'"büHenland™
Staatkundig overzicht.
Frankrijk.
Duitschland.
Zwitserland.
Italië.
Britsch-indie.
A merika.
BINNENLAND.
aan een //geleidelijke7' ontwikkelingniet
wel eeDS schromen zich aan koud water te
zullen branden. Van de lieden, die binnen
een tijdperk van vijftig jaren, tusschen het
uitzeilen van Heem-kerk en Barendsz en
den vrede van Munster, de vlag onzer re
publiek over alle zeeën, van pool tot pool
gevoerd en hun handelsstations overal ge
vestigd en duchtig verzekerd hadden,
van hen werd gezegd dat zij, wanneer er
wat te verdienen viel, naar de hel zouden
varen, al wisten zij te voren dat hun zeilen
zouden verzengen. De hedendaagsche Ne
derlander is bedachtzamer; en stellig zou
hij indien er van zulk een tocht sprake
mocht zijn, een stoomspuit vooruit sturen.
In onze dagen wordt gewezen op de aller
dringendste noodzakelijkheid om bijv. een
rijke kolonie als Suriname te doen beant
woorden aan haar bestemming door ontwik
keling en benuttigiug van haar bronnen van
welvaartzoo spoedig mogelijk, vooral nu
het uitzicht bestaat dat vreemden zich van
lieverlede van die bronnen en iu elk geval
van de leiding eener toekomstige exploitatie
meester zullen maken. De menschen van
vóór driehonderd jaar zouden er heengetrok
ken zijn op goed geluk, de gevaren niet
tellende; wetende, dat velen hunner bij den
strijd tegen ongunstige invloeden van ver
schillenden aard het leven zouden inschieten,
inaar zonder zich door deze waarschijnlijk
heidskansen te laten afschrikken. Want als
eenmaal de emoties van het onbekende en
het onvoorziene, de afkeer van het alledaag-
sche eentonigheid en van de vervelende op
volging van dezelfde afgepaste kleinigheden
de lieden opjaagt uit de indommeling der
kalinte-liefde, dan vliegen zij er op in
en worden baaubrekers. Het uitrekenen van
gevaarskansen laten zij over aan degenen
die er tijd en lust voor hebben.
Er is, in de menschelijke natuur, een zeer
sterke begeerte naar de aandoeningen, door
verandering teweeggebracht, een even sterke
afkeer van eentonigheid, en er bestaan,
in elke taal, tal van spreekwoorden en
zegswijzen, die dat uitdrukken. Wij hebben
om waarlijk te leven opwekkingen, zelfs be
roeringen noodig, en van welken aard deze
zijn, beslist voor een groot deel over onze
geschiktheid voor het maatschappelijk leven
en voor persoonlijk geluk.
Die begeerte aan den eeuen, dien afber
aan den anderen kant, kunnen we vermin
deren, verslappen, verdooven zelfs. Den
slinger van het uurwerk onzes innerlijken
levens kunnen we, door er al inaar aan te
trekken, zóó lang maken, dat hij zich ein
delijk heel traag heen en weer beweegt.
Wie zich verdiept in zeker behagelijk gevoel,
dat aan de kalmte stellig eigen is, onder
gaat een zedelijke zelftraining in een andere
richting dan die der beweging, en komt op
die manier een stapje dichter bij het ideaal,
voorgesteld door den Indischen pilaar-heilige.
Is eenmaal dat proces begonnen, dan behoeft
men zich geen groote moeite te geven om
het tot voltooiing te zien komen er zijn
menschen geweest die, zoo gezond als een
visch, zich in het hoofd haalden, dat zij
verstandig zouden doen met de rest hunner
levensdagen in bed door te brengen. Zij
deden al zoo en bevonden er zich oogeuschijn-
lijk goed bij.
Maar och, wat zal de polsslag van het
zieleleven van die ongelukkigeu flauw zijn
geweest Hoe onmerkbaar klein het nacht-
pitje van hun bestaan En zoo zijn er nog,
om ons heen, tal van uiterst kalmte mensch-
jes zo> leven wel niet in bed, maar t scheelt
zoo heel veel niet; men kan ze nooit eens
zien opbruisen, zelfs niet uit hun plooi
komen. Een schelpslak geraakt soms nog
onder buitengewone omstandigheden, die haar
nopen kunnen kop en voelhorens met zekere
pressie uit haar huisje te steken; onder onze
natuurgenooten zijn er, waar heelemaal geen
beweging in te krijgen is. Ja, natuurlijk
wel wat het uitwendige, wat hun armen en
beenen en verdere aanhangsels betreft, en
het gebeurt soms wel, dat zij schijnbaar tot
de bewegelijke elementen in onze samen
leving behooren maar in hun ziel is het
zoo vlak als een kolfbaan en rimpelloos als
een moeras. Er leeft niet in hen de drang
om te leven, otn iets te zijn, en iets te
doen dat vreugd geeft omdat men weet dat
er een doel mee is bereikt, de behoefte
om de banden van traagheid te verbreken,
zich te storten in den woelenden maatschap-
pelijken stroom en daar op to duiken de op
den bodem liggende parels van het geluk,
dat hooger en glansrijker is dan het vol-
coen aan dierlijke behoeften.
Stelt u voor een reuzenslang, neder-
ggende in de slijkerige en beschaduwde
diepte van het ravijn. Zij heeft zich pas de
maag gevuld, en goed ook; nu ligt ze daar,
voor cenige maanden gewaarborgd in het
bezit eener ongestoorde kalmte. Hoog boven
haar zweeft de vogel, de wieken reppende
in stoute vlucht, en ijverig uitziend naar
voedsel voor haar jongen. De slang is niet
geheel vreemd aan philosophisch denken,
daar is tijd voor noodig, en dien heeft zij
in overvloed. yArui dier, - oordeelt zij
wat moet jij je toch afsloven!"
Ook op dit gebied zijn al weer dingen,
die men ziet, andere, die men niet ziet,
en vergelijking is eerst mogelijk bij zeer
diepgaande aanschouwing. Die strevers en
worstelaars, die met een kapmes in de hand
zich een weg moeten banen door de schier
ondoordringbare wouden des levens, och,
het is niet onverklaarbaar, dat zij nu en
dan een benijdenden blik slaan op anderen,
die er heel kalmpjes bij blijven zitten en iu
een draagstoel op willige schouders langs
heel geschikte wandelpaden worden voortge
stuwd, maar wie zul durveu zeggen, dat
de levensinhoud, dien wij voor het geluk
onmisbaar achten, aan den kant is waar
geen strijd ooit een overwinning heeft voor
bereid
De beweging onder de boeren in Honga
rije, waarmede de iegeering eerst gespeeld
heeft, is in den laatsten tijd zeer in omvang
toegenomen en heeft tevens een ernstig ka
rakter gekregen. Evenals in Italië moeten
die onlusten toegeschreven worden aan de
armoede, het gevolg van den slechten oogst
van het verloopen jaar: de broodprijzen zijn
onverwachts opgeslagen, het werk ontbreekt
en de boeren hebben schier aan alles gebrek.
De regeering zal onverwijld in de meest
geteisterde streken voor ongeveer twee mil-
lioen florijnen openbare wei ken laten uitvoe
ren, doch deze maatregelen kunnen slechts
tijdelijk eenige verlichting brengen. Er moeten
nog verscheidene maanden vóór den nieuwen
oogst verloopen waarbij de bevolking een
voióoend loon zal kunnen vinden en in af
wachting daarvan vinden de socialisten eu
communisten er een dankbaar terrein voor
hun leerstellingen. Vandaar de geduchte
agrarische beweging, welke zich met verba
zende snelheid over geheel Hongarije uitge
breid heelt. Geen dag gaat er om of er
komen onlusten voor en buitengewoon ernstig
is het feit, dat de boeren opstaan met de
leuze verdeeliug van den grond, weg met
de belastingen. B'oedige gevechten zijn er
reeds in enkele comitaten geleverd, de re
geering heelt de troepen cn de gendarmerie
op het platteland versterkt, doch deze zijn
nauwlijks voldoende om de orde en veiligheid
te handhaven, welke van alle kanten bedreigd
worden. Zal de regening nog andere mid
delen aauwenden om de orde 'e herstellen
Want met politiemaatregelen alleen wordt het
kwaad niet verholpen. Een der grootste
bronnen van misnoegen is de voortdurende
dwingelandij der zelfstandige autoriteiten
jegens de zwakken en „kleine luyden". Al
vorens men op een duurzame verbetering
kan rekenen moet gelijk recht ingevoerd
worden.
Wat de opstand op Cuba betieft, deze
staat nog altijd op dezelfde hoogte. Oogen-
schijolijk heeft hij nog geen terrein verloren.
De kleine gevechten, welke van tijd tot tijd
vermeld worden, loopen over 't algemeen tea
voordeele van de Spanjaarden uit, doch het
ïeseltaat blijft steeds beperkt tot eenige
gedoode of gewonde manschappen en van
een groote overwinning of de verovering van
een belangrijk punt hoort men nooit iels.
En toch het droge seizoen, dat alleen voor
de krijgsbewegingen en marschen geschikt is,
loopt ten einde over enkele weken zullen de
jaarlijksche regens feitelijk stilstand brengen
in de pacificatie door de wapenen, Wellicht
rekent maarschalk Blanco op deze soort
wapenstilstand om door in stilte gevoerde
onderhandelingen de onderwerping der op
roerige Cubanen te verkrijgen, doch de
vergeefsche pogingen, die reeds vroeger i 1
deze richting zijn aangewend, doen ook thans
geen gunstigen uitslag verwachten. Een voor
de Spanjaarden gunstige omstandigheid is
echter, dat in het kamp der opstandelingen
zelf oneenigheid bestaat. Tusschen blanken
en negers is het leven naar het schijnt, on
houdbaar geworden. De eersten haten de
zwarten, die hunnerzijds de blanken als voor
den krijsdienst ongeschikte „letterkundigen"
beschouwen.
De Niger-quaestie bedreigt de goede re-
lat ien tusschen Engeland en Frankrijk een
Britsche troepenmacht heeft dezer dagen een
punt, Borea genaamdbezet en Frankrijk
beweert dat dit punt op het aan zijn gezag
«nderworpeu gebied ligt. Een bevel aan den
inlandschen vorst om de Britsche vlag in ie
halen, baatte niet en nu rukken twee Fransche
expedities op Sokoto aan. Zes officieren en
200 raan zijn reeds aangekcmen te Argungu
en Jagha. halverwege tusschen den Niger en
de stad Sokoto. De sultan van Sokoto heeft
aan de Franschet) bevel gezonden, op veertig
mijlen van de hoofdstad halt te houden.
Wallace, de agent van de Niger Company,
houdt de strijdmacht der compagnie met
munitie en proviand gereed om den sultan
ter hulp te snellen en de ontruiming van
het Engelsche gebied door de Franschen te
eischen. Hij wacht echter eerst instructies af.
«De Chineesche regeering heeft beloofd,
alle binnenlandsche wateren voor de stoom
vaart te openen, hetzij de stoombooten eigen
dom van vreemdelingen of van Chineezen
zijn, onder bepalingen die later vastgesteld
zullen worden. Zoo deze overeenkomst door
die latere bepalingen niet beperkt wordt
geeft ze reden lol tevredenheid en belooft
ze een groole ontwikkeling te zullen geven
aan den vreemden handel. De overeenkomst
treedt binnen vier maanden in werking.
China heelt zich verbonden: binnen twee
jaar een tractaathaven in Hoc-nan te openen.
De Chineesche regeering stelt Jo-tsjou als
die haven voor, bij de Jangtse-kiang, aan de
grens van de provincie Gelisen. Het Tsoeng-
li-jamen geeft als reden voor het uitstellen
van het tijdstip van opening opdal het
cenlrale gezag voorshauds niet bij machte
is om de onmiddellijke opening van een
haven in Hoe-nan door te drijven, noch de
vreemdelingen in die provincie te beschermen..
Het bericht, dat Engeland vergunning ge
vraagd of verkregen had om den Birma-
spoorweg naar Jun-nan door te tiekken, is
ongegrond.
Te Marseille wilde een heer, die de ge
boorte van een kind kwam aangeven, het
den voornaam „Zola" geven. Het mocht
echter nietalleen historische of kalenderna-
meu mogen op den burgerlijken stand aan
genomen worden.
Gisteren heeft Rochefort voor viif dagen
zijn intrek genomen in de gevangenis Sainie-
Pélagie te Parijs. Er waren uitgebreide voor
zorg-maatregelen genomen, duizenden rnen
schen waren op de beeu om Rochefort toe
te juichen, die omstreeks vijf uur kwam
aangereden. Nadat hij de gevangenis was
binnengegaan, verspreidde de menigte zich
onder het geroep van „Leve Rochefort
„Leve de Commune 1"
Een groep van meer dan 3000 personen
trok onder aanvoering van Millevoye, Thié-
baud en Régis naar het Panthéon, scheeu-
wende „Dood aan de Joden!" Een vijftiental
peisonen werden iu hechtenis genomen, doch
later weer losgelaten, waarna de manifestanten
uiteengingen.
Het vergaan van de „Flachat". De
plaats waar de Fransche stoomboot Flachat
is vergaan, ligt aan het westelijk uiteinde van
het eiland Tener'ffe op tien mijlen van de
haven van Santa Cruz. De ramp is geschied
bij een dichten mist en zware zee, omstreeks
middernacht. Bemanning en teizigers werden
uit den slaap opgeschrikt door een forschen
stoothet schip was op een der vele onder-
zeesche rotsen gestooten en helde reeds
dadelijk naar bakboord over. Men liet de
reddingsboot aan bakboorzijde te water maar
zij werd onmiddellijk door de golven weg
geslagen. Eerst na zeven uren zwaren arbeid
slaagde men er in de reddingsboot aan stuur
boordzijde neer te laten en deze werd daarop
dadelijk door de verschrikte passagiers be
stormd. Vijftig menschen sp*ongeil in het
waterslechts zestien konden in de boot
komen. Daarvan werden er nog twee door
de zee medegesleurd, zoodat slechts veertien
zijn ge-ed, alle behoorende tot de bemanning
die tot het laatste oogenblik aan boord was
gebleven. Slechts één reiziger werd gered.
Negentig passagiers hebben den dood in de
golven gevonden.
De mist was zoo dicht, dat de vuurturen
van Kaap Anagra, die pas kort geleden is
gebouwd om de schepen op hel hoogst ge
vaarlijk water in den omstrek te wijzen, on
zichtbaar was. Vermoedelijk is dus het schip
een weinig van den rechten weg afgedwaald
en gegrepen door den stroom, die rechtstreeks
naar de rotsen 'oopt.
Een typisch tooneel uit de zaal des Pas-
Perdus in het gerechtsgebouw onder het
proces-Zola. Onder een groep manifestanten,
die: „Vive l'arméc" roepen, is een secretaris
van Poincaré, een Franschman en geen Jood,
die niet meeroept.
Waarom roep je niet mee? wordt hem
gevraagd.
O, ik heb er geen zin in, antwoordt hij.
Dan ben je een Prussien, een vuile Jood!
U vergist u, meneeren, ik ben geen Jood
en ik ben Elzasser.
Nou, ga dan terug naar je Elzas
Dat zou ik zeker doen, meneeren, als
Elzas niet verloren was door de generaals,
die gij toejuicht
Gelukkig kwam er dadelijk hulp, anders
ware de secretaris van Poincaré stellig ver
moord.
Het ongeluk in de Vereinigle Carolinen-
glückmijn te Uamm blijkt aan nog meer
menschen het leven gekost te hebben, dan
men in den beginne vreesde. Tot Zondag
avond waren honderd dertien lijken gevonden
vijf mijnwerkers worden nog vermist en twee
zijn reeds aan hunne wonden bezweken. Het
aantal dooden bedraagt dus op zijn minst
120. Het is de vreeselijkste ramp, die ooit
in het mijndistrict Bochum is voorgekomen.
De schok van de ontploffing was zoo ge
weldig, dat de huizen in de nabijheid op
hunne grondvesten wankelden. Dadelijk daarop
steeg een reusachtige rookzuil uit de schacht
op Onmiddellijk begon het reddingswerk
met doodsverachting boden tal van uit den
omtrek saamgestroomde mijnwerkers hulp.
De giftige dampen bemoeilijkten het weik
echter zeer. Over de oorzaak van de ramp
verkeert men in het onzekere, daar tij, die
er iets over zouden kunnen mededeelen, allen
omgekomen zijn. Misschien heeft het venti-
latietoestel, waardoor het mijngas wordt
afgevoerd, geweigerd. De lijken zijn voor het
grootste gedeelte tot onkenbaar wordens toe
verminkt en verbrand.
Te Hamburg heeft Zaterdag een groote
brand in de spiritusfabriek van Herwig voor
een kwart miilioen schade veroorzaakt. Von
ken van het vuur woeien over naar een olie-
fabriek, die ook gedeeltelijk verbrand is. Ook
hier moet de schade aanzienlijk zijn'.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag
heelt het in Oost Zwitserland zoo zwaar ge
sneeuwd. dat emstige storingen in hel verkeer
werden veroorzaakt. In Graubünden eu
Glarus b'even verscheidene treinen in de
sneeuw steken. Te Niederurnen geraakten
een man en zijn zoon ingesneeuwd. Toen
men hen voud, was de knaap dood en de
man zwaar verwond. Te Zürich zijn alle
intercommunale telefoonverbindingen, behalve
die met VVinterthllr, verbroken.
In de provincies Palermo en Girgenti
worden weder ondusten onder de noodlijdende
boereu gevreesd. Te Troina moesten de sol
daten twee salvo's lossen op de oproerige
boereD, waarvan er ettelijke gedood of gewond
werden.
Professor Cora, die den hertog der
Abruzzen op diens poolreis zal vergezellen,
is door den koning ontvangen. De reis zal
drie jaar duren, de aanstaande winter wordt
op Frans-Jozefsland doorgebracht.
Zaterdagmiddag is er te Bombay in een
pesthospitaal brand uitgebroken. Het gebouw
werd vernield. Twaalf Europeanen en acht-en
veertig inlanders, die in het hospitaal lagen,
werden er tijdig uitgehaald, maar drie inlan
ders stierven tengevolge van het overbrengen.
En zijn weer twee Europeesche ziekezusters
door de pest aangetast.
Een oufzagclijkc zeeramp.
De begrafenis der reeds gevonden twee
en twintig slachtoffers van de ramp op de
„Maine heeft gisteren plaats gehad. Kik lijk
werd na te zijn gekist, in een afzonderlijken
'lijkwagen gelegd. Er was een schat bloemen,
waarvoor in de ceiste plaats de Spaansche
marine-troepen hadden bijgedragen over de
wagens verspreid. Bloemkransen waren ook
gezonden d.or maarschalk Blanco, den Bur
gemeester van Havana, het Kubaansche gou
vernement, den consul der Vereenigde Staten
Lee, de Amerikaansche kolonie, president Mac
Kinley enz.
Alle koloniale en gemeentelijke autoriteiten,
alle consuls namen aan de plechtigheid deel.
Een enorme menschenmenigte was op de been.
De Krijguecr werd bewezen door soldaten van
de „Alphouse XII«, terwijl de garde te paard
den stoet escorteerde.
De bisschop van Havana heeft de gewon
den van de Maine» bezochtgeneraal Wood
ford ontvangt te Madrid talrijke bezoeken van
rouwbeklag.
WAALWIJK, 23 Februari 1898.
J Brand Ilötel Verwiel.
Het notel eu café „De Gouden Leeuw"
eigenares mej Wed. C. J. Verwiel, wel bekend
bij het reizend publiek en een der meest
gezochte plaatsen van bijeenkomst voor in
gezetenen en bezoekers van Waalwijk, bestaat
niet meer; 't is gisteren in vlammen opgegaan.
Tusschen 1 en 2 uur des namiddags werd
brand ontdekt op eene der bovenkamers, waar
even te voren de kachel was aangelegd. Ver
moedelijk is de brand ontstaan door het
vlamvatten der gordijnen.
Eenige heereu in 't café aanwezig
sueldfcp naar boven bluschten op die
kamer het vuur, en dachteu ook dat het
weer in orde was. Maar, o wee! buiten de
kamer gekomen zien ze dat de brand tus
schen de zoldering reeds was voor'gewoekeid-
en die heeren moesten zich haasten, wilden
ze zich redden. Het vuur breidde zich zoo
snel uiv, dat weldra het geheele bovenhuis
door het vernielende element was aaugetast.
De inmiddels toegeschoten brandweer kon
dan ook niets meer uitrichten tol behoud
van het gebouwmaar moest zich bepalen
tot bescherming van het aangrenzende huis
van dr. van Gils, dat zeer groot gevaar liep.
Aan de onvermoeide pogingen van eenige
dappere mannen is het te danken, dat dit
gebouw is gespaard gebleven.
Het hotel Verwiel is geheel uitgebrand; 't
was tegen brandschade verzekerd, evenwel
niet hoog, evenals de inboedel, waarvan een
en ander geborgen is.