bïnn'enlanü,
Staatkundig overzicht.
Frankrijk.
Engeland.
Duitschland.
BUITENLAND.
Italië.
Belgie.
Turkije.
UITVOERINGEN.
grondslag eener hechte vereeniging moest
vormen, weten te onderscheiden. Zeer dikwijls
is de leus, onder welke de splitsing plaats
heeft, met den naam van enkele personen
samengegroeid, en dat maakt juist de opheffing
eener ter kwader ure ingetreden verwijdering
zoo moeielijk.
Om overwinningen te behalen hebben we
bor.dgenooten en medestanders noodig. Men
krijgt die niet bij handhaving van den eisch,
dat zij onder precies dezelfde vlag zullen
optrekken. De opmarsch in de richting van
den vooruitgang moet natuurlijk geschieden
in dienzelfden pas, anders raakt het leger
verbrokkelddat kan alleen geschieden
winneer de snelvoetigen een weinig inbinden,
de langzameu hun schreden wat versnellen.
In het algemeen en zonder beeldspraak
We moeten zoeken naar hetgeen ons veree
nigen kan, en aan hetgeen scheiding kan
veroorzaken niet meer gewicht hechten dan
het verdient.
Dat vereischt oefening in het juist zien, in
het helder oordeelen. Maar het vereischt ook
eenige zeltverloochening. Kunnen wij niet
onzen eigen stempel drukken op den gees
telijken arbeid van ons geslacht, onzen eigen
naam geplaatst zien aan het begin der vol
gende bladzijde van het boek dat we bezig
zijn te schrijven, laten wij er in berusten,
als het maar geschreven wordt. Indien
een groot werk tot stand komt wat doet
het er dan toe, wie de arbeiders geweest zijn?
't Heeft er waarlijk veel van alsof koning
Menelik van Abessinie en Italie's regeering
onder voortduiende betuigingen van vrede
lievendheid hun ware gezindheid trachten te
verbergen de nieuwe formatie van Di
Rudini, die wat meer naar rechts dan naar
links overhelt, wordt rei dacht van revanche
plannen tegen den herfst en wel wordt
Menelik persoonlijk geheeten geporteerd te
zijn tot den vrede doch hij acht 't toch
raadzaam zijn kruit droog te houden voor
alle eventualiteiten.
Zoo kan men dan genieten van het niet
zoo heel zeldzame, doch immer nog interes
sante schouwspel van doortastende maatre
gelen tot voortzetting of hervatting van den
kamp, terwijl te pas en te onpas luide ge
tuigenis afgelegd wordt van vredelievendheid.
't Valt heel moeielijk zoo maar opeens uit
te maken, wie van beide partijen de bedrieger,
wie de bedrogene is; 't lijkt wel of de re-
geeringsgezinde bladen een wel voorbereide
campagne hebben geopend om Menelik voor
ie stellen als oorlogszuchtig, als zinnend op
hervatting der vijandelijkheden, terwijl juist
de beraadslagingen der militairen van hoogen
rang ten Quirinale de verdenking wekken
dat men te Rome zelf iets in 't schild voert.
Wat wonder dat Menelik zich voorbereidt op
de hervatting van een krijg, die allicht heviger
zal zijn dan de campagne, die zoo noodlottig
is afgcloopen voor Italië
Er heerscht een ongewone bedrijvigheid in
Meneliks kamp oreral waar troepen gecon
centreerd worden, bouwt men groote voorraad
schuren en arsenalen en men rekent daarbij
niet alleen op het staande leger, doch op de
gansche weerbare macht niet minder dan
350000 man. En onderwijl wordt er voor de
ongelukkige gevangenen weinig of niets ge
daan, 't is of men er te Rome niet het minste
belang bij heeft, terwijl toch spoedige hulp
in deze dubbele hulp zou zijn nu zijn 't de
koortsen, die verwoesting aanrichten, spoedig
zal de winter zich doen gelden en daartegen
zijn de ongelukkigen niet bestand.
Der traditie getrouw speculeert de Porte
op de zwakheden der groote mogendheden
en op haar onderlinge verdeeldheidhet;
verschil van roeening over de door Oostenrijk-
Hongarije voorgestelde blokkeering van Kreta,
heeft de Porte doen besluiten rechtstreeks on
derhandelingen aanteknoopen met de opstan
delingen en wel door middel van Zihni pacha,
gouverneur generaal van Brouse en Kiades-
Effendi. Of 't veel succès zal hebben, valt
te betwijfelen de revolutie-mannen op het
eiland laten zich niet belemmeren door con
ferenties en samensprekingen het revolutie
comité van Campos heeft een revolutionair
bewind ingesteld met Gerakostaros Volonda-
kir als president. Doel van dit doen is de
afscheiding van Turkije en de onafhankelijk
heid, zich oplossend wellicht in aansluiting
bij Griekenland.
Te Athene schijnt men de zaken wat
ernstiger te gaan nemen: koning George heeft
een langdurig onderhoud gehad met den
minister van oorlogwaarbij wel zal zijn
overwogen in hoever '.het leger betrouwbaar
kan worden geacht. Hetl heugelijk kan het
resultaat der gedachtenwisseling niet geweest
zijnde desertie van een aantal officieren
getuigt wel van den geest in militaire kringen!
Van Kandia uit is nu een bataljon naar
Anopolis gedirigeerdpogingendoor de
consuls gedaan om Abdullah pachaden
opperbevelhebber van 't leger, te bewegen
zelf naar Kandia te gaan, zijn mislukt.
doen wetendat na
geen hasardspelen in
afloop van dit seizoen
de club meer geduld
zullen worden, en dat, indien bij de autori
teiten nog klachten inkomen, het lokaal on
middellijk wordt gesloten.
Te Courcelles hebben 1450 mijnwerkers
geweigerd af te dalen. Zij eischen de weder
in dienstneming van een ontslagen werkman.
De gendarmerie bewaakt de schachtener
worden geen onlusten geducht.
Een brutale roofaanval is Maandag in
een hotel te Brussel gepleegd. Een Rus
Ouroskoff genaamd die daar sinds eenige
dagen logeerde, ging Zondagavond uitin
gezelschap van twee Duitschers, met wie hij
toevallig kennis had gemaakt.
Maandagmorgen, toen Oeroskoff nog te bed
lag, kwamen die heeren terug. Zij werden,
als vrienden van den Rus, naar diens kamer
gebracht, en daar, terwijl de een den logeer
gast vasthield en hem belette te schreeuwen,
doorzocht de ander diens kofter en kleederen,
en stal al het geld, dat hij bij zich had
6()0 roebel. Daarop verlieten de Duitsche
heeren zeer bedaard het hotel.
Eerst een kwartier later kwam Ouroskoft,
die bewusteloos was geworden, weer tot be
zinning en kon hij om hulp roepen.
De roovers zijn nog niet gevat.
De reis van den czaar naar Frankrijk is
door het Russische gezantschap te Parijs
officieel bevestigd. Het programma der
feestelijkheden tijdens het bezoek is nog niet
vastgesteld, intusschen weet men, dat de czaar
den 8 October te Parijs zal zijn.
In de Rue des Archives te Parijs is een
oude dame, Mme. Keiler, vermoord gevonden.
Een kappersbediende, die in het huis, waar
zij woonde, een kamer vlak naast de hare
had en met wien zij dikwijls over hare zaken
sprak, is met zijne minnares gevangen ge
nomen, onder verdenking van dien moord.
Koningin Victoria heeft doen bekend maken,
dat zij. hoewel dankbaar en gevoelig voor de
algemeene uitdrukking van genegenheid voor
haar persoonlijk nu zij binnenkort langer
geregeerd zal hebben dan een harer voor
gangers op den Engelschen troon, wenscht
dat alle viering dezer gebeurtenis zal worden
verschoven tot zij gedurende zestig jaren zal
geregeerd hebben indien dit haar althans
zal worden vergund.
Voor eenige jaren werd Pear's zeep-
tabriek te Londen het eigendom eener maat
schappij, en daardoor is men te weten ge
komen de verhouding, waarin de kosten voor
advertentién en zuivere winsten tot elkander
staan.
In 1885 gaf Pear voor annonces uit 363948
gulden en de winsten bedroegen driemaal
zooveel.
In 1886 waren de kosten der annonces
ruim 706608 gulden en de winsten f 1410780.
Ia 1891 waren de advertentiekosten f
1243152 en de winsten ruim 2 millioen gulden.
Het blijkt dus, dat Pear in 7 jaar tijds voor
meer dan 7 millioen gulden annonceerde
doch een zuivere winst van 11,5 millioen
gulden behaalde.
Aan 't hof is men zeer verrast door het
bericht, dat de czaar te Breslau zal komen:
men weet o. a. niet, waar men den hoogen
gast onder dak zal brengen. Waarschijnlijk
zal dit gebeuren in de woning van prins
Albrecht. De Vossische Zeit. hoopt, dat de
czaar Berlijn niet links zal laten liggen.
De bekende potloodenfabrikant, baron
Von Faber, die onlangs in Beieren is over
leden heelt aar. zijn werklieden een half
millioen vermaakt. Het geld is hun onmid
dellijk uitbetaald.
De Berlijnsche ingenieur Otto Lilienlhal,
meermalen vermeld als uitvinder van een
vliegmachine, is Maandag te Rhinou bij een
proefneming met zijn nog altijd onvoldoend
toestel gevallen, daarbij zoo erg gewond, dat
hij na verloop van een paar uren overleed.
Eenige jaren geleden had Lilienthal reeds
een dergelijk ongeluk met zijn vliegtoestel
maar hij herstelde toeu van de bekomen
wonden.
Franschman en hoofdondernemer van den
spoorweg Ak-Chehr (Anatolië), benevens een
opzichter door roovers, wier hoofdman Bosen
heet, opgelicht. Vier duizend Turksche ponden
zijn als losgeld geëischt.
Volgens de berichten uit Athene wordt
er op Kreta door moslems en christenen ver
moord en geplunderd, geroofd en gebrand
verwoest en vernield. Maar bijzonderheden
zijn onbekend.
De Fransche consul Blanc is uit Mirabella
te.Chania teruggekeerd met een Franschman
en diens zuster, die in 't binuenlaml vertoefd
hadden. Onder militair geleide zijn zij naar
de kust gebracht.
De acht Grieksche officieren, met de on
derofficieren en burgers zijn in de provincie
Sfakia geland en met blijdschap ontvangen.
Over de muiterij onder de inlandsché
troepeu der kolonie Erythraea wordt aan de
N. Fr. Presse gemeld, dat enkele dagen vóór
het vertrek van generaal Baldissera naar
Europa, in het zesde bataljon inlanders een
muiterij uitbrak dat de tweede compagnie
van Senafé naar Ambia Debra verplaatst
geworden was en de mannetjes weigerden de
„vleeschpotten van Egypte" met de leger
plaats op het onherbergzame, kale bergplateau
ie verwisselen. De muiterij werd onmiddellijk
onderdrukt, over 30 man der compagnie het
doodvonnis uitgesproken en alle manschappen
op 75 rottingslagen onthaald. Sedert is de
orde hersteld.
De koning heeft den eigenaars van de
speelbank in het Casino te Ostende officieel
Zaterdagavand is de heer Waligowski, een
WAALWIJK.
Op Zondag 16 dezer, des middags 12
uur, zal door de harir.onie l'Espérance, op de
harmoniezaal bij de Erven van Riel, worden
uitgevoerd
1. Dichter und Bauer, ouverture. Suppé.
2. Fantaisie „Faust". Gounod.
3. Manola, valse Espagnole. Eilenberg.
WAALWIJK, 14 Aug. 1896.
Examen.
De heer J. Gerris, alhier, onderwijzer aan
de openbare school te Besoijen, heeft met
goed gevolg het examen in de Frausche taal
afgelegd.
Tentoonstelling.
Naar wij vernemen is het aantal inzendin
gen voor de tentoonstelling betreffende het
schoenmakersvak, welke de volgende week
in den Haag geopend wordt, boven de 300
geklommen.
Eeu geschenk aan pastoor H. C. Verbraak.
In Maart 1895 vormde zich te Batavia
een commissie, bestaande uit luit-kolonel A.
H. W. Scheuer, den majoor der artillerie G.
Feuilletau de Bruyn en den gepens. kapitein
der infanterie L. C. van Vleuten, met het
doel om te trachten den pastoor L. C. Ver
braak, als bewijs van erkentelijkheid van het
geheele Ned.-Indische leger, voor zijn twintig
jarige toewijding en plichtsbetrachting in
Atjeh, een passend huldeblijk en geschenk
aan te bieden. Di commissie verzond een
circulaire aan alle millitaire commandanten
in Ned. Indie met de noodige inteekenlijs-
ten, en het doel werd ten volle bereikt. In
de maanden tusschen Maart en Juli 1895
werden toch ingezameld t 2067.36 uit alle
oorden van den Archipel, en daaronder zelfs
bijdragen vau nu in Europa aanwezige ge
pensioneerde en gegageerde officieren en
minderen, tot het N. I. leger behoord heb
bende. Deze som is bijeengebracht door
officieren en soldateu ran alle rangen buiten
het garnizoen van Aijeh, dat zelfstandig aan
pastoor Verbraak een stoffelijk bewijs van
dankbaarheid heeft gegeven.
De heer v. VI. deelt in het N. Bat. Hdblad
mede dat in Europa zijn aangekocht, in
overleg met monseigneur W. J. Staal en
pastoor Wenneker, een kostbare miskelk met
schenkkannen, benevens Brevier en Missaal,
beide prachtuitgaven. De boeken arriveerden
April ie Batavia, de miskelk eerst in Ju
Op den voet der kelk staat gegraveerd Aan
Pastoor H. C. Verbraak 1874 Atjeh
1894. Uit erkentelijkheid voor toewijding en
plichtsbetrachting. Het Ned. Indische leger*.
Van de geschenken geeft de heer v. VI. eene
beschrijving
De kelk is sierlijk gevat in dof gouden wijn
gaai dbladeren.
Op den nodus staan, in blauw email, het Lam
Gods, de pelikaandie hare jongen met eigen
bloed voedt, en de vier Evangelisten in symbolen
afgebeeld.
Onder de verschillende beelden, die den voet
der kelk sieren, prijkt, naast het opschrift ter
rechterzijde de koning Henricus, de bescherm
heilige van den pastoor V. naar wieu hij ge
noemd is.
Aan de linkerzijde bevindt zich de H. Mauritius
juist deze werd gekozen, omdat hij de patroon
is der militairen, wat hij dan ook ten volle ver
dient. Want, in het jaar 286, onder de lievi
christenvervolging, spoorde deze dappere hel
hoofd van het Thebaansche legioen, zijne soldaten
aan, liever le sterven dan op bevel van den hei
denschen keizer, hunne mede-christenen, tegen
eer en geweten in, te vervolgen.
En, op voorbeeld van Mauritius stierven allen
meer dan 6000 in getal, den marteldood.
Het tweede geschenk bestaat uit twee fijn kris
stallen schenkkannen, met zilveren voeten deksel
Beide hebben in het midden sierlijk jour'
bewerkte randen. Hierbij behoort een zilveren
schenkblad, waarop keurig geciseleerde korenaren
en wijngaardranken, terwijl op den rand de tekst
is aangebracht: f Lavabo inter innocentes manus
meas", d. w. z.#Ik wasch mijne handen onder
de onschuldigen.'
Kelk en ampullen zijn vervaardigd in het wel
bekende atelier van kunstmetaalwerken van den
heer Brom te Utrecht.
Vervolgens viel de keus op de nieuwste uitgav
van het prachtige Missaaldoor de beroemde
firma Pustet keurig uitgevoerd en in rijk geor
neerden paarsch-marokijnen band gebonden; ter
wijl sierlijk bewerkte, verguld ziiveren hoeken
en sloten de schoonheid van het geheel verhoogen.
Ten gebruike van dat Missaal wordt er een
vergulde lezenaar aan toegevoegd.
En ten slotte behoort onder deze geschenken
ook nog een schoone Brevier met prachtige letter
op Chineesch papier gedrukt, en met.vele schoone
platen verrijkt. Wel geen beter geschenk voor
E astoor Verbraak denkbaar, dan een boek, dat
ij eiken dag des jaars ter hand moet nemen.
De geschenken worden te Batavia eenige
dagen ten toongesteld en zuUen daarna aan
den civiel en militairen bevelhebber in Atjeh
verzonden worden, met verzoek die door
een commissie aan pastoor Verbraak namens
het geheel Ned. Ind. leger te doen aanbie
den. Tevens zullen daarbij gevoegd worden
de na aftrek der onvermijdelijke onkosten
resteerende gelden, ten einde den pastoor in
de gelegenheid te stellen de noodige ver
fraaiingen en verbeteringen aan te brengen
aan zijn kerk nabij Kota Radja, en zijn
leerlingen en catechisanten feestelijk te ont
halen, opdat de dag der aanbieding in
waarheid worde een feestelijke dag voor den
waardigen pastoor Verbraak.
Atjeh
De correspondent te Batavia seint onder
dagteekening van Donderdag
Een bataljon maakte gisteren een excursie
naar de VI Moekims tot Lam Baroe en den
pas Belang Kala, waarbij geen schot viel.
Een bataljon is naar Lehongen een derde
bataljon is daarheen over zee.
Eeu tweede telegram van den correspondent
luidt
Van gnuvernementswege wordt bericht, dat
roekoe Oemar naar Lehong is gevlucht. Een
bataljon vervolgt hem.
Bij het departement van koloniën is ont
vangen het volgende van 13 dezer gedagtee-
kende telegram van den gouverneur-generaal
van Ned.-Indie betreffende de krijgsverrich
tingen in Atjeh
„Eergisteren vijand verdreven voorbij Se-
neng in de heuvels ter weerszijden van het
dal van Lam Teh. Toekoe Oemar's benden
verspreid. Vooral bij Tjagoe tegenstaud on
dervonden. Gesneuveld een Amboneesche
fuselier, gewond twee Europeesche fuseliers
en 14 inlandsché militairen. Toekoe Oemar
gevlucht naar Lehong (een landschap op de
N.W. kust van Atjeh ten zuiden van Lepong),
waarheen kolonel Stemfoort zich gisteren met
een bataljon inscheepte uit de Retieubaai.
Gezondheid en geest der troepen uitstekend.»
Het eerste telegram van den correspondent
geeft blijkbaar een verklaring van de bewe
gingen der troepen in Lepong en bewijst
tevens, dat de vijanden, die hun bivoauk
beschoten, niet stand konden houden. Een
bataljon trok in noordelijke richting over het
gebergte op de noord oostpunt van Groot-
Atjeh naar de noordelijke zeekust, eeu ander
marcheerde in zuidelijke richting een dag-
marsch ver langs de kust over een daar
bestaand voetpad naar het staatje Lehong en
het derde werd over zee naar de Amboina-
of de Riouw-baai vervoerd.
De kedjoeroean van Lehong bood in 1876
zijne onderwerping aan zonder voorkennis
zijner ondergeschikte hoofden. In zijn gebied
bezat hij weinig invloed en daai verzamelden
zich vele kwaadwilligendie versterkingen
aanlegdeu, welke toen door de marine werden
beschoten. Toen een jaar later een Engelsch
schip op de zuidelijk van Lehong gelegen
reede van Kloewang was aangevallen, toog
een expeditie naar de baai van Poederoet
tusschen de Riouwbaai en de reede van
Kloewang en veroverde er eenige bentings
en tuchtigde eenige kampongs. Daarop boden
de hoofden van Lehong hunne onderwerping
aan. Twee jaren later moest de kedjoeroean
opnieuw door onze troepen gesteund worden
bij het verdrijven van vijanden ut zijne
kampongs. Met voorschot van het gouver
nement werd er de koffiecultuur belangrijk
uitgebreid. De kedjoeroean kreeg tevens het
gezag over Lepong, dat in 1895 op Toekoe
Oemar werd overgedragen en hem nu weder
ontnomen is.
l et doel van deze expeditie is volgens ons
tweede telegram en het regeerings telegram
Toekoe Oemar te vervolgen en zoo mogelijk
in hauden te krijgen. Hij is dus niet met
een zeilschip naar Melaboeh vertrokken, maar
hetzij over land hetzij over zee naar Lehong
gevlucht.
Kolouel Stemfoort haudelt geheel in den
voortvarenden geest van generaal Vetter, door
ouze vijanden geen oogenblik rust te gunnen.
Zoodoende verhoogt hij onder de kampong
bevolking den indruk, door ons krachtig op
treden gewekt, en verhindert de kwaadwilligen
zich weder te organiseeren. Mocht zulk een
actie kunnen worden volgehouden, dan zouden
wij spoedig een stap verder zijn in de goede
richting. De Atjeher heeft slechts ontzag en
buigt slechts voor macht. Als wij hem die
niet doen gevoelenonderwerpt hij zich
nimmer volkomen.
Onze correspondent te Batavia seinde ons
later in den namiddag
Generaal Swart is benoemd tot chef van
den generalen slaf. (N. R. Ct.)
Werkstaking.
Men meldt uit Tilburg
Naar aanleiding van het optreden vau
Sneidelaar, voorzitter van den Ned. Typo
grafenbond, voor de Tilburgsche typografen,
in verband met de werkstaking van het per-
soueel der Tilburgsche Courant, bevat de
Nieuwe Tilburgsche Courant een namens het
stakend personeel onderteekend ingezonden
stuk, waarin zij verklaren niets met den
Typografenbond gemeen te hebben en de
beginselen van dien Bond niet te huldigen.
De Tilburgsche Courant verdedigt het
wegzenden van den meesterknecht der firma
Luijten hiermede, dat hij de weduwe Luijten
herhaaldelijk op de grievendste wijze bejegen
de en dat onder zijn bestuur en leiding de