige verneemt officieel dat kapitetn Lothaire, beklaagd wegens het terechtstellen van den koopman Stokes, door het gerechtshof te Boma is vrijgesproken. De twee galarijtuigen welke de Fransche ambassadeurgraaf de Montebello, bij de kroningsplechtigheid te Moskou zal gebruiken, zijn berlines stijl Louis XV, met 7 ruiten. Zij werden door Ehrler voor Napoleon III gemaakt en deden -iienst bij de plechtigheid van den doop van prins Loulou. Na de déb&cle zijn zij bij den rijtuigmaker Jeautrand geplaatst en twaalf jaar geleden beval keizerin Eugénie ze te vernietigen. Jeautrand kreeg met veel moeite verlof om ze te bezwaren; hij mocht ze echter niet verkoopen of ge bruiken. Nu heeft echter de keizerin verlof gegeven ze bij de feesten te Moskou te laten dienst doen daarna ontvangt Jeautrand ze terug. Het rijtuig van den graaf wordt groen en amarantrood geschilderd, de kleuren welke Napoleon I aan maarschalk Lannes bij diens verheffing tot hertog van Montebello verleende; het is met groen satijn gevoerd en op de portieren prijken de wapens d iv Montebello's. Het rijtuig van den buitengewonen ambassa deur generaal de Boisdeffre, is rijker en kleu riger; van binnen wit, de bak blauw en het tuig rood alles ruim met goud versierd, de kooppen en lantarens van geciseleerd brons met dof en glimmend. Beide rijtuigen worden door slechts twee paarden getrokken; prinsen van den bloede alleea hebben recht op zes spannen. Het paa.rd, dat de tsaar zal bestijgen, is uit de Vendée afkomstig. De brave Britten, die verleden week hemel en aarde hebben bewogen over het uitspreken van vijf onverwachte doodvonnissen, komen nu in de gelegenheid om zich te ergeren, te schimpen en mogelijk ook wel te reclameeren over het niet uitspreken van een door hen wel verwacht en verlangd doodvonnis. Officieel toch komt uit Boma (onafhanke lijke Congo Staat) het bericht, dat de krijgs raad den Belgischen kapitein Lothaire, die den Engelschen zendeling Stokes zonder veel vorm van proces deed ophangen, omdat deze den velen vrijen tijd, welken zijn arbeid voor het geestelijk welzijn der inboorlingen hem liet, besteedde om hun vuurwapenen en der gelijke te verkoopen, dat de krijgsraad den kapitein vrijsprak. Engeland heeft indertijd het kleine Belgie, de residentie van den Congo-Staat, zoo achte na gezeten met dringende, jagende en dreigende reclamation over deze aangelegen heid, dat men in 's Hemelsnaam, zonder nog te weten of Lothaire al dan niet schuldig was, alvast is begonnen aan de weduwe van Stokes eene schadeloosstelling uit te betalen. Maar nu Lothaire niet schuldig is bevonden, Stokes derhalve rechtens blijkt opgehangen te zijn, rijst de vraag moet Engeland nu het uitbe talen van dat weduwen-pensioentje niet liever zelf overnemen leden weer jicht gekregen en kan zich moeielijk bewegen. Maar mijnheer Gaston hoorde niet meer. Hij was de trap opgeloopen en ging de kamer binnen, waar zijn vader en broeder tric-trac zaten te spelen. De oude markies schrok zoo, toen hij hem zag, dat hij den steen liet vallen, dien hij in de hand had. En dat was verklaarbaar. Het gezicht, de handen, de kleederen van Gaston, alles was met bloed bedekt. Wat is er gebeurd? vroeg hij. Vader, ik kom u voor het laatst omhelzen en om middelen vragen, om naar het buitenland te vluchten! Wat vluchten Het moet vader en wel dadelijk; men ach tervolgt mij. Elk oogenblik kan de gendarmerie hier zijn. Ik heb twee mannen gedood. De markies was zoo verschrokken dat hij, zijn jicht vergetende, opsprong, maar de pijn deed hem weer op zijn stoel nedervallen. Waar, wanneer? vroeg hij op doffen toon. In Tarascon in een koffiehuis een uur geleden zij waren met vijftienen ik was alleen en nam een mes op Nog altijd het gevolg van de aardigheden van 93, bromde de markies, hadden zij u be- leedigd Zij beleedigden een edel jong meisje. En gij hebt hun toen eens gekastijd Daar hebt gij gelijk in gehad. Welke edelman zal in zijn tegenwoordigheid een meisje laten beleedi- gen, maar wien hebt gij dan verdedigd Mejuffrouw Valentine de la Verberie. O, zei de markies, de dochter van die oude heks. Alle duivels, die mensehen brengen ons altijd ongeluk aan. Ja, hij verachtte de gravin, maar het besef, wat hij aan zijn stand verschuldigd was, zegevierde toch boven zijn haat en hij voegde er bij Dat doet er niets toe. Gij hebt uw plicht gedaan. Bij de bedienden van het kasteel scheen de nieuwsgierigheid grooter te zijn, dan de vrees voor hun heer, want. Jean, de oude kamerdienaar, waagde de deur te openen, binnen te komen en te vragen Heeft mijnheer gescheld Neen, antwoordde de Olameran, neen, ik heb niet gescheld en dat weet gij heel goed, Maar eerst zal de Jingo-pers nog wel moeten uitrazen over het niet uitspreken van het verwachte doodvonnis, gelijk zij het verleden deed na net wel uitspreken van het niet verwachte. Het verschil is trouwens ook te groot: in het eene geval heilige Engelschen, in het andere een Belg, die er een van zeer verdachte heiligheid en ontwijfelbare lastigheid had laten ter dood brengen. Koningin Victoria heeft hare dochter prinses Beatriceweduwe van wijlen prins Henry Von Battenberg, in diens plaats belast met het gouverneurschap van het eiland Wight. Eene nieuwe uitbreiding dus van het mo deartikel „vrouwen werk". De Londensr-he rechtbank van Bow- street, voorzitter de bekende sir John Bridge, heeft nu ten slotte de uitleveiing van den zieken Cornelis Herz (een der voornaams)e Panamamannen) geweigerd omdat hij de feiten, welke de Fransche regeering h*m ten laste legt, niet voldoende bewezen achtte. De voorzitter gaf zijn medelijden te kennen met mevrouw Herz en de kinderen. Uit geval heeft aan Engeland omstreeks duizend pond sterling (f 12000) kosten be rokkend. In het Noordwesten van Britsch Indie is de ellende, door de droogte veroorzaakt zoo groot, dat ruim 200000 mensehen van rijkswege met werk ondersteuud worden. Den lOden Mei zal Wilhelm II de gast van de stad Frankfort a/d M. zijn, waar men op plechtige wijze den verjaardag van den vrede van 1871 zal vieren. De gemeenteraad heeft meer dan 80000 mark toegestaan voor het versieren der straten en openbare gebou wen. Te Lubeck zijn alle werklieden 600 in getal, van Koch's scheepstimmerwerf, die aan het Meifeest hebben deelgenomen, ontslagen. Voorloopig staat het werk op de werf stil. De porceleinschilder Paul Wolff, die zich in beleedigende termen had uitgelaten over den keizer en over den politieagent, die hem deswege aanhield, is door het gerecht te Berlijn tot twee jaar gevangenisstraf ver oordeeld. Generaal Baldissera is met zijn geheele leger te Barachot aangekomen; er heeft reeds een ontmoeting plaats gehad met de voor posten van de Abissinische strijdmacht, waarin deze het onderspit gaf. Majoor Salsa, die den negus tot bij het Askianghi-meer heeft vergezeld, is teruggekeerd en heelt den Isten Mei brieven gezonden van uit Amber-Siou waar Mangascia hem gevangen houdt. Men zegt, dat te Adigrat nog slechts voor twee dagen levensmiddelen zijn. Keizer Frans Jozef, koning van Hongarije opende Zaterdag te Buda-Pesth de tentoon stelling ter gelegenheid van het duizendjarig bestaan des Hongaarschen rijks. In antwoord op de begroeting van den minister van koophandel, den heer Daniel, zeide de keizerte vertrouwen dat deze tentoonstelling zal bewijzen, hoe Hongarije dat duizend jaren den troon en het vaderland wist te beschermen zich in de wereld op het gebied des geestes eene eervolle plaats ^iiiMiBWMMiiiiaiiii«rnM•mmmnmmm»-mam in i \m m ■wiiiB—ii^Bf maar nu gij toch hier zijt, des te beter. Haast u en breng ons wat linnen en kleeren. Breng alles wat noodig is voor mijn zoon, om zich te was- schen en te verkleeden. In een oogwenk was dit bevel uitgevoerd. Gaston was niet zoo erg toegetakeld, als hij dacht. Behalve den steek van dat mes, even onder den linker schouder, beteekeuden zijn ove rige wonden weinig. Toen hij met de noodige zorg behandeld was, voelde Gaston zich als nieuw geboren, sterk om nieuwe gevaren te trotseeren en er straalde moed uit zijn oogen. De markies gaf den bediende een teeken om zich te verwijderen, en vroeg toen aan Gaston En gij wilt dan naar het buitenlandvluchten? Mijn broeder mag niet aarzelen, zei nu Louis, als hij blijft wordt hij gepakt en in de gevangenis geworpen, enwie weet Men weet helaas al te veel, bromde de oude markies, hij zal veroordeeld worden. Dat zijn nu de weldaden van de onsterfelijk revolutie, zooals ze zeggen. In mijne jeugd zouden wij alle drie de wapens opgenomen hebben, ons te paard ge worpen en naar Tarascon gereden maar heden ten dage moet men vluGhten. Vader, er is geen minuut te verliezen, merkte Louis op. Ja, dat is waar, antwoordde de markies, maar om te vluchten en naar het buitenland te gaan, heeft men geld noodig en dat kan ik je zoo op staande voet niet geven. Vader. Neen, want ik heb het niet. Achhad ik niet zoo weelderig geleefd. Had ik maar honderd Louis hier. Hierop opende Louis in de schrijftafel de lade, die als brandkast diende, zij bevatte 920 francs in goud. 920 francs, riep de markies, maar dat is niet genoeg. De oudste uit ons huis kan raet dat kleine sommetje niet vluchten, dat kan niet. Zichtbaar wanhopig, bleel de oude markies een oogenblik in gedachten verdiept. Eindelijk een besluit genomen hebbende, beval hij Louis, hem een klein ijzeren kistje uit de schrijftafel aan te geven. Het sleuteltje daarvan droeg de markies de Clameran aan een zwart lintje om den hals. Zijn kinderen bemerkten, dat hij hevig bewogen was, toen hij het opende en er langzaam een wist te verwerven en ook de sympathie der vreemde mogendheden verkreeg, gelijk blijkt uit de toezending van kostbare historische voorwerpen. Hoe verdeeld in partijen en door partijschappen de Hongaren overigens wezen mogen dus besloot de keizerdn de trouw aan de kroon zijn 2ij een. Dat het er inderdaad nog niet ganschelijk duizendjarig-rijkstoestanden zijn blijkt uit het feit, dat in den loop van den dag bij verschillende gelegenheden ettelijke grootere of kleinere straatgevechten zijn geleverd tus schen Hongaren onderling, maar meest tus schen Hongaren en Slaven. Te Weenen heeft men Zaterdag met moeite aan de Rumaansche, Servische en Croatische studenten eene vijandige manifestatie tegen de millenniumfeesten belet, en te Belgrado is door de studenten een Hongaarsche vlag verbrand en gemanifesteerd voor het gebouw eener Hongaarsche handels-agentuur. Voor het paleis en de Fransche en Russische gezantschapsgebouwen daarentegen bracht men ovaties. Met geweerschoten maakte de gendarmerie aan het schandaal een einde. Veischeidene personen zijn gekwetst en vele gearresteerd. De prefect en de chef der gendarmerie zijn uit hunne betrekkingen ontslagen. De toestand van den Russischen kroonprins (broeder van den czar), die te Nizza vertoeft, is zeer verergerd. Alle hoop op behoud schijnt nu opgegeven. De kroningsplechtigheid zou, als de prins spoedig overlijdtniet uitgesteld kunnen worden; maar men zou haar beperken tot de hoognoodige formaliteiten en alle feestelijkhe den achterwege laten. Men neemt te Moskou reeds maatregelen voor het geval van die droeve noodzakelijk heid. WAALWIJK 6 Mei 1896. Jubilé. Het in ons laatste nummer aangekondigde jubilé van den heer Corns. Oomens alhier is verleden Zondag gevierd op eene wijze, die schitterend doet uitkomen op welken hoogen prijs de directie van „Noord- Braband" maatschappij van verzekering op het leven, de diensten van haren chefboekhouder en wis kundig adviseur stelt en hoe zeer deze zich de sympathie en warme vereering heeft weten te verwerven van heeren agenten en het kantoorpersoneel. Tal van schriftel ke en telegrafische geluk - wenschen in poezie en proza werden in den voormiddag bezorgd. Tegen één uur waren ten huize van den jubilaris vereenigd de directie, eene deputatie van heeren hoofd agenten en agenten en het kantoorpersoneel. Bij monde van een der heeren directeuren werd den heer Oomens geluk gewenscht na mens de Maatschappij en hem als blijk van waardeering en tot blijvend aandenken aan geboden een prachtige marmeren pendule met inscriptie, benevens de bijbehoorende coupes. De deputatie van heeren agenten bood hem mede namens hunne collegas aan een salon-ameublement, bestaande uit tafel, canapé, 6 stoelen met fauteuil, beuevens eene fijn gecalligrafeerde opdracht in lijst gevat. Het kantoorpersoneel offreerde aan zijn chef een prachtige spiegel. halsketting, een kruis, eenige ringen en andere sieraden uit nam. Zijn gelaat zag er ernstig uit toen hij zeide Gaston, mijn geliefde zoon, uw leven kan er soms van afhangen, of gij iemand, die u hulp verleent, beloonen kunt. Vader, ik ben jong, ik heb moed. Luister. Dit zijn sieraden van uwe moeder, een heilige, een edele vrouw, die in den hemel over ons waakt In de dagen mijner ellende, toen ik uitgeweken was en in Londen pianoles gaf, om te kunnen leven, bewaarde ik deze zorgvul dig. Nooit heb ik er aan gedacht, ze te verkoopen; en om ze te beleenen, had mij een heiligschennis geleken. Maar, van daagmijn zoon, neem deze sieraden, gij kunt ze verkoopen, zij hebben een waarde van ongeveer 20.000 fraDcs. De ontroering overviel den markies en Gaston, zij vergaten hun toestand; Louis werd door zulke tooneelen niet van streek gebracht. De tijd gaat voorbij, onderbrak hij hen. Ja, dat is waar, riep de markies uit, vertrek mijn zoon, God bescherme den oudste der Cla- merans. Gaston was langzaam opgestaan en zei Vader, voor dat ik u verlaat, moet ik nog een heilige plicht vervullen. Ik heb u nog niet alles gezegd, dat jonge meisje wier eer ik van avond verdedigd heb, Valentine bemin ik Wel, zei den heer de Clameran verbaasd, wel zoo En vader, ik smeek u om bij mevrouw de Ja Verberie hare toestemming voor mij te vragen. Ik weet Valentine zal niet aarzelen, mijn ver banning te deelen, zij zal met mij vluchten. Gaston zweeg, verschrikt over den uitslag van zijn woorden. De oude markies werd paarscli van woede, en zag er uit, alsof hij een beroerte zou. krijgen. Dat is schandelijk, zeide hij, dat is krank zinnigheid. Vader, ik bemin haar, ik heb gezworen, nooit een andere vrouw te trouwen, dan haar. I)an trouwt gij nooit. Ik zal haar trouwen, riep Gaston uit, die zich hoe langer hoe meer opwond, ik heb het gezworen, onze eer hangt er van af. Praatjes. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1896 | | pagina 2