Engeland. Rusland. Griekenland. Servie, China. Afrika. Rijkspostspaarbank. BINNENLAND. Frankrijk. Duitschlaiid. Jaarmarkt te Waalwijk (herkau wende dieren en varkens niet toe gelaten) op Zaterdag 5 Dec. 1896. Botermijn Vrijdag 4 December. Uit Brussel wordt gemeld dat ook in Ant werpen Engelsche agitators aangekomen zijn en dat de Rolterdamsche bootwerkers een algemeene werkstaking beginnen Hoe is 't mogelijk! LONDEN, 28 November. Volgens bericht van gisteren uit Konstantinopel aan de Daily News zijn nieuwe moorden gepleegd in den omtrek van Diarbekr. Het gerucht gaat dat er 500 dooden zijn. LONDEN, 29 November. Op verzoek van den minister van binnenlaudsche zaken sir M. White Ridley heeft de bekende dokter sir William Broadbent-Zaterdagavond dr Ja- meson in zijne gevangenis opgezocht. Van sir William's rapport zal het viijlaten van Jameson afhangen. In de Maandagavond ten tien ure ver schenen uitgave van de Evening News wordt medegedeeld, dat de staatssecretaris voor binnenlandsche zaken, naar aanleiding van het bij hem ingediende geneeskundige rapport bevel heeft gegeven tot het in vrijheid stellen van dr. Jameson, Dit bericht werd Maandagavond medege deeld aan dr. Jameson, doch de toestand van den gevangene is van dien aard, dat zijn overbrenging niet mogelijk is. lien vorstelijk geschenk zoek. Men schrijft uit St. Petersburg aan de N. R, Ct. Een heel gekke geschiedenisschijnbaar buitengemeen onwaarschijnlijk, is hier gebeurd met een geschenk dat de negus Menelik den czaar ter gelegenheid van zijn kroning had aangeboden. Zooals ge misschien weet, wer den de geschenken na 1 November ingewacht. De heele gevaarlijke reis heelt het kostbare kleinood, een rond schild, met edelsteenen bezet, goed doorgemaakt en dezer dagen kwam het ongeschonden in handen van den minister van 't hof Woronsóf Dasjkof. Daar de keizer in Tsarskoje Seló woont, werd het gesdienk door een keizerlijken bode naar het buitenverblijf van den keizer gebracht; en verbeeld u, de bode komt in 't paleis te Tsarskojeen vertelt wanhopig dat hij 't kostbare stuk verloren heeft. Natuurlijk werd de man dadelijk in verzekerde bewaring gesteld, maar hij blijkt volkomen onschuldig te zijn, en weet niets te vertellen dan dat hij op een half uur afstands van Petersburg gemerkt had dat hij zijn pakket niet meer bij zich had. Waarschijnlijk is het door een dief uit het bagagenetje in den coupé gestolen en heeft deze bij nader onderzoek ziende wat een onhandige kostbaarheid hij in zijn bezit had, geen raad met het ding geweten en het op de een of andere manier verdon keremaand, ergens in 't water gegooid of hoe dan ook. Tenminste, hoewel men nu al een dag of vijf gezocht heeft, blijtt de gift van Menelik spoorloos verdwenen. De keizerlijke boden schijnen nogal non chalant te zijn en deze vriend zal er wel niet gemakkelijk afkomen. Men zegt dat het schild een waarde van 200000 roebels vertegenwoordigt. Dc Orkaan. De orkaan, die Athene en den Piraeus Donderdag geteisterd heeft, was ongekend hevig en langdurig. Aan de nadere berichten over de verwoesting door den storm aange richt, ontleenen wij het volgende overzicht: De IlisFO% die het grootste gedeelte deel van het jaar nagenoeg droog ligt, rees op eens tot een hoogte van 20 voet, zoodat de naburige voorsteden onder water gezet en gedeeltelijk verwoest werden. Ook werden eenige schokken van aardbeving tijdens den storm gevoeld. Alle bruggen over de Ilissos, op twee na, werden weggeslagen. Vooral de buitenwijk Batrachonisi, die door het arme volk bewoond wordt, had zwaar te lijden, vele huizen aldaar zijn geheel ingestort. In den Piraeus was de verwoesting nog erger. Het lager liggende deel de stad waar veel fabrieken staan, werd overstroomd, hier en daar 5 tot 6 voet hoog Tal van menschen werden onder de puinhoopen der instorten de gebouwen begraven. De gasfabriek kon niet in werking blijven, zoodat 'savonds alles in duister was gehuld. Men vreest, dat ook vele dorpen van Attica zwaar geteisterd zijn, o. a. is het kampement der Armeensche vluchtelingen te Kolonas overstroomd. De meeste verbindingen met het binnenland zijn gestoord. Donderdagavond waren reeds 23 lijken gevonden langs de oevers van de Ilissos en de Kephisos, en 18 in den Piraeus en Phalernum. Alleen aan de fabrieken van den Piareus moet 2 millioen dr. schade toege bracht zijn. De koning heeft dadelijk 3ü00 dr. gezonden aan het hulp comité. De spoorwegen zijn op verschillende plaat sen vernield. Bij het omvallen der locomotief van een trein uit Patras werd de machinist gedood. De Europeesche mail is met een speciale boot door het kanaal van Korinthe verzonden. De zitting der kamer kon Donderdag niet gehouden worden, daar te weinig leden waren opgekomen. Voor zoover men kan nagaan is geen van de oude monumenten beschadigd. De be manning der Fransche en Russische oorlogs schepen helpen aan het reddingswerk, en de zoeklichten van de schepen worden daarbij op de stad gericht. Plet water blijft in en om Athene wassen, De volkswijken zijn overstroomd. Meer dan 70 menschen moeten verdronken zijn. Het spoorwegverkeer ondervind vertraging. Het voornaamste doel van het bezoek van den Koning aan Paus Leo XIII schijnt te zijn geweest het verkrijgen van een afzon derlijk Servisch roomsch katholiek bisdom. Er zijn iu het koninkrijk een 10,000 room- schen, en deze behooren tot de diocees van den bisschop van Djakovar in Kroatië, tegenwoordig mgr. Strossmayer. De Servische regeering is erop gesteld dat te Belgrado een eigen roomsch bisschop komt, evenals er iu Bulgarije en Roumeuie twee zijn, en in Montenegro een. Waarschijnlijk zal de Paus het verlangen van de Servische regeering inwilligen. Het aantal on-dit's betreffende Lihoengt- sjang, sedert zijn terugkeer in zijn land, is zeer groot. In den korten tijd na zijn aan komst te Peking is Li, volgens de direct of langs omwegen ontvangen berichten berispt en gestraft met inhouding van een salaris (dat hij niet heefthij bezit slechts de titels grootkanselier en bewaker van den troonop volger), benoemd tot minister van buiteu- landsche zaken of tot gewoon lid van het reactionaire Tsoenglijamen, totaal in ongenade bij den keizer en, volgens anderen, door den keizer aangewezen om een reorganisatie der Chineesche vloot tot stand te brengen. Van dit alles is waarschijnlijk alleen dit juist, dat de verhouding tusschen den keizer en Li er niet op verbeterd is. De afscheids audiëntie voor Lihoengtsjang naar Moskou vertrok moet uiterst koel zijn geweest, en bij zijn terugkomst wordt Li onmiddellijk berispt wegens een veronachtzaming der hofregelen, doordat hij eerst, op zijn weg naar Peking, aan de keizerin weduwe Tsehsi, met wie hij op goeden voet staat, een bezoek bracht alvorens in Peking zelf bij den keizer zijn opwachting te maken. Men weet dat Li veel vijanden in Peking heeft, aan het hof. Scher per dan te voren ontwikkelen zich de beide partijen die om den invloed en het gezag zich beijveren daar de autocratische heer- scher die veel gewicht hecht aan zich zelf, doch geen ervaring bezit cn steunen moet op de reactionaire elementen van het hof; hier de meest ervaren bestuurders van het land met de bekwame, zij 't ook in naam van alle staatsaangelegenheden uitgesloten, keizerin weduwe. Bij prins Koeng, den oom van den keizer, zal deze weinig medewerking vinden: Koeng houdt zich zooveel mogelijk buiten de zaken. Zoodra de keizer dus iets meer wil gaan doen dan vrij onschuldige edicteu uilvaardigen en straffen uitdeelen, moet hij wel in aanraking komen met de bekwaamheid en net doorzicht die in de omgeving, welke hij niet gunstig gezind is, aanwezig zijn. De Times, die een artikel aan den toestand te Peking wijdde, ziet reeds een ernstige botsing. De keizer schijnt vast besloten Lihoengtsjang daar te houden, en hem in schijn wat macht te geven door titels als grootkanselier en minister van buiten- landsche zaken. Li echter noch de keizerin- weduwe zouden met den schijn genoegen nemen: zij willen werkelijk invloed op den gang van zaken. Het is nu duidelijk van welke zijde het bericht in de wereld is ge zonden, dat Li zich uit het openbaar leven gaat terugtrekken. Velen zijn er die dit gaarne zouden zien. De regeering van Marokko heeft 300,000 francs schadevergoeding toegestaan aan elk der beide handelshuizen, wier vertegenwoor digers een jaar geleden te El Arich gevangen zijn genomen door roovers. De vertegen woordigers zelf ontvangen ieder 40000 frs. Aan het postkantoor te Kaatsheuvel en de daaronder ressorteerende hulpkantoren werd gedurende de maand November: ingelegd f 2611.27 terugbetaald f 3370.16 Het laatste, door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 1295. WAALWIJK ~2Dec.~l89 6 Stoomtram Heusden—Waalwijk. Wij vernemen dat onzen gemeenteraad een „petitionnement" zal worden aangeboden, door verschillende ingezetenen geteekend, de na- deelige gevolgen uiteenzettende voor onze ging, ried hem een vriend aan, den slapende petroleum op het hoofd te gieten. Z. deed zulks, N. stak het aan en in een oogwenk stond de ongelukkige Debouter in lichtelaaie. De waardin op zijn gegil toeschietende, rolde hem in een deken, maar hij was reeds zoo deerlijk gebrand, dat men aan zijn behoud wanhoopt. Dè^ zaak is in handen van het gerecht. In de „Congoleesche afdeeling« der aanslaande tentoonstelling te Brussel komen 250 negers. Het onderhoud van die zwartjes zal 2000 fr. per persoon en dus in 't geheel 300,000 fr. kosten. Die geheele afdeeling is voor rekening van den Congo-Staat. Een onderwijzer aan de school van deco ratieve kunst de 72 jarige beeldhouwer Maxime Avoine, heeft zich om het leven gebracht, omdat hij door de regeering uit zijn ambt is ontzet naar aanleiding van de wijze, waarop hij zich tegenover zijn leerlingen over de jongste gebeurtenissen te Carmaux had uitgelaten. Hij had vroeger aan de commune deelgenomen en was toen ter dood veroordeeld. I)e werkstaking- der bootwerkers te Hamburg. Dreinen, enz. Tc Plamburg is op een door ongeveer 3000 personen bezochte volksvergadering op voor stel van den afgevaardigde Von Elm een resolutie aangenomeu, waarin de eischen der stakers voor billijk werden verklaard, hun sympathie betuigd en ondersteuning toegezegd werd, terwijl men de werkstakers aanspoorde in de staking te volharden. Op eene ver gadering van schuitenvoerders is besloten den arbeid niet te hervatten: voordat de eischen van al!e categorieën der bootwerkers geregeld zijn. Honderd werklieden der scheepvaart maatschappij „Vette" hebben der directie nieuwe looneischen gesteld en zullen bij niet inwilliging den arbeid staken. Zestig werk lieden uit de pakhuizen der firma Nathan, Philipp en Co. zijn ontslagen, daar ze wei gerden sjouwerdiensten te verrichten. Ook de werklieden der stedelijke waterleiding en der gasfabriek hebben volgens "de Echo der directie eischen gesteld. Oo een Zaterdag gehouden vergadering hebben te Hamburg de werklieden van het entrepot en de pakhuizen verklaard, zich bij de werkstaking aan te sluiten. De staatskaaiwerkers hielden een vergade ring, waarin de Rijksdagafgevaardigde Legien het woord voerde over de arbeidsbeweging. Er werd besloten, dat de staatskaaiwerkers; indien hun bevolen werd de aan de kaai liggende booten van de Packetfahrt Gezell- schatt te lossen, eveneens het werk zouden staken; en wel aan de kaden die door den Staat geexploiteerd worden. De bootweikers van BremerhaveD, Geeste- munde. Kiel en Nordenham hebben zich met de stakers te Bremen en te Hamburg solidair verklaard en besloten geen schip te lossen, dat gedurende de staking uit Hamburg en Bremen komt. Ze hebben echter het werk niet gestaakt. Er staken thans te Hamburg 6000 sjouwers, 3000 schuitenvoerders, 500 kaaiwerkers, 400 scheepsreinigers, 600 ketelreinigers 300 scheepsververs, 40 kraanwerkeïs en 400 zee lieden. Er wordt gewerkt op 21 stoom- en 2 zeilschepen. Te Altona staken 120 schui tenvoerders. III Mil I nil tl ffl H verraden heeft, en hij zal van uw ondergang partij trekken. Ze was voornemens meer te zeggen, doch op hetzelfde oogenblik keerde mr. Purkiss zich om, daar hij meende dat het onderhoud nu lang ge noeg geduurd had. Voor den tweeden keer vestigde hij de aan dacht op de lunch. Doch de gevangene zei dat hij niets gebruiken kon. Nu, ik lie'o trek en vind deze plaats koud, on- verdragelijk koud. Miss] Harvey, zijt u gereed? Het begint laat tc worden en de tijd voor onze lunch gaat voorbij. Lord Melbury zal 't wachten moede zijn. Madeline staarde den gevangene aan, zooals hij daar stond zoo schoon als zijn vader. Ze kwam nader tot hem en liet hare handen op zijne schouders rusten en staarde hem in het gelaat, dat schoone, droevige gelaat, hetwelk ze het eerst te midden van armoede en ellende in de kleeding van een dokwerker aanschouwd had. Frank om mijnentwil, om der wille van onze liefde spreek en verdedig u En toen zag ze eene plotselinge zachtheid in zijne ernstige oogen en voelde ze de rilling, die door zijne jonge leden ging. Ik kan niet, Madeline, antwoordde hij on vast. Ik durf niet. God zegenen u Dank Zo ging heenop den arm van mr. Purkiss steunende, met oogen verblind door tranen. En de gevangene leunde tegen den muur van zijne cel en staarde naar de deur, die zich geopend had en weer geslotenom haar uit te laten. In oogenblikken van scheiden en van weerzien gevoelen de menschen het meest welk een schat van liefde en vriendschap hun hart verborgen hield. In die oogenblikken zegt het oog meer dan de mond kan uitspreken. XX. Veroordeeld. Ieder had het verwacht ten aanzien van zijn stilzwijgen en toch heerschte er twijfel nadat het doodvonnis de zaak beslist en onherroepelijk tot een einde gebracht had. De menigte verliet stil zwijgend het gerechtshof, doch in de straten van Malliscombe kwamen de tongen los en werd de zaak van alle mogelijke kanten besproken. Men voelde dat Frank Anson zichzelf feitelijk veroordeeld had. De bewijzen, die gediend hadden om hem te veroordeelen, waren bijna volkomen door hemzelf verschaft. Ten slotte had zijne wei gering om te pleiten of om zelf verdedigd te worden zijn vonnis verzekerd. Het was daarom niet mogelijk hem veel me delijden te betoonen. En toch had hij, nadat het doodvonnis was uit gesproken, voor een oogenblik met den elleboog op het hek van de balie geleund en zijn gelaat in de handen verborgen. Er was een onverklaarbare trilling van twijfel en medelijden door de leden der vergaderden ge gaan, een trilling die versterkt werd toen hij ten laatste het hoofd en de open gelaatstrekken had opgeheven, aan welks schoonheid pijn in en kele korte minuten een onbeschrijfelijk edel voor komen had gegeven. Wat zal er van sir Edmund worden? hoorde men van alle kanten. Of Het zal zijn dood zijn, of de opmerking van een zucht vergezeld Het is maar goed dat lady Ansor: dood is. Arme lady Rosamund 1 Zijne veroordeeling zou haar dood geweest zijn. Men gevoelde ook diep medelijden met Made line Harvey, toer. ze, doodsbleek, bevende, half verblind door angst, onzeker haar weg door de volle 'gerechtszaal nnar de balie gemaakt had, waar twee gendarmes gereedstonden den veroor deelde weg te voeren. Ze strekte de armen naar hem uit en trachtte te glimlachen en uiting aan hare gevoelens te geven. Frank! Frank! Waarom hebt ge niet ge sproken? Ze uitte de woorden, doch sprak ze zoo heesch dat niemand ze hooren kon. Hare stem scheen haar begeven te hebben door de uitwerking van plotselinge overweldigende droefheid, die zich thans op al hare vermogens wreekte. Voor het eerst in haar leven begaven hare jeug dige krachten haar. Ze klampte zich aan het hek van de balie vast om zich voor vallen te vrijwaren. Het volgende oogenblik werd er een krachtige arm om haar heen geslagen, die haar ondersteunde, de arm van den man wiens edelmoedige lielde zich thans deed gelden. George Taxter zag in haar angstig, bleek, ge spannen gelaat en toen naar dat van zijn onge- lukkigen medeminnaar. Frank Anson's lippen trilden. Zorg voor haar, zei hij. Er spreidde zich een donkerroode gloed over George Taxters gelaat, terwijl hij in antwoord op deze smeekbede boog. Toen hij naar beneden zag, merkte hij dat eenige bloemen, die Madeline gedragen had, op den grond gevallen waren. Hij raapte ze op en reikte ze door eene plotselinge edele ingeving den gevan gene over. Dank 1 Ik zal deze vriendelijkheid niet ver geten gedurende den korten tijd, die mij nog te leven overblijft, zei Frank Anson. Toen werd hij weggevoerd en George Taxter geleidde Madeline naar buiten. HOOFDSTUK XXI. Eene ontdekking. Miss Blake kwam naar voren en bood hare hulp aan ze had, naar het scheen, den tijd kun nen vinden het verhoor bij te wonen dien middag. Doch hare hulp werd geweigerd en ze had de vernedering den eigenaar van den molen met miss Harvey en mr. Tom Addington haar neef, in lord Melbury's rijtuig weg te zien rijden. Vroeg in den volgenden morgen ontving lady Melbury een telegram. Het was vansirEamund afkomstig. Hij verzocht haar hem een bezoek op Holcombe Park te komen brengen. Hij was den vorigen avond van Yorkshire teruggekeerd. Lady Melbury verbleekte op het lezen van dit verzoek. Ze kon er niet ellendiger uitzien, want gedurende de laatste drie dagen was haar gelaat vreeselijk veranderd. Voor zich te gaan kleeden opende ze een fleschje en goot een gedeelte van den inhoud in een glas en dronk het op om hare zenuwen tot bedaren brengen. Doch het beven harer witte hand en de onze kerheid van haren mond bewezen voldoende indien er bewijs noodig was, dat deze methode o in zenuwen tot bedaren te brengen, niet de juiste was. Anderhalf uur later stapte ze voor de deur van Holcombe Park haar rijtuig uit. Sir Edmund Anson bevond zich in de biblio theek en daarheen werd ze geleid. Bij het zien van den beroemden rechter schrikte ze. Ze had verwacht hem veranderd te zien zeker, doch zóó veranderd, neen! Nu, als tevo ren, had hij als model kunnen dienen voor een standbeeld der gerechtigheid, doch in dit uur had de koude ongevoeligheid iets afschuwelijks voor de ziel der toeschouwster. Het was gelijk een steen, vreeselijk, wanhopig; de uitdrukking zijner gelaatstrekken was zulk eene als lady Melbury nooit te voren gezien had en ongaarne weer op een menschengelaat zou willen aanschouwen. Het haar, dat zoo schilder achtig om de slapen hing, was sneeuwwit. Dolly Op het hooren van dien vertrouwelijken naam schudde ze ze zou niet hebben kunnen zeggen waarom. Ilij stond op en kwam haar met onzekeren tred tegemoet. Dolly, ik ga mijzelf aangeven! Ik moet de waarheid vertellen. Ik kan hem niet laten sterven. Edmund Ik moet! ik moet! Ik heb er al deze dagen over gedacht. Ik heb in angst verkeerd in zulk een angst als niemand anders dan een schuldige verkeeren kan. Ik kan hem niet laten sterven Ik durf niet. Het zou nog erger zijn de moord op Talboten Rosamund slaat mij yan uit den hemel gade. Wat zal ze van mij denken, als ik haar zoon ons eenig kind een schandelijken dood laat sterven voor eene misdaad, welke de mijne is. Edmund, denk aan u zelf. De dooden zijn dood en weten gelukkig niets! Ge hebt te kiezen tusschen uw leven en het zijne. Hij bedroog u. Hij leidde een slecht leven, hij heeft het geheim estolen en verkocht een schandelijke eerlooze aad terwijl gij eerbaar zijt en voor de wereld een grooten naam hebt. Wilt ge de achting der menschen opofferen. Ge zegt dat het in een oogenblik van drift is geschied, dat ge onwetend den trekker aanraakte, dat het geen moord was met vooi bedachten rade. Hij hief zijne hand op om haar te doen zwij gen. Breng mij niet in verzoeking, Dolly, Breng mij niet in verzoeking, mijne ziel te ver liezen. Ik was het en niet mijn zoon, die den moord bedreef. De dooden zijn niet dood, Dolly. Ze leven voort en zien alles Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1896 | | pagina 2