""""buitenland.
Beigie.
Frankrijk.
Spanje.
Engeland.
Duitschland.
BINNENLAND.
te Port-au-Prince aangekomen vaartuig) 't 1
ruime sop weer te kiezen, dan zal hij daar
voor wel evengoed zijn reden hebben gehad
als wanneer hij, in tegenstelling met de offi-
cieuse mededeeling uit Madrid, in de haven
van Santiago is gebleven.
„Het eskader van admiraal Cervera, be
staande uit vier kruisers en twee torpedoja
gers want één torpedojager is te Martinique
gebleven verliet Curasao Zondagavond
om zeven uur aldus wordt aangaande
Cervera's tocht van Curasao naar Santiago
gemeld. Een Amerikaansch koopvaardijschip
sloeg het uit een afstand gade, doch het
escader manoeuvreerde zeer handig, veran
derde herhaalde malen van richting eu slaagde
er eindelijk ia den afstand tusschen Carafao
en Santiago af te leggen in drie en een
halven dag, zonder de vloot van admiraal
Sampson te ontmoeten, ofschoon deze ten
westen van Tortugas lag. De torpedojagers,
die een snelheid hebben van dertig mijlen,
gingen voorop om dienst te doen als ver
spieders en waarschuwden telkens, wanneer
zij een verdacht schip opmerkten.
Wanneer 't komen zal tot een treffen
tusschen Cervera's eskader en de Ameri-
kaansche scheepsmacht
Nu kan 't wezen, dat Cervera reeds in de
buurt van Havana kruist en dan zou een
treffen niet meer kunnen uitblijven, doch 't
is evenzeer mogelijk dat de Spaansche schepen
nog rustig en wel te Santiago liggen, veilig
achter de verdedigingswerken, welke den
toegang tot de haven ontzeggen aan eiken
ongenooden gast en dat zij er zullen blijven
tot de reserve-schepen uit Spanje komen
onder bevel van admiraal Camara.
Ondertusschen heeft de nieuwe minister
van marine van Spanje Aunon, langdurige
beraadslagingen gevoerd met de admiraals
Camara, Butler en Terry, in verband met
Cerve'a's plannen voor de naaste toekomst
en wordt op Spanje's kustgebied, te Cadix,
te Malaga, te Algesiras en te Tarifa een
sterke troepermacht saamgebracht (meest
infanterie-bataljons, doch ook wel genie) ter
wijl naar de Canarische eilanden geregeld
versterkingen worden gezonden.
In elk geval is „afwachten" het parool voor
de Amerikanen, die van Spanje uit zich ook
hebben laten wijsmaken, dat de vloot van
Cervera reeds weer te Cadix was teruggekeerd,
toen deze op weg was naar de Antillen en
die in goed vertrouwen een beschieting
ondernamen van Porto Rico's hoofdstad San
Juan
„Wie niet sterk is, moet slim zijn" dus
zeggen de Spanjaarden en wie weet hoeveel
pleizier en voordeel hun slimheid nog voor
henzelveu oplevert
ONTEVREDENHEID IN AMERIKA.
De ontevredenheid in de Vcreenigde Staten
is stijgende. De redenen daartoe z;jn van
tweeërlei aard. In de eerste plaats kan men
eeuige ongerustheid over het onheilspellende
Spaansche eska Ier in de West-Indische wateren
niet van zich afzetten. Hoe anders was dat
eene goede week geleden Men nam de
Spanjaarden hun dralen al kwalijk Sampson
die, om ook lauweren te plukken, de forten
van San Juan in 't voorbijgaan platgeschoten
had, wachtte bij de Antillen of het den
Spaanschen admiraal zou believen, zich door
hem te laten verslaan als Don Suijote door
den windmolen er werd al rondgekeken naar
een Amerikaaanschen gouverneur voor de
Filippijnsche eilanden, en binnen enkele
dagen" zou generaal Miles een leger van 40,
60, 100,000 man in Cuba werpen, waar de
opstandelingen gereed stonden, Blanco en zijn
uitgeput leger alvast den voorlaatsten slag toe
te brengen.
Aan alle kanten is intusschen de kans
gekeerd. De platgeschoten forten op Portorico
maken 't zoogoed als forten maar doen kuunen,
en de kolenvoorraad aldaar is onaangetast.
Op de Filippijnen zijn de Amerikanen meester
ter zee, doch er komt maar geen schot in,
Manila is nog niet bezet, eu het moet in elk
geval nog weken duren voordat de Amerikanen
zelfs een poging kunnen doen tot verovering
van die Spaansche kolonie. De schouwburgen
te Havana zijn open als in vredestijd
alleen de reconcentrados sterven als muizen
tengevolge van de Amerikaansche blokkade.
Ook de opstandelingen beginnen gebrek te
lijden, en in de Vereenigde Staten beseft
men al meer en meer, dat van een geregelde
samenwerking van Gomez, benden met de
Amerikaansche landigstroepen voorshands niet
veel komen zal. De kleine landingen op
de Cubaansche kust zijn misluktde telegrafi
sche gemeenschap met Cuba is niet afge
broken. Het landingsplan scheen dagen lang
onbepaald uitgesteld. En dan Cervera's
eskader in West Indië, in een Cubaansche
haven, of wie weet waar?
Het is gebleken dat de Amerikanen slechts
met veel kans op ernstig verlies de Spanjaarden
in West-Indie kunnen benadeeleu. Maar het
is wel mogelijk dat de Spaansche oorlogs
schepen ongestraft ernstige schade kunnen
toebiengeu aan de Amerikanen.
De Amerikanen houden er zonderlinge
praktijken op na, passend wellicht onder
zeeroovers, doch niet gebruikelijk onder
beschaafde volkeren Vrijdag drongen twee
Amerikaansche oorlogsschepen met de Spaan
sche vlag in top de baai van Guautinamo op
Kuba binnen gelukkig bemerkten de
Spaansche kanonneerbooten en het garnizoen
den onbehoorlijken krijgslist al heel spoedig
en beletten het slagen.
Een telegram uil Jacksonville meldt, dat een
expeditie van 400 Kubanen met een groote
hoeveelheid ammunitie en 75 muilezels op 18
dezer met de stoomboot "Florida" van Tampa
is vertrokken naar Kuba.
Uit Madrid werd aan de Temps gemeld,
dat de regeering het bericht omtrent de
onderwerping van de hoofden van den opstand
tegenspreekt. Verschillende chefs, wiei invloed
echter onbelangrijk is luisterden naar de
vertoogen der aulonomisteu, welke door Ma-
rimo Gomez en CalixtoCarcia worden ver
worpen.
Het Spaansche stoomschip „Montserrat,"
dat driemaal door de blokkade gebroken is,
is nu aangekomen te Corunna, zonder passa
giers, zonder mail en zonder dépêches, en
zooals de kapitein beweert, ook zonder eenige
bijzondere zending. Na 6 Mei van Cienfuegos
vertrokken te zijn, werden de lichten gebluscht
en werd gevaren met een snelheid van 18
mijlen, zonder eenig reisregister.
De Montserrat" zal zich naar Cadix of
Ferrol begeven oin gewapend te worden.
Zij ontscheepte op Kuba 15 millioen aan
baar geld, 100 kanonnen, 1500 geweren,
eeu groote hoeveelheid ammunitie en 1000
soldaten.
De aankomst der Montserrat" te Corunna
was een groote verrassing; een reusachtige
menigte verwelkomde het schip, welks beman
ning een geestdriftige ovatie ontving. De be
volking juichte den commandant hartelijk toe
en luidruchtige demonstration hadden in de
straten plaats.
Op de heenreis werd vernomen, dat Kuba
geblokkeerd was die tijding ontving het schip
bij Haïti. Het schip vertrok toen onmiddelijk
naar Cienfuegos. Het was nog geen halfuur
binnen, toen voor de haven zich de Ameri
kaansche schepen vertoonden. De kapitein
verzekert verder, dat hij geen enkel Ameri
kaansch oorlogsschip had ontmoet hij zou
alle schepen zijn aangevallen, al was zijn schip
er bij gezonken.
De blokkade van Kuba door de Ameri
kanen kan dus moeilijk effectief worden
genoemd
Zondag hebben in België de verkiezingen
plaats gehad. Alles is kalm verloopen, behalve
in Aalst, waar abbé Daens door een troep
clencale kiezers is uitgejouwd. Hij moest
door het publiek ontzet worden. De christe
lijke democraten zijn aldaar verslagen. De
helft der leden van de Kamer en de helft
van die van den Senaat moesten zich aan
de verkiezing onderwerpen.
Te Gent zijn de katholieken herkozen met
groote meerderheid. Te Charleroi en Bergen
zijn de socialisten herkozen, terwijl te Luik,
Verviers, Thuin, Soignies en Waremme her
slemming moet plaats hebben tusschen katho
lieken en socialisteu. Te Huy zijnde liberalen,
vereenigd met de socialisten, gekozen te
Doornik zal een herstemming moeten plaats
hebben tusscheu katholieken en liberalen.
De ministers Begerem, De Bruyn en De
Smet de Nayer zijn herkozen. In den Senaat
wordt voor Doornik één katholiek vervangen
door een liberaal.
In het geheel moeten er in 152 gevallen
75 herstemmingen plaats hebben, waaronder
37 katholieken, 2 christelijke democraten, 28
socialisten en 2 liberalen.
De voorloopige resultaten geven recht tot
de voorspelling, dat de katholieken de over
winning zullen behalen te Gent met 9, Oude
naarden met B, Sint Nicolaas met 4, Ter-
monde met 3, Maeseyck met 1 en Tongeren
met 2 afgevaardigden.
Zola voor het hof tc Versailles.
De zitting van het assizenhof voor het
proces tegen Zola en Perreux wordt om
kwart over elf geopend. De zaal is vol; de
leden vau den krijgstaad van Esterhazy, die
zich civiele partij stellen, hun advokaten, de
verdedigers der beklaagden en Zola zijn
aanwezig. Dadelijk na de opening dient Mr.
Labori conclusiën in.
De procureur-generaal protesteert krachtig
tegen de ingediende conclusiën. Gij wilt
zegt hij het debat voortzetten, de agitatie
doen voortduren, aan welke een eind gemaakt
moet worden. De gezworenen der Seine et
Oise zijn bevoegd om u te oordeelen. Het
land heeft genoeg van deze gevaarlijke be
weging. Hij coucludeert tof verwerping.
Labori zegt, dat hij op de heftige woorden
van den procureur generaal slechts zal ant
woorden met matiging of stilzwijgen maar
hij zal pal blijven staan ter verdediging van
het recht legen een valschen wettendienst.
Meer heeft hij niet te zeggen.
Het Hof trekt zich terug ter beraadslaging
en de zitting wordt voor enkele minuten
geschorst.
Het Hof doet vervolgens ui'spraak en ver
werpt de conclusiën der verdediging en ver
klaart zich bevoegd. De zitting wordt vijf
minuten geschorst, om Zoia en Perreux in
staat te stellen zich in cassatie te voorzien.
Na de heropening dient Labori conclusiën in,
houdende dat Zola en Perreux zich in cassa
tie voorzien hebben tegen 's hofs beschikking
aangaande de bevoegdheid en vragende dat
het hot schorsing der zaak bevele tot na het
arrest van het hof van Cassatie over die aan
gelegenheid.
Er heeft een zeer levendige woordenwis
seling plaats tusschen Labori en den president,
die hem ten slotte het woord ontneemt.
Daarna geeft het hof zijn tweede beschikking
en zegt de president, zich tot de gezworenen
richtend Gij kunt gaan, daar Zola de be
handeling niet aanvaardt.
De zitting wordt om 1 uur 15 zonder
incident opgeheven.
De Zaak-Cairara.
Tegen denzelfden tijd dat de debatten over
het proces-Zola heropend zullen worden, zal
voor het hof van Assises van de Seine de
zaak-Cairara voorkomen.
De heer Lamarre, na een zes-en-dertig
jarigen dienst door de directie der Wester
spoorwegen gepensionneerd, bekleedde in den
laatsten tijd een betrekking als kantoorlooper,
belast met het incasseeren van gelden in
omstreken van Parijs. Den 30sten November
'97 vertrok hij, doch kwam 's avonds niet
terug.
Dien dag moest hij een som van f 63.887.25
ontvangen. Daar Lamarre zich altijd goed had
gedragen, rees al dadelijk het vermoeden,
dat hem een ongeluk was overkomen of dat
er een misdaad was gepleegd. Uit het inge
stelde onderzoek bleek, dat hij het laatst bij
de echtgenooten Cairara, paddestoelzoekers,
geweest was. Een onderzoek te hunnen huize
werd ingesteld. Ondervraagd, spraken zij
elkander over de aanzienlijke som gelds die
gevonden werd herhaaldelijk tegen, waarop
zij gevangen genomen werden.
Reeds den volgenden dag bekenden zij
Lamarre te hebben vermoord en dat zij zijn
lijk verbrand had len. Reeds lang ging het
der lamilie niet naar den vleeze. Reeds lang
had de man, daartoe aangemoedigd door
zijn* vrouw, besloten zich op de een of andere
wijze geld te verschaffen. Hierin werd hij
nog versterkt toen hij twee wissels moest
betalen, waarvoor hij de noodige contanten
niet bezat. Hij besloot toen, wanneer eeu
dezer beide wissels gepresenteerd mochten
worden, dien beambte te vermoorden.
De eerste die kwam was de heer Vignier,
beambte van het Crédit Lyonnais. Cairara
had een geladen revolver in zijn buffet en
raadpleegde met zijn oogen zijn echtgenoote.
Deze gat echter, waarschijnlijk door de komst
van den beambte, dien zij nog niet verwachtte,
een ontkennend teeken. Vignier werd daarop
verzocht, den volgenden dag terug te komen.
Cairara, ongetwijfeld bevreesd voor het geraas,
dat een revolverschot zou maken, ging daarop
een grooten rijtuigsleutel van 75 cM. lengte
halen en plaatste hem achter de deur.
Toen om twee uur Lamarre verscheen,
zeide Cairara tegen zijq vrouw om geld te
gaan halen. Hij greep daarop stilletjes den
sleutel en bracht er Lamarre een vreeselijken
slag mee toe in den nek. Zonder een kik te
geven zakte deze hierop in elkaar. Het lijk
weid nadat men zich van alles meester ge
maakt, in een steenkoolhok geborgen en de
deur gesloten.
Om acht uur 's avonds, toen de kinderen
uaar bed en alle werklieden naar huis waren,
werd het lijk met behulp van een stuk staal
draad door den schoorsteen neergelaten in
een put, waarin de paddestoelen gekweekt
worden. Daar was reeds 's middags vuur
aangelegd en had de lijkverbranding plaats.
Het horloge, de geldtasch, enz, van den
ongelukkige werden op verschillende plaatsen
begraven. Bij het ingesteld onderzoek werden
al deze voorwerpen teruggevonden, evenals
het geld en de bankbiljetten, die Cairara in
een ijzeren kistje had verstopt achter een
beschot.
Hij beweerde dat het verbranden van het
lijk slechts 7 uur geduurd had.
Na het bedrijven van deze afschuwelijke
misdaad hervatten de beschuldigden weer ge
woon hunne dagelijksche bezigheden, alsof
er niets was voorgevallen. Vijf dagen na den
moord kon men hen samen zien dansen op
eeu bal.
Te Carlhagena is een fabriek van protectielen
in de lucht gevlogen. Tien werklieden werden
gedood. Er zijn twee en zestig gewonden,
onder wie de directeur. De oorzaak van het
ongeval schuilt in eeu ontploffing van dyna
miet.
Gladstone.
In "Gladstone's testament heeft men geen
aauwijzing gevonden van de plaats, waar hij
begraven wilde worden. Wel verlangt hij geen
ophemelend grafschriftzijn begrafenis moet
zeer eenvoudig geschieden. Vervolgens wil
hij, dat later zijn echtgenoote met hem in
hetzelfde graf rust. Dit is aan de regeering
medegedeeld, toen zij de familie een begra
fenis in de abdij van Westminster op kosten
van den staat aanbood. De regeering nam de
voorwaarden terstond aan, zoodat mevrouw
Gladstone te Westminster bij haar man rusten
zal, gelijk Lady Palmerston bij haren echtge
noot.
Woensdag wordt het lijk naar de kerk van
Hawarden overgebracht en daar ten toon
gesteld, 's Avonds wordt het lijk dan met
een trein naar Londen vervoerd. Aan de
stations, waar de trein ophoudt, verwacht men
volksbetoogingen. Donderdag en Vrijdag
wordt de lijkkist te Londen teu toon gesteld,
vermoedelijk in Westminster Hall. Zaterdag
is dan de begrafenis. Dit gebeurt zoo spoedig
omdat het lijk niet gebalsemd wordt. De
begrafenis zal zoo eenvoudig mogelijk ge
schieden.
Te Leipzig is een proces wegens landver
raad tegen den schrijver, Gustav Minster
gevoerd. Er zijn acht getuigen opgeroepen.
De beklaagde ontkende alle schuld. Hij was
indertijd met aanbevelingsbrieven voor Roche-
fort naar Parijs gegaan en daar had hij een
aanzoek gekregen cm uit Metz en Straatsburg
geheime mededeelingen over de militaire
toestanden over te zenden. Schijnbaar had
hij dit voorstel aangenomen en hij had uit
Metz enkele voor dit doel vervalschte plannen
naar Parijs gezonden. Verschillende getuigen
deelden echter mede dat Minster getracht had
hen om te koopen, om hem plannen uit het
militair bureau te bezorgen. Bovendien is
Minster meermalen wegens bedrog gevonnisd.
Hij heeft nog een straf van vijf jaar hech
tenis en een maand tuchthuis te goed. Thans
kreeg hij nog bovendien tien jaren eerverlies
en stelling onder politietoezicht.
Uit het mijnwerk Zollern zijn reeds
43 dooden en 6 gewonden opgehaald. In het
ziekenhuis zijn de meeste ingebrachte ge
wonden niet buiten gevaar. Door inpomping
van water is de brand in de blinde schacht
gebluscht. De oorzaak van het verschrikkelijk
ongeval zoekt men in het werken met een
open lantaarn door een m'jnwerker, tegen het
verbod.
WAALWIJK, 25 Mei 1898.
25-jarig Priester-Jubilee van den Zeereerw,
lieer Pastoor J. Sprangers,
De vorige week hebben eenige ingezetenen
bij de parochianen eene collecte gehouden,
met het doel aau onzen hooggeachten heer
Pastoor een cadeau aan te bieden, bij gele-
geuheid van zijn 25jarig Piiesterfeest op 7
Juni a. s.
De opbrengst mag zeer ruim geoemd
worden, vooral als men in aaumerking neemt,
dat de jubilaris nog zoo korten tijd als
Pastoor in onze gemeente is.
't Bewijst al weder, wat wij reeds meer
malen in de gelegenheid waren te consta-
teeren dat Z. Z. E. de liefde zijner parochi
anen heeft weten te winnen. Treffend was
het bij deze gelegenheid dat mingegoeden,
die op 't laatst der week geen geld meer be
schikbaar hadden, hunne bijdragen aan heeren
collectanten bezorgdeu, zoodra Zaterdags hun
weekloon ontvangen was.
Het aan te bieden geschenk zal dus in
den vollen zin des woords zijn eene feestgave
van de gausche parochie, wat er zeker de
waarde van verhoogt.
Het zij en blijve den jubilaris eene aan
gename herinnering aan zijn 25jarig feest, en
een voortdurend blijk van de lietde zijner
parochianen.
Concessie „Viciuaux".
Verleden Zaterdag heeft het Dagelijksch Be
stuur van Waalwijk eene bijeeukomst gehouden
met heeren commissarissen van de Maatschap
pij „Vicinaux". De gevoerde besprekingen
hebben geleid tot het resultaat, dat de tram
lijn zal gelegd worden langs den Winterdijk.
Een voorstel in dien zin zal dus waarschijn-»
lijk spoedig Waalwijks Gemeenteraad bereiken.
Wij hopen van harte dat het dan zoo vlug
mogelijk worde afgehandeldopdat deze
aangelegenheid dan voor goed verdwijn e van
de agenda, waarop ze reeds zoolang geprijkt
heeft. Wij voorzien echter nog moeilijkheden.
De Gemeenteraad kan, naar onze meening,
alleen concessie verleenen voor de gronden,
aan de gemeeute in eigendom behoorende,
zooals hare terreinen aan de haven, en aan
de Oostzijde der gemeente de straten, welke
de lijn zal moeten passeeren om op den dijk
te komen. De dijk is echter eigendom van
de aangelanden, wier eigendom loopt tot de
kruin van den Winterdijk. Als nu de tramlijn
gelegd wordt op het Noorder talud, zal dan
niet van al de eigenaars der Noordwaarts
van den dijk gelegen landerijen vooraf toe
stemming moeten worden verkregen En als
er eenige weigeren, wat dan
Verder zal het Polderbestuur, dat daar
beheer voert, dienen gekend te worden.
Eindelijk mag er aan den dijk niet gegraven
worden zonder goedkeuring van hooger auto
riteiten. Al weer vragen dus. Men ziet het, al
geeft Waalwijks gemeeuteraad al concessie,
dan is men er nog laug niet.
Al die moeilijkheden hadden kunnen wor
den voorkomen, indien meo eenvoudig con
cessie had gegeven voor aanleg door de
Straat onder de noodige voorzorgsmaatregelen.
„Es war zu schön geweseu, es hat nicht sol
len sein".
Langstraatscke Administratieve Vcrccniging.
In de Zaterdagnamiddag op Musis Sacrum
gehouden vergadering der Langstraatsche
Administratieve vereeniging, werd door den
heer Kien, secretaris van Vrijhoeven-Cappel,
besproken het onderwerp „De wethouder
als plaatsvervangend burgemeester" en door
den heer van Liempt, secretaris van Waalwijk,