Nummer 101. Donderdag 23 December 1897. 20e Jaargang „Echo van het Zuiden", I Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ANTOON TIELEN, Nieuwjaais-Advertentien, OBJECTIVITEIT,. ANTOON TIELEN, Abonneert u thans op de U 1 T G Jfi V Jö K Waalwijk. UITGEVER liet meest gelezen blad in Waalwijk en omstreken en de geheele Langstraat. Wie zich nu abonneert, ontvangt: lo. De deze maand verschijnende nummers gratis 2o. Een nettendoeimatigen wandkalender voor 1898; 80. Heeft nog recht op de piemievoor 30 centsbestaande in 1 Portret van H. M. de Koningin en 1 Portret van H. M. de Regentes, grootte 78 x 13 cM. OE Eene landkaart van Nederland (met plan van Droogmaking der Zuiderzee). Grootte 85 X 71 cM. 4o. Hij die zich abonneert en hij die een abonné aanwerft, krijgt cadeau, een zeer boeiende belangwekkende roman ,/De armband met den Karbonkelsteen of De geheimzinnige moord." z/De Echo van het Zuiden7' verschijnt 2 maal per week, Zaterdags in twee bladen bevat belangrijke hoofdartikelsboeiende feuilletons, buiten- en binnenlandsch nieuws en vooral dat van Waalwijk en omstreken aardig mengelwerk de voornaamste markten huidenberichten enz. enz. Geeft alt premie een prachtig Geïllustreerd Zondagsbladmeestal in twee bladenmet prachtige platen en belangwekkende verhalen; en kost slechts per kwartaal: f 1,franco per post f 1,15. Met Zondagsblad 1,30; u 1521/2. Men abonneere zich dus op dit bladen bezorge spoedig het volgend biljet aan ons bureau INTEEKENBILJET. De ondergeteekende abonneert zich op de //Echo van het Zuiden", uitge ver ANTOON TIELEN, Zondagsblad. Met het oog op het gyfBir a. s. KERSTFEEST, zal het volgend nummer VRIJ DAG A VOND verschijnen Advertentiën voor dat blad be stemd, worden dien dag uiterlijk tot 12 uur 's middags, ingewacht. Evenals andere ja ren zal ook nu we derom in ons nummer van 1 Januari aanstaande, gelegenheid bestaan tot het plaatsen van tegen den prijs van 30 cent. Vanaf HEDEN tot VRIJDAG 31 December, 's middags 12 uur, kan de inzending geschieden. De Redactie. Gaarne zouden wij een ander woord bo ven dit opstel hebben geplaatst, een van Dietschen &tam en onverbasterd, waarmede niettemin juist wordt uitgedrukt wat wij zeggen willen. Maar niet ieder vindt wat hij zoekt ons althans is het niet gelukt en als de vriendelijke lezer de naspo ring wil voortzetten, 't zal ons aangenaam wezen zijn ontdekking aan te kondigen als een taalkundige vondst van groote waarde. Objectief is hetgeen uitsluitend betrekking heeft op het object, de zaak, eene zuivere afspiegeling. Er wordt beweerd dat twee menschen betzelfde ding niet op gelijke wijzen zien, omdat hunne oogen verschillen; en verder dat, al bestond dit verschil niet, toch het beeld, hetwelk in de ziel wordt overgebracht, bij den een niet volkomen weergeeft wat een ander er van heeft ont vangen. Oorzaak is, dat die ziel niet is een volmaakt effen oppervlakte, waarin geen enkele lichtstiaal workt gebroken; integen deel, zij vertoont rimpels en ruwheden, haar oppervlakte draagt de duidelijke sporen van vroegere beelden, die indrukken en daar onder vele onuitwischbare, gemaakt hebben. In hoeverre dit waar mag zijn ten op zichte van stoffelijke voorwerpen, welker grenzen men bepalen, welker kleuren men met andere vergelijken kan, zullen we buiten bespreking laten; we willen liever de aan dacht vestigen op het beeld, dat gevormd wordt van de ontastbare dingen en waaraan we gewoon zijn den naam van oordeel te geven Op de vraag: Wannner is een oordeel juist? heeft ieder waarschijnlijk het ant woord gereed; het zal luiden: Als het over eenkomt met de werkelijkheid Maar daar mede komen wij niet heel veel verder, want wie zal uitspraak doen over het bestaan dier overeenkomstWaaraan is zij te toetsen Indien het hoogst eenvoudige, voor de hand liggende en dagelijks voorkomende zaken betreft, dan is het vaststellen van de juist heid niet moeielijk, en in verreweg de meeste gevallen zal ons oordeel of ouze meening gelijk, althans nagenoeg gelijk zijn aan die van alle andere menschen. Doch er zijn tal van omstandigheden, van verwikkelingen, van toestanden, die toch binnen den kring onzer gewone waarnemingen vallen, en even wel tot veel verschil van opvatting aanlei ding geven, dat wil zeggen, die we lang niet allen met hetzelfde oog bekijken, en waarvan de ziel niet een onveranderlijke, bij allen vaststaande voorstelling verkrijgt. Het oordeel is dan niet objectief, alleen afhankelijk van het voorwerp, maar subjec tief, dat is verband houdende met de persoonlijkheid vau hem of haar die het velt. Dat gemis van objectiviteit ontdekken wij reeds bij het bespreken van zaken, waar wijzelven geheel buiten staan. Twee perso nen zullen hun meening zeggen over de oorzaken van den hedendaagschen toestand in Oostenrijk, en tot zeer tegenstrijdige con- clusiën komen de een zegt, dut de Duitsch- liberalen strijden voor de zaak der bescha ving, die door de overheersching van de Czechische en Poolsche elementen ernstig zou worden bedreigd, de andere bepleit het goed recht van de nationaliteiten, door de Duitschers van haar politieke zelfstandigheid beroofd, en bij wie thans de begeerte is ontwaakt om te hernemen wat zij vroeger hebben bezeten. Hier komen dus sympathieën in het spel, waarvan dikwijls de oorsprong moeielijk is 11a te gaan. In een conflict, dat wij als belangstellende toeschouwers, maar niet als direct belanghebbenden, zich zien ontwikkelen, kiezen we toch partij, en daar naar richten wij ook de beoordeeling van de handelingen, die de geschiedenis van dezen rasseustrijd vormen. Hetzelfde verschijnsel deed zich voor gedurende de maand van den Grieksch-Turkschen oorloghet weer spiegelde zich in onze couranten, organen van de publieke meening, waarvan het een hoog opgaf van het Turksch wanbeheer, dat duidelijk heette in het licht te zijn getreden bij de oogluikende toelating der Armenische gruwelen, het ander hield staande dat de onhebbelijkheid der Armeniërs en Cretenzen de oorzaak was van alles. Nog sterker kwam dit uit in Engeland, waar de eene politieke partij, die eenmaal Gladstone tot haar hoofd en bij deze gelegenheid tot haar woordvoer der had, geen smaadwoorden te scherp achtte om ze over des sultans schedel uit te stor ten. Terwijl de Regeeringspartij het oor deel van Bismarck onderschreef dat de eenige fatsoenlijke lieden in Oost-Europa de Turken zijn. Zoo gaat het met de beoordeeling van de feiten uit de hedendaagscbe geschiedenis met die van het verleden is het gewoonlijk weinig anders. Niemand beziet ze met het ongewapend oog of door zuiver witte glazen. Objectieve historieschrijvers zijn zeldzaam, en wij, die op hun kompas zeilen, en daar bij nog, naar gelang onze eigene begrippen op politiek, godsdienstig of sociaal gebied de ktuze bepalen, hebben alle reden om onze meening niet dan onder nadrukkelijk voor behoud als //de waarheid" te beschouwen. Is objectiviteit reeds uiterst moeielijk, in zaken, bij welke wij geen persoonlijk belang hebben, nog veel vaker blijft zij op grooten afstand zoodra wij er zeiven rechtstreeks bij zijn betrokken. En hier ligt de grondoorzaak van zooveel strijd als wij te voeren hebben op elk gebied. Wij hebben, of geven voor te hebben zekere beginselen, en "bedoelden d;iar eigenlijk mede zekere vastgewasrtelde meeniïugeD, waaraan al hetgeen ons voorkomt wordt getoetst en on dergeschikt gemaakt. Zij zijn als het gekleurde licht, in welks onvertrouwbaar schijnsel we de dingen beschouwen, en dan verklaren we boudweg Zóó zien zij er uit, en ieder, die er een anderen blik op heeft, ziet verkeerd. Van de meeste vraagstukken, die jn het tijd perk van de begrootingsdiscussiëu in onze Volksvertegenwoordiging ter sprake komen, springt de subjectiviteit dergenen, die er hun meening van zeggen en op de beslissing invloed uitoefenen, duidelijk in liet oog de voorbeel den liggen voor het grijpen. Wauneer we nu de argumenten pro en contra nauwkeurig na gaan, dan ontdekken we spoedig hoezeer het partijbelang, het belang of een der belangen van het district welks kiezers over het man daat van den spreker beschikken, een invloed doen gelden die, bij een objectieve behandeling der zaak, achterwege moest blijven. Verre zij het van ons, hier aan gemis van goede trouw te denken. Men spreekt en stemt naar zijn overtuiging, daar gaat niets af; maar die overtuiging wordt niet verkregen dooreen volkomen onafhankelijke beschouwing van de zaak op zichzehe, zij was er al vóór het onderzoek eigenlijk eerst begon. Vandaar ook, dat we zoo weinig luisteren naar en gevolg geven aan de beweringen dergenen, die het niet met ons eens zijn. Er wordt, op de tallooze vergaderingen, waarin we ons beijveren het welzijn onzer medemenschen te behartigen, schrikbarend veel gedebatteerd we beginnen in dat opzicht eenigszins te gelijken op de Batakkers, die ook heele dageu kunnen bijeenzijn en rede kavelen over een ding, dat in een half uur afgehandeld kon worden. Maar heeft al dat gepraat het gevolg, dat tegenstanders in voor standers worden veranderd of omgekeerd Dut zal maar hoogst zelden gebeuren in den regel zijn wij met ons oordeel reeds klaar, vóór wij ter vergadering komen, en niets is in staat, ons daar af te brengen. De eenige hoop van den weisprekenden redenaar is, dat er onder zijn toehoorders zullen zijn, die over de quaestie, die aan de orde is, nog niet hebben gedacht, en om dezen te vangen is het dan eigenlijk te doen. Doch al gelukt dit, dan is het nog een bewijs voor onze bewering, dat de echte objectiviteit ontbreekt, want de redenaar, naar welks zijde de „kleurlooze middenstof" zal getint worden, is niet degeen, die de krachtigste bewijsgronden in het debat brengt, maar die de volzinnen het mooist weet te schikken en door stem en gebaar het krach tigst weet te imponeeren. We vragen u, wat heeft de zaak zelve eigenlijk te maken met het meerder of minder talent des verde digers Het is ook daarom, dat wij de rechtspraak door middel van jury's zoo bedenkelijk achten. De welsprekendheid van een persoon heeft bij haar te veel invloed op het oordeel over een zaak. In de sociale beweging onzer dagen merken wij eenzelfde verschijnsel op. Het is geen zeldzaamheid, in een volksvergadering luide te hooren klagen over den druk, waaronder de arbeidende klassen gebukt gaan, en dat deze grief niet denkbeeldig is, moeten we met veel leedwezen erkennen, hoewel het naar onze meening niet eerlijk is, te beweren dat zij overal en onder alle omstandigheden geldt. Er zijn, ook onder onze werklieden, groote verschillen van toestanden. Doch wanneer het geschiedt, dat eenige van die personen, die de klacht mede doen hooren zelf in de klasse der werkgevers worden op- en Uiigslraalsclw Courant Dit Bind verschijnt Woensdag en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden f 1, Franco per post door het geheele rijk f 1,25. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgevtr Advertentiën 1 7 regels f0,60; daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsraimte. Advertentiën 3maal ter plaatsing opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch- land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van Adolï Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Woonplaats Naam "J■rnryJi.y.r».T.OTPEWM^^

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1897 | | pagina 1