Nummer 36.
Donderdag 5 Mei 1898.
21e Jaargang.
i I I A
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ANTOON TIELEN
1ND USTR1ÈELEN
DE O O BLO G.
FE V1LLETOJS.
UITGEVER:
Waalwijk.
De Mo van het Zuiden,
f aalwijkscle en LaiigslraalsÉe Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1,
Franco per post door het geheele rijk fl,I5.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever
Advertentie» 1 7 regels f0,60; daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3maal ter plaatsing
opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsoh-
land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
De kamer van koophandel en fabrieken te
Waalwijk houdt zich onledig met het opmaken
van het verslag over 1897.
Heeren industrieelen worden verzocht
hunne opgaven voor het verslag zo» spoedig
mogelijk aan den voorzitter in te zenden.
De hamer van koophandel en fabrieken
voornoemd.
DE SLAG BIJ CAVITE.
De Spaansche admiraal was eerst met het
grootste gedeelte van zijn strijdmacht naar het
noordwesten gestevend om den vijand op te
wachten, slechts dén kruiser Castilla en enkele
andere schepen aan den ingang van de baai
Manila achterlatend Maar hij keerde weldra
terug naar Port Subig, even ten noorden van
de hoofstad, en vervolgens naar den ingang
van de baai rau Manilla, om den toegang te
helpen verdedigen. Het Amerikaansche smal
deel is, na eeu lange reis, Zaterdag even
aaugeloopen in Port Subig, en heeft toen,
zooals uit een nader telegram uit Madrid
blijkt, midden in den nacht de baai van Manila
geforceerd.
Deze baai is eene wijde, zakvormige baai,
naar het noordoosten in het eiland Luzou
inspringend. De toegang is breed en diep,
zoodat een paar kleine eilandjes hem niet
kunnen versperren. Achterin de baai ligt Ma
nila, en een weinig ten zuiden, achter een
landtong die vau de baai een klein stuk (de
Bakorbaai) afneemt, ligt Cavite.
Zoo ver waren de Amerikaansche oorlogs
schepen gisteren bij het aanbreken van den
dag reeds doorgedrongen, toen het gevecht
begon. Het Spaansche admiraalschip werd
reeds te half acht op twee plaatsen in brand
geschoten, zoodat admiraal Montojo op een
ander schip, de Isla de Cuba, moest overgaan.
Een ander schip werd ernstig beschadigd, en
ten slotte moest de Spaansche vlootvoogd
eenige schepen er wordt niet gemeld,
welke laten zinken om te beletten dal ze
15
3?
Mijnheer Yon Raming
Hij zag op, groette en trad een paar schreden
nader om te hooren wat zij wilde zeggen.
De genadige vrouw laat u verzoeken, bij haar
te komen.
En toen zij lich omwendde, hoorde zij hem reeds
met vasten tred naderen. Zij huiverde voor deze
ontmoeting en spande al hare krachten in om
kalm te schijnen.
Wat ziet ge vreeselijk bleek, juffrouw Arnold 1
Gevoelt ge u niet wel?
Zij sloeg de oogen op en zag hem aan.
Sedert gisteravond...
Ga liever naar uwe kamer, mama kan zeer
goed alleen zijn.
Neen, ik dank u. Ik wil niet alleen zijn.
Nu werd hij zeer ernstig en vroeg op zachten
toon Juffrouw Magda, waarom zijtgij vannacht
zoo lang opgebleven
Het meisje onstelde. Ik, las, stamelde zij.
Ah een pikante roman, nietwaar?
Als iemand, die oververmoeid is, sloot
zij een oogenblik de koortsachtig brandende
oogen.
Ja, een roman. Maar het pikante ontbrak er
geheel en al aan, er lag integendeel diepe einst
in, zeide zijbijna onhoorbaar, want de stem
scheen haar te begeven.
Dan was het zeker eer. Duitsche roman. En
ik stel zeer veel belang in hetgeen gij leest.
Wilt u zoo vriendelijk zijn het boek een avond
aan mij af te staan
Zij zweeg met doodsangst in het hart.
Ik veronderstel natuurlijk dat die roman uw
eigendom is. Hoe is de titel
Zijne bruine oogen zagen haar scherp in het
bleek en lief gelaat.... en nog steeds bleef de kleine
mond hardnekkig zwijgen. Toen trad hij plotseling
een schrede terug.
Ik zie, dat gij mij dat boek niet wilt geven.
Het zij zoo. En nu zeg ik u, juffrouw Arnold
dat het geen roman geweest is, dien gij hedennacht
in handen van den vijand vielen met het
overschot trok hij zich in de Bakor-baai terug.
De Spanjaarden schijnen ook aan menschen-
levens ernstige verliezen geleden te hebben.
Of de Amerikanen van hun overwinning
verder gebruik gemaakt hebben, weten we nog
niet. In elk geval is het een belangrijk wapen
feit want men verzekert dat de verdedigings
werken te land niet in staat zijn, de Ameri
kanen van de Filippijnen af te houden, vooral
nu de opstandelingen zich weer roeren. Com
modore Dewey, de Amerikaansche vlootvoogd,
was overigens wel gedwongen, zijn slag te
slaan, om minstens een vast punt op de Fi
lippijnen te bezetten als basis, want de neu-
traliteitsverklaringen beletten hem, naar een
Eugelsche of Chineesche haven terug te
keeren.
Het is overigens niet te verwonderen dat
de Spaansche vloot niet tegen de Amerikaan
sche bestand geweest is.
Het Amerikaansche smaldeel was, naar men
weet, wel kleiner, maar de schepen overtroffen
de Spaansche in alle opzichten. De Ameri
kaansche zijn tusschen 1885 en 93 gebouwd,
de Spaansche bijna allen tusschen '70 en '87.
Alle Amerikaansche schepen hebben een
pantserbescherming aan den Spaanschen kant
hadden alleen de twee kleine kruisers Luzón
en Cuba een pantserdek, de overige zijn houten
schepen en dus in een gevecht tegen gepant
serde schepen meestal zooals ook nu weer
gebleken is van weinig waarde. De su
perioriteit, ook in grootte, van de Amerikaan
sche boven de Spaansche schepen volgt reeds
hieruit, dat de zes Amerikaansche oorlogs
schepen te zamen een grooter tonneninhoud
hadden (20,000 ongeveer) dan de twaalf
Spaansche (ong. 14,000]
Men houdt 't er nu voor, dat de Amerikanen
het gevecht opschorten om hun gewouden aan
wal te zetten op de westkust van de baai.
Daarna werd de slag hervat. In dit tweede
gevecht werd de tegenstand van de Spaan
sche vloot geheel gebroken het is vrij zeker
dat de Reina Cristiua, de Don Juan de Austria,
de Castilla, de UUoa en de hulpkruiser Min
danao verloren zijn, maar waarschijnlijk is
zoo ijverig hebt gelezen.... Toevallig heb ik u de
hut van den ouden man zien verlaten, ik heb
gezien, dat gij papieren in den zak van uw japon
hebt gestoken het was die geheimzinnige brief
van Ritter, dien gij gehaald hebt en dien gij van
nacht ongetwijleld hebt gelezen.
Thans was zij zichzelve weder volkomen
meester.
Ja ik heb dien brief gelezen, zeide zij met
vaste stem. En wat ik daarin heb gelezen, was van
hoogst ernstigen aard.
En dat moet voor mij een geheim blijven
vroeg hij op strengen toon.
Ja.
Voor altijd
Neen niet voor altijd. Tot het uur daar
is
Zult gij niet vroeger spreken Zelfs niet als
ik u dat dringend verzoek
Ook dan niet.
En wien betreft het
Ook dat kan ik u nog niet zeggen.
Hij beproefde te lachen, maar het klonk ge
dwongen.
Dus is alles een diep geheim. Men zou er
een roman van kunnen opmaken het Geheim van
eenen Doode.
Wèet gij wel, juffrouw, dat ik als slotheer en
als eigenaar van den grond, waarop Ritters hut
staat, de onthulling van het geheim zou kunnen
vorderen Ik houd van den rechten weg, van
zuivere verhoudingen, ik haat niets zoo zeer,
als datgene wat zich achter geheimzinnige slui
ers moet verbergen. En laat ons nu naar mama
gaan.
Magda ging sprakeloos en met kloppend hart
naast hem voorthij was vertoornd en wantrouw
de haar, en zij moest dat met geduld ver dragen en
wachten tot het uur daar was.
Arme man Nog was hij heer en gebieder
slechts een woord van haar eh hij moet arm en on-
teerd deze schoone bezitting verlaten.
Wat heeft u mij te zeggen, mama? vroeg
hij nu, zoodra hij de kamer was binnengetreden.
Toen Magda schuw naar hem opzag, ontdekte zij
een diepe groeve tusschen zijne donkere wenk
brauwen.
Denk eens aan, Berthold herinnert gij u
nog een zekeren Gerhard Weitlof?
het verlies van de Spanjaarden veei erger.
Er waren geen torpedo's of onderzeesche
mijnen voo. Manilla. Er was geen enkele
voorzorg genomen, en de verspieders zagen
de Amerikaansche vloot eerst toen ze voorbij
was. Electrisch zoeklicht ontbrak.
De eerste tijding van de ramp kwam te
Madrid door een telegram aan de Imparcial,
dat duidelijk toond* dat er geen enkelSpaansch
schip meer over was. De brand op de Reina
Cristina schijnt veroorzaakt tc zijn door pe-
troleumbommen.
De New-York Herald zegt dat na twintig
minuten snelvuur de Spaansche vloot vernie
tigd was. Drie schepen waren in brand ge
vlogen, een gezonken, en de overige evenals
de forten tot stilzwijgen gebracht. De Span
jaarden streden dapper, en er zijn waarschijn
lijk veel dooden gevallen. De Amerikaansche
vloot manoeuvreerde bewonderenswaardig en
deed drie aanvallen.
Het bombardement van Manilla.
Na het eerste gevecht, dat twee uur duurde,
met het gevolg dat de Spaansche vloot ver
nield was trokkeu de Amerikaansche oor
logsschepen zich terug naar de transportsche
pen, die in de Mille-baai lagen, om steenkolen
in te nemen. Een Amerikaansch schip, welks
naam niet genoemd wordt, was buiten gevecht
gesteld.
Admiraal Dewey verzocht vervolgens den
Engelschen cousul om aan den Spaanschen
gouverneur den eisch te laten overbrengen,
alle kanonnen, torpedo's en de kabeUele-
graafbureau's over te geven, met de bijvoeging
dat hij, als aan zijn verlangen niet voldaan
werd, de stad zou bombardeereu.
De Spaansche officieren hadden een on
derhoud met den Eugelschen consul en den
agent van de telegraafkabelmaatschappij. Zoo
lang er geen besluit was genomen, was het
verzenden van telegrammen geheel verboden.
Ten slotte weigerde de gouverneur zich over
te geven en weigerde eveneens den agent
van de telegraafmaatschappij verlof te verlee-
nen om met admiraal Dewey te spreken.
Uit New York van 2 Mei volgens een par
ticulier telegram uit Hongkong is het bom-
Gerhard Weitlof? Wie kan dat zijn, mama
Hij behoort tot een zijlinie onzer familie. Er
is eens een Raming met eer. Weitlof gehuwd,
Von Weitlof natuurlijk.
Daar twijfel ik niet aan. En wat wil die
man van ons? klonk het koel. Hij was klaarblij
kelijk nog onder den indruk van zijn gesprek met
Magda.
Hier is een brief vau hem. Lees maar eens,
Berthold.
Met een ongeduldige beweging nam hij den
brief aan.
Och, wilt gij hem niet voorlezen Ik kan
dat schrift zoo slecht ontcijferen En nu las Ra
ming met luider stem
,Ret is een menschenleeftijd geleden sedert ik
Oostenrijk verliet en in Frankrijk mijn tweede
vaderland heb gevonden, en al dien tijd hoorde
ik niets van de bloedverwanten mijner gemalin,
die acht jaren geleden is overleden. Doch nu zou
ik toch gaarne Oostenrijks heerlijke landdouwen
weder betreden. Zoudt gij, mijn genadige cousine,
mij ook een kort bezoek willen veroorloven op uw
kasteel, dat, ,naar men zegt, tot de prachtigste
goederen van Neder-Oostenrijk moet behooren
Onze dierbare Kurt is zeeds tot hoogere gewesten
opgeroepen, zooal3 ik gehoord heb. Zijt gij dik
wijls alleen? Uw zoon is waarschijnlijk meestal
op reis
Mag ik van uwe welwillendheid vergen, mij
eenig antwoord te doen toekomen Als ik kom,
neem ik mijne eenige dochter Lucienne mede. Zij
heeft een sterk verlangen naar de Duitsche
wouden.
Ontvang intusschen de vriendelijke groeten van
ons beiden.
Gerhard Von Weitlof.
Parijs, Rue de N... Hótel //de 'lAigle*.
Zichtbaar ontstemd legde Von Raming den blief
neder.
Die zoetsappige toon mishaagt mij vreese
lijk. Ik herinner mij uu dat lk wel eeDS van dien
Weitlof gehoord hebt. En als die Lucienne zulk
een verb.izend verlangen heeft naar onze bos-
schen dan mogen zij, wat mij betreft, gerust
ergens anders heengaan in plaats van hier te
komen.
Goede hemel, Berthold, wij kunnen toch
onmogelijk zoo onbeleefd zijn. En zij zullen toch
bardement van Manilla al begonnen en is
de telegrafiische verbinding tusschen de twee
genoemde plaatsen gestremd. De inwoners
nemen de wijk naar buiten, de telegrafisten
van het kabelbureau, dat midden tusschen de
forten ligt, zijn gevlucht.
IN AMERIKA.
De berichten betreffende de overwinning
der Amerikanen bij Manila brengen hier
groote geestdrift teweeg. De straten zijn vol
volk. De president en de leden van het kabinet
hebben hun levendige voldoening over de
tijding uitgesproken, maar weigeren nadere
inlichtingen te geven. Eenige ambtenaren van
het departement van |marine gelooven dat
deze overwinning het spoedig einde van den
oorlog ten gevolge zal hebben, zonder dat
er andere belangrijke zeegevechten geleverd
worden.
Het algemeen gevoelen van voorname
leden van de regeering ten aanzien van de
overwinning van de vloot bij Manila is dit,
dat ze beslisten invloed zal hebben op de
Europeesche natiën, Spanje zal overtuigen
van de volstrekte onmogelijkheid om met
goed gevolg de Vereenigde Staten te weer
staan, en ten slotte den weg zal banen voor
gemeenschappelijken aandrang van de mo
gendheden om Spanje te dwingen tot toe
geven.
De minister van justitie zegt dat de over
winning het begin van het einde is, en dat
een paar nederlagen meer de Spanjaarden
zullen overtuigen dat hun zaak hopeloos is.
Gage, secretaris van de schatkist, is van
een dergelijk gevoelen, en voegt erbij dat
het concert van de Europeesche mogendhe
den zich vermoedelijk met de zaak zal gaan
bemoeien, maar het is onmogelijk te zeggen
wanneer.
The Journal bevat een telegram uit het
kamp van Gomez in de provincie Santa Clara,
van 22 April, waarin gemeld wordt, dat de
Amerikaansche luitenant Whitney in den nacht
van 28 April in het kamp is aangekomen
met instructies van den Amerikaanschen op
perbevelhebber Miles voor Gomez om het
Cubaansche leger naar een punt te voeren,
ook niet eeuwig blijven, denk ikOf zij ver
mogend zijn
Dat interesseert mij niet bijzonder.
Wat zult gij antwoordden, Berthold
Ik? dat is uwe zaak, mama. Men heeft toch
immers aan u geschreven, en niet aan mij.
Gij zijt vandaag niet in een goede stemming....
Nu, ik zal dan antwoorden dat wij hen zullen
verwachten, maar dat zij ons nader moeten be
richten, wanneer zij komen.
Raming haalde de schouders op. Het scheen
hem vrij onverschillig te zijn.
Nog iets, mama. Vanmiddag, na het diner,
vertrek ik naar Weenen voor eenige dagen....
De beide dames keken verwonderd opzoo
lang Magda hier was, had Raming nog geen en
kele maal voor een geheelen dag het slot ver
laten.
Wat gaat gij te Weenen doen
Hans Briiuner heeft er reeds een jaar lang
bij mij op aangedrongen, dat ik hem eens zal
komen bezoeken en op 't oogenblik gevoal ik
er juist lust toe. Misschien maken wij dan met
ons beiden ook nog een reisje 1
Magda wendde zich af— zij wist waarom hij
juist nu heenging; hij was boos op haar, hij
wantrouwde haar het geheim van den doode
lag als een donkere schaduw itusschen hen, en
maakte een scheiding tusschen hen beiden.
Raming trachtte op Magda's gelaat te lezen. Het
scheer, hem koud cn onverschilig, en een zonder
ling gevoel overmeesterde hemhalf van smart,
half van toorn.
En waarom wil zij mij den inhoud van dieu
brief niet vertellen? Is het iets slechts? deze vragen
drongen zich onwillekeurig bij hem op....
En kort na het diner nam hij min of meer
vlnchtig afscheid van zijne moeder, Magda zag
hij niet weer. Hij vermoedde niet, dat het meisje
zich in hare kamer had opgesloten en dat zij, toeu
zijn rijtuig over het voorplein wegreed, in heete
tranen uitbarstte.
Veertien dagen later haalde Raminga equipage
de vreemde gasten van het station. Op de hoofd
trap van het kasteel stond, ondanks storm en
regen, de slotheer, om de aankomenden te be
groeten, terwijl de oude dame en Magda hen in
het salon wachtten.
(Wordt vervolgd.)
f