Nummer4. Donderdag 13 Januari 1898. 21e Jaargang.
s oegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
I
Abonné's, Leest dit SiV.pl.!
H. M. Koningin Wilhelmina
H, M. de uui„!igii,-.,üguiubo,
lel jongste Schooibesiuif
ANTOON TI ELEN
Landkaart van Nederland
Staatkundig overzicht.
UITGEVER
Waalwijk.
PORTRETTEN
De Echo van het Zuiden,
aaityisdia en Liinplrantsche Courant
Dit Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond.
Abonneme'ntsprij s per 3 maanden 1' 1,—.
Franco per post door liet gehcele rijk f 1,75.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever
Advertentie* 1-7 regels f0,60; daarboven 8 "cent per regel,
gioote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3maal ter plaatsing
opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch
land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van
Apple Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel
Uitsluitend voor de abonné's op dit blad
heeft de uitgever voor slechts 30 cents
verkrijgbaar gesteld de naar de laatste pho-
tografieën vervaardigde
van
Deze platen zijn keurig afgewerkt en
hebben eene afmeting van 78 X 63 cM.
Men gelieve deze platen tegen afgifte van
den Bonvoorkomende op de vierde pagina
van dit bladaan ons Bureau af te halen;
franco per postzending wordt 15 cents
extra voor porto en emballage berekend.
Ook de naar den laatsten tijd bijgewerkte
met plan van de Droogmaking der Zuider
zee, groot 85x71 cM„ bieden wij onzen
abonné's tot 1 Januari nog tegen 30 cents,
franco per post voor 35 cents aan.
De Administratie.
Door Dr. SCHAEPMAN.
Het Koninklijk Besluit, dat een naderen
maatregel bevat ten opzichte van het aantal
onderwijzers, gevorderd op bizondere scholen,
die aanspraak maken op Rijkssubsidie, luidt
aldus
„Voor de bizondere scholen, die over 1893,
1894 1895 en 1896 genoten hebben de
rijksbijdrage, bedoeld in art. 54bis der wet
op het Lag.'r Onderwijs, en ook over 1897
voor die rijksbijdrage in aanmerking komen,
is, indien zij op 1 Januari 1898 niet vol
doen aau de voorschriften van art. 2 van
het Kon. Besluit van 18 April 1890, Stbl.
no 64, voor zoover zij ook over 1898 aan
spraak maken op een rijksbijdrage gedurende
dat jaar, de naleving dier voorschriften niet
verplichtend, mits
lo. het aantal kinderen, hetwelk op 15
Januari 1894 als werkelijk schoolgaande be
kend stondsedert die dagteekening niet is
of wordt vermeerderd in zoodanige mate
dat daardoor vermeerdering van het aantal
onderwijzers gevorderd wordt, zonder dat in
deze vermeerdering is voorzien
2o. het verschil tusschen het volgens bo
vengenoemde voorschriften gevorderde en
het aan de school verbonden aantal onder
wijzers niet meer dan één bedrage het aantal
kinderen liet cijfer, waarvoor het aanwezige
getal onderwijzers voldoende is, met niet
meer dan twintig overschrijde en
3o het aantal onderwijzers, op het tijdstip
van het iu werking treden van het tegen
woordige besluit aan elke dier scholen ver
bonden, niet worde verminderd./'
Hierbij valt liet volgende aan te teekenen:
lo. De scholenvoor welke men van
deze vrijstelling gebruik wil maken, moeten
zijn opgericht voor December 1893.
2o. Het aantal kinderen op die scholen
mag na 15 Januari 1894, niet in zoodanige
mate zijn vermeerderd, dat door die ver
meerdering behalve de reeds ontbrekende
onderwijzer, nog een nieuwe ontbreken ging.
•3o. Het aantal kinderen mag het cijfer,
waarvoor liet aanwezige getal onderwijzers
voldoende is, met niet meer dan twintig
overschrijden.
In cijfers overgebracht luidt dit laatste
aldus
•bioo rP
Het is dringendnoodig dat op deze cijfers
zeer slipt worde gelet bij het opmaken van
de lijst der op 15 Januari als werkelijk
schoolgaand bekend staande kinderen.
Een overschrijding van de genoemde cijfers
zou het verlies van het subsidie ten gevolge
hebben.
Het is niet overbodig hi r nog eens op te
merken dat alleen door stipte voldoening
aan de bepalingen en aan al de bepalingen
der wet en der op de wet berustende be
sluiten het behoud der Rijksbijdragen ver
zekerd is. In de beslissing over te dien
opzichte gerezen geschillen kan alleen het
recht uitspraak doen. De billijkheid, ook
vergezelschapt van onderwijsverbetering, heeft
hier geen woord mede te spreken. Geen
rechtsspraak administratieve of andere, kan
hierin iets veranderen. Ook behoort men
niet te vergeten, dat de Algemeene Reken
kamer op al deze uitgaven toezicht houdt
en dat hare instructie haar geen geringe
macht verleent.
Nog herhaal ik hier wat ik reeds vroeger
heb uitgesproken de in geschillen gevallen
beslissingen komen mij voor onaantastbaar
te zijn. Door wie ook genomen en onder
welke omstandigheden ookhard als zij
dikwijls luiden, zij zijn rechtvaardig.
Van onze zijde geldt het hier eenvoudig:
stipt toezien en niets verzuimen.
(CENTRUM.)
De bladen in Groot-Brittannië zorgen er
voor dat er weik aan den winkel blijft 't
Heeft er den* schijn van alsof de eene helft
der Engelsche pers de leverantie heeft aan
genomen van belangwekkend en opzienbarend
nieuws en de andere helft het monopolie der
loocheningen en rectificatiën heeft. Dat gaat
uu reeds dagen en weken lang om beurten
met onvcrmiuderdeu ijver en het zeer dank
bare onderwerp is de staat van zaken in het
Uite.ste Oosten.
Het laatste nieuws van Engelsche herkomst
is de vorming van een Japansch eskader,
bestaande uit drie pantserschepen, tien krui
sers eerste klasse en nog tal van audere
vaartuigen, alsmede een aantal torpedo's, welke
scheepsmacht zich zou hebben moeten stellen
ter beschikking van den Euhelsche vice-ad-
miraal een mededeeling, die, wanneer
zij juist was, aan het samengaan tusschen
Japan en Engeland geen twijfel meer zou
laten.
Voorts heet 't dat Engeland alles in 't
werk stelt om China over te halen tot open
stelling van al zijn havens voor den Euro-
peeschen handel en tot invoering vau her
vormingen op administratief en financieel
gebied een en ander onder de hoede
en met medewerking van John Buil zeiven.
Nogal sensatie is gewekt door het bericht,
dat een Engelsch „vliegend eskader" in wor
ding was, doch heel lang heeft de ontroering
niet geduurd de loochening volgde Zaterdag
reeds.
Nu heet 't, dat de Engelsche gezant te
Petersburg, die te Londen langen tijd in
conferentie is geweest met lord Salisbury,
ijlings is teruggekeerd op zijn post na
tuurlijk staan de ruggespraak en de over
haaste terugkeer beide in verband met
China.
Terwijl uit Berlijn wordt gemeld, dat de
rijkskanselier eerstdaags aan de wetgevende
lichamen ter goedkeuring zal voorleggen een
supplementair krediet in verband met de
„inpacht" neming der golf van Kiaotschau,
wordt uit het bezette gebied zelf allerlei
gemeld dat de Duitschers in 't bijzonder zal
interesseeren.
In een proclamatie van admiraal Diederichs
wordt der bevolking van het gebied onder
Duitschlands gezag bevolen te gehoorzamen
aan de mandarijnen gouverneur Tschu en
brigade-generaal Tsai, welke Beide hoog-
waardigheidsbekleders in de Heimath de
doodgewone christelijke namen Stubenrauch
en Zeye voeren en kapitein ter zee van hun
beroep zijn
't Schijnt vrij frisch te zijn aan de golf
van Kiaotschau de vice-admiraal van het
Duitsche eskader heeft het gezantschap van
Japan opgedragen den aankoop van warme
kleedingstukken.
De groote gerustheid, waarmede de Engel-
schen troepen uit verschillende plaatsen trek
ken, om ze naar Egypte te zenden, heeft de
aandacht getrokken van het Journal des
Débais, waarin het volgende wordt gezegd:
>>Engcljna stuurt nieuwe troepen naar Egypte,
waardoor de sterkte van het bezettingsleger
daar op 10.000 man wordt gebracht, en het
laat troepen komen van Malta, Gibraltar,
Engeland en Indië. Het zendt, dat vergete
men niet, geen enkel schip ter versterking
van zijn eskader iu de Chineesche wateren.
Welke conclusie moet men daaruit trekken
Op het oogeublik, waarop aller oogen zijn
gevestigd op het Verre Oosten, bereidt
Groot-Bnttanje zich voor op een expeditie
naar Soedan, welke, volgens de gemaakte
toebereidselen, van veel ernstiger aard is
dan een eenvoudige defensieve expeditie
welke thans georganiseerd wordt en waarvan'
het doel Khartoem is, en misschien het
gansche dal van den Boven-Nijl. En dat
op een oogenblik, waarop in China zijn po
litieke en handelsbelangen kunnen bed'eigd
worden5
Men moet toegeven, dat, wanneer Groot-
Brittannië zich in een avontuur werpt als dat
van Soedan, het volkomen gerust moet zijn
over hetgeen er in China gebeurt. En als het
gerust is, dan is het dat, omdat het of ge
ruststellende verklaringen van Duitschland
heeft ontvangen, öf aau Duitschland carte
blanche te Kiaotschau heeft gegeven in ruil
voor een welwillende neutraliteit in Egypte
en Soedan van de zijde van Duitschland, of
eindelijk, omdat Groot-Brittannie voor een
bepaald doel een verbond heeft gesloten met
Japan, dat de aanzienlijkste mogendheid in
het Verre Oosten is, zoowel van een moreel
als militair standpunt.
Het is niet waarschijnlijk, dat Engeland
zich op dit oogenblik in dezen oorlog met
Soedan zou gestort hebben, wanneer het niet
overtuigd was, dat zijn belangen in China
uu stekend bewaakt worden, hetzij door een
geruststellende verzekering van Duitschland
hetzij door een verbond met Japan,
Terwijl Frankrijk van Toulon 'uit een
nieuwen kruiser naar Oost-Azië heelt gezonden
en der regeeriug van Italië het voornemen
wordt toegedicht niet minder dan twee pant
serschepen en twee kruisers uit te zenden
wordt ten aanzien van de verhouding tusschen
Duitschlaud en Rusland ten aanzien van China
gemeld, dat Duitschland's regeering te Peters
burg alleen vriendschappelijk heeft kennis
gegeven van haar plan tot bezetting der golf
en dat keizer Wilhelm tegenover czaar Alex
ander reeds te Petersburg de mogelijkheid
heeft betoogd van de bezetting van Kiao-
tchau.
De regeering van Spanje acht 't voor haar
prestige blijkbaar noodzakelijk de zaak-Weyler
niet in *t zand te doen verloopen, de onbe
schaamdheid van den ex-gouverneur-generaal
van Kuba althans niet ongewroken te laten.
Zoo is dan op instructie van den minister
van oorlog generaal Correo, de kapitejn-gene-
raal van Madrid overgegaan tot de benoeming
van een rechter van instructie in de zaak.
Generaal Pacheco is als zoodanig uitverkoren
en Weyler zal te Madrid moeten terugkeeren
om te antwoorden op de tegen hem inge
brachte beschuldigingen van zuiver militairen
aard, welk karakter een vervolging mogelijk
maakt, ook zonder dat de Senaat de immu
niteit van het medelid Weyler tijdelijk heeft
opgeheven.
Erkend is door het Hooge Militaire Ge
rechtshof dat Weyler zich heeft schuldig
gemaakt aau een delict. Deze beslissing
genomen met algemeene stemmen, overeen
komstig de rapporten des procureur-generaals
maakt een nader onderzoek noodig° en dus
is Weyler's verschijning voor den krijgsraad
waarschijnlijk.